The words you are searching are inside this book. To get more targeted content, please make full-text search by clicking here.

PKN Kwartaalbladen jaargangen 6 t/m 10

Discover the best professional documents and content resources in AnyFlip Document Base.
Search
Published by Stichting PKN, 2019-02-18 16:43:05

PKN Blad jaargang 6 t/m 10

PKN Kwartaalbladen jaargangen 6 t/m 10

waarbij ze op een bol balanceert, dit in tegenstelling tot de
merkjes op afbeelding 2, waar ze het rad van avontuur in be-
weging brengt. Afbeelding 5 toont een hielloos kopfragment,
waar tijdens het tremmen de hiel gewoon afgesneden is . Beide
laatst besproken pijpen werden in Utrecht gevonden.
Het vrouwefiguurtje wordt wel eens ten onrechte, zie PKN nr.24
pag. 76 voor een touwspringend meisje aangezien. Deze verwar-
ring ontstaat, doordat de wimpel treffend op een springtouw
lijkt.
Tot slot een pijpekop, die ik op een akker in Groenekan vond.
Op afbeelding 6 een trechtervormige kop met aan weerszijden
een staande vos met een vogel in de bek. De naden zijn ver-
sierd met een dubbele, fijne parelrand. Links zien we het
fortuin als merk. Dit pijpje zou door de familie Fortuijn ge-
maakt kunnen zijn, ware het niet, dat op de rechterzijde de
naam VOS voorkomt.
Zouden we in de vos de weergave zien van de vos als merk, dan
zou de pijp gemaakt kunnen zijn door de Goudse pijpenmaker
Jacob de Vos, die dit pijp-
merk vanaf 1729 tot+ 1759
in bezit had.
Ongetwijfeld zal menig ver-
zamelaar het aantal voorbeel-
den met variaties in afbeel-
ding van het fortuin zeker
kunnen aanvullen.
Dit onderstreept nog eens hoe
populair dit zinnebeeld was
bij de rokers van weleer .

afb. 3

afb. 4 .) .,-: 1 ··'·':''.
52 .··.... ,

afb. 5

Afbeeldingen 1 t/m 3
van J . P. Brinkerink
4 t/m 6 van P.K. Smiesing

afb. 6

Noten:
1. Mr.J . van Lennep en J.t er Gouw . De Uithangteekens ,1868.
2.G . C.He l bers en D.A.Goedewaagen - Goudsche pijpen, 1942 .
3 .S. Laansma - Pijpmakers en pijpmerken 17 24 - 1865,1977 .
4.R . J.de Haan - PKN 2e jaargang nr.7, vraagbaak pag. 3 .
5.G.A . Brongers - PKN I e jaargang nr 2, pag.7 : Protectionis-

tische maatr ege l en ten gunste van d e Goudse pijp emaker s
in 1791.

OPROEP AAN DE LEDEN .

- In verband me t archivalisch en archeologisch onderzoek naar
de Leeuwarder pijpenmakers en hun produkten wil ik iedereen
vragen, die kleipijpen bezit uit Leeuwarden of omstr eken,
contac t met mij op te nemen.
Het archiefonderzoek bevindt z ich reeds in een vergevorderd
stadium en er valt een hoop int e r essan t s t e vermelden. Het
onderzoek van de kleipijpen zelf hangt van een groot deel
af van wat er aanwezig is in particuliere collecties .
Graag uw r eactie naar : Arnold Carmiggelt, Lichtboei 277 ,
9732 KE Groningen.

- Gaarne zou i k rea cties ontvangen van l eden die pr oduct en
hebben gevonden van Utrechtse pijpmakers op vindplaatsen
buiten de s tad Utrecht . Zie de merken op de afb. in P.K.N.
nr. 1 en nr. 14 .
Wannee r leden niet in he t bez it zijn van P.K . N. nr. 1 dan be-
staa t de mogelijkheid een overdruk van dit art i ke l te ont-
van gen uit maandblad "Oud Utrecht" door overmaking van
f 2, 50 op po s t gir o 195419 1 t .n. v . P.K.Smi es ing , Montevideo-
dreef 92, 3563 BK Utr echt .

