The words you are searching are inside this book. To get more targeted content, please make full-text search by clicking here.

Jaargangen 1 t/m 9 PKN Kwartaalblad
(775 pagina's)

Discover the best professional documents and content resources in AnyFlip Document Base.
Search
Published by Stichting PKN, 2019-02-17 18:13:25

Jaargang 1 t/m 9

Jaargangen 1 t/m 9 PKN Kwartaalblad
(775 pagina's)

-5-

De gevonden combinaties van beeld- en lettermerken zijn:

Fleur de Lis met TM,2 ruiten met TN en een bloem met LC.

De oudste pijpekop die bij de stadsmuur gevonden is dateert uit 1590.
De hoogte van de kop is 25 mm, de breedte 13 mm en de opening 8 mm.
Het hielmerk is een roos.
~

--a A\tweezijdig \\ tweezijdig

versierde pijp 6-blad T- roos
l"J~\_____ geen hielmerk
+ 1650 ~m~

Wie meer informatie wil over deze vondst ( zoals de lijst met gevon-
den merken.) kan contact opnemen met A. Carmiggel t, Campherbeeklaan 86
Zwolle.Tel : 05200 - 36606.

A.CaTmiggelt .

-H-E-T--L-E-ID--SE---T-A-B-A-K-S-P-I-JP-M--A-K-E-R-S-' G~ILD-E-

Reeds drie jaar zijn ondergetekenden bezig in het Leidse Gemeente
Archief ( L.G.A. ) met een onderzoek naar de vrij onbekende Leidse
tabakspijpenindustri.e.Het onderzoek levert tot nu toe zoveel materi-
aal op, dat besloten werd de gegevens te bundelen en daarna te pu-
bliceren.Deze publicatie zal over een klein jaar verschijnen.
We willen de lezers van de P . K.N. alvast een voorproefje geven van
enkele interessante archiefvondsten .
Naast 65 pijprnakers, 7 pijpebranders en 4 pijpenuitbranders ontdekten
wij n.l . een pijpmakersgilde! Kenners onder ons weten dat slechts
Gorinchem ( 1656) en Gouda ( 1660) de enige 17e-eeuwse centra waren
met een tabakspijpmakersgilde. Ook Schoonhoven had een gilde, maar
deze is pas in de 18e eeuw opgericht.
Leiden kunnen we nu ook aan de ze lijst toevoegen, waaruit tevens op
te maken valt dat de pijpenindustrie in deze stad erg belangrijk moet
zijn geweest.Enkele aardige gilderegels uit de gildeordonantie zijn:

Niemand mocht tot het gilde toetreden zonder toestemming van de overluijden.
In het oprichtingsjaar 1661 zfjn de twee meest bekende pijpmakers Henry
Beffert en Joris Wright.
Indien deze over1uijden toestemden tot intreding binnen het gilde, diende
de nieuweling een II prouff" af te leggen .
Hiervoor moest één dozijn fijne pijpen uit een stuk pijpaarde gemaakt worden .
Daarnaast was men verplicht 8 guldens gildegeld te betalen.
Voor de zonen van gildebroeders en jongens die in het Weeshuys waren opgevoed
was dit één daalder. Uit deze regel blijkt wel dat het gilde naast een be-
herende- ook een sociale functie had,door (arme) weesjongens minder gilde-
geld te laten betalen.

Belangrijk was ook de regel m. b. t . het zetten van een merk:

Il Sal mede niemandt vermogen een anders merck naar te conterfeyten, nemaer
gehouden te wesen sijn eygen merck soo perf ectelijck te stellen dat het
bequamelijck uyt andere mercken onderscheyden can werden, op boete van ses
guldens, de helft voor den armen ende helft voor 't gilde."

Tot zover e en kl e in gedeelte uit de gildeordonantie u it 1661.
Van zelfsprekend is h e t h ier boven bespr oke ne sl e chts een zeer klein
gedee lte van het materiaal dat ons onderzoe k opl everde . Te zijner tijd
z a l in ons contactblad word e n aangekondigd wanneer de de f initieve
publicatie vers c hij.nt. Tenslotte z oud en we het zeer op prijs s t e ll en
i ndien i emand die gegevens v oor ons heeft, dit aan ons l a at weten.
Bijv. pijpen met h e t wa pe n v an Le ide n.

Harry Tupan/ Hans v.d . Meulen, p/ a Vondelstraat 19,7901 HP Hoogeveen

-6-

ACHTTIENDE EEUWSE ZIJMERKEN MET INITIALEN,

Door Don Duco.

Het is nog niet zo lang geleden dat we de p1Jpen met een
merk op de zijkant van de ketel uitsluitend aan Goudse pijp-
makers toeschreven. Wat wisten we enige jaren geleden van
pijpmakers uit andere steden? Dat er in Gorinchem, Schoon-
hoven en Utrecht en mogelijk in talloze kleinere plaatsen
in West-Nederland pijpen gemaakt zijn, is reeds lang bekend,
maar over de produkten zijn pas recentelijk artikelen ver-
schenen. De initialen die bij het merk geplaatst zijn, vormen
steeds de belangrijkste aanduiding voor het toeschrijven van
een produkt ~an een bepaalde maker.
In de navolgende lijst heb ik de mij bekende zijmerken met
initialen, meest van niet-Goudse origine, ondergebracht.
Waar bekend is de maker erbij geplaatst .
De merken dateren meest uit de tweede helft van de achttiende
eeuw, een aantal zijn van vroeger of later datum. Het exact·
dateren van dit zogenaamde zijmerktype is voorlopig nog een
omstreden zaak. Het zijmerk- model is lange tijd populair
geweest. De ketelvorm is wel aan verandering onderhevig,
maar de modieuze veranderingen die in Gouda plaats vinden,
zullen vaak pas jaren later in andere steden zijn ingevoerd.
Daarbij komt dat de pijpen met een reliefmerk op de zijkant
van de kop tot het minste soort pijpen behoren. Bij dit
mindere soort nam men het niet zo nauw met de mode !
De lijst kan gezien worden als een voorlopige inventarisatie
van de niet-Goudse merken. Volledigheid is nog ver weg. In
de toekomst zullen zeker nog lijsten beschikbaar komen met
een groter aantal namen van pijpmakers en met dateringen.
Omdat het nogal eens voorkomt dat de pijpmakers hun naam
opsplitsten en de voorlaatste letter van de initialen combi-
natie de beginletter van de achternaam aangeeft, heb ik de
lijst op de eerste letter van de naam gerangschikt.

* AB Op de hiel aan weerszijden, links kop een Tudorroos.

ABL Rechts op de ketel, links de gekroonde haan.
AHL R. boven gekroonde N.
AHM L. boven gekroonde 18; Gorinchem : Arnoldus Haverman.
AHM L. boven gekroonde 18; zie IVA.
AH.ML. boven gekroonde vis; Gorinchem : Arnoldus Haverman.
AK L. boven zes - bladige roos.
AKL L. boven gekroonde vis met golfjes.

AM R. gekroond; L: de Fortuin op de spoor.
ANM L. boven gekroonde N.
AR L. aan weerszijden van een gekroond springend paard met

boven de kroon de letters I H; Gorinchem: Adam Revet?
ARM L. boven de gekroonde vis.
AS L. boven de gekroonde sierkan.
AS Boven een knorrenversiering.
AVA Afkorting van de Gorinchemse pijpmaker Adrianus van Aten.
AVAH L. boven een arend .
AVB R. vergezeld met drie vissen en een kroon, L: zittende

visser.
AVC L. boven een gekroonde vis met drie golfjes.
AVD Afkorting van de Gorinchemse pijpmaker Arie van Dalem.
AVDAL . boven een gekroonde vis met drie golfjes; Gorinchem:

Abraham van den Akker.
AVD.A Boven een knorren versiering; zie hierboven.

-7-

AVDA L. boven een gekroonde vis met drie golfjes , het geheel

tussen bloesemtakken; Gorinchem, Abraham van den Akker .

AVE Afkorting van de Go rinchemse pijpmaker Anthony van Erp.
AVH Rechts op de ketel, L: gekroonde bril.
AVI Boven een knorrenversiering.

AVT L. boven het Utrechtse wapen; Utrecht?
AVT L. gekroond, R: zwaan; Utrecht?
AVW L. onder een gekroonde vis met drie golfjes met erboven

het opschrift GOUDA.

*B Opschrift BAKKER boven een vis met drie golfjes.
BC
HB Meermin.
BIV Op de hiel aan weerszijden.
BK R. onder een pot met bloemen, L : kind op een bok.
BK R. de Ben L. de K, beiden in het hart van een Tudorro os .
Op de hiel aan weerszijden , op de ketel aan beide kanten
BO
BVD een Tudorroos.
BVS R. de Ben L. de 0, ~an weerszijden een staande roker.
L. gekroond boven het wapen van Utrecht .

L. gekroond als monogram 'V , Utrecht?

* CB Op de hiel aan weerszijden, op de ketel de Tudo rroos.

CCIS L. gekroond .
CGN L . met het wanen van Arkel .
CHL L. boven gekroonde vis met drie golfjes .
CHN L. boven gekroonde vis met drie go l fjes, R: Zeeuwse wapen

op een geruwde ondergrond.

CHN L. boven een gekroonde N.
CHN L. boven een gekroonde ooievaar.
CVD Afkorting van de Schoonhovense pijpmaker Cornelis van Drost.
L. boven gekroonde vis met drie golfjes; Schoonhoven?
cCvVsDR Utrecht, familie Versluijs?

* DB L. boven gekroonde haan, R. idem.

DB L. met kroon.
DBN L. boven gekroonde vis met drie golf jes; Gorinchem, Dirk

Bernet.
DBN L. boven gekroonde N; Gorinchem, Dirk Bernet .
DBN L. met grote kroon ; Gorinchem , Dirk Bernet.
DBUN L. tussen palmtakken , de letters in b lokvorm geplaatst .
DH L. en R. vergez eld aan weerszijden van een springende haas.
DH L. vergezeld van een Tudorroos, erboven of eronder .
DH Op de hiel aan weerszijden, op de ketel een Tudorroos.
DH Op de h i el aan weerszijden.
DHVB Op de spoor L. DH en R. VB.
DOL L. op de spoor.

DOT L. op de spoor .
DS Op de hiel aan weerszijden .
DV Afkorting van de Schoonhovense pijpmaker Dirk Valke.
DVD L. boven gek r oonde N; Schoonhoven , Dirk van Duuren.
DVE L. op de hiel met een ze s puntige ster, R. een maantj e;

mogelijk Alphen aan de Rijn .
DVS L. gekroond , R. een vogel; Utrecht, Dirk Versluijs?
DVS L. initialen, R. de zwaan; Utrecht, Dirk Versluijs .

*EV R. boven drie eendjes .
EN L. onder drie eendjes, R. drie kronen.

*FA Op de hiel aan weerszijden .
FA Op de hi el aan weerszijden, op de ketel de Tudorroos .
FHN
FHN L. boven de hengselmand.
L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
FI-R L. aan weerszijden van een boompje waarin een vogel die

-8-

* GGH de initialen Fen HR scheidt, R. is een man met spade
te zien. Utrecht?
GHL L. boven het wapen van Arkel .
L. boven een Tudorroos waarvan de bladeren en het hart
GHL van de rooos uit kleine roosjes zijn samengesteld.
GHL L. boven een gekroonde N.
GHN L. boven een ongekroonde vis en drie golfjes .
GHN L. boven een gekroonde vis met drie golfjes.
GS L. boven een gekroonde N.
Afkorting van de Gorinchemse pijpmakers Gilliam Schippers
GS en Gi jsbert Stam.
GS Boven een knorrenversiering.
GS L. boven een hengselmand door stippen omgeven.
L. boven een hengselmand door stippen omgeven met onder
GS de mand drie lelies, die over de initialen WG gegraveerd
GS zijn.
GVB Op de hiel aan weers!ijden, op de ketel een Tudorroos .
L. boven een gekroonde vis met drie golfjes.
Afkorting van de Gorinchemse pijpmaker Gerrit venderBos.

,~. - --···-·--·.,;\

\'. , :··

\.

\
\

GVD L. boven het Utrechtse wapen; Schoonhoven: Gerrit van
Duuren den Ouden.

GVD L. boven de gekroonde N; Schoonhoven: Gerrit van Duuren.
GVDK L. boven de gekroonde N.
GVDR L. boven de gekroonde N.

GVDR L. boven de hengselmand met kroon .
GVH L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
GWD L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Utrecht .
GWD L. onder een gekroonde tak waarop een vogel , R: gekroond

GERRIT VAN WE-SDIJK en GWD; Utrecht, Gerrit van Wesdijk.

* HA(B) Afkorting van Hendrik Albrecht te Gorinchem.

HAH L. gekroonde hengselmand.
HAL L. gekroonde HAL, de tweede initiaal onder de anderen

geplaats t.
HB R. boven drie eendjes, L: visser met harpoen; Gorinchem?
HB L; boven het wapen van de VOC met de A boven het monogram;

Gorinchem?
HB(m Afkorting van Hendrik Budding te Gorinchem.
HDG L; gekroond met eronder twee takjes, R. de leeuw met het

zwaard.
HDH L. boven de gekroonde ooievaar; Schoonhoven: H. de Hoog.
HDH L. boven de gekroonde N; Schoonhoven: Huijbert de Hoog.
HDH L. boven de gekroonde v is met drie golfjes; Schoonhoven:

Hu ijbert de Hoog .
HDH L. boven de gekroonde sierkan; Schoonhoven: idem.
HDH L. boven de gekroonde 81; Schoonhoven: Huijbert de Hoog.
HDHO L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
HGB Gekroond boven een knorrenversiering .

-9-

HGB L. tussen twee bladertakken.
HGD L. van kroon voorzien en rechts de Nederlandse leeuw

in de tuin.
HHN L. boven de gekroonde vis met drie golfjes, de N is in

spiegelschrift geplaatst.
HL L. onder de stippel Tudorroos.
HL(M) Afkorting van de Schoonhovense pijpmaker Hannes (of Johannes)

Lammoré.
HLP L. boven de ge kroonde vis waaronder drie golfjes .
HLR L. boven de gekroonde 78.
HLR L. boven de vis met de drie golfjes.
HLR L. boven de gekroonde N.
HO(H) Afkorting van de pijpmaker Hendrik Ophuijzen te Gouda .
HS L. boven de gekroonde sierkan; Alphen aan de Rijn?
HVO(H)Afkorting van de Gorinchemse pijpmaker Huijbert van

Oudheusden.
HV Op de hiel aan weersfijden, op de ketel de Tudorroos .
HVA Afkorting van de Gorlnchemse pijpmaker Huijbert van Agt .
HVD L. boven de gekroonde N.
HVDO L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Schoonhoven:

Hendrik van den Oever.
HVDO L. gekroonde IG; zie boven .
HVDO L. gekroonde N; zie boven.
HVDO L; boven de gekroonde vis met drie golfjes, aan weerszijden

van de kroon zijn de initialen IW te lezen. Deze pijp is
gemaakt door Jan Wouters, pijpmaker te Gorinchem, die zijn
initialen in combinatie met het merk van de Schoonhoofse
pijpmaker Hendrik van de n Oever gebruikte.
HVDO L. boven de gekroonde vis met drie golfjes . Boven de ini -
tialen is een V te lezen, naast de kroon de letters IE,
die tesamen de combinatie IVE v ormen, het merk van de
in Gorinchem werkende pijpmaker Jan van Erp, die als
zijn stadgenoot Jan Wouters het merk van de Schoonhoofse
fabrikant Hendrik van den Oever nazette.
HVDO L. boven een vis met drie golfjes met een V boven de letter-
combinatie en de initialen IH aan weerszijden van de kroon .
Pijpmaker IVH nog onbekend.
HVH L. boven de ster uit Alphen; Alphen aan de Rijn .
HVS L. boven de gekroonde ooievaar; Utrecht , Hendrik Versluijs.
HVS L. de initialen, R. een vogel op een tak; Utrecht, Hendrik
Versluijs .
HVS L. de initiale_n, R . een koorddanser; Utrecht, Hendrik
Versluijs.
HVS L. boven de gekroonde vis met drie golfjes ; Utrecht,
Hendrik Versluijs . Ook zonder golfjes bekend.
HWV L. op zijkant van de hi e l en op de zij van de ketel .

