16e JAARGANG NR. 61 JULI, 1993
INHOUD 501
VAN DE REDACTIE 501
DEELNAME VAN NEDERLANDSE PIJPENMAKERS 502
AAN TENTOONSTELLINGEN 516
IN UTRECHT WORDEN WEER PIJPEN GEMAAKT
VAN DE REDACTIE
- De jaarlijkse pijpendag , de ontmoetingsplaats van vele ak-
tieve leden vond de l aatste tijd medio oktober plaats.
Kort daarop in november was de verzamelaars jaarbeurs in het
Jaarbeursgebouw in Utrecht.Ook hier troffen veel leden el-
kaar, zowel op de beurs als bij de stand van de PKN .
Uit oogpunt van spreiding wordt de pijpendag dit jaar ver-
schoven naar het voorjaar 1994. We denken· aan de maand maart.
De plaats van bijeenkomst wordt het Catharina Gasthuis in
Gouda. Overigens zijn we op zoek naar leden, die op deze dag
een korte voordracht zouden willen houden. Schroom niet om
contact op te nemen met een van de redactieleden.Is een idee
aanwezig, dan willen we graag behulpzaam zij n bij de uitwer-
king. En zou u een spreekbeurt willen houden, maar u weet
nog geen geschikt onderwerp, neem dan ook contact met ons op .
- Op de vorige pijpendag heeft conservator Gert Willems ver-
slag gedaan over de stand van zaken betreffende het museum
De Moriaan . Intussen hebben er enkele ge sprekken plaatsgevon-
den, waaruit is voor tgevloeid dat de PKN in samenwerking met
het museum enkele aktivitei ten zal ontplooien .
Op dit moment staat een brochure op de agenda, bestemd voor
de toekomstige bezoeker van de Moriaan.
- De laatste tij d worden er wei nig vondsten gedaan. Wie nog
interessante dingen heeft gevonden, die nodigen we graag uit
hiervan melding te maken in ons blad.
Op 1 en 2 mei j.l. hield Knasterkopf, de Duits e vereni gi ng
die zich bezig houdt met het onderzoek naar kleipijpen,haar
jaarlijkse bij eenkomst in Gifhorn. Ruud Stam hield een voor-
dracht over een vondst van ca. 200 pij pekoppen die in de om-
geving van het Burger ziekenhuis te KÖln gevonden zijn.
Tevens werd op de bijeenkomst medegedeeld dat het tijdschrift
Knasterkopf zal blijven voortbestaan. Het volgende nummer
zal in het voorjaar van 1994 verschij nen.
501
DEELNAME VAN NEDERLANDSE PIJPENMAKERS AAN TENTOONSTELLINGEN
door Lodewijk van Duuren
Inleiding
Een me er dan honderd jaar oude traditie van were l dtentoonste l -
l ingen werd vorig jaar voortgezet met een tentoonstelling in
Sevilla. De eerste stappen voor een volgende tentoons t elling
zi jn inmiddels genomen. Het te Parijs gevestigde 'Bureau In-
ternational des Expositions' heeft de wereldtentoonstelling in
1996 in Hongarije reeds goedgekeurd. Het begin van deze tradi-
tie ligt in het j aar 1851 in Lond en met een wereldtentoonstel-
l ing in het Crystal Pal ace (afb. 1 ) .
Nationaie tentoonstellingen begonnen echter al een halve eeuw
eerder. In Nederiarid werd de eerste nationale nijverheidsten-
toonsteliing in 1808 in Utrecht gehouden.
Omdat voor de pijpennijverheid het connnèrciële b elang veel
verder reikte dan cie lokale markt, vias deelname aan wereld-,
nationale, provincial~ en vaktentoonstellingen vari groöt be-
lang. Een aanta l fabrikanten, met name d e grotere firma •·s,
ookheeft dit belang
ingezien en aan deze tentoonstellingen
deelgenomen. .
In de vorige eeuw was er een ware hauss e in nijverheidsten-
toons tellingen; n?ast wereld- en nationale tentoons tellingen
speeld en ook de .provinciale, regionale èn lokal e t entoonstel-
lingen een rol. In deze eeuw is de deelname vati pijpenmakers
aan tentoonstellingen sterk verminderd, voornamelijk veroor-
Afb . 1
502
zaakt door het afnemende belang van de pijpenindustrie. Wel
vindt in deze eeuw nog een verschuiving plaats van algemene
naar meer specifieke tentoonstellingen, waaronder vaktentoon-
stellingen. Deze nemen ook voor andere takken van nijverheid
gedeeltel ijk de rol van de a l gemene tentoonstellingen over.
De pijpenmakers hoopten met de deelname aan deze tentoonstel-
lingen hun klantenkring te vergroten. Echter niet al leen de
deelname zel f leverde reclame voor het bedrij f, ook de behaal -
de medaill es konden later a l s bewijs voor een goed produkt
dienst doen. Nog jaren later prijkten de medailles op allerlei
reclamedrukwerk.
De tentoonstellingen gingen vrijwel altijd vergezeld van fraai
uitgevoerde catalogi en juryrapporten. Deze publikaties vorm-
den de belangrijkste bronnen, waaruit dit artikel is samenge-
steld.
In de periode 1813-1830 vormden België en Nederland één ko-
ninkrijk en namen pijpenmakers over en weer aan nationale ten-
toonstellingen deel. Daarom is de tentoonstel ling in Brussel
uit die periode bij de nationale tentoonstell ingen vermeld .
Dit artikel geeft na bespreking van de uitvoering van de
stands, de tentoongestelde produkten en medail les een lijst
van de deelnemende pijpenmakers en tentoonstellingen.
Uitvoering s t ands
De wi jze van uitstellen van de produkten varieerde van zeer
eenvoudig tot zeer uitgebreid. Dit was voornamelijk afhanke-
l ijk van hetgeen de fabrikant zich kon permitteren en van de
aard van de tentoonstelling (afb. 2) .
1 1
,
De Tentoonstelling 1913 te Gouda
- - werd gebouwd door - -
G. \Jf\N MIDDELKOOP,
ÎIMMERMI\N EN 1\1\NNEMER TE GOUD/\,
KRUGERLl\1\N 21.
1 1 Af'b. 2
503
Aj'b. 3
504
Op de nationale tentoonstelling van vrouwenarb eid ( 1898) vol-
stond de firma Goedewaagen met een reclamebord met Goudsche
pijpen (36). Op de wereldtentoonstel l ing in Philadelphia stond
daarentegen van dezelfde firma een achthoekige tapstoelopende
toren van bijna vier meter (26). Op de tentoonstelling in Arn-
hem (1879) stond een vierkant middenstuk achter vitrine,staan-
de op een houten voetstuk, bevattende pijpen, eveneens van
Goedewaagen (5). Mogelijk is dit deze l fde stand als is afge-
beeld op de foto achterin Catalogus No. 6 van Goedewaagen . Op
deze foto is op de voorgrond een pottenbakker op een draai-
schijf werkzaam. Eveneens demonstreerde een pottendraaier zijn
vak bij het bezoek van hare majesteits hof houding aan de ten-
toonstell ing van Aardewerk en Goudsche pijpen in de societeit
'Ons Genoegen' te Gouda ( 1911). "Vlucht ig wer,den de ve rschi l -
lende s t ands bezichtigd e n kor t en t ijd veroi j ld bi j de i n wer-
king zijnde dr aaischijf voor gewoon aardewerk van de firma
Goedewaagen en Zonen_, waar' kleine eenvoudi ge aar denwerkproduc-
ten werden aangeboden en bij de firma P. van de r' Want Gzoon_,
waar aan elk een doosje met miniatuurpijpjes werd U1:t gereikt.,,
(12). Een dergelijk geschenk bood de firma Goedewaagen aan ko-
ning Willem III aan, toen deze de stand van Goedev,aagen op de
nijverheidstentoonstelling in Amsterd am in 1883 bezocht (27).
Tentoongestelde produkt en
Iedere deelnemende pijpenmaker zal op de tentoonstellingen
zijn bes t e beentje voorgezet hebben, om met een aantrekkelij k
beeld van zijn assortiment aspirant-kopers en handelaars tot
klant te maken. Natuurlijk werden steeds de mooiste, beste en
nieuwste produkten uit het assorti ment aan de kijkers getoond.
De nieuwigheden konden vaak op een aparte vermelding rekenen.
Zo laat Goedewaagen op de wereldtentoonstelling in Wenen in
1873 pijpen met lichtglaasjes.,"microscopische photographieë n ,,.,
zien, die waren uitgestald op twee ronddraaiende schijven(26).
Dat het getoonde assortiment vrij groot kon zijn, zien we b ij
P.J. van der Want in Arnhem in 1868 waar 150 verschill ende
pijpen tentoongestel d zijn (29), maar hij wordt nog overtrof-
f en door Goedewaagen, die in Wenen in 1873 meer dan 200 ver-
schillende pijpen laat zien (26).
Over de afzond erlijke produkten geven d e catalogi en rapporten
in wisselende mate inf ormatie . Meesta l wordt vol staan met de
vermel ding: "pijpen,,., "tabak s pijpen,,., "aar•den pi jpen"., ,,s i ga-
r enpijpen" enz. Slechts een enkel e keer worden verschillende
typen pij pen benoemd, zoals: ,,Koopvaart en Zeehandel _, Hw,Je -
lijk s t r owû_, Devi e s de Vriendschap " (C. Prince, Haarlem, 1825)
en "Konings-_, Vr•ede best - o f Fortuinpi jpen" (P .J. van der Want
505
JAN PRINCE & CIE
GOUDA.