53

SPROKKELHOUT UIT VIER IJSSELSTEDEN.

door Arnold Carmiggelt

In onderstaand artikel wil ik wat archief/pijpenvondsten be-
handelen, die betrekking hebben op de pijpmakers die werkzaam
waren in één van de vier IJsselsteden Zutphen,Deventer,Zwolle
of Kampen. Deze gegevens zijn veelal onsamenhangend en dit ar-
tikel heeft dan ook tot doel mijn archief met bijeengesprok-
kelde gegevens over kleipijpen en hun makers uit genoemde ste-
den wat "uit te l uchten".Wellicht kan i k anderen met deze i n-
formatie bij hun onderzoek van dienst zijn.

ZUTPHEN .

In juli 1984 bracht ik een bezoek aan het Gemeente- archief van
Zutphen met he t doel enig inzicht te krijgen in de pijpennij -
verheid van deze s tad. Ondanks de enthousiaste medewerking van
de archiefmedewerker s trof ik slechts één tabakspijpenmaker i n
het Zutphens e archief aan. Ten dele kwam dit door het feit dat
er geen indices op beroepen aanwezig waren en er bovendien
v rijwel geen geschikte bronnen waren om onderzoek te doen naar
de Zutphense pijpmakers .
In de straatsgewijs opgemaakte lijst van inwoners met opgave
van verschuldigde quotatiegelden uit de periode 1678/ 1679 ,
waarin vaak de beroepen vermeld wer den , trof ik geen pijpma-
kers aan . (O . A. Z. nr 1436) De enige bij mij bekende pijpmaker
treffen we twee jaar later aan in het N. H. Lidmatenboek. Zijn
naam is Berent Harscamp en hij werd samen met zijn vrouw He-
lena Brants in juni 168 1 in het Lidmatenboek ingeschreven met
de vermelding dat zij uit Deventer afkomstig waren.
Op 4 maart 168 1 had Beren t r eeds van de magistraten van Zut -
phen een monopol ie gekregen op het uitoefen en van het beroep
van pijpmaker. 11 Op regte van Berent Har t scamp den Supplt .
wort het versogt octroijs om de konst van pipenbacker ije al-
hi er al leen te mogen exerceren vo~r den tij d t van twael f jae-
ren geaccor deert mits soo haest doenlijk zich herwaerts trans-
porterende en deselve konst effect ievel ijck bij de handt nee-
mende bij verlos van het zelve octroij" (Memoriën en resolu-
tiënboek dar stad Zutphen 1573- 1808, register van resolut iën
van de magistraat,nr.2 1, 4 maart 168 1).
Berent zal als enige pijpmaker van Zutphen, voor al pr odukten
voor de lokale markt vervaardigd hebben. Aangez i en Beren t
voor zeker twaalf jaar een monopoliepositie verwerft, is het
aannemel ijk dat Zu tphen in deze periode geen of weinig andere
pijpmakers heeft gekend . De pijpennijverheid is m. i . in Zut-

54

phen nooit sterk ontwikkeld geweest. Op 31 december 1687 koch-
ten Berent en Zl.Jn vrouw een "seecker huys ende wehre" gelegen
aan de Barlhese in Zutphen.(Kentnisse,31/12/1687,p.178/179).
De Barlhese is een straat die evenwijdig loopt aan de stads-
muur en aan de IJs se lzijde van de stad gelegen is. Ook hier
zien we dat de pijpmakers meestal dicht bij het water zaten en
wegens hun brandgevaarlijk beroep uit de stadskern geweerd
werden. Op 16 maart 1696 stelden Berent en Helena hun testa-
ment op .(Testamenten 16/4/1696,boek 356 p.208V). Wanneer Be-
rent precies s tierf heb ik niet kunnen terugvinden. Ook zijn
produkten van hem mij niet bekend .
In het Burgerboek van Zutphen wordt verder nog wel een pijpen-
dopmaker vermeld. Zijn naam is Roef Joseph Meyer en hij is ge-
boren in 1777.(G.W.K.23/4/1828).