* IAK L. boven gekroonde K.

I.AM L. boven gekroonde N.
IA.NM L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
IDB R. onder de drie ge kroonde vissen, R. de zittende visser .
IDH L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Gorinchem,

Jan de Hoog .
IDH L. boven de gekroonde N; Gorinchem, Jan de Hoog .
IDK L. I.D . K.RAAL boven de ster uit Alphen; Alphen aan de Rijn.
IDL L. boven de gekroonde vi s me t drie golfjes .
IG L. gekroond, R. gekroonde N.
IGB Afkorting van Jan Glansbeek, pijpmaker te Utrecht.
IGN L. boven de gekroonde N.
IH R. kleine letters, L. gekroonde AD.
IH L. boven het gekroonde spring ende paard met aan weerszijden

-10-

van de kroon de initialen AR.
IH L. boven de gekroonde IG.
IH L. boven de gekroonde N.

IH L. boven de gekroonde sierkan.

IH L. boven de gekroonde vis zonder golfjes.
IHD L. boven de gekroonde ooievaar; Schoonhoven: Joris

Hogendijk.
IHD L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Schoonhoven:

Joris Hogendijk.
IHD L. boven de gekroonde N; Schoonhoven, Joris Hogendijk.
IHD L. boven de gekroonde vis met drie golfjes waaronder de

initialen IH; mogelijk Joris Hogendijk uit Schoonhoven.
IHN L. boven gekroonde vis met drie golfjes . Ook met de N

in spiegelschrift.
IHN L. boven de gekroonde N.
IHVS L. boven de gekroonde N.
IHVB L. onder de drie eendjes met onder de twee eendjes het

monogram HB, R. de Asser met harpoen.
IK L. en R. op de zijkanten van de ketel in het hart van een

Tudorroos een enkele letter.
IKM L. boven de gek roond e vis met drie golfjes.
IL(M) Afkorting van de Schoonhovense pijpmaker Hannes (of Johan-

nes) Lammorê, zie ook HLM . Mogelijk merkte hij met HLR,
Hannes LammoRé.
ILR L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
IM L. boven het wapen van Utrecht.
IMW L. gekroondi R. de gekroonde N.
IN L. boven het gekroonde springende paard met aan weerszijden
van de kroon de initialen AR.
IOH L: gekroond; Gorinchem, Jan Ophuijzen.
IOH Boven een knorrenversiering; a ls boven.
IOH L. en R. binnen een omlijsting van takken; als boven.
IOH L. boven de gekroonde ooievaar met aan weerszijden palm-
takken; maker als boven.
IOH L. onder een hengselmand met stippels omgeven; maker als
boven.
IOH Boven de leeuw in de Hollandse tuin omgeven door blader-
takken links en rechts de molen eveneens door bladertakken
omgeven; maker als boven.
IOH L. boven de gekroonde vis met drie golfjes ; als boven.
IOHD L. boven een gekroonde vis met drie go lfjes.
IOH L. met achter de initialen een dubbele punt en de letters
LR, boven de gekroonde vis met drie golfjes .
IP L. gekroond met rechts de zwaan; Utrecht.
IP L. het wapen van Utrecht met ernaast de initialen;
Utrecht?
IS L. aan weerszijden naast de man in het schilderhuis.
IS Afkorting van de pijpmaker Jan Schippers uit Gorinchem.
IS(T) Afkorting van de pijpmaker Jan Seton uit Schoonhoven.
IV L. met tussen de letters twee sterretjes, boven de gekroon-
de vis met drie golfj es.
IV L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Gor inchem?
IV L. aan weerszijden van de gekroonde N; Gorinchem: Jan Valke.
IVA L. op de zijkant van de spoor, op de ketel aan weerszijden
de Tudorroos.
IVA L. op de spoor met een maantje of een sterretje .
IVA L. boven de gekroonde vis met drie golfjes .
IVA L. boven de stippel roos van Tudor , R. de hengselmand omge-
ven door een cirkel van stippen.
IVA Boven een knorrenversiering met perken. Varianten van dit
merk missen de perkenversiering.

-11-

IVA L. samen met een meermin in bladerkrans , R. de Fortuna

eveneens in bladerkrans.
IVA L. boven de gekroonde IG .
IVA R. zonder kroon, L. op de pijpekop het gekroonde 18 merk,

met erboven drie lelies die over de initialen AHM (van de

pijpmaker Arnoldus Haverman) aangebracht zijn.
IVA L. boven het merk de gekroonde vis met golfjes en de

letters HVDO , het merk van de pijpmaker Hendrik van den

Oever uit Schoonhoven.
IVAH L. het wapen van Zeeland en rechts het wapen van Groningen,

de initialen s t aan boven de wapens , de eerste twee links,

de andere twee rechts.
IVAH Boven een knor r enversiering .
IVAH L. boven de gekroonde N.
IVAH L. boven de gekroonde 18 .
IVAH L. boven de gek ro onde vis met dr ie golfjes .

!1 ;. 7r- . f
.i ,.
;- i•
vr~·;~ ·f 1 i:
V A~ ' .,i
~ 1 ,/

,-~; j i ··.. jJ, V #v, C'îJ 'i

,, -~ ·. ,i
I
' $ ~i ~~ I
'/-~\ -:,û .,'!
\- 1 '1~ /~c'VvJ/) ··,-""'-.,
..,. 7c,,-.o
..~
\

~- IQ;

~'

IVDS R. boven een v isser, links een z itt ende roker met erboven

het Goudse wapen; Utrecht: Jan van der Sluis .
IVE Boven een knorrenversiering met perken ; Gor inchem , Jan

van Erp.
IVE L. boven de gekroonde N; Gorinchem, Jan van Erp .
IVE Zie HVDO .
IVE L. boven de gekroonde vis met drie golfjes ; Gorinchem,

Jan van Erp .
IVG L. boven de gekroonde N; Schoonhoven : Jan van Genderen .
IVG L. boven de gek roo nde vi s me t drie golfjes; maker als boven .
IVH L. boven de gekroonde H.
IVK L. boven de gekroonde v is met drie go lfj es .
IVK L. boven de gekroonde N.

rv;~ L. boven het gekroonde wapen van Amsterdam zonder omlijsting .
IVM L. Boven de g ekroonde twee spaden ; Amsterdam?
IVO L. boven de gekroonde N.

IVO(H)t\fkorting van Jan van Oudheusden, pijpmaker te Gorinchem .
I VS L. boven de gekroonde vis met drie golfjes ; Utr echt:

Jan Versluijs .

IVS L. gekroond, op de hiel links een Wen rechts een E;
Utrecht: Jan Versluijs .

IVW L. boven een vis met drie golfjes ; Gor inchem : Jan van Wouw .
IVW L. boven de gekroonde N.
IVW L. boven de gek roonde pauw, het geheel tussen bladertakken;

Go rinchem: Jan -;ran Wouw .
IW L. gekroond en ge houden door twee leeuwen; Gorinchem,

Jan Wouters.
IW Zie HVDO .

IW L. gekroonde IC met aan weerszijden de initialen IW;

Gorinchem: Jan Wouters .

-12-

*K Boven een knorrenversiering; Kampen?
Boven een knorrenversiering.
KDH L. boven een gekroonde vis zonder golfjes.
KDH L. boven een gekroonde N.
KDH L. bij het wapen van Utrecht.
Ki\1 L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
KRM L. boven de gekroonde N.
KRM
KS Afkorting van de Gorinchemse pijpmaker Klaas Spijker.
KVD L. op de spoor.
KVE
L. boven de vis met de drie golfjes; Gorinchem, Kobus
KVG (Jacobus) van Erp.
KVH
KVM L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
KVW L. boven de ster van Alphen; Alphen aan de Rijn?
L. boven de hengselmand.

Afkorting van de pijpmaker Jacobus van Wouw uit Gorinchem.

KW R. de molen met erboven de initialen, het geheel tussen
bladertakken, L. de gekroonde Nederlandse leeuw in de
tuin, eveneens tussen bladertakken; Gorinchem: Kristiaan
Wouter.

KW L. gekroond op de spoor, rechts een hart.
KW L. boven de gekroonde N.

* LDIS L~ de gekroonde vis met drie golfjes.
LDS L. boven de gekroonde N.
LDS L. boven de gekroonde vis met drie golfjes .
LHN L. boven de gekroonde N.
LHN L. boven de gekroonde ooievaar .
LHN L. boven de gekroonde IG.
LNH Boven een knorrenversiering met perken; Gorinchem.
LNH L. boven een gekroonde N; Gorinchem: Leendert Nieuwenhuizen.
• LNH L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Gorinchem,

Leendert Nieuwenhuizen.
LNH L. boven de hengselmand met stippen omgeven; Gorinchem,
Leendert Nieuwenhuizen.
LR Zie IOH:LR.
LS L. onder de hengselmand met stippen omgeven .
LV L. boven de gekroonde 18; Gouda, pijpenstort .
LV L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Gouda .
LVA L. (maar ook dubbelzijdig) boven de gekroonde vis met

drie golfjes; Leendert van Aten te Gorinchem.
LVA L. boven de gekroonde hengsélmand met stippen omgeven en

rechts de stippelroos van Tudor; Gorinchem: Leendert van
Aten.
LVB Afkorting van de pijpmaker Leendert van Bommel uit
Gorinchem.
LVS L. boven de gekroonde N.

*M L. voorzien van een ki ev it in cirkel omlijsting van s t ippen,

.Leiden?

-13-

MAO L. boven de gekroonde M.
MHG L; boven de gekroonde N.
MVB Afkorting van de pijpmaker Matthijs van Bommel uit

Gorinchem.
MVG L. boven het wapen van de stad Utrecht; Schoonhoven,

Machiel van Genderen.
MVG L. boven de gekroonde N; Schoonhoven , M. van Genderen.
MVG L. boven de gekroonde vis met drie go lfjes; maker als

boven.
MVG L. boven de hengselmand; maker als boven.
MVO L. boven de gekroonde N.
}.fVO L. boven de gekroonde M.
MVO L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
MVOH L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Schoonhoven,

Machiel (Madiel) van Oosterhout.

*N L. N.BAKKER boven een"vis met drie golfjes.
L. gekroond met ertus!en NICOLAES BAKKER.
NB L. zonder kroon met erboven NICOLAES BAKKER.

NB L. boven de gekroonde IG.
NB L. boven de gekroonde N.
NGB L. onder een ooievaar met bladeren oml ijst met R.
NK
SCHOONHOVEN gekroond.
NKW L. boven een vis met drie golfjes.
NKW L. boven een gekroonde N.
NNB L. boven een gekroonde vis met drie golfjes.
N'VK L; boven een gekroonde vis.

* OovHN L; boven een gekroonde vis met drie golfjes.
L. aan weerszijden van een ooievaar met een paling in de

bek; Gouda.

n ...
''

·,\: 1?$~A~~{g[fv

~\ ~

* PDG L. boven de gekroonde 18; Utrecht : Pieter de Graaf.
L. boven de gekroonde N; Schoonhoven, Pieter de Leeuw. ·
PDL
PDL L. boven het wapen van de stad Utrecht; Schoonhoven,
Pieter de Leeuw.

PVDS Afkorting van Pieter van der Sluijs uit Utrecht.
PIM L. boven de gekroonde vis.
PKR Links met rechts de z ittende roker.
PM L. boven de gekroonde N.
PST L. boven de gekroonde N; Schoonhoven, Piet er Seton.
PST L. boven de gekroonde vis met drie golfjes; Schoonhoven:

Pieter Seton .
PV R. 3-WIL-DE-PV en links drie staande wildemannen.
PVD L. boven de gekroonde vis met drie golfjes .
PVH Afkorting van de pijpmaker Pieter van Heijn uit Schoonhoven.
PVN L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
PVR R. de drie eendjes met initialen, links de visser met

harpoen.

-14-

PVR R. onder de molen, links de korendrager .
PVR L; boven de gekroonde vis me t drie golfjes.
PVS R. met kroon, links de zwaan; Utrecht.
PVS L. gekroond; Utrecht.
L. boven een gekroond PN monogram.
PVV
Links en rechts de gekroonde troffel.
* RDH
L. boven de gekroonde N.
RDH L. boven de gekroonde R.
RDM
RH L. tussen een omlijsting van een kroon met engeltjes en
een lelie met erboven de Fortuin, rechts een schip.
RVA
L. boven de gekroonde N.

* SDH L. boven de vis met de drie golfjes; Gorinchem: Stoffel
de Hoog.
SGH L. de gekroonde vis met drie golfjes.
L. en R. in het hart van een stippelroos met kelkbladen,
SK links de Sen rechts 4e K.
L. boven de twee liggende pijpen, rechts de gekroonde
svo vis met takken; Gouda.

* TD L. en R. op de spoor van de pijpekop.
R. onder het wapen van Delft, door blade rtakken omgeven,
TDV links de koning van Delft met initialen VS.
Op de linker en rechter spoor van de pijpekop.
TK Links en rechts op de spoor van de pijpekop.
L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
TL
TVS

(,. r- ;~ ..\er- •,., . :-1

i· lt

.-
!" 1 :-\-l"~~~-o <,-!~•t

l
\ 11\~~. ià4J
!.1 .: "\~~·•rv@~-:-·;
\ nr;- '"'v"_;n1
1
\\ J~l~!/ 1~ '\ \\;'Ü~li1•\,;j·'./i1xi//11';if-1_,ri,;: /.·,/
\ v@
) ./ ,{''·:wi:fll

~

* VD Links en rechts op de spoor van de pijpekop, op de beide
zijden van de ketel een Tudorroos met kelkbladen.
vo
L. onder de gekroonde ooievaar.
VR R. bij rokende man op stoel, links een staande persoon

VR met tulpen of tabaksbladeren; Gouda.
Op vele achttiende eeuwse pijpekoppen voorkomende initi.a-

len combinatie: de vedelaar en de soldaat, het zwijn en
de visser met harpoen, de leeuw en de koning, enz.

* WD Links en rechts op de spoor, op de beide zijden van de

ketel een Tudorroos met kelkbladen.
WG L. en R. op de spoor, op de ketel de Tudorroos met bladen.

WGB Gekroond boven een knorrenversiering; Gorinchem: Wouter

Groenenberg.
WGB L. boven de hengselmand; maker als boven.
WGB L. boven de gekroonde vis met drie golven; maker als boven.
WGB L. boven de gekroonde N; maker als boven.
WH L. boven de gekroonde vis met drie golfjes .
WIPH R.op gekroonde ton door bladertakken omgeven, links een

zittende roker met een tabakscarot.
W!vt(F) Afkorting van de Gorinchernse pijpmaker Willem Montfoort.
WP Aan de voorzijde, rechts een staande ooievaar en links

een vedelende man; Gouda .

-1 5-

WR Op de spoor links en rechts, links op de ketel WVR .
WR Li nks en rechts op de spoor.
WSB L. boven de gekroonde vis me t drie golfjes.
Links en rechts op de spoor.
WV
L. zonder bijversiering, rechts de visser met harpoen;
1~TD
Gorinchem, Willem van Dijk .
¼'VD L. boven een engeltje met palmtakken; Gorinchem, 11/illem
van Dijk.
WVIl-1
L. boven de gekroonde vis met drie golfjes.
WVR Zie WR .

Voor dit artikel werden piJpen uit de volgende kollekties
geraadpleegd: G.A . Brengers , A. van Esveld , F. Friederich ,
F. Komp ier, H. van der Meulen, F . Tijmstra en ondergetekende.

Voo r aanvullingen op deze lijst houd ik mij gaa r ne aanbevo-
len (postbus 96024, Amsterdam}. Bij voldoende uitbreiding
zal ik in een supplement lijst de nieuwe vindingen publiceren,
in een van de volgende nummers van P . K. N. Misschien kunnen
we dan in de nabije toekomst meer zeggen over de regionale
achttiende eeuwse pijpmakers en hun produkten.