F .A.BRIKANTEN VAN
lange en korte Goudsche Pijpen,
zoowel voor Binnenlandsch-verbruik alR voor Export
naar Engeland, Sclwtland, Ierland, Bel,gië, Frankrijk,
Spanje, Duitschland, Noorwegen, Oost- en West-Indiën,
Noord- en Zuid-Amerika, Australië en Afrika, bekend
onder de
GEDEPONEEBDE l"AllB.IEXSKEltXEl'i:
De Melk.meid, het Lam 1mder den Boom, de Bot, de Leeuw
ia den Hollandseb.en Tuin, de Staande Leen, (':;\ de Harp,
het Oost-lndisth Compagnie's Wapen , de Haan,~_)• de ge-
kroonde A, BS, TD, 46 en 51.
BEKR001\'D OP DE TENTOO.VSTELLLVGE_V:
te Dublin, Haarlem, .!mst~rdam, Sydney en llelbourne.
F ABRIK.ANTEN VAN
~Q~DA'I AAB.DEWBBE,
a.lsmede
BLOEMPOTTEN, STEKPOTrEN, H.!NGPOTTEN,
ZAAIBAKKEN, BLOEMBOLSCHOTELS en BLOEM HANGERS.
BEKROOND OP DE TENTOONSTELLINGEN :
te AmsterJam (1880), Arnhem, Applngadam, Groningen, Veendam,
Zeist, en Amsterdam (1883). Diploma. Gouden Medaille.
SN'!lLWATIRlILTil\S ,
ter bekoming van spoedig gezuiverd Drinkwater, in zes soorten .
GROSSIERS IN
Bergsch-, Oosterhoutsch-, Friesch-, Ienlsch- en Frechner Aardewerk,
BIERKRUIKEN en JACOBA JNLEGPOTTE~.
KOOPLIEDEN IN
?fj~Hrde& ~0,odcvts0 ~vtdnst~n •a ~cmat~o (U1nr.n
voo.r Glasblnzerjjen, Aa..rdewerk- en PanI!.ema.brika.nten.
Af b . 4
506
Azn., Delft 1849) (29).
Het is opval l end dat er veel pijpenmakers ziJn die naast pij-
pen, of in afwisseling met, ook aardewerk tentoonstell e n . De
firma J. Prince & Cie staat op de ene tentoonstelling met pij -
pen en op de andere met aardewerk. Door zowel pijpen als aar-
dewerk t~ produceren trachten de fabrikanten het bedrijf een
bredere en daardoor solidere basis te geven (afb. 3 en 4)
Voor zover bekend heeft de pijpenfabriek Trumm-Bergmans uit
Weert n i et met stenen pijpen, maar wel met ovenvloertegel s en
ovenstenen op de Internationale Bakk erij Tentoonstel l ing ge-
staan in 's-Hertogenbosch in 1909 (afb. 5).
Afb. 5
Op de Le ipziger Messe in 1925 stond Trurnm-Bergmans met bruyère
pijpen. Op een bewaard gebleven plattegrond is aangekrast waar
de stand van deze Weertse f irma heeft gestaan (31).
Soms werden behalve eigentijdse produkte n ook p ijpen van vroe-
ger tijd getoond. Op de tentoon stelling in Haarlem van 1825
laat P. Stomman behalve "diverse tabakspijpen" de evo lutie van
de Goudsche pijp zien. "Hij heeft er eene reeks stukken van
oude pijpen bij gevoegd~ om~ door eenen soort van volgorde~
den gang en de vorderingen der Goudsche fabrijk~ van der zel-
ver oorsprong af aan te t oonen" ( 2 1).
Medailles
De fabrikanten die zich ond erscheiden hadden in kwaliteit, o-
rig inaliteit of vernieuwing kwamen in aanmerking voor medail-
l es of andere onderscheidingen. Ook de uitvoering van de s tand
507
en de uitstalling van de produkten speelden mee b i j de beoor-
del ing door de jury.
De hoogste ond erscheid ingen waren meda i lles, uitgevoerd in
goud, zilver en brons. Lagere beloningen die werden uitgereikt
waren verdienste-penningen, eervolle vermeldingen en dergelij-
ke.
De uit reiking van de medailles was meestal een bijzonder fees-
tel i jke gebeurtenis, waarbij zelfs leden van het koni nklijk
huis aanwezig waren. De kranten besteedden uitvoerig aandacht
aan de tentoonstellingen en de inhuldigingen . Dat aan twee
pijpenfabrikanten op de wereldtentoonstelling te Parijs een
beloning ten deel was gevallen, was in ieder geval zo bijzon~
der, dat het Statistisch Jaarboek over 1855 er melding van
maakte (37).
Het aandeel van de deelnemers dat een medaille of ander eerbe-
wijs ontving was overigens relatief groot . In 1868 zouden er
in Arnhem op de 1178 inzendingen 242 onderscheidingen zijn
uitgereikt (29).
Omdat de behaalde beloningen als bewijs gold en voor goede kwa-
liteit, drukten de fabrikanten de afbeel dingen van de medail-
les vaak op hun reclamedrukwerk af, zoal s catalogi, adverten-
~
TM
Afb. 6
508
The Royal Dutch Clay Pipe
TELEFOON N°J02.
BOUGHT OF
H. CULLABINE.,
Clive House,Southla
~ --···
Manufactory. - Gouda, Holland.
MANUFACTURERS AGENT FOR THE
ÜNITED KINGDOM.
ands Road, YORK._ . · · -·--·- ....... -191
ties, briefhoofden, visitekaartjes en verpakkingen (afb. 6~7).
In plaats van afbeeldingen werden ook wel alleen de namen van
de tentoonstellingen met plaats en jaartal op dergelijk druk-
werk vermeld.
Het meest succesvol in het behalen van medailles is de firma
Goedewaagen geweest. Op catalogus en briefhoofd staan afbeel-
dingen van tenminste elf medailles. Ook met deelname staat de-
ze firma aan de top, met zeker vijftien tentoonstellingen.
Andere firma's die regelmatig deelnemen, zijn Jan Prince & Cie
en P.J. van der Want. Van de laatste fabrikant zijn geen cata-
logi of briefhoofden bekend, waaruit de deelname aan tentoon-
stellingen blijkt. De eerstgenoemde firma Jan Prince & Cie
heeft in zijn catalogus echter wel onderscheidingen van vijf
tentoonstellingen afgebeeld (8). Dezelfde vijf zijn ook ge-
noemd in een advertentie van Prince & Cie: het zijn Haar l em
1861, Amsterdam 1866?, Dublin 1865, Melbourne 1880 en Sydney
1879. In de advertent ie zijn onder het kopje GOUDA'S AARDEWERK
nog zeven andere tentoonstellingen genoemd (afb. 4) (28).
Firmant van de firma Jan Prince & Cie was C.J . C. Prince, waar-
schijnlijk behorend tot de betere stand in Gouda, want bij
zijn overlijden wordt er in Amsterdam een speciale veiling van
zijn nalatenschap gehouden. Hieronder bevinden zich ook me-
dailles van tentoonstellingen, echter niet één van bovenge-
noemde maar wel die van Brussel in 1841 en Londen in 1851 (3;.
Aan het begin van de twintigste eeuw, toen het belang van der-
gelijke beloningen afgenomen was, verdwenen ook de medailles
van het reclamedrukwerk. In de advertentie van Goedewaagen in
de catalogus van de Goudsche tentoonstelling in 1913 zijn bij-
voorbeeld geen medailles opgenomen (6).