DEVENTER.

Jan Weinand Bloemink en Eddy Nijhof hebben in de zeventiger
jaren archiefonderzoek in Deventer verricht naar de pijpmakers-
nijverheid. De resultaten van dit onderzoek zijn gro t endeel s
gepubliceerd in'De kleipijp in de Zeventiende Eeuwse Neder-
landen door Don DÜco,Oxford,1981. Een gegeven, gevonden door
beide voorgenoemde heren, staat niet in DÜco's publicatie ver-
meld. Dit is de boedelinventaris van de Engelse pijpmaker
Hendrik Corbolt. Deze boedelbeschrijving geeft een goed beeld
van het roerend en onroerend bezit van Hendrik Corbolt(Cor-
bouwt).(Inventarissen Norenbergstraat,R.A. 140,tweede gedeelte
Il januari 1682). Deze inventaris werd opgemaakt in januari
1682 na het overlijden van Hendrik.
Zo bezat Hendrik twee huizen in de Norenbergstraat en twee
stukken land," een hoff en een stuck saij landt ",voor de
Norenbergpoort. Aan "gereet gelt" bezat hij 75 Carolusgulden.
Verder bezat hij diverse zilveren en tinnen voorwerpen. Ook
linnen goederen en de "mansklederen" worden beschreven. Bij de
beschreven meubels bevinden zich o.a . "een tone bancke met de
winkel, twee spinnewielen, een kackstoel en een loopwagen".
Ook worden diverse koperen en ijzeren huishoudelijke voorwer-
pen beschreven.Interessant voor ons is dat "Het pipenbackers
gereetscap g'estimeert en bij d'Erfuitterse angenorrnnen" wordt
voor 60 Carolusgulden.
In de zomer van 1984 bracht ik zelf een bezoek aan het archief
van Deventer en trof hier een aantal 18e eeuwse pijpmakers
aan in de lijst van huisgezinnen opgesteld in 1748.
In de wijk Po l straat vond ik Berent van Hattum als pijpen-
bakker. Hij had twee kinderen boven de tien jaar en woonde 1.n
de Vijgeboomsgang.(p.32/33 nr.183).

55

In de Muggenstege woonde de weduwnaar Leeftinck. Hij wordt

vermeld als pijpenbrander. Hij had een kind boven de tien ja-

ren, die als kaarsendrager wordt vermeld. (p. 36,nr209).

In de wijk Assenstraat wordt melding gemaakt van de pijpen-

bakker Jurrien van den Bargh. Hij had vier kinderen onder de

tien jaar.(p.59/60 nr. 146) Van hem bezitten we ook een boedel-

inventaris , die opgesteld is op 24 april 1764, na het overlij -

den van zijn vrouw Jenneken Middelgraf.(lnventarissen 141 H,

p.413/414). Interessant zijn de artikelen die onder het hoofd

"aan winkelgereetschappe" vermeld worden.

Kopere formen 7 (?) !37-0-0

100 bakjes & 88 pijpeplanken !53-4-0

50 bakjes en 5 korte schroeven/24- 10-0

2 lange schroeven & kaggel !21-0-0

82 gros fijne pijpen !41 - 0-0

20 gros lange & gros grove(?) !4 1-0- 0

Het totale bezit van Jurrien wordt getaxeerd op !449- 1- 0,

waarin een "goede schult" van 55 Carolusgulden naast 30 Caro-

lusgulden aan " gereet gelt" zijn opgenomen. Ook wordt vermeld

dat er nog voor 30 Carolusgulden aan pijpaarde aanwezig is.