Tot slot de drie artikelen over dit soort pijpen:
Don Duce : Achttiende eeuwse pijpen uit Schoonhoven, Nieuws-

bulletin Pijpenkamer Icon, Jrg. III, nr. 1 , 1977 .
Don Duco: Achtt iende eeuwse pijpen uit Gorinchem, Pijpelijntjes,

Jrg. IV, nr. 4, 1978.
Pie t Smiesing: Ut r echtse pijpenmakers, P . K. N. , Jrg . I , nr . 1 .

19 78.

-ËE-N--B-E--ZO-E--K--A-A-N--H-E-T--D-O-U~WE--E-G-B-E-R-T-S-M--U-SE-U-M- ,

Doordat het museum alleen op werkdagen geopend is,waren veel leden
niet aanwezig en bestond ons groepje uit 9 personen.De anderen zullen
het met dit summiere verslag moeten doen .
Al s gastheer en rondleider t rad de conservator de Heer Stoffer op.
Na een kopje koffie , werd ons gezelschap in de knusse filmzaal onthaald
op een filmimpressie van het bedrijf . Een hoogtepunt in de film vormde
uiteraard de tabaksverwerkende fabriek in Joure waar zelfs" beroeps -
rokers" de tabak keuren .
Naast de f r aaie collecties voorwerpen op het gebied van koffi e en thee
wo r dt he t grootste gedeel t e van het museum ingenomen door de pijpenka-
mer, waarvan het antieke interieur van de tabakswinkel II De witte Os"
het middelpunt vormt.Hier prijken op planken tal van kapit ale potten
voor tabak en snuif.
Bui ten de vit rines, d ie het tabaksgebruik in al zijn facetten belich-
t en , vinden we twee rokersst óeltjes , waarvan één behoorde aan de com-
ponist en dirigent Mengelberg.
Pijpen, vaak in bizarre vormen , gemaakt uit de meest uiteenlopende
materialen onderstrepen ook nu weer dat iedere verzameling, ook al is
deze nog zo klein, unieke stukken kan bevatten.
Met een gezellig praatje en een ruim geschonken borrel werd deze zeer
gelaagde mi ddag , waarvoor we op deze plaats nogmaals onze dank uit-
drukken , besloten .

P . K. Smiesing .

-16-

***********************************************************************
L I T E RAT UUR

***********************************************************************

- The Archeology of the Clay Tobacco Pipe.( B.A.R. nr 63) 1979.

deel I: The Midlands and Eastern England, door Peter Davey.

412 pagina's,69 tékeningen en 6 foto's. Prijs î8.50 franco.

Een lijvig boekwerk met veel informatie over Engelse pijpmakers.

Voor onze leden minder geschikt, aangezien we in Nederland weinig

opgegraven pijpen vinden van Engelse makelij:

Wie toch in dit boek geïnteresseerd is kan een bestelformulier
(= order form) aanvragen bij: B.A.R. ·

122 Banbury Road

Oxford OX2 7BP

Engeland.

Belangrijk is te weten dat later delen zullen uitkomen over:

Amerikaanse pijpen,Europese pijpen (2 dln),over Afrikaanse en

Australische pijpen. t

- The clay tobacco pipe.
door D.Helme. 1978
70 blz,12 foto's,bladzijden uit een pijpencatalogus.Prijs+ f15,-
Een populair geschreven boekje met informatie over het pijpmaken

in Noordoost~Engeland.
Helaas staat geen uitgever in het boekje vermeld.
Wel waar het gedrukt is: Brian J.Hewitson Coxhoe,Durham.

PIJPEN TENTOONSTELLING 24 AUG.- 2 SEPT.

KUNST- EN ANTIEKBEURS nDE DOELEN" ROTTERDAM,

Door bemiddeling van de Heer Bracco Gartner uit Delft _komt er een
ruimte van 100 m2 vrij voor het houden van een tentoonstelling.
Op deze tentoonstelling is een deel van zijn collectie te bezich-
tigen aangevuld met materiaal van enkele P.K.N.-leden,het Niemeyer
Nederlands Tabacologisch Museum te Groningen en de firma Zenith uit
Gouda. Openingstijden van 10.00_uur_'s_ochtends_tot_22.00_uur.
De beurs wordt druk bezocht ( vorig jaar 15.000 bezoekers)en er
wordt bekendheid gegeven in de regionale- en landelijke pers.
Gedurende de 10-daagse tentoonstelling moet de ruimte worden bemand.
Wie kan en wil een dag,middag of avond in de stand aanwezig zijn om
de bezoekers indien nodig te begeleiden? In verband met de aanv~aag
van een pasje wordt u verzocht zich zo spoedig mogelijk te melden
bij de Heer Bracco Gartner. telefoon 015-122411.
Zeer waarschijnlijk zal er ter gelegenheid van deze expositie in
beperkte oplage een stenen pijp te verkrijgen zijn.U komt toch zeker
ook kijken? Als de belangstellenden op de beide zondagen tussen 1
en 4 uur komen is er een prachtige gelegenheid om kennis met elkaar
te maken.Wij zijn er in ieder geval wel.

PIJPENTENTOONSTELLING IN DE MAANDEN JULI EN AUGUSTUS,

In het Openluchtmuseum te Bokrijk in België,( tussen Hasselt en Genk)
wordt een expositie gehouden over pijpen en tabak.De expositie
staat opgesteld in het Gotische Huis en wordt verzorgd door het Nie-
meyer Nederlands Tabacologisch Museum.
Bokrijk is het grootste openluchtmuseum van Europa.Er zijn tientallen
objecten te bezichtigen.Het is de moeite waard om dit museum met een

bezoek te vereren.

-1-

***************************************************************************

3 MAANDELIJKS CONTACTBLAD VOOR DE PIJPENVERZAMELAAR

REDAKTIE: F.Tymstra, Zilvermeeuwplantsoen 21, 1131 MG Volendam. tel:02993-64206
voor informatie, insturen van kopy, advertenties.

H.v.d.Meulen, Utrechtse Jaagpad 115, 2314 AT Leiden. tel:071-121156
voor informatie, ingezonden brieven.

L.v.d.Berg, Bloemstede 22, 3608 TK Maarssenbroek.tel:03465-64137
voor administratie abonnementen,verzending,oude nummers.

ABONNEMENT: f 12,50 per jaar,ingaande 1 juni 1979.0ude nummers f 3,- +porto

BETALING: Postgiro 1636225 t.n.v. Pijp.Kr.Ned. Bloemstede 22, Maarssenbroek.

***************************************************************************

2e jaargang nr.6 september, 19 79

***************************************************************************

DE PIJPELOGISCHE KRING IN DE DOtLEN,

Op de 6e KUNST en ANTIEKBEURS in de Rotterdamse Doelen exposeerden
leden van de Pijpelogische Kring in samenwerking met het Niemeyer
Nederlands Tabacologisch Museum en de Fa. Zenith.
Stand 25a met een oppervlakte van 100 vierkante meter bestond uit 3
gedeelten .
Bij binnenkomst trof men allereerst de 11 oude winkel" aan, verzorgd
door Niemeyer. Achter de toonbank stond de Heer de Ruiter die zowel
voorlichting gaf over het pijproken als over de boeken, geschreven
door de Heer G.A.Brongers. De boeken konden tegen een redelijke prijs
gekocht worden, Nicotiana Tabacum kostte slechts f45,-.
Bij de winkel kon men gratis een pijp stoppen of de speciale tentoon-
ste·llingspijp aanschaffen. Deze handgekaste pijp, waarvan er slechts
400 zijn gemaakt,werd door een oude pijpmaker vervaardigd.
Naast de winkel bevond zich de grootste ruimte; het expositiegedeelte.
In liggende en staande vitrines werd ruim aandacht besteed aan opgegra-
ven pijpen, complete stenen pijpen en pijpmakersgereedschap.
De pijpmakerswerkbank, de vorm, en de kleinere gereedschappen zijn ei-
gendom van de Fa.Zenith.
Het derde gedeelte was de Dia-hoek.In dit deel kon men zitten en genie-
ten van een fraaie doorlopende diavoorstelling over pijpen en voorwer-
pen uit de collectie van Bracco Gartner.
Het bezoekersaantal was wisselvallig.In de weekends was het behoorlijk
druk> op de door-de-weekse dagen was het stiller.
Toch kunnen we tevreden zijn met de belangstelling.Inmiddels hebben
zich nieuwe leden aangemeld.
Tenslotte gaat onze dank uit naar die leden, die gedurende de tentoon-
stelling bereid waren om, in hun vrij.e tijd, op de expositie aanwezig te
zijn.Degenen die nog een pijpententoonstelling willen bezoeken kunnen
tot 31 oktober terecht in het -Openluchtmuseum te Bokrijk, tussen Genk
en Hasselt. In het Gotische Huis loopt de tentoonstelling" Pijp en
Toebak" met inzendingen uit vele musea en particuliere verzamelingen.
Vooral liefhebbers van de Belgische en Franse stenen pijpen ( Gambier)
kunnen hun hart ophalen.

red.

OPROEP,

Wie bezit p1Jpen of documentatie van de Goudse Firma Jan Prince & Cie?

Wie zou een artikel willen schrijven over de pijpenfabriek van Van der
Want in Gouda? Voor documentatie wordt gezorgd.
Reakties voor beide oproepen sturen naar:
F.Tyrastra, Zilvermeeuwplantsoen 21, 1131 MG Volendam.02993-64206.

-2-

THE BRAGGE COLLECTION OF CLAYPIPES,

Het is al weer enige tijd geleden dat ik voor de tweede keer het

British Museum in Londen bezocht om de Bragge kleipijpencollectie te .

bezichtigen. Men vroeg mij om enige toelichting betreffende de Holland-

se pijpen in de collectie, met name de dateringsmethode, de diverse

voorkomende typen, de verklaring van een aantal merken alsmede de ver-

taling van teksten op pijpen en tabaksdozen.

Het British Museum heeft de collectie beschreven in een inventaris

maar verder is er eigenlijk nog niet veel meegedaan.

Tot op heden wisten slechts weinigen van het bestaan van deze collectie;

dit artikel is dan ook bedoeld om er iets meer bekendheid aan te geven.

De collectie werd bijeengebracht door William Bragge, geboren te Bir-

mingham op 31 mei 1823 als zoon van een juwelier.

Van beroep was hij bouwkundig ingenieur en construeerde o.a. de eerste

spoorwegverbinding in Brazilië ,i van Rio de Janeiro naar Petropolis.

De collectie bevat in totaal 1105 nummers, waarvan 712 Engelse en

393 Hollandse pijpen.
Dit is echter een fractie van de oorspronkelijke 13000 pijpen, bijeen-

gezocht uit alle landen van de wereld.

Bragge heeft de pijpen met fijn ijzerdraad op kaarten van karton be-

vestigd, genummerd, de vindplaats vermeld en zo mogelijk de naam van

de fabrikant.
Bij een aantal 17e eeuwse Engelse pijpen gaf dit weinig problemen,

want van het hielmerk kon men dikwijls de volledige naam en soms ook

het jaartal aflezen. Dit verschijnsel komt overigens bij Engelse pijpen

meer voor dan bij de Hollandse. Er zijn bij ons slechts enkele exem-

plaren bekend die de naam voluit op de steel hebben staan. ( zie o.a.

Vijftig 17e eeuwse pijpen, door D.Düco, monografieën over pijpen nr 2,

ICON, Amsterdam. Pijpelijntjes, jaargang III,nr 4. ICON, Amsterdam.

Pas in de achttiende eeuw wordt het vermelden van namen op de steel

een algemener verschijnsel.
Gedurende zijn leven heeft Bragge een kleine collectie overgenomen

van de weduwe van een arts. De ze had alle pijpen getekend en beschre~

ven in een klein notitieboek je. Ook werden verscheidene pijpen door

diverse vinders aan hem geschonken.
Bragge publiceerde 2 particulier gedrukte catalogi betreffende boeken

over tabak, genaamd: "Bibliotheca Nicotiana 11 1874 en 1880.
,

Enkele jaren voor zijn dood werd zijn collectie geillustreerde manus-

cripten bij Sotheby's geveild voor het bedrag van i 12.272.00. (1878)

In februari 1882 werd zijn collectie ( 13000 pijpen) geveild.

De opbrengst hiervan was i 4 . 00 0.00. Bragge stierf op 6 juni 1884.

In de collectie Hollandse pijpen bevinden zich enige topstukken die

Bragge op kaart heeft beschreven van de Firma P.van der Want Gz. in

Gouda.
De pijpen werden vervaa rdigd ter ge l e genheid van het 3e eeuwfeest van

de bevrijding van Den Brie l uit handen van de Spanjaarden (18 72).

Zie de afbeeldingen op de volgende bladzijde.

Tot slot wil ik ve r melden da t de collectie niet openbaar in het museum

tentoongeste ld is.
Men kan de colle cti e bez ichtigen op aanvraag van te voren en dan alleen

op werkdagen indien de werkzaamheden dit toelaten .

P.J.G.Tengnagel.

t}.j "Tl
0

:;:;o -1

....... 0

-·- -1

(/)

~·;.::

c.:·.:

(/)

i-r 1

r ::

'1. P r :i.11 s IV i l I c m den ce rs Le .
2. S p:tan st·.llc lh•l'i ngc.l and:i j, gcsyrnlw.l :i sccnl door ee n s

d i c c e II v o g c J v e r d r uk t. • ( 11 .i c t g c h cc .1 z :i l'. Il t h a :i r )

:s . :soO- j ;11· i g h c !> t a all va n Ne e r l a n d s vr i j h c i d •

tl .Br:iel lt\ 1 apri. ] l ~i72, d e bevrijders trctll!ll de st:n
ncn.J\~·htcn·.ijclc va11 d c;,.c pijp; ·16 c·- ccuwsc lHH101~~

!>. De cc~r'.; l c l ing d er Vri._i h e i.d,Jl-rins Wi .1 l em .1 v"m Ora
1 apr .il 11, '/2. Acht cr:t.ijdc: St a<lsw:ipc:11 van Jku Br-ï.e
j uart.1 1 1 apr:i l 1:, 72.

s] ,.lllj'. (J 1
t
d b.in-
;hodern~;.
anje,
e:I, ni et

-4-

ENIGE RUSTIEKE HOUTEN SNUIF- EN TABAKSDOZEN,

door H.A.M.Huveneers.

In de grote en kleine verzamelingen tabakscuriosa nemen de tabaks-
potten, -dozen en - snuifdozen een prominente plaats in.
Er zijn er dan ook veel bewaard gebleven, iedereen ( althans de mans-
kerels) bezat immers zijn eigen tabaks- of snuifdoos, en niet zel-

den méér dan een.
Afhankelijk van de welstand van de bezitter werden ze vervaardigd uit
hout,been,leder,tin,koper,zilver of goud. Het assortiment was schier

onbeperkt.
Slechts de allerarmste pagotters, die zich zelfs de zeer bescheiden
luxe van een koperen of houten tabaksdoos niet konden veroorloven
bewaarden hun -meestal bar slechte- tabak in een lederen of linnen
builtje of een varkensblaas . . ...

i

De houten snuif- en tabaksdozen, de fraaie tl sineesverlackte" en kun-
stig gesneden exemplaren buiten beschouwing gelaten, zijn in de meeste
collecties slecht vertegenwoordigd.
Men zal ze moeten zoeken in streekmusea en verzamelingen van boeren-

gerief.
Het is waar, ze kunnen niet wedijveren in schoonheid met de uit kost-
baarder materiaal gemaakte,uitbundig versierde stukken, maar juist
hun sobere uitvoering verleent hen een zekere attractiviteit. Het is
zeker de moeite waard om eens bij deze categorie tabaksutensiliën

stil te staan.