Lijst van Nederlandse pijpenmakers op -tentoonstellingen
WERELDTENTOONSTELLINGEN
PARIJS 1855
P. Goedewaagen (Gouda); bronzen medaille 2e klas (10,14,17,
26)
P. J . van der Want (Gouda); br-onzen medaille 2e klas(I0,14,
26)
1 onbekende Nederlandse pijpenmaker (10,24)
LONDEN 1862
Prince & Co (Gouda); o.a. verglaasde tabakspijpen (23)
DUBLIN 1865
Jan Prince & Cie (Gouda); pijpen (28)
PARIJS 1867 Exposition Universelle
P. van der Want Azn. (Gouda) (32)
510
P. J, van der Want Azn. (Gouda) (32)
Onbekende pijpenmaker (32)
WENEN 1873
P. Goedewaagen (Gouda); meer dan 200 soorten p1Jpen (muster
pfeifen, auch glasirte pfeifen); Anerkennungs- Diplom ( 17,
22,26)
PHILADELPHIA 1876 International Exhibition
P. Goedewaagen (Gouda); aarden tabakspijpen (chemical
stoneware and stoves) ( 15,17 , 26)
PARIJS 1878 Exposition Universelle Interna t ionale
P. Goedewaagen (Gouda); pi pes en terre ; medaille de bronze
( 11, 26)
SYDNEY 1879
Jan Prince & Cie (Gouda); pijpen; first degree of merit
(16,28)
MELBOURNE 1880
Jan Prince & Cie (Gouda); pijpen; 2e klasse van verd i enste
( 1, 28)
AMSTERDAM 1883 Interna t ionale Koloniale en Uitvoer-
handel Tentoonstelling
P. Goedewaagen (Gouda); gouden medaille (26)
Jan Pr i nce & Cie (Gouda); Gouda's aardewerk; gouden medail-
le? (28)
ANTWERPEN 1885 l'Exposition Universelle et Interna-
tionale d ' Anvers
P. Goedewaagen (Gouda); gouden medaille (26)
ALGEMENE NATIONALE TENTOONSTELLINGEN IN NEDERLAND
UTRECHT 1808 Opeqbare Tentoonste lling van de Voort-
brengselen van Volksvlijt
H. & A. Herbus (Gouda); eenige monsters tabakspijpen; aan-
hal ing (19,29,35)
P . Stomman (Gouda); onderscheidene soorten van t abakspi j pen
(19,29,35)
HAARLEM 1825 Tentoonstelling van Nationale Nijver-
heid
C. Prince (Gouda); groot aant a l tabakspijpen van ver schil-
lend f ormaat (de grootste 37 de kleinste 2 1 dui m) sommige
glad, andere gegraveerd met voorstellingen als koopvaart en
zeehandel, huwe l ijkstrouw of het devies de vriendschap;
meest eervol le melding (14,20,21,29)
P. Stomman (Gouda); diverse tabakspijpen; bronzen medaille
(14,20,21,29)
BRUSSEL 1830 Tentoons t elling van Nationale Ni j ver-
heid
511
Adciaan van der Want Gzn. (Gouda); 4 gros pijpen (9,29)
DELFT 1849 National e Nijverheids Tentoonstelling
P.J. van der Want Azn. (Gouda); aller l ei soorten pijpen zo-
als konings-, vred ebest- of fortuinpijpen (29)
HAARLEM 1861 Algemeene Nationale Tentoonstelling
F. S. Sparnaay (Gouda); o.a. bloemvazen, chocoladeketels en
t heestoofjes (29)
J. van Baalen (Gouda); 40 verschillende Goudse pijpen (29)
H. van der Pool (Gouda); diverse Goudse pijpen (29)
P.J. van der Want Az. (Gouda); verschillende soorten Goudse
pijpen; eervolle vermel ding (2,29)
Jan Prince & Cie (Gouda); verschillende Goudse tabaks- en
sigarepijpen en Gouds aardewerk; 2e medail l e (2,29)
AMSTERDAM 1866 Algemeene Tentoonstelling van Neder-
land sche Nijverheid en Kunst
J. Prince & Co (Gouda); Goudse tabaks- en sigarepij pen (29)
P . J. van dei: Want (Gouda); 130 verschillende Goudse tabaks-
en sigarepijpen (29)
ARNHEM 1868 Tentoonstelling van Nederlandsche Nij-
verheid en Kunst
P. van der Want Gzn. (Gouda); allerlei pijpen (29)
P. J. van der Want (Gouda); 150 verschillende pijpen (29)
ARNHEM 1879 Tentoonstelling van Nederlandsche en
Koloniale Nijverheid
P. Goedewaagen (Gouda); pijpen; verdienste penning(S,26,29)
OVERIGE TENTOONSTELLINGEN
AMSTERDAM 1880
Jan Prince & Cie (Gouda); Gouda' s aardewerk (28)
APPINGEDAM, ARNHEM, GRONINGEN, VEENDAM en ZEI ST voor 1889
Jan Prince & Cie (Gouda); Gouda's aardewerk (28)
BATAVIA 1893 Tentoonstelling van Landbouw, Nijver-
heid en Veeteelt
P. Goedewaagen (Gouda); verdienste penning (26)
's-GRAVENHAGE 1898 Nationale Tentoonstelling van Vrouwen-
arbei d
Firma Goedewaagen & Co (Gouda) (36)
AMSTERDAM 1909 Middenstandstentoonstelling
P. Goedewaagen & Zoon, pijpen- en aardewerkfabrikanten
(Gouda); gouden medaille ( 18)
's-HERTOGENBOSCH 1909 Internationale Bakkerij Tentoonstel-
ling
Trumm-Bergmans (Weert); waarschijnlijk ovenvloertegels en
ovenstenen; hoogste onderscheiding (30,31)
512
GRONINGEN 1903 Tentoonstel l i ng van Nijverheid en
Kunst- Industr ie
P. Goed-ewaagen (Gouda) ; verdienste penning (26)
AMSTERDAM 1903
P. Goedewaagen (Gouda); (7)
GOUDA 1911 Tentoonstelling van-aardewerk en
Go ud sche pij pen
P. Goedewaagen & Zn (Gouda); Goudsche pijpen en aardewerk
P. van der Want Gzn . (Gouda); Pij pen
Van der Wan t & Barr as , Eer ste Ned. geëmailleerde-pij pen-
fabr iek (Gouda)
Corn. Jouker Zoon (Gouda) Goudsch aardewerk , bloempotten
G. Prince & Zonen (Gouda) Grof aardewerk en bloempo t ten
(allen: 12)
GOUDA 1913 Tentoonstelling Handel, Industrie en
Kunst Gouda
P . Goedewaage n (Gouda) (6,26)
Corn . Jonker Zoon (Gouda ) (6,26)
G. Prince & Zonen (Gouda) (6 , 26)
AMSTERDAM 1923 of 1924 TABA Groote Internationale
Tentoonstelling voor de tabaks-, siga-
ren-, sigarettenindustrie en aanver-
wanten
Goedewaagen Koninkli j ke Hollandsche Pijpen en Aardewerk-
fabriek (Gouda) (13)
LEIPZIG 1925 Leipziger Messe und Ausstellung
Trumm-Bergmans (Weert) ; bruyère pijpe n (31)
BRONNEN
Algemeen Verslag van de Internationale Tentoonstelling te
Me l bourne 1880- 1881.
2 Algemeene Nationale Tentoonste ll i ng Haar lem 1861. Verslag
uitgebragt door de Jury van beoordeling. Haarlem
3 Belangrijke kuns t veiling bij H.G. Bom. Collectie van C.J.C.
Prince te Gouda en verschillende andere nalatenschappen
14 Juni 1898 . Amsterdam, 1898 .
4 Catalogus aanwijzende de namen en woonplaatsen van de fa-
brikanten van het Koninkrijk, met eene korte opgave der
voortbrengselen hunner nijverhe id. Gent, 1820 .
5 Catalogus der Nationa le ten toonstell i ng van Neder landsche
en Kolon i ale Nijverheid t e Arnhem 1879. Arnhem.
6 Catalogus der Tentoonstelling van Handel , Industrie en
Kunst te Gouda van 27 Augustus tot 20 September 1913. Go uda.
7 Catalogus Goedewaagen No. 6.
8 Catalogus Jan Prince & Cie, pijpenfabrikan ten GOUDA (Hol-
land) No. 4 .
9 Exposition génér al e des produits de l' industrie national e à
Bruxe l les , j uille t 1830 . Admis à l a troisième expos1t 1on
générale à Bruxell es au mois de juillet 1830 . Bruxelles 1830 .
5 13
10 Exposition Universelle de 1855 . Tome 2. Rapports du Jury
Mixte International. Paris.
11 Exposition Universelle Internationale de 1878 à Paris. Ca-
talogue Officiel, Tome V.
12 Goudsche Courant SOe jrg . 4 en 5 april, 7 april, 11 april,
18 april 1911. Go udsche Nationale Tentoonstelling van Aar-
clewerk.
13 Groote Internationale Tentoonstelling voor de tabaks- , si-
garen- en sigarettenindustrie en aanverwanten te houden van
15 Mei tot I Juni 1925 in het Pa l eis voor Volksvlijt te
Amsterdam.
14 Lijst der ten t oons te llers van voortbrengselen der nationale
nij verheid te Haarlem aan welke eerepenningen ... zijn toe-
gewezen en op den ] Oden Augustus 1825 aldaar uitgereikt.
IS Official Catalogue International Exhibi t ion 1876. Philadel-
phia, 1876.
16 Offici a l Record of the Sydney international exhibition
1879 . Syd ney, 1881.
17 Officieële Catalogus afdeeling Neder land der Internationale
Tentoonst elling ... te Philadelphia 1876. Amsterdam.
18 Offici eële Cata l ogus van de Middenstandstentoonstelling
1909 gehouden van 15 Juni - l Augus t us in het Pa leis voor
Volksvlijt t e Ams t erdam.
19 Rapport aan zi j ne maj esteit den Koning van Holland. 1808.
Tento~nstelling van de voortbrengselen der volksvlijt en
toewijzing d er eerprijzen. 1808
20 Rapport de la commission superieure sur les produits de 1'
industrie nationale exposés à Harlem dans les mois de j uil-
let et àoût 1825 . La Haye .
21 Rapport der hoofdcommissie ter beoordeling der voorwerpen
van nationale nijverheid ten toon gesteld te Haarlem in de
maanden J uly en Augus t us 1825. 's Gr avenhage 1825.
22 Verslag aan zijne exce l lent ie den minis ter van binnenland-
sche zaken omtrent de wereld-tentoonstelling gehouden te
Weenen van 1 Mei tot 2 November 1873 . Leiden,1874 .
23 Vers l ag der wereldtentoonstelling te London in 1862.
J .W. del'Campo . 's Gravenhage 1864 .
24 E. H. von Baumhauer, 1857. Officiële lijst der bekroonin-
gen , t oegekend aan de Nederlandsche inzenders en werklie-
den, door de int e r nationale jury bi j de Parijsche Wereld-
t entoons t elli ng. Haarlem.
25 D.H. Duco, 1980 . De techniek van het pijpmaker sbedrij f te
Gouda . I n: The archaeology o f t he clay tobacco pipe IV (Pe-
ter Davey ed.) BAR ·S92, · 11 5-1 78.
26 D. H. Duco, 1982. Tentoonstellingsonderscheidingen nader be-
keken. Pijpelijntjes 8(2) , 1-1 0 .
27 D.11. Duco, 1992. ' De tabakspijp als Oranje propaganda. Pij-
penkabinet, Le i den .
28 L. van Duuren, 1987 . Arbeidsomstandigheden i n de pijpenfa-
brieken te Gouda. PKN 10 (37) , 5- 10.
29 Titus M. Eliëns, 1990. Kunst Nijverhei d Kunstnijverheid ,
Nederlandse nijverheidstentoonstellingen in de negentiende
eeuw . Zutphen.
30 J.P.A.M. Engelen , -1985. Afstammelingen van Westerwaldse
pijpmakers in d e ·beide Lirnburgen en pijpenfabriek Trwnm-
514
Bergmans te Weert. Pijpel ogische Kring Nederland.
31 Correspondentie J.P.A.M. Engelen, 1992.
32 J. Fraikin, 198 1. Pipe makers in Wallonia. BAR Internatio-
nal Series 106(i), 3-82.
33 J . Fraikin, 198 1. Pipiers de Belgique. Liège.
34 A. Lowijck, 1963. Poperinge - pijpenbakker. Ons Heem 17(5).
35 S. Sarphati, 1862. Geschiedenis der tentoonstellingen van
volksvlijt in Nederland. Amsterdam.