Bij de "Beswaer schulden" die totaal !384-6-0 bedragen, blijkt

Jurrien aan de kleikoper nog 140 Carolusgulden schuldig te

zijn. Als pijpenbakkersknechten in de lijst van huisgezinnen

uit 1748 komen we Hendrik Ramaker en Jan Doornik tegen . Beiden

waren getrouwd en woonden naast elkaar . Hendrik had drie kin-

deren onder de tien jaar en Jan vijf. (p . 59/60 nr . 150 en 151) .

Ook wordt een Hermanus Koper als knecht v ermeld . Hij had drie

kinderen onder de t i en j aar .(p. 71,nr. 175) .

De pijpenbakker Willem Greve was getrouwd met Gultje Verschouw.

(Trouwboek 1742/ 2/2) . In 1748 hebben zij één kind dat jonger

dan tien jaar is (p.7 1. nr . 20 1).

Aan de Norenbergstraat woonden t enslotte nog drie pijpenbak-

kersknechten te weten Garrit Haseler, Hendrik Jansen en Anto-

nij Adr.(iaans)(?)(p.23 . nr. 134,p.27 nr 168 en p.33 nr.202).

Om een beter inzicht t e krijgen in de ontwikkeling van pijp-

makersnijverheid te Deventer en meer aan de weet te komen over

de afzonderlijke pijpmakers is een uitvoeriger onderzoek in de

toekomst zeker gewenst .

Literatuur:Dubbe . B. Jr . "Tabakspijpenmakers in Overijssel " in
Mededelingenblad van de vrienden van het ceramiek .
no . 17, dec . 1959 p . 22 en 27 .
Düco . D. H. De Kleipijp in de Zeventiende Eeuwse Ne-
derlanden . Oxford, 1981, p.173 .
Nijhof. E. uwesterwaldpijpen uit de lBe eeuw".

56

Pijpelogische Kring Nederland, jaargang 4, no . 13
Nijhof. E. 11Een 1Be eeuwse pijpmaker H.D . G. " Pijpe-
logische Kring Nederland, jaargang 7, no . 25 .

ZWOLLE.

In juni 1982 werden er op het Eiland in Zwo lle een groot aan-
tal scherven van pijpepotten gevonden . Bij deze vondst zat ook
een ovenpot, die waarschijnlijk gediend heef t voor het bakken
van kleine pijpaarden voorwerpen, zoals beeldjes en pruiken-
krullers. Deze vondst zal in zijn geheel worden besproken in
het Zwols Historisch Jaarboek, dat in december 1984 zal uit-
komen. Het artikel zal eveneens in dit blad worden gepubli-
ceerd .

Literatuur: Carmiggelt.A . "Pijpenvondsten bij de stadsmuur te
Zwolle " P. K. N. jaargang 2, no 5 .
Carmiggelt. A. Zwolse Tabakspijpenmakers en hun pro-
dukten, Zwolle,1980 .
Dubbe .B.Jr. zie onder Deventer
Duco . D. H. , zie onder Deventer . p . 236/238

KAMPEN.

In de stedelijke Rekeningen van Kampen wordt in 1653 en 165 7
melding gemaakt van een pijpenmaker Dirrick Janssen. Hij
woonde tussen de "stad somwijne en he t Calverheckentorentien"
aan de I"Js selzi jde van de s t ad .(mondelinge mededeling T.Teu-
nis sen,Kampe n). In hoeverre Dirrick familie is van de uit Kam-
pen afkomstige pijpenmakers Wm.Jansz., die plm . 1670 in Le iden
werkt en Jan Janssen, die in 1630 in Amsterdam wordt verme ld,
is niet bekend.(zie: Meulen.J.van der en Tupan.H. De leidse
Tabakspijpenmakers in de 17e en 18e eeuw.Hoogezand 1980. p . 23
en 60 . en DÜco .D.H.De kleipijp in de Zeventiende Eeuwse Nede r-
landen.Oxford,1981.p.309).
Achtt iende e euwse pijpmakers uit Kampen zi jn mij nie t bekend.
Wel treff en we weer pijpmakers aan in de negentiende eeuw. Zo
vinden we de pijpmakers Cornel is van Heyningen en Hermen Cor-
nelis Berghuis , die in een r ekwest van 16 juli 182 7 de regering
van Kampen verzochten om hun pijpen en d e pap i e r en op de mand-
jes met het wapen van Kampen te voor z ien. Dit werd toegestaan .
In 1828 kome n we Berghui s tegen, same n met een zekere Rompel-
man. Zij verkopen dan eni ge panden aan Hendrik Christiaan
Schwartz en Cornelis Vogelzang, beiden zijn fabrikanten i n
gr ondaard en potten . Rompelman blijkt eveneens samen te wer-
ken met van Heyningen. Er wordt namelijk in hetzelfde notariël e
s tuk bepaald da t:" de heeren Gerardus Rompelman en Cornelis