De meest simpele dozen en potten werden verkregen door uit een flinke
tak van een berk of vruchtboom een schijf te zagen, deze vervolgens
uit te hollen en daarna te voorzien van een taps gesneden en daardoor
in de gemaakte holte klemmend dekseltje.( fig .1. )
Dit dekseltje kon verwijderd worden met behulp van een koordje of
lederen vetertje dat door het doorboorde dekseltje naar buiten stak.
( fig.1a en 1b) Naar hun uiterlijk worden deze potten en dozen
"queue de rat" ( rattestaart) genoemd.

Ze zijn soms ook vervaardigd van een in een cirkel of ellips gebogen

reep berkebast, waarvan de uiteinden vaak op kunstige wijze ineen

gevlochten zijn.Kleine houten pennetjes, vanaf de zijkant ingeslagen,

hielden de houten bodem op zijn plaats.( fig.2) ·

Tot deze variëteit kan ook gerekend worden de z.g.n . "toejas" of
n toeljas tl ( een verbastering van het Russische" tuyes ".

Het zijn tabaksfustjes uit berkeschors, die meestal aan de bove~- en

onderzijde verstevigd zijn met houten hoepeltjes of koperen strips.

Ze werden meegebracht als souvenir door schippers die op Riga en om-

geving voeren.( fig.3) ·

Dan zijn er nog de dozen waarvan de" bak II uit een stuk hout is ge-
sneden en waarvan in de regel al aanzienlijk meer tijd en zorg is be-
steed.( fig.4,5 en 6) Het dekseltje bij deze dozen sluit meestal beter
af dan bij de queue de rat.Veel van deze dozen zijn met een scharnie-
rend deksel uitgerust. Sommige van dergelijke dozen zijn door de maker
verfraaid met snijwerk waarvan de kwaliteit sterk uiteenloopt, afhan-

kelijk van de vaardigheid van de snij der.

Nagenoeg al deze dozen zien er fijn gepolitoerd uit. Deze glanslaag
is echter niet met opzet aangebracht, doch geleidelijk ontstaan door
het dagelijks gebruik, door al die keren dat de bezitter van de doos

zijn troost zocht in het edele tabakskruid.

-5 -

-6-

~!JPAARDEN KRULSTAAFJES

~ocrdat_;n + 1600 pijpen~akers uit witbak~ende kl~i tabakspijpen
vervaardigden Karen de eigenschappen van aeze kleisoort al beKend.
I:-i èe 1 Se en !6e eeuw maakten de n beeldedruckers '' of nhillige-

'.:.2.ckers" de bekende pijpaarden heiligenbeeldjes.
Ja:: iaarn.::. '!lit deze klei naast de "stenen" pijp ook kleine gebruiks-
voon,erpj es v.·erden gemaakt, be\.:ij zen de vondsten var- de zogenaamde

krulstaafjes.

In vijf jaar pijpekoppen zoeken vond ik er een aantal, waarvan in de

a~jeelding de onderlinge verschillen goed naar voren komen.

Je meeste zijn eenvoudig en volgens de er op voorkomende vingeraf-

d~~k~e~ net de hand gerold.

C~da:: andere, zo getuigen de naden, in 2-delige vormen vervaardigd

en ~et de agaatsteen bewerkt (geglaasd) zijn, kunnen deze mogelijk

een bijprodukt van pijpenmake~s zijn.

OJ=erkelijk is dat alleen de geglaasde exemplaren heel gebleven zijn.

Blijkbaar droeg deze bewerking bij tot ~eer stevigheid.

Jccr de knotsvornige uiteinden worden deze staafjes vaak versleten

voor stanpertjes die in vijzeltjes werden gebruikt voor het fijn

=ale~ van medicijnen. In

~~geland zijn deze voor-

Kerpjes echter bekend als

~ruls~aaftes voor_~et prui- - Hi~~-~ -....<::[!/.':,~---==-r;:::-?_,,-:.:· ,
~e~rr-aKen.~nkele p1Jpehma-
kers, die op het ~aken er

~an patent hadden, zetten

er hun merk op.

Je afbeelding hiernaast

is ontleend aan de encyclo-

nedie van Diderot et d'Alam-

Sert.Het gebruik van deze i i ~; :1
st2afjes wordt daarin goed
i
Keergegeven. Ook geeft dit

Kerk een aardige beschrij- /1i 1
vini, waarvan nu een sanen-
; i
vat-:ing volgt:
De pruikenmakers gebruiken ! 1
"moules"(=model) of "bil-
t.oquet:s"(=krulhout) om de 1. /
!1
i 1
,i .
.. -.... '.

taren te krullen.

Ze zijn gemaakt van Buxus -

(=pal~boom) of ander hout,

hebben een lengte van 3

duim en zijn verschillend

van dikte.De dunste hebben

slechts een dikte van een

pijpesteel.De tweede soort

heeft de dikte van een

schrijfpen(ganzeveer).

Vervolgens hebben die van

de derde soort bijna een

pinkdikte,van de vierde

soort een pinkdikte, van

ëe vijfde soort de dikte

van een ringvinger,van de

zesde soort de dikte van

èe ~id<lelvinger.

-7-

De zevende soort was iets dikker dan de vorige,de achtste soort
had een dikte van een vinger, terwijl de negende soort iets dikker
dan de duim was.
de "moules" van buxushout zijn de beste.De andere houtsoorten nemen
meer water op en zijn daarom moeilijker te drogen.
Vroeger gebruikte men "moules" van aardewerk ( terre ) .
Die worden niet meer gebruikt, want als men deze op de êtuve ( =droog -
oven) legde, werden ze vaak te heet en schroeiden dan het haar.
Verder volgt er nog een beschrijving van stukjes touw die voor dit
doel we rden gebruikt.Omdat dit niet van toepassing is op de klei-
staafjes zullen we hier niet verder op ingaan.

Het dateren.De datering geeft weer wat problemen. De auteur spreekt
over vroeger. Aangezien dit werk in de tweede helft van de 18e eeuw
tot stand kwam ( 1751-1780 ), is het goed mogelijk dat hier de 17e
eeuw wordt bedoeld.
De pruik kwam omstreeks 1620~in zwang, gelijk met de opkomst van de
pijpenindustrie. Gemerkte exemplaren kunnen mogelijk een antwoord
geven op de vraag wanneer ze gemaakt werden. Ook bodemvondsten uit
goed te dateren lagen afkomstig kunnen hierbij behulpzaam zijn.
Aangezien ik niet in het bezit ben van gemerkte staafjes zijn alle
inlichtingen over pijpaarden staafjes welkom.
Mochten er reacties zijn met bruikbare gegevens, àan zal ik er in
een volgend nummer verder op ingaan.

Inmiddels is bekend dat Hans P.K.Smiesing.
v.d.Meulen een compleet en
gemerkt krulstaafje bezit. ..' i/ /

Het staafje draagt het merk
de gekroonde WB. Dit merk

is aan beide zijden van het
staafje aangebracht.

Deze bodemvondst komt uit de
omgeving van Gouda.

Maar daar is het merk WB on-
bekend. In Engeland kent men
wel dit merk.In de 18e eeuw

werd in Stamford het merk WB
gevoerd.

- 8-

DE JONG 1 S PIJPEN- EN AARDEWERKFABRIEK.

door A.C.de Jong.

Toen op 1 mei 1934" De Jong's Pijpen- en aardewerkfabriek werd op -

gericht waren er in Gouda buiten de grote fabrieken van Goedewaagen

en van der Want nog twee kleinere fabr iekjes,t.w . de Firma P.B. van

der Broek op de Raam 35, en de Firma Nico van Duijn van Velzen op

de ~ieuwe Haven 96.

De laatste fabrikant had als fabrieksmerk" het scheepje".

Ui t oude rekeningen van deze fabriek ( + 1940) kunnen we aflezen

dat bijvoorbeeld 1 gros lakpunten toen 79, - kostte . Een gros dubbele

krul len werd in 1941 verkocht voor f8,64.

De Firma van der Broek verdween omstreeks 1938 en Van Duijn volgde

enige jaren later. De Jong maakte nog pijpen tot 1977 en heeft dus

4 3 jaar bestaan. t

De eerste behuizing werd in 1934 gevonden aan de Gouwe 192 a.

Later verhuisde de fabriek naar de Kleiweg 42 ( thans Ven D ).

Tot 1965 heeft de fabriek daar pijpen gemaakt.In datzelfde jaar

ve rhuis de De Jong naar het laatste adres; Wilhelminastraat 10.

In de loop der jar en werden allerlei modellen pijpen gemaakt .

De meest verkochte waren: de korte en de lange kantoorpijp , de goliath,

de sportpijp,de Portorico en verder alle soorten doorrokers en minia-
t uren.

Naast deze rechte pijpen werden ook krulpijpen gemaakt, zoals de dub -

bele - en de enkele tabakskrul,de sigaren-en sigarettenkrul, zelfs

we rd nog een miniatuurkrul gemaakt,waarvan het rookkanaal werkte!

De krulpijpen waren buiten Gouda vrijwel onbekend.

's Winters vonden de pijpen veel aftrek op het ijs .

Vo oral de Rotterdammers kwamen schaatsend naar Gouda om de op de pet

of jas genaaide pijpen weer heelhuids thuis te brengen .Ook siroopwafe-

len en sprits vonden gretig aftrek bij de schaatsers.

De laatste jaren is er van die ijs -

tochten niet veel terechtgekomen.

Deels door het ontbreken van sterk

ijs,deels door het ontbreken van

een vlotte verbinding met de binnen-

stad .Mocht er ooit nog eens een

strenge winter zijn, de sfeer van

vroeger met de kramen pijpen,koek

en anijsmelk zal wel nooit meer ko-

men.De pijpmakerij is vrijwel uit-

gestorven . De Firma van de r Want maakt

nog op kleine schaal handwerkpi jpen.

De Firma Goedewaagen (Nieuw Buinen )

maakt ook pijpen, maar di t heeft met

handwerk niets te maken .

Men gebruikt vloeibare klei die in

gipsen mallen word, gegoten.Deze

manier wordt behalve in ons land ook

in Amerika en Engeland al jaren toe-

gepast.

He.:t pand aan. de. WUhel.m,é,n.M.tJtaa;t 7O
in. Gouda,de. voo1t.maLi9e. p,i.jpe.n6abJu.e.~.

- 9-

t.n

C)
C)

C:

()

L.:..l

!, -1 0-

-1 1

1 ç::

-- Q)

.p,..

.,-;

p.

N
Q)
~

r..... 0r ~~~0,.

OE JONG :- G·n\)Î( ' r) - - - Nico· vA

8 (:' (,\~\, 1 '

fJ\')~~r,_ ·liUllOf~ 1îl1

~f,:1 ,,: -,-<-q~~i;:•Jsl'-,û~

NIEUWE H

PA.lltCK.M&:RIC. ~~~~
~~

f ,, ~

'-! 6 /

REKENING VOOR

f lI

' \i f\ \ 1h1M(lMl \,u/1\' l Ll ,p/•) 1" /Lf 7. ,,. . ),"l .,t,.if.,ti·,.f,';,....-f..>..,-t,.,.-1"'

'"-..,, ~~'''-._,.,

·-•~.•~• ••"••l••-'"I

Boven: 3 verschillende plakkers Fabriek · , Kleiweg 42
van de firma De Jong, die ge- Kantoor : Du Toîlstroat 5
bruikt werden om op de pijpen Telefoon: 01820-3662
te plakken.
na 18 uur 3677 of 4677
Rechts boven: een rekening uit Giro : 236241
1941 van de firma Van Duijn van
Velzen.Hieruit blijkt dat pij-
penfabrikanten aan elkaar le-
verden.

Rechts onder: Een briefhoofd
van De Jong's pijpen- eri aar-
dewerkfabriek toen het ge-
i>bauw aan de Kleiweg stond.

•. . . , , - - C a , . . . . , , " ' l : t , . r ' " t . Q , . , , o - " ' t ~ . . . . . . . , . ~ a , . . . . . - t ~ ~ ~ C & , " t V . . . - . : Q . . . , , ' t ( t . . . - , - " 1 ~ . . . . . . - - - C . . . . . . - , : C , . , " ' t ~ o . , . - , - " t G , . . , - ' " t : O

AN ou1JN VAN VELZEN,

PIJPENFABRIKANT. !d

AVEN 96 - - GOUDA.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
; 1 Ç.j....... 1 " i /. .c·---,1' ,.,
Gou DA, ~;;J·'.l"'·:=--·'·~'·~..,~"'·"'<~,.~:.......... 19 1 - / ~
,
; j- . ··:f ,....,,, v/ ·I~' ? !..,....~1 1 ~

f,.
_,..... t.
..(:l.::{,.......'.ir•::'.~:. ...i~.f.........j...,.{,.r.\~::>::.:~:.~~·:···~~::...(::r·U-.·····...........::'.1];t..1;.1.u:.t}A~...

y/~N Nlc.9 ' VAf'fpUIJN VAN VELZEN .

,". /J'( "' :., ;. .,/;"'.r .i:
I ;: ~-.--; Il.~.it~"-;"".
V ~-- I'

t...,..' - ~ ,..,!'• ,F"-- 1..,.,...{} , · t ..,,, ./ - -~..,f,,.-,~,,....,. ·-·- · --\,~,.~ ·.( ~j-}~~ '~:~ ,
i!-
f
-

1

':De ~on~ "

Piipen- en Aardewerkfabriek

Gouda, ._.1...,.
19

-12 -

Boven: Sigaretten- en sigarenp13pen van de Firma De Jong,
handbeschilderd met olieverf.

N.B. De foto van het pijpenatelier op blz . 9 is in het bezit van
de Heer de Jong. Zijn vader is als pijpmaker bij Goedewaagen
begonnen.

DE HISTORIE VAN EEN ORANJEPIJP IN 1795,

Ten tijde van de Franse overheersing van Nederland kende men de
leus: "Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap". Nu was het met deze
leuze jammer genoeg niet zo gesteld, dat men dit ook in praktijk
bracht. De Vrijheid van meningsuiting, in onze tijd zo hoog geno-
teerd, was in die tijd levensgevaarlijk.Zo stonden er op het roepen
van "Oranje Boven" of het dragen van een oranjelint zeer zware
straffen, zoals 10 jaren tuchthuis plus eeuwig durende verbanning
daarna.Dit ter illustratie van de volgende historische gebeurtenis.
De pijpenfabrikant Glaud Mathé had vóór het II Oranje Boven" ver-
boden werd een partij pijpen vervaardigd met deze leuze.
Zeer begrijpelijk trachtte hij, ondanks het verbod, zijn voorraad
te verkopen. Door een verklikker verraden moest hij voor de Heren
komen, maar kwam er genadig af, door zijn hele voorraad ten stad-
huize in te leveren.
Vanaf 1759 totdat hij in 1813 overleed komt er een Glout Marté
( Gloudt Marthee) voor in de merkenboeken van het Goudse pijp-
makersgilde, voerende het merk 55.
Daar men het met de naamgeving in die tijd niet zo nauw nam kan
men aannemen dat dit de reeds eerder genoemde Glaud Mathé is, die
het voorval nog geruime tijd overleefd heeft.
Bronnen: Een paar belangrijke eeuwen in Gouda's historie,door

P.D.Muylwijk 1948.
Pijpmakers en Pijpmerken 1724-1865, door S.Laansma.

Leen van den Berg.

""13-

Koninklijke Hollandsche Pijpen- en Aardewerkfabrieken.

Serie 10.

~lzabé's". Gewone pijpen met groote koppen.
Pipes ordinaires á têtes grandes.
Ordinary pipes with large bowls.
Gewöhnliche Pfeifen mit grossen Köpfen.

- - ~427 - -

CENTIM::'.ïERS.
2 J 4 ~ t, 7 S 9 10 -f1 ff f3 //, ' 1J IÓ IT fJ 1J 'lCf

H~ ELLE ~ SCA Lt - MASZST~S

27

Bladzijde uit GOEDEWAAGEN'S PIJPENCATALOGUS nr.6.
De meeste Goedewaagen pijpen zijn in deze catalogus
afgebeeld.(m.u.v. de gegoten modellen)

Deze Goudse fabriek voerde 12 merken, waarvan de be-
kendste de gekroonde ES is.