36 M. Sparnaay, 1898.Souvenir aan de Nationale Tentoonstelling
van Vrouwenarbeid. Leiden.
37 Statistisch jaarboek(j e) voor het Koninkrijk der Nederlan-
den, jaargang 1857. Departement van Binnenlandsche Zaken.
NOTEN
(Tentoongestelde produkten) In sommige gevallen werden ook
ter plekke aan de bezoekers pijpen verkocht.
2 (Tentoongestelde produkten) Volgens het orderboek van
Trumm- Bergmans is er een zending pijpen geleverd voor een
verkoopstand in Br ockhausen. Tevens is er een levering ge-
weest van een monstercollectie aan P.J . van der Want Gouda
Keizerstraat 10/2 voor de jaarbeurs. Of deze aantekeningen
ook deelname van Trumm- Bergmans aan een tentoonstelling be-
tekende, is niet bekend.
3 (Alg. Nationale TentoonsteZZingen Brussel 1830) Waarschijn-
lijk geen medailles uitgereikt.
4 (Alg. Nationale Tentoonstellingen Delft 1849) Geen medail-
les uitgereikt.
5 (Middenstandstentoonstelling Amsterdam 1909) Gouden medail-
le op een plakzegel vermeld (Corr. F. Tymstra) .
6 (TABA Amsterdam 1923 of 1924) In de catalogus is een foto
van de stand opgenomen.
7 ('1.'entoonstelling Batavia 1893) Op de penni ng staat 1893,
echter op briefhoofd en catalogus 1898 (26).
AFBEELDINGEN
1 Pijp van C. Crop met tentoonstellingsgebouw, Londen 1862
2 'De tentoonstelling werd gebouwd door G. van Middelkoop'
3 Foto, Catalogus No . 6 van Goedewaagen
4 Reclame Jan Prince & Cie
5 Briefhoofd Trumrn- Bergmans
6 Cliché f a. P. Goedewaagen (Helbers en Goedewaagen, blz. 156)
7 Briefhoofd Goedewaagen (Duco)
Oproep
Het ligt in de bedoeling ook deelname van pijpenmakers uit
België, Frankrijk, Duitsland, Engel and en andere landen te in-
ventariseren. Zowel gegevens hierover als aanvullingen op de
hier gepubliceerde lijst zijn van harte welkom bij de auteur.
Lodewijk van Duur en
515
IN UTRECHT WORDEN WEER PIJPEN GEMAAKT
door Piet Smiesing
Inleiding
Na ruim 170 Jaar worden er in Utrecht weer tabakspijpen uit
witbakkende klei gemaakt. De 331 jaar oude Faience en Tegelfa-
briek WESTRAVEN nam enige jaren geleden de pijpenproduktie o-
ver van de Goudse aardewerk- en pijpennabriek ZENITH.
Nog in 1974 meldden de kranten het trotse 225- jarige jubileum
van dit Goudse bedrijf. Toen werkten er nog 80 werknemers aan
de produktie, die voor 90% uit aardewerk bestond. De rest van
de omzet werd ingenomen door de Goudse 'stenen' pijp, waarmee
Pieter van der Want in 1749 het bedrijf begon. Ter gelegenheid
van deze feestelijke gebeurtenis maakte de pijpenmaker Steven
van Loon een fraaie 'handgekaste' jubileumspijp van 17e-eeuws
model, met op de steel de tekst : 1749 ZENITH-GOUDA 1974.
Op 17 augustus 1980 legde een felle uitslaande brand echter de
bovenverdieping van de fabriek in de as. Hierbij ging o.a. de
hele voorraad tabakspotten met het merk 'AMPHORA' verloren . De
brand deed blijkbaar de pijpenproduktie stagneren, want in
1981 bracht de firma een serie korte pijpjes op de markt die
ze betrok van de fabriek JOHN POLLOCK & CO uit Manchester. De-
ze pijpjes, keurig voorzien van de wikkel van de fa. Zenith,
onderscheiden zich vooral door het glanzende mondstuk. Deze
behandeling van de mondstukken tegen het vastplakken van de
lippen, werd in de eigen fabriek niet toegepast.
Waarschijnlijk is het bedrijf de gevolgen van de brand niet
meer te boven gekomen . In de zomer van 1984 stopte de produk-
tie en werd het faillissement aangevraagd. Op 14 oktober 1984
kondigde het dag~lad I De Telegraaf' aan, dat Aart van der
Want, zoon van Otto en neef van Dirk van der Want, het maken
van pijpen onder de naam ZENITH zal voortzetten. In Waddinx-
veen startte hij de produktie van 'de keramische pijp', een
gegoten dubbelwandige kop met een koelruimte. Hij bracht bo-
vendien een gegoten versie van de 'lakpunt' op de markt. In
Zenith-doos met fraaie opdruk vond de pijp haar weg naar sou-
venirwinkel en studentensoos.
In september 1985 liet een andere neef, Adrianus genaamo, zich
bij de Kamer van Koophandel onder de firmanaam GOUDA TOBACCO
PIPES inschrijven als fabrikant van stenen pijpen. Met zijn
GTP-pijp, · een pijp ~et een gegoten dubbelwandige kop gehuld in
gitzwárte ·glazuur, ·hoopte hij de echte pijprokers te bereiken.
Met de ·vestiging van zijn bedrijfje in de Goudse Vissteeg
bracht hij het p:Î.jpenmakersgeslacht Van der Want (de achtste
516
Afb. 1 ab
cd
~
~
517
Afb. 1
ef
gh
518
generatie) weer terug in Gouda.
Zijn neef, die de naam en de rechten van de Zenith uit het
faillissement had opgekocht, gaf later de pijp aan Maarten en
vertrok naar Amerika. De beroemde Delftse aardewerkfabriek
DE PORCELEIJNE FLES, die in 1962 WESTRAVEN al had overgenomen,
werd eigenaar van de rechten en de naam van de pijpenfabriek
ZENITH. De produktie van pijpen werd ondergebracht in het oude
Utrechtse bedrijf WESTRAVEN, nu gevestigd in Overvecht, enkele
kilometers van Lauwerecht waar eens de Utrechtse pijpenindus-
trie bloeide. Met de overname van de twee ervaren pijpenmaak-
sters van Zenith verzekerde het bedrijf zich van de nodige
vakkennis voor de pijpenproduktie.
Het assortiment
Het assortiment wordt in e_en twee pagina's tellende catalogus
gepresenteerd (Afb. 1). Deze toont maar liefst 55 verschillen-
de gekleurde afbeeldingen van pijpen. Het type Old Mokwn is in
8 modellen verkrijgbaar, terwijl Facet in 6 modellen leverbaar
is. Ook de typen Delftsblauw" Holland., .de Magie-serie" Lady's
pipes" New-Wanta en de Mystery-pipes zijn i n meer dan een mo-
del verkrijgbaar. Bovendien worden afzonderlijke modellen in
verschillende uitvoeringen uitgebracht, waarvan Fitness" Sher-
lock en Manhattan enige voorbeelden zijn.
De modellen Calabash" Octo en Kabul van de serie Mystery-pipes
zijn in wit glazuur uitgevoerd waaronder fraaie doorrokers-
pl aatjes schuilgaan zoals: Sherlock Holrnes, Dracula en de
Vliegende Ho l lander. Hieruit blijkt dat ook dubbelwandige pij-
pen doorgerookt kunnen worden. De 'maatpij p', de ' l akpunt',
het 'shagpijpje' en een doorroker zijn enkelwandige pijpen,
waarvan de eerste drie ongeglazuurd geleverd worden. Alle an-
dere in de catalogus afgebeelde pijpen zijn dubbelwandig.
De 'lakpunt' is een lange, uit één stuk gegoten pijp met een
leng.te van 42 cm. Een bijzondere variant, die niet in de cata-
logus staat vermeld, is een geglazuurde l akpunt met delfts-
blauwe motieven. Er is keus uit vier verschillende uitvoerin-
l
Afb. 2
5 19
gen: dr i e me t molenlandschappen en een landschap met een vuur-
toren. Alle versies hebben op de helft van de steel een bloem-
motief met de naam ZENITH. De ongeglazuurde lakpunt heeft de
bekende wikkel met de firmanaam rond de steel .
Aan het assor timent is een uit één s tuk vervaard igd piJ pJe
toegevoegd, Piccolo genaamd (Afb. 2) . Het is een klein schuit-
vormig dubbelwandig model met een 'ingebouwde' kopholte . Als
versiering is over de gehele lengte een brede zwartgr ij ze bies
aangebracht .
Het fabricageproce s
Op 12 januari jl., bijna twintig jaar na miJn bezoek aan de
pijpenfabriek in Gouda, bezocht ik opnieuw de pijpenafdeling
van de fa. ZENITH, maar nu op enkele steenworpen afstand van
mijn huis in Utr.echt . In een gezellige rondleiding maakte ik
kennis met alle facetten van de huidige pijpenfabricage .
Hoewel het maken van pij pen niet meer op de tr ad itione le ma-
nier gebeurt, is de produktie van gegoten pijpen toch puur
handwerk. In houten stel lingen liggen honderden gipsen mallen
voor het gieten van de diverse mod el len keurig opgestapeld.
Het fabricageproces, waar aan al enige voortreffelijke artike-
len zijn gewijd (zie literatuurlijst) , is eenvoudi g . De klei
wordt met water, waterglas en sod a vermengd t ot een gie t bare
massa. Via een dikke slang wordt de bruin-grijze vloeibare
klei - onder druk - uit een grote container naar de werktafel
met mallen gevoerd. Aan het uiteinde van de slang bevindt zich
een mondstuk met een handel, waarmee de juiste hoeveelheid ge-
doseerd kan worden. De mallen waarvan de twee vor mhelften met
door elas tiek bijeen worden gehouden, worden door de opening
boveni n gevul d . Als het gips voldoende water uit de klei hee ft
geabsorbeerd en de wand van de pijpekop is gevormd, wordt de
overtollige klei uit de mal gegoten. Nadat d e pij pekoppen
voor zichtig zijn gelost, worden de nad en met een sponsje glad
gestreken .