57

van Heyningen zoo lang Hendrik Christiaan Schwartz en Cornelis
Vogelzang de fabriek van grondaarde potten uit oeffene en al-
hier binnen deze gemeente geen zoodanig fabr iek zullen mogen
tot stand brengen waartegen de heeren Hendrik Christiaan
Schwartz en Cornelis Vogelzang beloven en ge l ijkelijk aannemen
alhier geen pijpefabriek te zullen oprichten of uitoeffenen
en verbinden zij zich beijde om wanneer zij nu of in het ver-
volg genegen mogten zijn hunne fabrieken te verkoopen als dan
elkander over en weder de preferentie te zullen geven dan nog
verbinden zich de heeren Schwar tz en Vogelzang om weekelijks
voor de heeren Rompelman en van Heyningen te zull en bakken
zes tien a achttien potten met pijpen en voor niemand anders
te zullen bakken en zulks voor de prijs die daarvoor in Gouda
betaald wordt.(G.A. Kampen,Not . Arch . I 543 A Mr . Rabonner nr .

739 17 /4/ 1828).
Een jaar later , in 1829, treffen we de heren Fredericks en
Steinman aan als "Pijpefabrikeurs" . Zij verzoeken de regering
van Kampen om een stukje grond, namelijk "tegen de stadsmuur
aan het kleine poortje bij de heeren Smits Steeg t en einde
aldaar een oven te plaatsen". (G.A . Kampen,N . A.Notulen van de

Raad 14/3/1829 p.93) .
Op 17 juni van hetzelfde jaar vragen zij om nog meer grond .
Dit ver zoek wordt op 29 augustus 1829 geaccordeerd .
" Aan de heeren Steinman en Freder i cks pijpenbakkers alhier
wordt bij dezen t o t wederopzeggens toe vergund het gebrui k
van eenige ledi ge grond tusschen het k l eine poortje en het
daarbij staande secreet om dezelve te mogen omrasteren en aan
het einde van dezelve op een afstand van tenminste tien ellen
van de oven een turfloods te mogen timmeren zijnde de vergun-
de gr ond in het geheel lang 20 e l len en breed uit de oven zes
ellen voort gaande aan het einde op de breedte van een el bin-
n en de bomen langs de muur mi ts dat alles geschied onder t oe-
zicht van den stadsarchitect en tegen betaling van een jaar-
lijkse recognitie van f280,- ingaande 1 sept ember 1829".
(Notulen van de Raad,29/9 ' 1829 . p. 11 2/1 13).

In 1979 werden door hoogte 37 rron
heer Elhor s t plm . 100 breedte 19 rron
pijpekoppen aangetrof- opening 15 rron
fen in een put aan de
Gasthuisstraat te Kam- --
pen. Deze pijpekoppen
zijn te dateren in de
tweede helft van de
zeventiende eeuw en

58

vele hebben een karakteristieke vorm.(zie afbeelding). De kop
staat tamelijk recht op de steel en deze pijpen zijn slecht
afgewerkt. Ze zijn ongeglaasd, de tremstrepen zijn zichtbaar
en de meeste koppen zijn voorzien van een halve radering aan
de voorzijde van de kop . (coll . A. Carmiggelt,vna A31,inv.no.93 1
en 932)

Literatuur: Dubbe . B.Jr. zie onder Deventer.