-1-

**~**********************************************************************

3 MAANDELIJKS CONTACTBLAD VOOR DE PIJPENVERZAMELAAR

REDAKTIE: F.Tymstra, Zilvermeeuwpl antsoen 21, 1131 MG Volendam. tel:02993-64206
voor informatie, insturen van kopy, advertenties.

H.v.d.Meulen, Utrechtse Jaagpad 115, 2314 AT Leiden. tel:071-412156
voor informatie, ingezonden brieven.

L.v.d.Berg, Bloemstede 22, 3608 TK Maarssenbroek.tel:03465-64137
voor administratie abonnementen,verzending,oude nunvners.

ABONNEMENT: f 12,50 per jaar,ingaande 1 juni 1979.0ude nurraners f 3,- +porto

BETALING: Postgiro 1636225 t.n.v. Pijp.Kr.Ned. Bloemstede 22, Maarssenbroek.

*************************************************************************n

Ze jaargang nr.7 december, 1979.

*************************************************************************

MEDEDELING VAN DE PENNINGMEESTE~

Op het ogenblik moeten nog+ 25 leden hun kon-
tributie voor de Ze jaargang van de P.K.N. be-

talen.
Daar het blad tegen kostprijs gemaakt wordt
brengen zij nr.8 ( laatste nr. 2e jaargang)

in gevaar.
Uw betaling dient vóór 31 december overgeschre-
ven te zijn, anders zien wij ons genoodzaakt de
zending te stoppen en wordt U als lid geschrapt.
Met ingang van de volgende jaargang worden de
nummers alleen verzonden als U vóór 1 juni 1980
via de bijgeleverde acceptgiro betaald heeft.

Zoals U leest geen plezierige mededeling, maar het zou onjuist zijn
als de goeden onder de kwaden moeten lijden.
Verheugend was het feit dat een behoorlijk aantal leden gebruik ge-
maakt heeft van de fotocopieën-service.Het was een hele klus, maar dat
hadden we er graag voor over. Het is de bedoeling, dat we dit in de
toekomst vaker zullen doen.

*************************************************************************

VRAAGBA A K ADVE RT E NT I E S
*************************************************************************

Wie kan mij iets vertellen van de hieronder
getekende pijp? Misschien weet iemend iets
van de tekst op de steel of van de maker.
De kop is geglaasd, en de rand gebotterd.
Vindplaats: Gouda.

Arthur van Esveld.

f e~e

ANDERt Z!/DE : J P.'ZWIIR

-2-

In mei van dit jaar vond ik in 'sGraveland op een omgeploegde akker
een vrij groot aantal pijpekoppen, waaronder drie Walter Raleigh
pijpen.
Zoals menigeen bekend zal zijn is een groot gedeelte van 's Grave-
land, zeker alle landgoederen, met Amsterdams huisvuil bemest en op-
gehoogd. Dit vond plaats in de 17e eeuw, maar ook in de daarop vol-
gende perioden werden de akkers van Amsterdams huisvuil voorzien.
Een van de leukste vondsten die ik toen gedaan heb is een groot stuk
steel van waarschijnlijk een reclamepijp uit de 17e eeuw.
Het fragment is hieronder op ware grootte afgebeeld, met middenin
het vooraanzicht op 11 x de ware grootte.
Ik heb de akker nauwkeurig afgezocht of er nog andere fragmenten lagen
maar dit was niet het geval.
Als omschrijving van het gebogen stuk steel zou ik hetvolgende willen
vermelden; duidelijk zichtbaar zijn de twee boven elkaar liggende kar-
telrandjes, waarschijnlijk zijn deze met hetzelfde gereedschap aange-
bracht als de bekende kartelfanden op de pijpekoppen uit die tijd.

11 1, 5 1 11

- -,
.)-

Ook is nog te zien hoe het rookkanaal aan de bovenzijde uitmondt
in een grotere ruimte, misschien de ketel van de pijp?

Het steelfragment is gemaakt van een goede soort pijpaarde, is keurig
geglaasd en heeft dezelfde verweringsverschijnselen als de pijpe-
koppen die ik vond .

Tot op heden zijn veel vragen voor mij onbeantwoord gebleven.

- welke vorm zou de komplete pijp gehad kunnen hebben?

- Wie zou de eigenaar geweest zijn van het merk 11 de gekroonde
leeuw met de initialen PS?

- Waar zou de pijp gemaakt kunnen zijn? Is het wel een reclame-
pijp?

Deze vragen zou ik de lezers van ons blad willen voorleggen, in de

hoop antwoord op mijn vragen te krijgen.

Verder bezit ik een pijpekop

uit+ 1740 met als zijmerk ~:~-~. -.. , .
11 de-waterput". Op de andere
:... , ;

!

zijde staan de letters PVP. ~

Het merk PVP wordt door de

heer Laansma in zijn boek wel

genoemd maar nooit met het

merk II de waterput".

Is iemand dit merk bekend in

combinatie met de letters PVP?

Gaarne reakties naar mijn adres:
R.J.de Haan, Pieter de Hooghlaan 54, 1213 BW Hilversum.(035-233897)

- Het komt nog al eens voor dat de redaktie geconfronteerd wordt met
brieven van lezers, waarin informatie gevraagd wordt over enkele van
hun bodemvondsten.Soms zijn er bijzondere pijpen bij.
Ter illustratie tonen we twee pijpen uit de collectie van Marcel Zit-
man.

.....~. t

-

l7;~~~:ttf§J g•SJ:•\;'

\~ &~~o

..

.B

A. Een gedateerde piJp uit+ 1759 met het wapen van Utrecht.
Vindplaats Nes aan de Amstel.

B. Een versierd pijpje uit+ 1600. Vindplaats "de Kwakel"(Aalsmee r)

- U weet toch dat U als abonnee/lid gratis in dit
blad kunt adverteren, vragen en oproepen plaat-
sen en stukjes kunt inzenden?
En helpt U ons eens bij het signaleren van wat
oudere literatuur of artikeltjes!
red.

Het telefoonmummer van Hans van der Meulen uit Leiden in gewij-
zigd. Het nieuwe nummer luidt: 071 - 412156 .

,1

- -t -

EEN WONDERLIJKE ENGELSE PIJPMAKER ,

Afgelopen zomer was ik op vakantie -in,Engeland ( Suffolk ) .
Zoals alti jd ging ik op zoek naar pijpen. In een tobacco-shop in
Diss liep ik tegen een aantal "vreemde pijpen11 op. De verkoopster
vertelde mij dat deze pijpen met de hand gemaakt werden door een
oude man die in Wattisfield woonde.
Enige dagen later zijn we naar Wattisfield gereden, waar we de man
thuis troffen. Hij heette Len Rust (oud 71 jaar) en was vanaf zijn
pensionering op het idee gekomen om pijpen te maken.
De omgang met klei was hem niet geheel vreemd , want zijn gehele le-
ven had hij in de Wattisfieldse pottenbakkerij gewerkt.
Vroeger hield hij zich bezig met het steken van klei , het gieten
van plateel en het bakken van aardewerk .

Gebruikelijk is, dat pijpen ~ it vormen ge maakt worden.Deze vormen
kunnen van koper, ijzer of gips zijn. Het vreemde van deze pijp-
maker is dat hij geen vormen gebruikt. Hij maakt zijn pijpen uit
de vrije hand. Als materiaal gebruikt hij plateelklei.
Als sto~per gebruikt hij een stuk hout, waar hij de pijpekop als
het ware omheen kneedt. De steel kneedt hij om een ijzeren pen, die
hij grappig genoeg 11wire 11 noemt. Lange stelen worden in gedeelten
gemaakt.
Om de pijpen mooi glad te krijgen, worden ze met staalwol gepolijst.
Ook ve rsierde pijpen kome~or. Dan gebruikt hij een losse ijzer-
boor om de pijpen te bekrassen.
In een klein schuurtje bij zijn huis bakt hij de korte pijpen in
een elektrisch oventje. De baktemperatuur is+ 1200 graden, hoger
dan gebruikelijk is voor pijpaarde. Langere pijpen passen niet in
zijn oven. Die brengt hij naar de pottenbakkerij waar ze gratis ge-
bakken mogen worden.

Len Rust heeft de afgelopen jaren al heel wat pijpen gemaakt.
De opvallendste zijn de 11 reuzepijpen", hiervan is de lengte 39 cm,
de kop is groot en versierd.
Zijn produkten zijn zeer beperkt verkrijgbaar in drie winkels in
de buurt. Omdat hij maar af en toe pijpen maakt is zijn voorraad
nooit groot. Ook de vervaardiging van de pijpen is nogal tijdrovend.
Toen ik zijn gehele voorraad kocht was hij daarvan diep onder de
indruk. Onder het moJilpelen van" good heaven" en" o dear" l iet
hij merken dat hij nog nooit zo 'n goede dag gehad had.

Arthur van Esveld.

........

. •• • •~ ••

'w'HITBREAD

Pijpen van

..

1

u·,

1

n Len Rust . ( Wattisficld , Dngeland )

- 6-

PIJPENFABRICAGE IN NOORWEGEN ,

In Noorwegen heeft tot de tweede helft van áe 18e eeuw geen p1Jpen-
fabriek bestaan. Pijpen werden ingevoerd uit Engeland en Holland, die
al vanouds het monopolie hadden . Toch werden er in Denemarken , waartoe
destijds Noorwegen behoorde, wêl pijpen vervaardigd .
Om het geld in eigen l and te houden en aan een groot aantal mensen een .
broodwinning te verschaffen, verzoekt Jacob Boy in 1751 de Deense Koning
· om in Bragernes in het stift van Akershus een kleipijpenfabriek te mo -
gen beginnen, welke toestemming de 13e maart 1752 afkomt .
Alleen hij en zijn erfgenamen krijgen toestemming om de eerstvolgende
tien jaar het fabrieksmonopolie te bezitten, wel is hij verplicht bin-
nen t wee jaar heel Noorwegen van pijpen te voorzien , op verlies van
dit privilege.
Er mochten echter nog altijd buitenlandse pijpen worden ingevoerd,
zoda t Boy op 1 juni 1753 om een accijnsverhoging op de invoer van pij-
pen vraagt. Boy ' s voorraden s\apelden zich ech ter op, zodat hij ten-
slotte om een to t aal verbod van invoer vraagt, een verbod dat op 29
januari 1759 afkomt . Boy moet dan wel zorgen dat Trondheim, Bergen
en Christ i ansand het he l e jaar door voorzien blijven van pijpen , die
van dezelfde kwaliteit en prijs moeten zijn als de buitenlandse .
De tijd begint overi gens te dringen , want in 1762 loopt zijn monopolie
af en hij is bang dat anderen t oegestaan zal worden pijpenfabrieken
op t e r ichten . Da t vindt h i j op zich nog niet zo erg , als het maar niet
gebeurt i n het gebied waar hij gevestigd is. Hij heeft er geen bezwaar
tegen , als in Tr ondhe i m, Bergen en Chris t iansand- p l aat sen die alleen
zome r s en dan nog over zee t e bereiken zijn- nieuwe fabrieken zouden
komen.
In de persoon van Knud Rist , een fabrikant van sme l tkroe zen d i e zich
ook wil toe leggen op de vervaardiging van tabakspijpen , v i ndt hij een
concurrent, die echter niet genegen is zijn bedri jf zo ver weg op t e
zetten . De handelspolitieke ideeën zijn aan het veranderen, en Jacob
Boy vindt voor zij n klachten bij de koning geen gehoor meer .

Van het ja.aJt 1754 k.e.nne.n we. de. p!l.Odu.We.ujóe.Mi : 8460 g1t.o-ó van de.JLÜe.n veJz.-
-óc.lu.Uende. -óooJz.:te.n pijpen van Engeló e.n HoUand-6 model. in ve/Z.-óc.hille.nde. le.ng-

/:en.
Vondó..te.n in VJz..amme.n , .wa.a11. de fiablt.iek. gu..taan he.e6,t, ..tonen aan da..t hij Met
-ódvwomde be.halve zijn eigen me.Jz..k. 1B ook. me.Jz..k.e.n a-l6 het ze.il-óc.he.epje. en de.
-ó.la.ng, a-l6me.de. het Gou.dóe. wape.n.óc.hild met S e1tbove.n op zijn pijpen ..te. ze...t..te.n.

In 1765 s taat zijn f abriek nog aan de top . Er vinden zo'n 50 mensen
hun bestaan in . Verder weten we dat hij de steden Trondheim , Bergen
en Chri stiansand a l le jaren moet voorzien van r e s p . 400 , 500 en 300-
gr os pijpen .
Langzamerhand begi nt Jacob Boy zijn belangstelling voor het pijpen-
maken te verl i ezen . Het heeft hem geen groot gewin ge b racht.
I n 1768 a dverteert h i j in he t zelfde blad als z i jn c oncurrent Knud Ri s t,
maar in 1770 verkoop t hij zi jn bezitt ingen te Bragernes aan de wel -
eerwaarde predikant Chris t ian Finchenhoff .
De fab r iek bes taat nog in 1788 , maar dan worden er jaarlijks nog maar
1200 gros zogena amde " boere npijpen " , kennelijk een eenvoudig mode l,
vervaardigd door een man een vrouw en een gezel . Jacob Boy was reeds
in de herfs t van 1785 overleden .

~i!~r~!~~r: Anneken Pettersen: Pi pefabrikken P~ Bragernes Og Dens Grunnlegger

Jacob Boy .
Henning Alsvi k: Pipene Fra Bragernes- Fabrikken
Dramme ns Museum: Jaarboek 1938- 1943

F . F . Kompie r.

- 7-

PIJPE UYT BRANDERS,

door J.van der Meulen/H .Tupan.

In het Leids archief komen we in de 18e eeuw voor het eerst het
beroep van pijpe uyt brander tegen.

De 18e - eeuwse stenen pijp had een nauwer rookkanaal en een langere

steel dan de pijpen van v66r 1700 . Het gevolg hiervan was, dat ze
sneller verstopt raakten. Inplaats dat men nieuwe kocht, liet men
de dichtgeslibde pijpen reinigen.Door de pijpen in een oven of

boven het vuur te branden verdween de teer- en koolaanslag .

De pijpen kwamen als nieuw te voorschijn .
Lleze behandeling was goedkoper dan de aanschaf van nieuwe pijpen,

dit gold vooral voor de incourante modellen . ( mode ll en die op
bestelling geleverd werden)
Uit een r ekening van 1790 weten we wa t de" meester pijpe uyt bran-
der" Jan Crissel rekende vcror het schoonmaken van pijpen voor de

culturele sociëteit FELIX MERITIS te Amsterdam . Voor een partij van

146 gros (21 . 024) pijpen brengt hij 65 gulden en 7 stuivers in re -
kening. Dit komt neer op 3 pijpen voor iets minder dan 1 cent.
De pijpe (uyt) branders hadden van he t Gerechte der Stadt Leiden
een vergunning nodig om een oven of fornuis te bouwen als dit bin -

nen de stadsmuren lag .
Er waren strenge regels opgesteld , de brandkeuren, omde gevaren

van open vuren, schoorstenen en kache l s te beperken . Want veel hui-
zen waren in die tij d van hout en dicht op elkaar gebouwd .
In 1808 besluit het Leidse s t adsbestuur dat een brandende pijp op
straat voorzien moet zi jn van een dopje om het wegspringen van von-
ken te voorkomen , dit op straffe van een ge l dboete· van f 3,- .