Het gieten van de l ange , rechte maatpiJp mag een wonder worden
genoemd. De uit twee delen bestaande mal wor dt via een wigvor-
mige opening gevuld . Een gipsen stopper vor mt de kopholte,
terwij l een lange koperdraad het rookkanaal in de steel vrij
houd t (Afb . 3). Om het kromtr ekken van de stelen tijdens het
drogen te voorkomen, drogen maatpijpen op speciale planken .
Het resultaat is een stevige, uit één stuk gegoten pijp van 58
centimeter l ang!
Op planken in stel lingen liggen hond erden pijpekoppen te dro-
gen. Andere zijn al gebakken en geglazuurd en staan omgekeerd
op steuntjes van klei, d e zg . 'mannet j es '. Oude houten bakken,
52.0
Afb . .3
llfb. 4
5 21
Af b . 5
522
voorzien van een gebogen zinken plaat met smalle gootjes, zor-
gen ervoor dat de 'lakpunt' tijdens het drogen een gebogen
steel krijgt (Afb. 4). Na 24 uur zijn de pijpen droog en kun-
nen gebakken worden.
De pijpen worden bij een temperatuur van 1O8QOC gebakken en
geglazuurd.. Op · afb. 5 is te zien, dat de elektrische oven zo-
wel rauwe als geglazuurde pijpen bevat. Het glazuren gebeurt
dus bij dezelfde temperatuur als het bakken! Wanneer op het
laagje glazuur met e_en transfer versieringen worden _aange-
bracht, gaat de pijp nog een keer de oven in. · ··
Het aanbrengen van het glazuur gaat overigens vrij primitief.
De pijpekop wordt op een staafje geschoven en boven de ennner
met glazuur gehouden. Dan wordt . de kop met een opscheplepel
voor soep met glazuur overgoten. Het overtollige glazuur
vloeit weer terug in de emmer en de kop wordt omgekeerd op een
'mannetje' gezet. Het glazuur wordt niet in het bedrijf zelf
gemaakt, maar komt van het moederbedrijf DE PORCELEYNE FLES.
In houten stellingen liggen honderden bruine, met gemonteerde
pijpen gevulde dozen op verzending te wachten (Afb. 6). De op-
druk ZENITH A0 1794 wijst de klant op de eeuwenlange ervaring
van het bedrijf. Op een tafel achter in de pijpenmakerij staat
een pijpenstandaard met handgekaste lakpunten. Deze pijpen
zijn nog een erfenis uit Gouda en wer den gemaakt door Steven
van Loon. De gegoten lakpunt kan de vergelijking met glans
doorstaan. De gracieuze gegoten lak.punt wordt net als zijn
voorganger in de bekende langwerpige witte doos verpakt . De
opdruk op de doos is nagenoeg ongewijzigd gebleven: alleen de
naam P.J. van der Want Azn. is verdwenen. De toevoeging West-
raven/Zenith in Utrecht toont aan, dat de pijpenmakerij in
Utrecht weer leeft!
Literatuur
Goudse Courant, 06-04-1974, Oudste pijpenfabriek ter wereld
heeft jongste pijpenmaker.
Utrechts Nieuwsblad, 06- 04-1974, In Gouda worden nog steeds
pijpen met de hand gemaakt.
- D.E.Melange, nr. Il, 20- 11 - 1980, Arrrphora pronkstuk.
PKN, IV nr. 14, sept. 1981, p. 25, mededelingen
De Telegraaf, 24-10-1984, Oudste pijpenfabriek ter wereld
nieuw leven ingeblazen.
D'e Volkskrant, 28-06-1986, Even voor de spiegel een pijpje
passen.
- N.R.C./Handelsblad, 06-09-1986, De achtste generatie Van
523
der Want probeert het eens op een andere manier. Stenen
Goudse pijp in een nieUlJ) jasje.
- Algemeen Dagb l ad , 25-08-1988 , Nieuw leven voor de oude
Goudse pijp.
- Utrechts Ni euwsblad, 01-12-1992, Tegelaars Westraven werken
nog met penseel en houtskool.
Artikelen over gegoten pijpen:
- P. Terstraeten, Nieuwsblad voor de pijproker, s ept . 1969 ,
De man en zijn pijp VIII: Het geheim van de doorroker.
- F.F.Kompier, Monografie over pijpen nr . 5, Doorrokers. Uit-
gave ICON 1976.
- D.H. Duco, Jaarverslag pijpenkámer ICON 1977, p .1 1- 32.
- F. Tymstra, PKN I X, nr . 33, 1986, p. 12-23 : Bordollopijpen
uit Grünstadt.
- F. Tymstra, PKN XIV , nr. 56, 1992, p.374- 383 : De dubbelwan-
dig gegoten pijp.
Noot bij afbeelding 1:
a Old Mokum
b Facet
c Delfts blauw, Holland en Kerstpijp (elk jaar ander beeld)
d Magie
e Fitness, Calabash en Lights
f Saxofone, Amsterdam, Manhattan, Doorrokers
g Lady ' s pipes
h Gouda classic en New-Wanta
~ Mystery- pipes: Calabash(Sherlock Holmes) ,KabuZ(VZiegende
HoZZander),Octo(DracuZa).
Afb. 1 ~
524
16e JAARGANG NR. 62 OKTOBER, 1993
INHOUD 525
LITERATUUR 525
VERZAMELAARS JAARBEURS 525
526
GERARD PRUNGNAUD: PIJPENMAKER EN KUNSTENAAR 534
EEN OPMERKELIJKE SLOOTVULLING
1860-1870 EEN BOEIEND DECENNIUM 538
545
DE ZOUAVENOORLOC
EEN DUBBELMERK VAN JOSEPH PEEKS
LITERATUUR
- A. Carmiggelt en G. van den Eynde. Een 17e-eeuwse tabaks-
pijpenoven in Breda. Archeologisch en Bouwhistorisch onder-
zoek in Breda I, ISBN 90-801538, 1993, prijs !17,50.
Bestellen: Bank Nederlandse Gemeenten Den Haag (gironr. 1081)
rek. nr. 285023713 t.n.v. dienst Welzijn, Breda, onder ver-
melding van 'Pij penboek' . ·
- Schans op de Grens. Bourtanger bodemvondsten 1580-1850.
Stichting Vesting Bourtange, Sellingen, ISBN 90-9006225-4,
1993. Bijdragen van: D.H. Duco, Kleipijpen en G.A. Brengers,
Tabaks- en snuifdozen.
VERZAMELAARSJAARBEURS
Traditiegetrouw is er in november (13 en 14) weer een
verzamelaarsjaarbeurs in de Jaarbeurshallen te Utrecht.
De beurs is open van 10.00-17.00 uur.
Reductiebonnen zijn te verkrijgen via tel. 030-955560.
TOT ZIENS OP DE BEURS'.
525
GERARD PRUNGNAUD : PIJPENMAKER EN KUNSTENAAR
door Ruud Stam
Toen ik in 1990 enige regels over de piJpen van Prungnaud
schreef , had ik alle informatie over hem nog uit de tweede
hand. Deze zomer heb ik Prungnaud opgezocht in Saint-Quentin-
la-Poterie nabij Avignon . Zijn werk heeft op mij veel indruk
gemaakt. Ik wil dan ook iets meer vertellen over deze kwali-
teitspijpenmaker en zijn eigenaardige werkwijze.
Gérar d Prungnaud is op 2-4-1955 in Cluny 71250 geboren . Hij i s
auLodidact en werkt sinds 1975 achtereenvolgens in : ' La Chau-
me' Lournand 71250 Cluny; Rue de L' Eglise Neuve, 30160 Sauve ;
nu reeds meer dan een decennium in St . -Quentin-la-Poter ie,
eerst in de Rue Cantonat en nu in de Rue de la Fontaine .
Zijn jaarproduktie ligt thans tussen de 350 en 500 pijpen . Het
zijn echter wel uitzonderlijke pijpen. Prungnaud maakt drie
soorten: - de in een mal geperste pi jp .
- de in een mal geper ste pijp waarvan de deta i ls door
beeldhouwen worden aangebracht.
- de pijp waarvan slechts de bas i svorm in een mal
wordt gevormd en die verder geheel gebeeldhouwd is .
Poto van Gé-rarcl PY'ung1taud in zijn atelier>
526
Al le piJpen worden met staalwol of polijstpapier afgewerkt.
Per pijp kan de hoeveelheid werk oplopen tot circa 8 uur. Dat
is wel heel wat anders dan bij de massaal vervaardigde klei-
pijp zoals we die algemeen kennen. De prijzen variëren danook
van 150 tot 900 francs.
Mallen van metaal worden tegenwoordig niet meer gemaakt en
zouden bij zo'n kleine produktie veel te kostbaar zijn. Prung-
naud perst zijn pijpen in gipsen mallen. Het gips van de mal-
len die ik gezien heb, is fijn en verzeept. De mallen hebben
een zeer glad oppervlak. Het gaat hier dus om gekaste pijpen
en niet om gietpijpen. Prungnaud maakt zijn produktiemallen
zelf, evenals de tinnen modellen en de moedermallen die dienen
voor de vervaard iging van de produktiemallen.
Sinds 1987 kleurt hij bepaalde pijpen door deze te zwarten.
Delen die niet gezwart moeten worden, worden met speciaal pa-
pier afgedekt of met zout water geimpregneerd. Ook kunnen pij-
pen ingerookt worden geleverd.