UIT DE GOUDSCHE COURANT, 1886 .

door Michel Vroomans.

Tijdens het doorlezen van enkele oude kranten kwam ik in 2 af-
leveringen van de Goudsche Courant uit 1886 deze twee onder-
staande art i keltjes tegen, waarvan het misschien leuk is, ze
in het blad op te nemen .

WOENSDAG 27 JANUARI 1886 .

11 In een beschrijving van Holland verhaalde o . a. een vreemde-
ling: "Het rooken van tabak is in Holland zoo algemeen , dat
men, een kamer binnentredende, waar eenige heeren bij elkaar
zijn, nooit kan zien wie er zijn. "
- En als iemand spreken moet?-
" In dat geval gaat iemand die daartoe is aangesteld, met een
blaasbalg rond en blaast den rook voor ieders gezicht weg, tot
hij zijn man gevonden heeft."
Het eerste moge min of meer waar zijn- althans 't is mogelijk
dat de vreemdeling dit heeft ondervonden-, het laatste is we-
der een dier dwaasheden, welke zoo dikwijls ten koste van den
Hollander worden gedebiteerd . Zoo kan een Engelschman een
'Dutchman' niet anders voorstellen dan een kort,dikbuikig man-
net je, met schier geen hals en steeds een stompje pijp in den
mond, zoo ongeveer als een wandelend tabakspotje ."

WOENSDAG 3 FEBRUARI 1886.

" Een vreemdeling bezocht eens een Goudsche pijpenfabriek en
vond er alleen een knaap . "Ik geef U een gulden als gij mij
eens laat zien hoe gij de pijpen fabriceert." zeide hij.
" Ik kan alleen neuswarmertjes maken .", antwoordde de knaap .
"Wat zijn dat, neuswarmertjes?" " Wel , korte pijpjes . "
"Nu goed ik geef je een gulden - maak er eens een ." " Eerst
de gulden . " was het antwoord . De vreemdeling gaf het geldstuk,
en toen nam de jongen een lange pijp, brak er een stuk van den
steel af en zeide : "Kijk dit is nu een neuswarmertje".

59

STEELREPARATIES AAN 17e EEUWSE PIJPEN.

door Fred Tymstra

Enige tijd geleden wist ik de hand te leggen op een 17e eeuwse
pijpenvondst met veel steelmateriaal. Tijdens het passen kwam
ik een merkwaardige breuk tegen. De pijpensteel ging met een
lichte knik verder en rond de plaats van de breuk waren slor-
dige raderingen aanwezig, gelijk als aan de rand van de kop.
(zie afb. 1)
Na bestudering bleek de pijp al eerder op dit punt gebroken te
zijn geweest, namelijk vóórdat ze gebakken werd. Al verder
zoekende kwam ik nog enige .reparaties tegen , die toentertijd
mogelijk bleken aangezien de klei nog niet volledig doorge-
droogd was.
Aangezien de radering op de kop gelijk is aan die op de breuk,
kan men er van uitgaan dat hiervoor hetzelfde stuk gereedschap
is gebruikt . En dat zou betekenen dat de trerrnner of tremster
in vroeger jaren de breuk hersteld heeft .
Om de reparatie een goede kans van slagen te geven worden de
twee leerharde steelhelften bevochtigd en daarna tegen elkaar
aangedrukt. Vervolgens wordt over het breukvlak zachte klei ge-
smeerd. Er ontstaat dan een verdikking op de steel, die be-
werkt wordt met het r adeermes. Daardoor wordt enerzijds de
aangebrachte klei nog eens goed aangedrukt, anderzijds wordt