In het Leids archief troffen we de volgende pijpebranders aan:

Anslijn,David 1787 Gerecht . 1787 blz . 375/376
1738 K. O. T . NN . 2 109
Duyff,Benjamin 1785 Sch. 73 Lr . O Fo.25
Meye r, Casper 1785 Gerecht . 1785 blz .1 82 (zie afb.)
Moolenaar,Jacobus 17 75 K. O.î. W . 2 131
na 1749 Secr.Ar . 7574 nr.7
Obij,Pieter 1777 K.O. T . W . 4 238
Obijn,Abraham 1787 Gerecht. 1787 blz . 70vs
Schuurenbrand,Johannes 175 9 K • 0 • T • RR • 2 14 8

Smit,Johannes na 1749 Secr.Ar . 7574 nr . 9
Vliet,Jan van
1800 K.O. T. B. 2 . 11 9
Pijpebrandster; 1802 K.O .T. b . 4 233
Bogaart,Aatje van den
Pijpbrandersknegt;
Kasteel,Andries

Rij, Frank van

In Utrecht komt de piJpe uyt brander Pieter Pothoven voor.Van hem
is bekend dat hij in 1793 de 100ste penning( belasting) niet be -
hoefde te betalen, daar hij niet genoeg vermogen bezat.

In Engeland maakten de pijprokers ze lf hun pijpen schoon.
Ze lieten bij de pl aatselijke smi d een metalen r ek construeren ,

(zie afb . ) waarin de pijpen gelegd werden.
Het rek met de pijpen werd in een vuur gezet en na enige tijd wa-
ren de pijpen schoongebrand .
In Nederland heef t men incidenteel ook deze manier van schoonmaken

gekend , hetgeen blijkt ui t de aanwezigheid van een pijpenrek in

het Bakke r smuseum te Middelstum (Gr.) .

- 7-

PIJPE UYT BRANDERS,

door J.van der Meulen/ H.Tupan.

In het Leids archief komen we in de 18e eeuw voor het eers t het
beroep van pijpe uyt brander tegen.

De 18e-eeuwse stenen pijp had een nauwer rookkanaal en een langere

steel dan de pijpen van v66r 1700.Het gevolg hiervan was, dat ze
sneller verstopt raakten. Inplaats dat men nieuwe kocht, liet men
de dichtgeslibde pijpen reinigen.Door de pijpen in een oven of

boven het vuur te branden verdween de teer- en koolaanslag.

De pijpen kwamen als nieuw te voorschijn.
Lleze behandeling was goedkoper dan de aanschaf van nieuwe pijpen,

dit gold vooral voor de incourante modellen.( modellen die op
bestelling geleverd werden)
Uit een rekening van 1790 weten we wat de 11 meester pijpe uyt bran-
der" Jan Crissel rekende vcror het schoonmaken van pijpen voor de

culturele sociëteit FELIX MERITIS te Amsterdam. Voor een partij van

146 gros (21.024 ) pijpen brengt hij 65 gulden en 7 stuivers in re-
kening. Dit komt neer op 3 pijpen voor iets minder dan 1 cent.
De pijpe (uyt) branders hadden van het Gerechte der Stadt Leiden
een vergunning nodig om een oven of fornuis te bouwen als dit bin-

nen de stadsmuren lag.
Er waren strenge regels opgesteld, de brandkeuren, omde gevaren
van open vuren, schoorstenen en kachels te beperken.Want veel hui-

zen waren in die tijd van hout en dicht op elkaar gebouwd.
In 1808 besluit het Leidse stadsbestuur dat een brandende pijp op
straat voorzien moet zijn van een dopje om het wegspringen van von-
ken te voorkomen, dit op straffe van een geldboete· van f 3,-.

In het Leids archief troffen we de volgende pijpebranders aan:

Anslijn,David 1787 Gerecht. 1787 blz.3 75/376
1738 K.O.T. NN.2 109
Duyff,Benjamin 1785 Sch. 73 Lr.O Fo.25
Meyer,Casper 1785 Gerecht. 1785 blz.182 (zie afb.)
Moolenaar,Jacobus 1775 K.O.î. W.2 131
na 1749 Secr.Ar. 7574 nr.7
Obij,Pieter 1777 K.O.T. W.4 238
Obijn,Abraham 1787 Gerecht. 1787 blz.70vs
Schuurenbrand,Johannes 1759 K • 0 • T • RR • 2 14 8

Smit,Johannes na 1749 Secr.Ar.7574 nr.9
Vliet ,Jan van
1800 K.O.T. B. 2 . 119
Pijpebrandster; 1802 K.O.T. b.4 233
Bogaart,Aatje van den
Pijpbrandersknegt;
Kasteel,Andries

Rij,Frank van

In Utrecht komt de p1Jpe uyt brander Pieter Pothoven voor.Van hem
is bekend dat hij in 1793 de 100ste penning( belasting) niet be-
hoefde te betalen, daar hij niet genoeg vermogen bezat.

In Engeland maakten de pijprokers zelf hun pijpen schoon.
Ze lieten bij de plaatselijke smid een metalen rek construeren,

(zie afb.) waarin de pijpen gelegd werden.
Het rek met de pijpen werd in een vuur gezet en na enige tijd wa-
ren de pijpen schoongebrand.
In Nederland heeft men incidenteel ook deze manier van schoonmaken

gekend, hetgeen blijkt uit de aanwezigheid van een pijpenre k in

het Bakkersmuseum te Middelstum (Gr.).

-8-

,. Transcriptie Gerechtsdagboek XXXX
· 1785 , nr 182 .

Leids Gem. Archief.

J-A-C-O-B-U-S---M-O-L-E-N-AA-R-

Aan de Edel e GrootAgtb. Heeren die
van den Gerechte der Stad Leijden.

Geeft met schuldige Eerbied te kennen
Jacobus Mool enaar dat hij suppl .
gaarne in een Huys en Erve staande
ende geleegen binnen deeze Stad op de
Vliet in de Kaarsemakerije agter het
Woonhuys zoude doen stallen een oven
tot het uijtbranden van Pijpen waar-
toe den suppl. ootmoedig is verzoe-
kende Ued.GrootAgt b. Consenten
uerstond 1 t welk doende en uijt
naam van den Suppl. (was getee-
kent) W. H. Dozy .
In margine stond geapposti lleerd:
Die van den Gerechte der Stad Leijden
hebben bi j deezen aan den Suppl .
geconsenteert ·en toegestaan dat hij in
de Huijzinge en ter plaatse in de Re-
queste gemelt zal moogen doen stel -
len een Oven tot het uytbranden van
Pij pen
Actum den 20 December 1785 ( on-
de rstond) Mij teegenwoord_i- g ( was
get. ) J . J . Hubrecht

uithangteken van de pijpe- metalen rek waarin de p1Jpen boven
uitbrander o het vuur schoongebrand werden o

-9-

Literatuur:

Archief,Leids Gerecht= Gerechtsdagboeken

K.O.T. = Kerkelijke ondertrouw boeken

Sch. = Schepenhuwelijken

Secr.Ar.= secretarie archief

Archief,Utrecht

Brongers,G.A. Pijpen en tabak 1964,blz.109.

Pijpenbrevier 1973,blz.205.

Van Gouwenaar tot Bruyère pijp 1978 blz 92.

Domburg,A van Lof der tabak blz 203.

Fearn,J Domestic Bygones , Shire Album 20 1977.

Frederiks,P.J. Eigen Haard 1888.

Schotel,G.D.J. Het maatschappelijk leven onzer vaderen in de 17e eeuw.
Scott,A & C. Tobacco and the collector 1966 blz.44/46

Discovering Smoking Antiques 1970 blz.21

-W-O-U-T-ER---JA--N-S-, --E-EN---A-M-E-R-S-F-O-O-R-T-S-E-i-P-IJ-P-M-A--K-E-R-,

In tegenstelling tot diverse andere steden, zoals Leiden, Gouda en
Groningen bestond er in de Amersfoortse tabakspijpenindustrie weinig
of geen concurrentie.
De mij vroegst bekende pijpmaker is WOUTER JANS VAN ECK.
In december 1654 (1) krijgt hij namelijk van de II regeerders der stad
Amersfoort" het recht om pijpen te maken binnen de stad, met " seclu-
sie van anderen", over een periode van 4 jaar.
Dit lijkt op het eerste gezicht niets bijzonders, maar de betekenis
van" seclusie", namelijk" met uitsluiting van anderen n maakt het
geval interessanL Men kan de conclusie trekken dat 1-JOUTER JANS van het
stadsbestuur het alleenrecht krijgt om binnen de stad Amersfoort pijpen
te maken gedurende de periode 1654-1659.
In 1660 (2) en 1664 (3) herhaalt zich dit recht.
We kunnen stellen dat WOUTER JANS tussen 165 4 en 1668 totaal beschermd
wordt door de bestuurders der stad Amersfoort . Hij ondervindt geen
concurrentie van anderen uit Amersfoort.
Op 30 december 1667 (4) is het echter afgelopen met de protectie van
WOUTER JANS, getuige de volgende resolutie:

Ve. Jte.g e.eJuieJt.6 Va.n. 6AmeJ7Á 0 0 ti.:t ,6;teJ..le.n. e.e.n. le.de.Jt VJU.j he.t ta.ba.k.pijp-

ma.k.e.n. bin.n.e.n. de.J.i e.Jt -6te.de. te. e.xe.Jtc.e.Jte.n..

Wat de reden van deze resolutie is geweest heb ik niet kunnen achter-
halen. Vermoedelijk is WOUTER JANS gestorven of naar elders verhuisd.

Amersfoortse kleipijp, ~ 1680.
Gemerkt HC, maker onbekend .
Vindplaats: Stadsring Amersfoort.

N--o-t-e-n: 1. resolutieboek, 04 december 1654, Gem.Archief Amersfoort.
2. resolutieboek, oktober 1660, Gem.Archief Amersfoort.
22

3. resolutieboek, OS december 1664, Gem.Archief Amersfoort.
4. resolutieboek, 30 december 1667, Gem .Archief Ame rs fo ort.

H.Tupan.

-10-

OVER FOSFORLUCIFERS EN PYROGÈNES ,

door H.A.N. Huveneers.

Voor de uitvinding van de lucifer bracht de roker z1Jn tabak aan
het branden door hetzij raet een houtspaander of plantestengel
- later aan één of zelf s beide einden i n zwa ve l ge dompeld om hem
nog beter te doen branden - vuur uit de haard of een kaarsvlam te
nemen, of door er een gloeiend kooltj e uit de test of het komfoor

tegen te houden.
Bevond hij zich buiten, dan moest hij vuur maken met behulp van
een brandglas - waarbij hij afhanke l ijk was van de zon - of vuur
slaan met een vuursteen en vuurstaal. Dit laatste was niet zelden
een hele toer , getuige het volksrijmp j e :

u Ze. k.e.ute.n. UJel e.e.n he.el u.wr.
en ha.dde.n t oen nog gee.n vuu/t 11

i

De uitvinding van de fosforlucifer in het begin van de 19e eeuw
betekende een enorme vooruitgang . De Engelsen schrijven haar toe
aan Chancel, die volgens Stein ( Kulturfahrplan,875) al in 1805
"Funkzündhölzer" zou hebben vervaardi gd. Anderen schuiven John
Walker naar voren, een apotheker uit Stockton-on-Tees, die op 7
april 1827 uit antimoniumsulfide, potassiumchloraat, arabische
gom en stijfsel een soort lucifer maakte di e , a angestreken op
zandpapier, én een vonkerig vuur én een ondraaglijke stank produ-
ceerde . De Duitsers houden het op Kammere r a l s eerste en ook de
Fransen, Russen en Zweden eisen de eer der uitvinding voor zich

op .
Deze fosforlucifers waren aanvankelijk door hun lage ontbran-
dingstemperatuur erg gevaarlijk . Er waren er die reeds ontvlam-
den als ze werden blootgesteld aan lucht.In dit verband wordt wel
de anekdote verteld van de boer die een tijdens de kerkdienst
ontstane broekzakbrand in allerijl moest blussen in het wijwater-

vat.
Gaandeweg verbeterde de kwaliteit echter en reeds in het midden
van de vorige eeuw kwamen de Zweden met hun veiligheidslucifers .
De ouderwetse fosforlucifer wist zich nochtans te handhaven tot

in de 20e eeuw .
In 1901 was het in Nederland nog nodig de vervaardiging en ver-
koop van fosforlucifers bij een speciale wet aan banden re l eggen .
Deze lucifers werden bewaard in zogenaamde pyrogènes, doosjes,
etuitjes of bakjes die met elkaar gemeen hadden dat ze fosforlu-
cifers konden bevatten en dat ze waren voorzien van een geribbeld
of anderszins ruw vlakje waarop de lucife rs kon den worden aange-

streken.
Aanvankelijk werden de lucifers opgeborgen in metalen, houten of
aardewerk dozen of potten die met het oog op de lage ontbrandings-
graad, konden worden afgesloten. (figuur 1)
Men onderscheidde drie soorten pyrogènes: de wandpyrog~ne, de ta-
felpyrogène en de zakpyrogène . De pyrogène was oorspronkeli j k so -
ber van vorm, doch naarmate de fosforlucifer e en hogere vlucht nam
en de pyrogène in de huishoudens van zowel de gewone man als de
welgestelde voorkwam, en ook in de koffi e huizen steeds moe ilijker
weg te denken was, ontwikkelde zich een grote verscheidenhe i d van

vormen .
Naast werkelijk fraaie en st~lzuivere exemplaren zag men zeer bi -
zarre ontstaan . De gebruikte materialen z ijn velerlei: glas, aar-

dewerk, porcelein, metalen en hout .
In de categorieën wand- en tafelpyrogènes bestond een bijzondere
voorkeur voor mensenhoofden,dierenkoppen of bustes , doorgaans karak-

- 12-

r - Op ware grootte

Figuur 6.

Figuur 7a.

Figuur 7c.

- 13-

turi stis c h , waa rb ij de s nor , baard , haren kraag of een deel van

de hoofb ede kki ng ge r ib beld 'h'a s of op een an de re wij ze ruw gemaak t.
(fi gur en 2 en 3)

In de cafEs zag men doorgQans eenvo udi ge pyrogênes van wit gegla-

zuurd a a rdewe rk in de vorm van e en a fgekno tt e kegel, soms me t een

s choteltj e of bas ementje eronder, en meestal voorzien van een re-

clame voo r het e en of ander d r ank je . ( figuur 4 en 5)

Ap a rte vermelding verdienen de gracieuze porceleinen pyrogènes uit .

de 80er en 90er jaren . Ze zijn vrijwel identiek aan de talloze

beeldjes die ui t deze periode stammen. Ze stellen hondjes en poesjes

voor die kleine karretjes of sl eetjes trekken, of kinderen met een

mandje aan de arm of een korfje of takkebosje op de rug,of staande
naast een vat of kist.(figuur· 6)

Ze we rden geb ruikt om er kleine boeketjes in te zetten . Zijn het

... pyrogènes , dan stonden er in plaats van bloeme tj es , lucifers in en
vind en we onvermijde lijk aan de onderzijde van het beeldje of el -

ders het geribbelde strijk~lakje .

De za kp yrogèn e s zijn in de regel van metaal (blik , koper doch mees-

tal zilver) en slechts een enkele maal van hout, schilpad , ivoor

of nog andere materialen . Het merendeel is recht hoekig van vorm en

tamelijk plat . Als ze al niet uitbundig versie rd zijn met in he t

metaa l geperste ornament alische versieringen, zoals geometrische

figuren of Jugendstill -ranken , dan zijn ze tenminst e rit misch in-

gesnoerd of ge graveerd . Sporadisch ziet men er met stukjes turkoo is

of andere halfedelstenen be zet.

De nie t-r echt hoekige zakpyrogènes vond men in all e denkbare vormen,

o. a. koffers en tassen ,sigaren,boeken ,schoenen en vooral diervormen.

(figuur 7 a , b en c)

Tenslotte verdienen nog de aandacht de pyrogènes die méé r waren dan

alleen opbergruimte voor lucifers . Voor de hand liggend en veel voor-

komend was de combina tie pyrogène-asbak en de pyrogène - sigarenkoker

of - presentat or . Minder vanzel fsprekend is het weerhuisje, tevens

pyrogène. Ook minder bekend i~ de inktstel - pyrogène, de brillekoker-

pyr ogène en de parapluie - pyrogène .

Het simpele Zweedse schuifdoosje met strijkvlakken rekende uitein-

delijk met al dit moois af .