Prungnaud bakt zijn pijpen (maximaal 20 per keer) in een klein
elektrisch oventje (17xl5x9 cm) dat hij van een tandarts heeft
overgenomen. Naast pijpen maakt Prungnaud op beperkte schaal
figuurtjes, doosjes van aardewerk en parfumverstuivers. Dit
alles zijn unica waar geen mal aan te pas komt.
Prungnaud is een perfectionist en een kunstenaar. Dit is zeer
duidelijk te zien aan zijn perfect afgewerkte pijpen, die bo-
vendien zeer smaakvol en eigentijds ontworpen zijn . Hij is
zo'n perfectionist, dat j e zelfs pijpen kunt krijgen met een
tabaksmelange, zodat de pijp lekker ruikt.
PY'ungnauds plaats in de Franse kleipijpenhistorie
Du idelijk is, dat zij n werk en zijn werkwijze niets van doen
hebben me t de pijpentraditie van St.-Quentin-la-Poterie, met
Job Clerc als de meest bekende representant. De meeste over-
eenkoms t is nog aanwezig met werk uit Bretagne. De f irma Tan-
neveau (ca. 1835/40-1885) bijvoorbeeld maakte pijpen, waarvan
de haren en de baard met een kam(?) werden bewerkt om deze
'echter' te maken. Ook zijn uit Bretagne 19e-eeuwse door kun-
stenaars gevormde pijpen bekend. De werkwijze waarbij met de
hand delen werden bijgewerkt of pijpen zelfs geheel werden
vormgegeven is dus wel uit Frankrijk bekend. Er is echter geen
d irecte relatie met dit werk uit de 19e eeuw. Daarenboven i s
de afwerking van de pijpen van Prungnaud onovertroffen.
Een pijp van deze kunstenaar-p ijpenmaker is danook een opval-
lend element in een pijpencol l ect i e. De afbeeldingen in zi jn
catalogus op de hier volgende bladzijden geven een goede in-
druk van zijn werk.
527
ÀO
5
8
Blad uit de catalogus van Gérard Prungnaud
528
Blad uit de catalogus van Gérard Pr'ungnaud
529
Blad uit de catalogus van Gérard Prungnaud
530
<ie
A~O
Blad uit de catalogus van Gérard Pru.ngnaud
531
Blad uit de catalogus van GéraPd "Prungnaud
532
LITERATUUR
- Raphaël, M. La pi pe en t erre~ son périp l e à travers i a
France. Editions Aztec, 1991.
- Stam, R.D., Drie hedendaagse pijpenmakers uit Frankri j k .
PKN XIII, nr. 49, pag. 210 en 211 (met foto van door Prung-
naud vervaardigde pijpen).
- Wolgensinger, J., Gérard Pr ungnaud. Profession: Pipier . La
Revue de la Céramique et du Verre, no. 44, 1989.
un;7naadyeiatd
PIPES u TERRE et
•utru •rticlcs...
du c:mlon;it; s1 l)lll"lllin la potcril·
30100 111.i•i;
fr•nce..,___-....,
Vignet Cat a logus Gérard Prungnaud
533
EEN OPMERKELIJKE SLOOTVULLING
door Jan van Oostveen
Inleiding
Eind maar t/b egin april 1991 was de derde opgraving van de Ver-
eniging Historisch Amstelveen (V.H.A.). In samenwerking met de
Archeologische Werkgemeenschap Nederland (A . W.N.) afdeling Am-
sterdam e.o. werd in de Dorpsstraat te Amstelveen gegraven. Op
een onbebouwd terrein gelegen naast het voormalige raadhuis
werd gezocht naar middeleeuwse bewoningssporen. Er was van de-
ze plek tot op dat moment geen oudere geschreven bron dan het
belastingcohier uit 1732 bekend. Toen stonden er op dit ter-
rein drie huizen (1).
Tijdens het onderzoek werden er verschillende sloten aange-
troffen. Een van deze sloten bevatte veel 18e-eeuws materiaal
zoals schoenen, een brilletje, aardewerk, glas, pijpekoppen
etc. Opvallend daarbij was, dat sommige hoog in de sloot aan-
getroffen fragmenten aardewerk van brandsporen voorzien waren
(2). Dit zou direct een indicatie voor de datering van de bo-
venlaag van de sloot kunnen inhouden. In 1792 woedde er in Am-
stelveen namelijk een grote brand. Deze was echter wel aan de
andere kant van de Dorpsstraat alwaar de opgraving plaatsvond.
Aangetroffen pijpenmateriaal
Van de 171 aangetroffen kleipijpen viel vooral de kwaliteit
op. Zo werden er 76 pijpen (44,4%) met een zijmerk en 17 ovo-
ide pijpen zonder bijmerk gevonden. Een ander opmerkelijk feit
was het grote aantal, 78 stuks, ongerookte exemplaren die alle
in de laatste 20 jaar van de 18e eeuw geplaatst kunnen worden.
Bij de gouwenaars kwam veelvuldig het merk de parel voor (11
stuks). Dit merk is zeker tot 1789 en mogelijk tot 1795 in
Gouda in gebruik geweest (3). Een geheel versierde pijp met
als afbeelding een fantasiewapen met daaronder de tekst C.D.
BRA MIGK is het meest fraaie exemplaar (4). Gelukkig bezit de-
ze kop een dusdanig lange steel, dat ook deze versiering be-
kend is. Vanaf de kop komt er eerst een schelpenmotief dat ge-
volgd wordt door een jachttafereel. In het boek van Krommen-
hoek (4) staat op pag. 182 een soortgelijke steel afgebeeld.
Als maker komt Jan de Jong uit Gouda in aanmerking (5).
Andere veel voorkomende pijpen zijn 29 koppen met een snoek en
drie golven eronder. Opvallend was dat mogelijk op één na (6)
alle ongerookte vispijpen aan dezelfde pijpenmaker, Wouter
Groenenberguit Gorinchem, kunnen worden toegewezen. Deze pij-
penmaker overleed voor 1784 (7).
534
Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3
Afb . 4 Afb. 5 --.. - - .. --.....
I _-········.......
J
I
Afb • .6 Afb. 7 Afb. 8
535
Het overgrote dee l, 17 stuks , van de vi sp ijpen hee ft a l s re-
lië fversiering van onder naar boven dri e golven gevolgd door
een snoek waarboven een kroon staat met daar boven de initialen
WGB . Acht exempl ar en hebben op de plaat s van de i nitialen WGB
de ini tialen HVDO welke van Hendrik van den Oever uit Schoon-
hoven zijn, staan. Deze pijpenmaker verkocht, gezien de vond-
sten ui t Gorinchem, regelmatig zij n mallen aan Gorinchemse
pij penmakers . Deze zet ten vervolgens hun e i gen i n itialen naast
die van de al aanwezige initialen HVDO in d e mal (7) . Zo is
het mogeli jk · ook met de in Amstelveen aangetr offen pij pekoppen
gebeurd. Naast de initialen HVDO hebben de vier pijpen l inks
van de kroon de letter Wen rechts van de kroon de letter G
staan . Op d e hie l van deze pijp staat de letter W (afb . 1) .
Een and er e tweemaal aan getroffen s noekpijp bez it de initial en
HVDO met op de hiel de letter W (afb . 2) . Deze pijp is moge-
lijk afkomsti g uit dezelfde mal als de pi jp van afb . 1. Dat de
produkten van Wouter Groenenberg aardig popul a ir waren in Am-
stelveen , blijkt uit de grote hoeveelheid vispijpen die aan
hem kunnen worden toegeschreven. Een andere pijp ook door hem
gemaakt is d e lobbenp ijp van afb . 3. Ook hier zijn de initia-
len WGB aangebracht.
Naast de zijmerkpijpen van Wouter Groenberg werden er 8 onge-
rookt e exempl ar en met een zevenpuntige roos en 16 exemplaren
met het zijmerk de gekroonde VD en 4 exemplaren met de gekr .
initialen KIP aangetro ff en . De andere zijmerkpij pen werden
slechts één keer gevonden. Daarbij was de pijp met het zijmerk
de truweel (afb . 4) , gezien zijn lage vondstfrequentie het op-
merkelijkst .
Van d e 8 rondbodemp ijpen werden 5 ongerookte exemplaren met
het merk de gekroonde VH aangetroffen (afb . 5) .
Bijzondere vondst
Nadere bestudering van de ovoÏde pijpen leverde e en bijzonder e
vondst op . Een van de pijpen had namelijk aan de r echterzijde
een onduidelijk bijmerk (,,c[b . 6 ) , dat zeker niet Gouds was .
Gez i en de overige vondsten ui t d e sloot moet deze pijp in de
2e h e l ft van de 18e eeuw geplaatst word en . Het bijmerk is dus - ·
danig knullig in de mal geslagen, dat he t vrijwel niet te her -
kennen is , indien de afbeelding onbekend is.
Gelukkigerwi js zijn er in het verleden twee pijpekoppen gevon-
den , we lke als bijmerk drie pos thoorns hadden. Deze posthoorns
val l en ook in het exemp l aar van afb. ? te herkennen . Deze pijp
heeft aan d e linkerzijde het bijmer k d e drie posthoorns en als
hielmerk de gekroonde AB. Di t exemplaar werd op de Handweg (8)
i n Amstelveen gevonden . De vond stlokat ie is op zo ' n 200 m van
536
de in de sloot aangetroffen piJp. Het derde exemplaar (afb. 8)
met de drie posthoorns aan de rechterzijde van de pij p heeft
als hie l merk AOH en werd in Uithoorn gevonden. Dit is op ca.
5 km afstand van de Amstelveense vond stlokaties. Opvallend is
dat het hielmerk van deze pijp niet in Gouda voorkomt. Mis-
schien zijn dit de initialen van de pijpenmaker.