***********************************************************************

L I T E RAT UUR
***********************************************************************

The Archaelogy of the Clay Tobacco Pipe, II.
The United Stat es of America , door Peter Davey .
341 pag . ,34 fig.,123 fo t o ' s .
bestelnummer BAR- S60 . prijs ï8 . 00 (~ f36 ,- )
Bestellen bij ~.A . R.

122 Banbury Road
Oxfo rd OX2 7BP
Engeland

- Eokrijks e berichten XVII
Pijp en Toe bak , catalogus van de gehouden t entoonstelling.
door:A.Boesmans,G.A . Brongers , J . Fra i kin en M.Laenen .
138 pag ., 24 foto ' s.
prijs + f10,-
Beste lîe n bij: Openluchtmuse um Bokrij k. België .

- 1-

***************************************************************************

3 MAANDELIJKS CONTACTBLAD VOOR DE PIJPENVERZAMELAAR

~EDAKïE: F.Ty:nstr3., Zi ïvem eeuwpl antsoen 21 , 1131 MG Vol endam . tel:02993 -6<1206

voor ~nTormat• ,...• 1• e , i• nst! ure n van K• OPY , aa•vert• ent• 1e es.

H. v . d . Me ul en, Ut rechtse J1.aea,gp1.andgez11on5o,) en231o: 4r1.eAvTe Leiden . tel :071-4121 56
voor ~. nr,,..orrna.: n.

L. v. d.aerg , 5l oemstede 22, 3608 TK Maa rssenbroek.te l : 03465-64137
voor ad::1inistratie aoonnementen,verzending,oude nummers.

ABONNE~ENT: f 13,3 0 oer jaar,ingaande l juni 1980 . 0ude nummers f 3, - +porto

3ETALI NG: ?ostciro 1636225 t.n . v. Pi ia.Kr.Ned. Bloemstede 22 . Maar ssen broek. •
.... ~ 1

***************************************************************************

2e ja2..rgang nr - 8 maar t,198C.

*************************** ******************* ******* * *********************

VOOR HET JAAR

1980-1981

WORDT HET ABONN EME NT
VERHOOGD I,V,M, DE GE -

STEGEN PORTOKOSTE N

De priJ s van het abonnement gaat me t f 0 ,80 omhoog en wo r dt nu f13,3 0 .
~iet bepaald ee n bedrag om wakker van te liggen .
~ocht U o~ de §§n of andere reden geen verlenging van het abonnement
~en sen, dat is het noodzakelijk om dit v66 r 1 ap r il 198 0 op te ze ggen,
U kunt d a. t cioen d. ril . v . een briefkaart naar: P ij pe 1 ogis che Kring Xed .
p / a Bloemstede 22, 3608 IK Maarssenbroek.
Ingesloten vindt U een acceptgiro voor de volgende jaarga~g ( ~ at zijn
de nuIJ.mers 9 t /m 12 ) ?{uITUï:.er 9 , ( verschijn t in juni) KO reit pas v erz onden
na bij sch rij ving van het abonnemen ts geld . Dit is nodig nadat gebl sken
is dat in he t ver l eden enkele leden zich niet ti jdig aan hun verp lich-
tingen hebben voldaan .
· We z ien ons genoodzaakt na vele aanschrijvingen Mark van Oort met in-
gang van heden van de l edenlij st af te voeren .

***********************************************************************

VR A AGB AA K- A D V E R T E NT I E S

***********************************************************************

Aangeboden ~icotiana Tabacum door G.A.Brongers. (nieuw) .
Ruilen voor gave 18e- eeuwse gedecoreerde ~ederlandse pijpekoppen,
van goede kwaliteit.
Leen-v an den Berrr

C,

-2-

- Ik bezit een pijpekop waar ik graag wat meer van zou willen weten.
Wie zou mij kunnen helpen aan informatie over de hieronder afge -
beelde kleipijp?
Bertil Goselink, Wipstrikkerallee 64 , 8023 DL Zwolle.

hoogte 39 mm
opening
breedte 1 6 mm
1 9 IT1ffi
hiel
7 mm

hielmerk IAO
Vindplaats Zwolle.

Reaktie steelfragment reuzenp1Jp.

De Heer R. J.de Haan ontving van Piet Smiesirig de volgende mogelijke
verklaring: In het boek: "Geschiedenis der Uithangtekens in de

ze·ventiende eeuw" van J . van Lennep en J.ter Gouw staat
op blz 59: - En Amsterdam..~ers herinneren zich nog die reuzenpijp

bij de Osjessluis-
- In de tweede Anjeliersdwarsstraat hangt een reusachtige

bruigomspijp uit,welligt die van Oome - Goliath, onder
den gemodernizeerden titel van de Versierde Pijp.-

Hieruit blijkt dat reuzenpijpen in de 19e eeuw nog als uithangtekens
werden gebruikt.Een gebruik dat gezien de titel van het boek al in
de 17e eeuw begon.

- Een bijzondere pijp .

In het 'Utrechtsch Provinciaal en Stedelijk Dagtlad nr.297 van 1875
las ik het volgende bericht;

Als een staaltje van kurieuze spekulatie medegedeeld dat de pijpen-
fabrikant G.J.Wagenaar Wz. op de Raam te Gouda, Goudsche Pijpen ver -
koopt met de portretten van de vermoorde mevrouw van der Kouwen en
hare dienstbode H. Beelo .
Deze gruwelijke misdaad greep het grote publiek zo aan, dat we nu in
een modern naslagwerk nog de volgende gegevens kunnen vinden.
Op 13 december 18ï2 werd mevr . iV.Th van der Kouwen te Cate en haar
dienstbode Helena Beelo in haar woning aan de Bocht van Guinea te
Den Haag op bloedige wijze om het leven gebracht.
De dader Hendrik Jacobus Jut en zijn helpster Christina Goedvolk
konden in 1876 voor de rechter gebracht worden. Jut werd op 6 ·mei
1876 door het Haagse gerechtshof tot levenslange t uchthuisstraf
veroordeeld. Zijn straf eindigde al spoedig bij zijn dood op 12
juli 1878 in Haarlen.
Hij bleef bekend door ' de kop van Jut' , waarop we nu nog op ker -
missen naar hartelust kunnen slaan.
In die tijd zongen de jongens op straat:

0 Jut, 0 jut,
had jij mevrouw van Kouwen
haar leven laten houwen
0 Jut, 0 .Jut
dan zat je nu niet in de put.

Onze voorouders dampten lustig uit hun pijpen,versierd met de por~
trett en van zijn slachtoffers.Ik ben benieuwd hoe deze pijpen er

- 3-

uit zien Mocht iemand zo'n p1Jp be zitte n dan graag e en afbeelding
in dit bad . Zo niet, dan :ijn ze zeker te v inden in de bodem van
de Raara n Goüda. Het me r k 56, door G•.J . 1;agenaar vanaf î 8 S î op
zijn p ij pen gezet , kan er op voorkomen .

Piet Smiesing_

DE TABAKSWINKELS IN DE ZEVENTIENDE EEUW,

Reeds in de tweede helft van de zeven ti ende ee uw waren de tabak s-
winkels in de Nederlandse steden zeer ta l ri jk . Ze werden Tabacx-
kroegen gen oemd, dit niet alleen oradat rae n toen s p rak over tabak
drinken, maar mede omdat de tabaks verkope r uit die dagen , bi j de
tabak ook zwaar bier en brandewijn verkocht.
Elke winkel had in die da~n wel een uit h ang teken en/of ui t hang -
bord.
De tabakswinke l had een uithangteken rae t daarop tabaksrollen .
Maar naast di t algemene teken had elke tabakswinke l ook een uit -

hangbo rd met daarop een s pe ciale voo r-
stelling, die t e rug te vinden was op
zijn snuifpo tten met koperen deksels
en stond afgebeeld op zijn papieren
tabakszakken. ( zie a fbeelding)
De tab ak sprentjes,zoals men ze noemde ,
gingen dikwi jls ve rgeze ld van een
rijmpje. Een t weetal vo lgen hieronder.
Allereer st ێ n van een tab aksverkope r
die voorheen toneelspeler was geweest:

Ee.,"v.,,t l e..e.ltde.. J..k RcUe..n uJJ.:. po.piu
N1_t kan ,tt Rc .U.e..11 b,tj he,t v,te.,t,
Wa.vuie.e/t vJ.i.._j va.1t de.. Rollen :wob.e..;r..,
Va.n r;.;o,td.:t va.;-;_ Rellen ve.el ge.,sp,t o/z.e.;, ,

En d_;,_e, m.i..,j V'. ReUe.n haa.,t oS .lo..ak..t

' k. Wrv.ich. da;t û jn h.co &d op Roüe.n ,ta.a.fu:;
,\fe.n mo e,t .toc.h doo.1t de.. (ve/teld RoUe..ïè ,
Tc,t.d.a;t v:ij Rclle.n. bi j de.. Mc.:21.e.n .

En zo prees tabaks verkoper De Blij t e Leeuwarden z1Jn waa r aan:

P(),{,/z Vc_;-J,nM, zoe.t vo..n ge.u..rV::j e.,
Zoe..h.Je. d,i_e., ze e fëcm.t bij m,1~j,
Goe.d va.n ,sma.ab., va.!'1 ,'i.e.Lt fa. en. /u.e.u.,'r.-tJ: e.
VJ..nclt 9-<-J o.,UJ..jd b,i_j Ve.. Blij .
Va.c..,tom bid ib. , gce.de. t.'J..ide..r,,
V...e,t m-<-j n ;\luk. en Ze.gei ao-11.,
Va..:t e/r.. va.n. ge.e.n. o_nd,'i.e. f<.,"cUÁ.de.n
In. ;r;J..jn b,.J. ..e.6j e/2 wc,'i.cit ge.da.an.

Een Moor , boe r of aap met een gestopte p ij p 1n de mond,geplaatst
boven de deur of in het venst e r,str e kt e n s oms nog tot een extra
sieraad van de tabakswinkel.

Gegevens verzameld uit :
n Uithangtekens " yan ?--Ir . J . van Lenne p en J . Ter GouK .

Leen van den Berg .

-4-

DE GRONINGER TABAKSPIJPMAKERS IN DE 17E EN 18E EEUW,

door H.Tupan.

De naam Gouda is onverbrekelijk met de uit witbakkende klei vervaar-
digde tabakspijp verbonden. In deze stad immers, wordt al meer dan
350 jaar het ambacht van pijpmaken beoefend. De Goudse pijpenindus-
trie was zo beroemd, dat men alle kleipijpen als vanzelfsprekend
Goudse pijpen of "Gouwenaars" ging noemen. Hierdoor verloor men uit
het oog dat ook vele andere steden zoals Leiden,Amsterdam,Rotterdam,
Gorinchem,Deventer,Zwolle en Leeuwarden pijpen zijn vervaardigd.
In het noorden van ons land, en met name in de stad Groningen, werden
reeds in de eerste helft van de 17e eeuw kleipijpen vervaardigd.
Dat er in Groningen kleipijpen gemaakt werden, was reeds lang bekend,
doordat bij opgravingen regelmatig pijpen gevonden werden met model-
len die niet in andere steden voorkwamen.
Over de Groninger pijpmakerj zelf, in de 17e en 18e eeuwse akten
"pijpebakkers" genoemd, is weinig bekend.Slechts Brengers noemt er
een aantal in zijn bekende boekwerk" Nicotiana Tabacum".

Een tot op heden onopgelost probleem is echter welke pijpmaker wel-
ke pijp heeft gemaakt. Veel pijpen zijn namelijk ongemerkt en ook de
gemerkte exemplaren zijn moeilijk te identificeren.Daar de Groninger
pijpmakers niet in een specifiek pijpmakersgilde verenigd zijn ge-
weest, vindt men in Groningen ook geen merkenboeken. Hierdoor kon
voorshands slechts weinig- pijpmakers aan een bepaalde pijp worden ge-
relateerd.

De Groninger pijpenindustrie was geconcentreerd rond het Zuiderdiep
en de Raamstraat,beide tamelijk eenvoudige buurten aan de Zuidzijde
van de oude stadskern, binnen de muren gelegen.
Veel inkomsten zal het bedrijf niet hebben opgebracht;veel pijpmake-
rijen werden gerechtelijk, dus door schulden,verkocht. Ook de taxatie
van de 400ste penning in 1730-1731 ondersteunt dit gegeven.
In tegenstelling tot vele andere "pijpesteden" worden de Groninger
pijpmakerijen door inheemsen gedreven.Toch is een van onze eerste
pijpmakers een buitenlander. In 1643 namelijk krijgt Ma1tcul Pa1tb6en~
( ook Pa.1t~u6 en Pe1tzon ) ,pijpmaker,het kleine burgerrecht.
In hetzelfde jaar laat hij zich als "Marcus Parssens Engelsman, mede
voor zijn zoon Jan Pa1tbben~ bij het Cremersgilde inschrijven.
Voor zover opname in een gilde plaatsvond, geschiedde dit in het
Cremersgilde. Tot het Cremersgilde,opgericht in 1632,behoorden aller-
lei handelaren,zoals handelaren in huiden,koffie en thee,porcelein,
granen,parfum en zoals gezegd ook de pijpmakers. Hun patroon .was
Sint Martinus; zij onderhielden een licht in de Martinikerk ter ere
van de H.r.Iaagd en het H.Sacrament.
Geheel onbemiddeld was Parssens niet: in 1643 koopt hij,samen met
zijn vrouw Magdalena,een huis bij de Muur,tussen de Heere- en Ooster-
straat. In hetzelfde jaar krijgt hij een boete van zes gulden, welke
hij moet betalen aan mede pijpmaker Jan van Embden. Blijkbaar heeft
hij diens merk gezet. In 1654 wordt hij voor het laatst genoemd als
hij zes carolus guldens aan de arme;'n betaalt.
Zijn zoon,Jan Ma1tcu6 Pa1t~~en~, ook wel Jan Ma1tcu~ genoemd, laat zich
in 1656 als gildebroeder bij het Crernersgilde inschrijven.Dr~e ja~r
later koopt hij het huis van chirurgijn Jan Segels op het Zuiderdiep.
In het jaar van zijn overlijden,1666,koopt Jan Marcus een graf in de
Vrouwekerk. Zijn weduwe,Cunera Hansen, hertrouwt in 1668 met Ja~. r
Valentljn Veldhulb. Vermoedelijk heeft laatst genoemde ~et bedriJI_.
voortgezet,daar in 1669,bij de doop van hun kind het huis waarin ziJ

wonen "pijpebakkerije" wordt genoerad.

-5-

De tot op heden vroegste Groninger pijpmaker is Ma~ten Hend~..i..k~~
toebaxpijpemaker, die in 1642 samen met zijn vrouw IJtien wordt ge-
noemd in het Rechterlijk Archief. Zij wonen dan in de Stilsteenstraat ,
waar Hendriks zijn beroep uitoefende.
In 1643, bij de doop van hun kind,wordt hij genoemd als "pijpmeester"
wonende in de Steenstilstraat.Waarschijnlijk hadden zij schulden, want
in 1656 stellen ze hun huizen, gelegen aan de Zuidzijde van het Zuider-
diep bij de Oosterpoortenbogen en tevens die aan de Noordzijde van het
Zuiderdiep,tussen de Pelster- en Heerestraat als onderpand. In dit
laatste pand wonen ze nog in 1662. In dat jaar, op 20 juni, wordt
namelijk zijn inventaris opgenomen.Genoemd worden "eenig pijpenmakers
gereetschap,drie messinge formen met drie ijzere schroeven''.Het aan-
wezig zijn van drie mallen in de inventaris, doet vermoeden dat Hen-
driks verschillende modellen tabakspijpen maakte.

Op 6 februari 1649 treden He nd~..i..k Hend~..i..k.x en Jantijn Roelofs, de
weduwe van Roelof Jansen, i n het huwelijk. Getuige is "sijn meester
Ca~el Heynen, pijpemaker aeh't Suyderdiep".Hieruit kunnen we conclu-
deren dat Hendrikx pijpmakersknecht was. Helaas werden over Heynen
geen verder gegevens gevonden.Wêl over Hendrikx,die in 1659 geld op-
neemt om de aankoop van twee huizen ten noorden in de Poelestraat te
kunnen financieren. Vermoedelijk is hij toen zelfstandig pijpmaker
geworden of heeft hij het bedrijf van zijn baas overgenomen. Immers
als pijpmakersknecht zou hij nooit twee huizen kunnen kopen. In 1669
wonen ze nog steeds in de Poelestraat.

De weduwe van He.nd~..i..k. Pipemak.e,~,Marregien Hanssens,trouwt op 26 maart
1662 met de soldaat Jan Jansen. Pipemaker is niet de werkelijke ach-
ternaam van Hendrik geweest. Het gebeurde in de 17e eeuw nogal eens
dat men de beroepsnaam als achternaam gebruikte.Wat de echte achter-
naam van Hendrik Pipemaker is geweest kon niet worden achterhaald.
Het is onwaarschijnlijk dat het dezelfde persoon is als de hierboven
genoemde Hendrik Hendrikx, daar de namen van hun respectievelijke
echtgenoten verschillen.We mogen aannemen dat Jan Jansen het bedrijf
niet heeft voortgezet.Het is evenwel mogelijk dat Pipemaker zelf
geen bedrijf bezat; hij kan ook een pijpmakersknecht geweest zijn.

Valen-t..i..jn F..i..jt,tabakpijpmaker, wordt in 1673 samen met zijn vrouw
Trijntien Jans genoemd bij de doop van hun zoon Valentijn. Het is
merkwaardig dat er weinig over deze pijpmaker bekend is. Uit bodem-
vondsten blijkt, dat hij één der belangrijkste Groninger pijpmakers
uit de 17e eeuw was,daar een groot deel van de gevonden pijpen,zowel
in de stad als provincie, het merk VF draagt.
De gilderol van het Cremersgilde bevat een artikel over de garanties
omtrent de gilderechten in geval van hertrouwen.Op 16 februa~i 1668
wordt als "appeleat" genoemd Vale n-tij n Pype.maeke~,niet tot het gilde
behorend. Helaas is het hier onduidelijk of het nu Valentijn Fijt of
Jan Valentijn Veldhuis betreft.

In 1667 sluit Ha n~ Ja nlen ,pijpmaker,zich aan bij het Cremersgilde.
Twintig jaar later in 1687, wordt hij nogmaal~ genoemd in het regis-
ter van eigenaren van een graf in de A.kerk, waar hij drie graven ·
bezit.

Bij sterfgevallen vinden veelal boedelscheidingen plaats. Zo ook bij
Lippe Hend~ikl,zo goed als zeker pijpmaker bij zijn leven. Zijn wedu-
we Grietje Arends hertrouwt met Hans Brink; zij erven een lijmsiede-
rij, buiten de Heerepoort in het jaar 1693.
Zijn dochter Trijntje Lippes, geboren in _166 5 en getrouwd met Po pk.~
Abb~Ing,geboren in 1658, erft het huis in de Gelkinge~traa~~ met win-
kel en pijpmakersgereedschap. Zeker is dat Popko Abbring p1Jpen ver-

-6-

vaardigd heeft, getuige exemplaren gemerkt PA, die volgens de bekende
meettechniek rond 1695 te dateren zijn.
Lang heeft Abbring geen pijpen vervaardigd. Dit blijkt uit het feit
dat hij slechts 4 jaar in de pijpmakerij heeft gewerkt. Tot 1699 blij-
ven Abbring en zijn vrouw in dit pand wonen, zoals blijkt uit de akte
van dat jaar.Hierin staat vermeld dat ze nu in de Brugstraat wonen.
In 1699 verkoopt Abbring" zeker achterhuis,zijnde geweest een pijp-
bakkerij11.Het betreft hier de in 1693 door vererving verkregen pijp-
makerij .

De meest frequent voorkomende pijpmaker in het Groninger Gemeente
Archief is Pete~ Uden-0,welke op 8 december 1704 het kleine burger-
recht verkrijgt. Het vreemde is echter dat hij hier reeds werkzaam
was voor hij z'n burgerrecht verkreeg,iets wat in die tijd een ver-
eiste was. In 1698 koopt hij namelijk met zijn vrouw Hillegie Wilts
een huis aan de Zuidzijde van het Zuiderdiep. Twee jaar later in 1700
koopt hij "een huis zijnde eEhl pijpebakkerij met oven exempt het ge-
reedschap tot het pijprnakend behorend11 • Het huis staat aan de Noord-
zijde van het Zuiderdiep.De koopsom bedraagt 621 guldens en 10 stui-
vers. De verkopers zijn Wilbrandus Faber en Catrina Nijenhuis.
Faber is schepen en vroedschap der stad Leeuwa rden. Catrina Nijen-
huis is de weduwe van David van Hoornbeek,welke laatste waarschijn-
lijk ook tabakspijpen vervaardigd heeft.
Vermoedelijk heeft Udens mee rdere pijpmakerijen bezeten, getuige een
aantal verkopen van zijn pijpmakerijen.
In 1714 verkoopt Udens, samen met Ruth van Troyen, van wie de helft
is, een pijpmakerij voor 900 gulden aan collega Vaniel Ev eAt-0 Nien-
huló. Het gereedschap gaat voor 100 gulden van de hand. Na de dood
van zijn vrouw in 1725, verkoopt hij aan Zwaantje Lubbers , de weduwe
van Jan. Ja.c.ob Coc.k., "een zeker huis met kamer, daaraan staande in
een gang zijnde een pakhuis, zijnde opgemelde behuizinge een pijpma-
kerij, alsmede al het pijpmakersgereedschap, gebacken en ongebacken
pij pen,pij paarde en turf."
Het huis staat aan de Zuidzijde van het Zuiderdiep bij de Ooster-
poortboge. De aanvaarding is op 21 augus tus 1725 en de koopsom be-
draagt 2200 gulden en 3 zilveren ducaten. Op 28 december 1728 wordt
Udens nogmaals genoemd. In dat jaar verkoopt Govert Cornelisen Klein
zijn huis met hofje aan de Westkant van de Pelsterstraat.
Gegadigden zijn pijpmaker Va.niet Nien.hui~,die borg wordt gesteld door
commies van Troyen en pijpmaker Jan. fa eb1ta.n.ü ,met collega Peter Udens,
die borg voor hem staat. Nienhuis biedt 865 gulden doch Isebrants 870
gulden en wordt eigenaar van het pand.
Het laatst wordt Udens genoemd bij de belastingaanslag van 1730-1731,
wanneer hij één gulden moet betalen. Dit betekent dat hij op dat mo-
ment een schamel bedrijf en inkomen moet hebben. Ter vergelijking~
de schout van de stad Groningen moet 15 gulden betalen.
Zwaantje Lubbers die van bovengenoemde Udens in 1725 een pijpmakerij
koopt, heeft deze slechts 2 jaar bezeten. In 1727 namel ijk verkoopt
ze de pijpmakerij met winst voor 2570 gulden aan pijpmaker Eve1twijn.
Stin.-0. Behalve het pand verkoopt ze hem tevens h et gereedschap, de
gemaakte e n ongemaakte pijpen ,de kl e i en de tur f. Zwaantje Lubbers
was getrouwd met Ja.n Jacob Coc.k.,waarschijnlijk ook een pijpmaker.
We vinden hem als lid van het Cremersgilde in het jaar 1703. Helaas
is verder niets over hem bekend.

EveAwijn. Stin-0 trouwt met Margje Oosterhuys op 21 augustus 1725. Twee
jaar later koopt hij bovengenoemde pijpmakerij, welke hij reeds in
1730 gerechtelijk moet verkopen .

-7-

De koper is dan Jan Ge44it.ó, pijpebakker, die de pijpmakerij lange

tijd behoudt. Pas in 1753 verkoopt zijn vrouw het bedrijf gerechte-

lijk aan Burgemeester Johan Geertsema voor 810 gulden. Het is on-

waarschijnlijk dat Geertsema het bedrijf heeft voortgezet. Vermoe-
delijk heeft hij de zaak verpacht.

Typerend is de devaluatie van de pijpmakerij; in 1725 nog 2200 gul-

den, 30 jaar later nog slechts 810 gulden. Waarschijnlijk heeft de

prijsdaling te maken met het feit dat de Nederlandse pijpenindustrie

grote concurrentie ondervond van de pijpmakers uit het Duitse Wester-
wald, waardoor het pijpmaken niet meer zo rendabel was.

Op de taxatielijst van 1730-1731 staat Jan Ger~tsvoor één gulden en
tien stuivers te boek. ·

Afb.1. Een Gr>oninger pijp omstreeks 1650,gemerkt BC.

Pijpmaker onbekend. ·

CoZZ:~emeyer Ned. TabaaoZogisah flfusewn.

Afb.2. Een pijp uit het ateZier van VaZentijn Fijt.
Vervaardigd omstreeks 1670.
CoZl: -lliemeyèr Ned. TabaaoZogisah Museum.

Ruth Ge44it.ó van T~oyen krijgt op

8 december het kleine burgerrecht
als inboorling. Dit betekent dat hij
van buiten de stad Groningen komt.

~et vreemde is echter dat hij in 1699
reeds als pijpebakker genoemd wordt.

In 1713 koopt hij, samen met zijn
vrouw Trijntje Isebrants, de helft
van een pijpmakerij plus gereedschap voor
400 gulden van Sergiant Boele Eggens en

Hendrika Everts zijn vrouw.
Het pand staat aan de Noordzijde van het

Zuiderdiep. In 1714 verkoopt hij, tesamen
met Peter Udens de pijpmakerij aan Daniel

Everts Nienhuis.
Zijn zoon Ge44it van T4oyen huwt Anna

Swartdijk op 3 april 1721. Ze bezitten dan
een pijpmakerij in de Raamstraat, welke ze

inclusief gereedschap, voor 1500 gulden in
1723 verkopen aan F4an.ó Job.ó en Trui-da
Franssen. Meer dan 20 jaar later koript van

Troyen de pijpmakerij van Daniel Everts
Nienhuis en verhuurt laatstgenoemde een
huis aan de Zuidzijde van het Zuiderdiep.

Het aardige is dat deze pijpmakerij eerder,

in 1714, aan Van Troyens vader toebehoor~e.

2 Zo~ls reeds eerder vermeld, koopt Daniel
Everts Nienhuis, ook wel Daniel Everts, in

1714 de pijpmakerij van Peter Udens en Ruth

Gerrits van Troyen. De aanvaarding vindt

plaats op 1 mei 1715, enkele weken na zijn

huwelijk met Cebina Nyman.

Nienhuis is uit ·Bonn-Duitsland- afkomstig,

en gezien haar naam is het mogelijk dat zijn

vrouw ook een Duitse is.

-8-

deBij de taxatie van 1730-1731 staat hij voor 2 gulden genoteerd. In

1744 verkoopt hij pijpmakerij aan Gerrit van Troyen, nadat hij
op 26 februari 1743 geadverteerd had in de Groninger Courant:

"te koop aangeboden een huis aan het Zuiderdiep, zijnde een
pijpbakkerij met of zonder gereedschap en een huis ten westen
ervan, een huis aan de Zuidzijde van het Zuiddiep en tevens
een woning in dele drift van de Prinsenstraat."

Nienhuis blijf~ aan het Zuiderdiep wonen, waarschijnlijk als huurder,
hetgeen een conditie geweest kan zijn die hij bij de verkoop van de
pijpmakerij contractueel heeft laten vastleggen. Wanneer Van Troyen
dit pand in 1753 verkoopt, moet Nienhuis verhuizen. Hij vestigt zich
in de Stoeldraaiersstraat, waar hij in 1760 sterft.

Over Ha~m Ha~m6 is vrijwel niets bekend. In 1688 wordt hij als zoon
van Focco Harms en Grietje Is , acks geboren. Ze wonen dan op 't Schuit-
diep. Op ZO-jarige leeftijd krijgt hij als pijpmaker het kleine bur-
gerrecht.

Ad~iaan Pauwel6 Be~na~du6, ook wel A~ia en Pouwel6 genoemd, krijgt op
20 december 1704 het kleine burgerrecht, mits in een half jaar de
requisitie volgt. Hij sterft een paar jaar later, want z'n weduwe
Janneke Jans, gaat in 1709 een schuldbekenten is aan, groot 167 gulden
voor geleverde pijpaarde, die zij bij het leven van haar man ontvan-
gen heeft. Voordat Bernardus het burgerrecht verkreeg, werd hij in
1700, met mede pijpmakers Udens en Gerrits ( van Troyen) in een akte
uit het Rechterlijk Archief genoemd (Requestboek 15).
Uit deze akte citeren wij:

"Op rekwest van Peter Udens, Ruth Gerrits en Ariaen Pauwels
pijpebackerbazen, verzoeken dat de invoer van tabakspijpen uit
andere provincien in deze moeten worden geweerd, of anders
taxatie van aangeving beramen doordien zij remonstranten deze
vrij heit in andere ·provi nci en niet komen te genieten."

De Burgemeester en de Raadt geven toe: vanaf heden (2 0-12-1700) moet
op ingevoerde pijpen belasting worden betaald.
Uit bovenstaand rekwest blijkt duidelijk dat het Groninger land werd
overspoeld met pijpen uit andere provincien, met name uit Gouda,doch
ook uit Friesland.
De getroffen maatregel moest de Groninger pijpraakers voor de onder-
gang behoeden. Dat deze protectie effect gehad heeft blijkt uit het
feit dat uit de periode 1700-1750 weinig niet-Groningse pijpen in
Groningen gevonden worden. Hoe de uitwerking in de provincie was, is
niet geheel duidelijk. Een bodemvondst uit Oldehove, omvattende- 30
pijpfragmenten uit! 1760 bestaat alleen uit Gouwenaars.

Pijpmaker Ja~ob Co~neli6 de Haaö huwt op 14 november 1724 Claasje
Spins. Op de taxatielijst van 1730-1 731 staat hij voor één gulden en
tien stuivers vermeld. Claasje Spins sterft in 1739, waarna De Haas
he rtrouwt met Zwaantje Hermannus op 19 mei 1740. Negen jaar later
sterft hij.Zijn kinderen zetten het bedrijf voort .
Na de dood van Zwaantje Hermannus verschijnt er op 11 juni 1777 een
advertentie in de Groninger Courant van de erven:

"Een dubbele behuizinge met een hof er agter gelegen aan de
Zuidzijde van de Raamstraat door de wijlen weduwe van Jacob
de Haas bewoond geweest en waarin verscheidene jaren door de-
zelve de pijpenbakkerij met goed succes is gedaan en nog door
desselfs kinderen wordt geëxerceert. 11

-9-

Afb. 3. Vormontwikkel.ing
van het Groninger
pijptype.

Illustraties:M.A. Brongers-Huizinga,afb.3 t/m ?.
H. Tupan,a;'ö. 8 en 9.

Hall.m de Haa◊, een zoon,zet het bedrijf van z1Jn vader voort, nadat
hij de andere erven voor 14 00 gulden heeft afgekocht. Lang heeft hij
zijn beroep niet kunnen uitoefenen,want in de Croninger Courant vaµ
24 augustus 1790 wordt de pijpmakerij inclusief gereedschap te koop
aangeboden,waarop blijkbaar geen reflect anten komen,want in 1791
wordt het gerechtelijk verkocht voor 810 gulden. Ook hier ziet men
weer een forse prijsdaling van een pijpmakerij. In t wa.al f jaar is de
prijs maar liefst 590 gulden gedaald.
Zoals reeds eerder in dit artikel vermeld , kopen Fll.an-0 Job-0,ook wel
Fll.an.-0 Job◊ Hoveman. genoemd, en zijn vrouw .Truida Franssen in 1723
een p i jpmakerij plus gereedschap van Gerrit van Troyen voor 1500 gul.-
den. Bij taxatie van 1730-1731 staat hij voor 2 gulden te boek .


Click to View FlipBook Version