Conclusie
De pijpen uit de sloot behoren over het algemeen tot het goed-
kopere soort. Gezien de mate van welstand die er in de tweede_
helft van de 18e eeuw in het dorp Amstelveen heerste, komt dit
zeer goed overeen. In plaats van de dure Gouwenaars werd er
hoofdzakelijk uit goedkope pijpen gerookt. Hierbij was de
vondst van een ovo'ide pijp met het bijmerk de drie post ho01•ns
zeer opvallend. Dit bijmerk is tot op heden slechts op drie
pijpen welke alle in Amstelland gevonden zijn, aangetroffen.
Al deze pijpen zijn in een andere vorm gemaakt en dragen ook
alle drie een ander hielmerk. Gezien het ontbreken van andere
vondsten met dit bijmerk uit Nederland (9) lijkt er in dit ge-
val sprake te zijn van een lokale pijpenmaker. Mogelijk heeft
deze in Amsterdam of in Amstelveen zijn bedrijfje gehad en
zijn de letters AOH de initialen van de maker.
NOTEN EN LITERATUUR
Groesbeek, J.W., Acht eeuwen Amstelveen, Haarlem, 1966.
pag. 108
2 Hoogers, P., Opgraving in Amstelveen, "Het Profiel" medede-
lingenblad van de AWN afdeling Amsterdam en omstreken, de-
cember 1991, pag. 3-4.
3 Duco, D.H., Merken van Goudse pijpenmakers, De Tijdstroom,
Lochem, 1982.
4 Een soortgelijke pijp staat afgebeeld in:
Krommenhoek, W., Vrij, A., Kleipijpen; Drie eeuwen Neder-
landse kleipijpen in foto's,Amstelveen,z.j. (1986), p. 264.
5 Laansma, S., Pijpmakers en pijpmerken 1724-1865, Arnhem,
1977.
6 De afwijkende vissepijp had de initialen LDIS en hieruit
was zeker gerookt.
7 Meulen, J. van der, e.a. , Tabaksnijverheid in Gorinchem,
Pijpelogische Kring Nederland, 1992.
8 De Randweg in Amstelveen is zo genoemd, omdat het de Hand
naar Leiden was, kortweg een van de verbindingsaders tussen
Amsterdam en Leiden.
9 Duuren, L. van, Stadswapens als bijmerk, Pijpelogische
Kring Nederland, lle jaargang, nr. 41, juni 1988, p. 16- 22.
537
1860- 1870 EEN BOEIEND DECENNIUM
DE ZOUAVENOORLOG
door Jos Engelen
Na het Congres van Wenen ontstonden
overal in Europa nationale bewegingen
en zo ook in Italië, dat reeds eeu-
wenlang een grote versnippering kende
in tal van kleine staatjes, waarvan
de Kerkelijki Staat er een was.
Dit eenheidsstreven werd in bel ang-
rijke mate belemmerd door de Paus.
Niet alleen vanwege het feit, dat de
Kerkelij ke staat (afb. 1) door zijn
territorium Noord- en Zuid-Italië
volledig van elkaar scheidde, maar ook omdat de Paus ziJn we-
reldlijke macht niet zomaar wenste op te geven. Pius IX, in
1846 tot Paus gekozen, ging aanvankelijk mee op een vriJzinni-
ge weg, maar trok deze constitutione l e neigingen in 1849 voor-
goed in, nadat Rome met behul p van de Fransen op het nippertje
bevrijd was van Garibaldi en zijn 'Roodhemden'.
De nationalisten vestigden hun hoop hoe langer hoe meer op
Vict or Emmanuel II (1849-1878), die met een constitutioneel
bestuur, vooral door zijn eerste minister Cavour, het konink-
rijk Sardinië zowel pol i tiek als sociaal- econmisch nieuwe im-
pul sen gaf, o.a. door een aantal antiklerikale maatregel en.
Om bondgenoten te krijgen onder de Westeuropese mogendheden
liet Cavour Sardinië deelnemen aan de Krim- oorlog. Daardoor
kon hij in 1856 op het vredescongres te Parijs de Italiaanse
kwestie ter sprake brengen. Hi j bewoog Napoleon III op de ge-
heime bijeenkomst te Plombières (1858) tot hulpver l ening tegen
Oostenrijk, waardoor hij i n 1859 Lombardije verwierf. Door di-
plomatiek handig manoeuvreren wist hij in 1860 een gedeel te
van midden-Italië, Napel s en Sicilië te verwerven.
Napoleon 111 die de steun van de katholieken in zijn land niet
wilde missen, knoopte in het geheim onderhandelingen aan met
Oostenrijk, waardoor hij opnieuw tegenstander van Cavour en
bondgenoot van de Paus werd.
Toen Gar ibaldi in 1860 met zijn volgelingen ('tocht der 1000')
op Sicilië landde, overstak naar Calabrië en Napels binnen-
tro.k, werd de dreiging voor Pius IX en zijn Kerkelijke Staat
immens groot. Garibaldi streefde immers d e stichting van de I-
tal iaanse republiek na met steun van Victor Emmanuel, hoewel
dit niet gelukte, daar Italië een koninkrijk werd. Maar zijn
t weede doelstelling was de verovering van Rome, vernietiging
538
van alle kleiikale instellingen en inlijving van de Kerkelijke
Staat bij het koninkrijk.
Daarom deed Pius IX op 19 januari 1860 in zijn oproep 'Nullis
certe verbis' een beroep op de jongeren in de wereld om hem te
helpen bij de verdediging van de Kerkelijke Staat, die op dat
moment alleen nog maar bestond uit Rome en omgeving, het z.g.
'Sint-Pieters Erfgoed', daar Romagna, Marken en Umbrië zich al
bij Garibaldi hadden aangesloten.
Aanvankelijk waren het alleen Franse en Belgische vrijwilli-
gers die dienst namen in het pauselijk leger. Het bataljon o.
l.v. generaal Christophe de Lamoricière werd aanvankelijk ge-
noemd: 'Tirailleurs franco-belges' (tot 1861). Toen ook andere
nationaliteiten toestroomden, waaronder in tien jaar 3000 Ne-
derlanders die het grootste contingent vormden, werd op 1 ja-
nuari 1861 het Zouavenregiment officieel gevormd door graaf
Becdelièvre, die in hetzelfde jaar werd opgevolgd door kolonel
'Papa' Allet en eind 186 1 door baron Athanase de Charette.
In mei 1862 ontvingen de zouaven van Pius IX de door hem geze-
3ende vaandels. In 1867 was er een regiment zouaven met 14
compagnieën van elk 160
KERKELIJKE manschappen.
Op 15 november 1868 waren
STAAT er 4 bataljons zouaven:
in 1860 totaal 4352 man waaronder
103 officieren.
De totale pauselijke le-
germacht bedroeg 25.000
manschapp·en onder leiding
van generaal Kanzler.
"o.,,.,,,uH~l:) ~ In 1867 deed Garibaldi een
poging om Rome te verove-
: ren, maar Napoleon III
stuurde toen zijn leger de
1 pauselijke troepen te hulp
•" ",~1latr\.F'r0)}'10t1• zodat Garibaldi bij Menta-
na de nederlaag leed,
waarbij de zouavenbatal-
jons een hoofdrol speel-
den.
De Franse troepen bleven
toen in Rome gelegerd, tot
zij in 1870 ten gevolge
Afb.1
539
82:1 Napoleon 111
G7 I. Zouave mig-non .
1137. Zouave
Afb. 2 tJ
,r, 6
12
8 15
13 16 17
540
van de Frans-Dui tse oorlog werden teruggeroepen. Toen het Ita-
l iaanse leger daarop Rome belegerde, gaf de paus de stad na
één salvo over. De overmacht van 50.000 man en 200 zware ka-
nonnen tegen 8000 zouaven en enkel e oude stukken geschut was
teveel van het goede.
Op 21 september 1870 stonden de zouaven voor de laatste keer
op het Sint~Pietersplein en werden vervolgens door de volge-
lingen van Emmanuel II naar hun eigen land gedeporteerd.
De hoofdrolspelers
De hoofdrolspel ers uit deze periode z1Jn praktisch allemaal op
kleipijpen vereeuwi gd. Immers deze idealistische strijd van
o.a. Nederlandse jongens voor het hogere doel sprak sterk tot
de verbeelding en garandeerde de pi jpenfabrikanten een zekere
afzet van hun produkten. En niet alleen in Nederland!
PIUS IX ( 1792-1878)
Geboren al s Giovanni Maria Mastaï Ferretti; vaardigde in
1864 de encycliek 'Quanta Cur a' uit met de daaraan toege-
voegde Syl labus Errorum (lijst van dwalingen, tegen het li-
beral isme); accepteerde in 187 1 de garant i ewet niet en ging
in bal lingschap in het Vaticaan; riep het Vaticaans Concilie
bij elkaar in 1869- 1870 dat de onfeilbaarheid van de paus
uitsprak (in geloofszaken).
Afb. 2 catalogus Gambier 1868, nr. 546
Afb. 3 waarschijnlijk Duitse makelij. Verz . C. v.d. Voort
2 GUISEPPE GARIBALDI (1807-1882)
Italiaans patriot en republikein; stelde Z1Jn leven in
dienst van de eenword i ng van I talië; trok zich in 1867 ver-
bitterd en teleurgesteld uit de Italiaanse zaken terug; trok
in 1870 nog eenmaal met een kleine groep vrijwil ligers de
Fransen te hulp, waarna hij zich voorgoed op het eiland Ca-
prera terugtrok.
Afb. 4 catalogus Gambier 1868, nr. 597
3 NAPOLEON III (1808-1873)
Keizer der Fransen 1852- 1870; ondernam in 1859 in bondge-
noot schap met Sardinië een veldtocht tegen Oostenrijk ter
bevrijding van Italië; steunde Pius IX vooral om in eigen
land de steun van de katholieken te behouden.
Afb. 5 catalogus Gambier 1868, nr. 842 (840)
Afb. 6 catalogus Gambier 1868, nr. 823
4 VICTOR EMMANUEL II (1820-1878)
De eer ste koning van het verenigd Italië; steunde z1Jn grote
minister Cavour in zijn pogen tot het bereiken van de Itali-
5~
/I J1>. 3
Af b. 7
Afb. 9 Afb . I D Afb. 11
Zouaaf Jan MoeUer Pieter Jong
542
aanse eenheid en wist ook de republikein Garibaldi voor zich
te winnen; werd in 1861 t ot koning van Ita lië uitgeroepen.
Afb. 7 herkomst onbekend, privé verzameling
5 DE ZOUAVEN
In de tijd dat de Fransen Algerije veroverden (1830-1847)
onderwierpen z ij in de provincie Constan tine een inheemse
stam, de Kabylen genaamd .
.4.fb. 8 catalogus Gambier 1868, nr. 848
Dez e stam, bes taande uit dappere sold aten, werd Zouawa ge-
noemd en vormde vanaf 1831 een deel van het Franse leger i n
Afrika . Sedert 1839 bestond dit deel echter voornamelijk uit
Fransen. Toen nu in 1861 het zouavenregimen t off ici eel werd
gevormd, bestond dit grotendeels uit Fransen d ie ook i n N.-
Afr ika hadden gevochten, en aangezien d-it l egerkorp s zeer
beroemd was door zijn dapperheid, wilden de soldaten van het
nieuwe regiment deze naam handhaven en werd en zodoend e 'pau-
selijke zouaven' genoemd.
Het un iform dat in Afrika gedragen was, werd overgenomen en
. zodoende zien wij de pauseli jke zouaven optr eden in Turkse
uni formen . De wapens waren voorname lijk sabels , achter lader s
en bajonetten .
Afb. 9 Zouaaf
Naast de oorlogsbezigheden en het verdedigen van de pause-
lijke bezittingen hadden d e zouaven ook al s taak het zuive-
ren van de Kerke l ijke Staat van talrijke roversbenden en het
verzorgen van de zieken en het begraven van d e doden bij de
chol er a- epid emie i n Albano in 1867. Ook tal van Nederlandse
zouaven hebben daar be langr ijk werk verr icht! Van de Neder-
land ers die deel hebben uitgemaakt van het zouavenregiment
beelden wij af : Jan Moeller en Pieter Jong uit Lutjebroek,
die in 1867 bij Monterotondo sneuvelde .
Afb. 10 en 11
Het dienstnemen in h e t pauselij k leger maakte heel wa t ge-
voelens los in het verre Nederland en de helden worden dan
ook overal geëerd in gelegenheidsverzen , die door de tijd-
geest van de Romantiek nu in 1993 nogal gezwollen aandoen.
De priester-schrijver Guido Gez elle (1830- 1899) bewerkte het
beroemde zouaven l ied 'En avant marchons !' op· de volgende ma-
nier : Hoor t ge ' t trompetgekw.nk?
voor den Paus is ' t gang.'
Hardop, gij, dapperen te wapen.'
Hoort ge ' t trompetgeklank?
Hardop, gij~ Vlaamsche knapen!
Onze Paus leve lang!
543
Wij zullen ' t recht, zouaven,
en Rome ' n Rots te gaar
op onze zweerden staven,
of stewen, dapper, dààr.'
Zij zwoeren ' t wel, de dhJazen :
noch Paus, noch God voortaan!
Om niet is 't, dat ze razen!
Gods kerk zal blijven staan.'
Het behoeft dan ook geen verwondering, dat vooral Gambier
tal van pijpen het licht laat zien, die de zouaven in volle
glorie tonen. Bekend zijn uit zijn assorti ment :
Afb. 12 nr. 6?1 Fantaisie mignonnette Zouave
nr. 6?5 Fantaisie Zou.ave moyen
Afb. 13 nr. 684 Zouave tête
nr. 961 Le Zou.ave
Afb. 14 nr. 101? Fantaisie extra Zouave, tuyau courbé
Afb. 15 nr. 113? Fantaisie Zouave
Afb. 16 nr. 2037 Zou.ave
waarvan we het merendeel hier afbeelden.
Een andere Gambier-pijp, maar zonder catalogusnummer , heeft
eveneens betrekking op deze boeiende periode en draagt als
titel: /2fb . 1? Le Zouave pontifical.
Afb. 18 tenslo tte toont een pijpevorm van de firma Trunnn-
Ber gmans , die vrijwel identiek is aan afb. 14 nr. 101? , maar
dan met een rechte steel.
c ___[---=-=-J
Afb. 14 Afb . 18
544
BRONNEN
- Geschiedenis der pauselijke Zouaven, W. van Overveld, Ouden-
bosch, 1967.
- Informatiefolders Nederlands Zouavenmuseum, Markt 31,
4731 HM Oudenbosch .
- Repertoriwn der Moderne Geschiedenis, El sevier, A'dam, 1960
- Correspondenti e F. Kompier en C. v.d. Voort, 1987.
- Catalogus Pipes Gambier 1868, Pipe- club de Liège, "Le Per-
ron", 1988.
- Les Pipes en terre de Gambier, Tome I, Fr. van Parijs, "Le
Perron", 1990.
- Les Pipes en terre françaises, Jean Leo, 1971.
- Pfeifen und Pfeifenraucher, Rammazzotti/Mamy, Genève, 1982.
EEN DUBBELMERK VAN JOSEPH PEEKS
door Kees Faas
Dit dubbelrnerk (afb. 1, midden) van de 18e-eeuwse Utrechtse
pijpenmaker Joseph Peeks (1) toont links op de pijpekop zowel
zijn gebruikelijke initial en I P als de letters I OP bo-
ven een boll etjeskroon.
Fortuyn met I OP
Pijpen uit de !Se eeuw waarop het zi jmerk I OP voorkomt,
zouden dientengevolge, met enige voorzichtigheid, aan Joseph
Peeks kunnen worden toegeschreven. Met name wanneer een popu-
l air Utrechts thema als De Fortuyn (2) staat afgebee l d zoals
in afb. 2. In feite wordt hier echter Venus afgebeeld, staande
op een schelp. Joseph Peeks verwarde beide f i guren in hun i co-
nografische context.
Venus of Fortuyn
Op afb. Ja, geen produkt van Joseph Peeks, zien we Venus dui-
delijk met wapperende haren in een schelp staan, nadat zij uit
het zeeschuim was geboren. Het begi n van de bijpassende steel -
tekst luidt evenwel: DOOR FORTUYN. Ook de maker van deze pijp
bedoelde Fortuin of Fortuna, maar gaf Venus weer. Dezelfde
verwisseling werd reeds gesignaleerd op tegels uit de 17 e en
18e eeuw door D.F. Lunsingh Scheurleer (3).
Als de vrouw direct op d e schelp staat, dan hebben wij .Venus
voor ons zoals zij op Botticelli's (1445-1510) schilderij 'De
geboorte van Venus' voorkomt. Fortuna daarentegen staat alt ijd
- in wankel evenwicht - op een. globe, bo l of rad. Bijvoorbeeld
545
Afb. 1
Pijpen van Joseph Peeks
uit Utrecht
For>tuyn als Venus~
moge lijk van Joseph Peeks
uit Utrech
Afb. 2
546
Afb . ,3a boven Afb. 3b onder
54 7
op een gravure met het opschrift 'Virtus Liberalior' uit Roe-
mer Visschers 'Sinnepoppen' (1614). Op de midden-18e-eeuwse
pij p van afb. 3b prijkt ' De Hoop ', terwijl de st eeltekst aan
de rechterzijde eindigt met de woord en: I CK OP HOOP. De roker
zal ongetwijfeld op veel for tuyn gehoopt hebben.
Een Goudse pijp uit de reeks 'Per Aspera ad Astra' legt even-
eens verband tussen Fortuyn en Hoop (4) . Gevelstenen (5) uit
de 17e en 18e eeuw verkondigden soortgelijke spreuken. Bij -
voorbeeld 'lek hoop op Vrede' aangebracht onder een gevelsteen
waarop ' De Hoop' staat afgebeeld, gesitueerd aan de Elands-
gracht 98 te Amsterdam.
Job met I OP
Job , hoofdpersoon van het gelijknamige bijbelboek in het Oude
Tes tament en symbool van vroomheid, ouderdom (minimaal 140
jaar) en rij kdom (6000 kamelen), komt voor op diverse pijpe-
koppen uit d e 18e eeuw. Op afb. 1, zijkanten zien we Job op de
mesthoop gedurende zijn beproevingen. De vrome Job heeft zijn
hoofd naar rechts gewend . Boven de rechterarm is de linkerarm
nog enigszins waarneembaar. Hij zit met gevouwen handen. De
letters I OP, respectieve lijk links, boven en rechts van Job
zouden kunnen slaan op zijn naam. Gezien de opstelling van d e
letters in combinatie met de kennis van de 18e- eeuwse roker,
die wel wist wie Job was, ligt een merkaanduiding me er voor de
hand . Overigens bezitten de meeste pijpekoppen waarop Job op
de mesthoop is voorgesteld, geen lettertoevoegingen.
Een derde mogeli jkheid zou een 'dubbelzinnigheid' van Joseph
Peeks kunnen zijn. Mocht de roker een Gouds bijmerk prefere-
ren, dan kon hij bij Joseph Peeks terecht. Enige pij pen, bij-
voorbeeld met vismotief die zijn merk IP dragen, demons tre-
ren dit. Ook 'Job op de mesthoop ' heeft aan beide zijden een
Gouds bijmerkje met S.
NOTEN
Onder de rook van Utrecht, door P.K. Srniesing en J.P . Brin-
kerink, pag. 61.
2 Idem, pag. 161.
3 Zeewezens op tege ls, d oor D.F. Lun singh Scheurleer, pag.25 .
4 De Nederlandse kleipijp, door D. Duco , afb . 591.
5 De gevels tenen van Amsterdam, door Onna W. Broers, 1992,
afb . 101.
548