r de reparatie gecamoufleerd door een eenvoudige s teelversierin~
Steelversieringen kwamen in de l 7e eeuw veelvuldig voor.
Hebben de reparaties nu werkelijk geholpen?
In ieder geval zijn alle steelfragmenten gerookt geweest, dus
de pijp heeft na het bakken zijn dienst gedaan . Zel fs is ge-
bleken dat enkele reparaties zo sterk waren, dat de steel na-
derhand op andere plaatsen gebroken is. (zie afb . 2 en 3)
Maar dikwijls bleef de oude breuk het zwakke punt . ( afb . 1, 4,5)
Een anderssoortige reparatie treffen we aan op een complete
pijp . Na het samenvoegen van de twee delen zijn de stukken
met de v inger stevig tegen elkaar aangedrukt . Daarna is de
plek flink bewerkt met een agaatsteen (afb.6) . Deze vorm van
repareren is aanmerkelijk zwakker.
Ron de Haan maakte mij er op attent dat ook bij Engelse archeo-
logen dergelijke r eparaties niet onopgemerkt bleven.Bij de in-
ventarisatie van het V.O.C.schip de" Vergulde Draeck "kwamen
3 reparaties voor, waar van één afgebeeld is in het door de
B.A .R. uitgebrachte boekwerk.(noot 1)
Het fragment met inventarisnurrnner 1028 GT toont een zeer een-
voudige reparatie. Twee evenwijdige raderingen ( op elke steel-

60

3

.•

,~~

4

5

- --..-.--- =2->r-- -

6

Afbee l ding 1 t /m 4, col lecti e F. Tymstra
Afbee ldi ng 5 en 6, coll ecti e R. de Haan

61

helft één) met een diagonale radering over het breukvlak.
De techniek van bevochtigen, klei opbrengen en bestempelen

wordt ook gebruikt bij het samenstellen van meerarmige pijpen.
Zo af en toe worden kleine fragmenten in de bodem gevonden.
Het fraaiste stuk, een negenarmige pijp bevindt zich in de

collectie van de schrijver (noot 2) . Het is nog onduidelijk
waarom men deze pijpen vervaardigd heeft . Is het als experi-
ment, grap of pronkstuk bedoeld?

In Engeland zijn meerarmige pijpen ook bekend.Zo bestaat er

een 7-armige pijp, waarbij de koppen uit verschill ende mallen
afkomstig zijn. De bedoeling is het vervaardigen van iets
curieus .

AFBEELDINGEN: J. Ongemerkte pijp,ca 1630-1640, gebroken op
de oude breuk.

2. Geglaasd steelfragment, groffe reparatie
3. Geglaasd steelfragment met geknepen steel.

Fijne reparatie.
4. Pijp _gemerkt IP, ca 1630-1 640, gebroken op

oude breuk.

5. Pijp gemerkt HT, ca 1630, gebroken bi j de
oude breuk .

6. Detai l van comp l ete pijp, 29,8 cm lang , ge-
glaasd , ca 1630 .

Noten:

1. Green, Jeremy N.- The loss of the Verenigde Oostindische
Compagnie Jacht Vergulde Draeck Western Australia 1656.
Uitgave B.A . R. 1977

2. Tymstra,Fred - Katalogus stenen piJpen, 1978 , blz.4
Tupan,H. R. - Wolken van genot, 1983, blz.36/37

NIEUW VERSCHENEN LITERATUUUR.

~chäfke ,Werner - Blauer Dunst, Vier Jahrhunderte Tabak in
KÖln. Uitgave KÖlnisches Stadtmuseum, 1984.

Holcik,Stefan - Fajky, Tatran Bratislava 1984 . nr.61-563-84
Een Tsjechische uitgave met prachtige foto ' s.

Brune D.F. - De Duitse reservistenpijp. Verschenen in Antiek,
l9e jaargang nr .3 , oktober 1984

62

VRAAGBAAK.

Pijpaarde diende niet alleen als grondstof voor pijpen, maar
ook voor het vervaardigen van beeldjes. Deze pijpaarden beeld-
Jes worden beschouwd als heiligenbeeldjes of kinderspeelgoed .
Het afgebeelde poppetje kan echter niet tot een van beide ge-
rekend worden. Het is in een plantsoen in Voorburg gevonden,

tezamen met enkele pijpekoppen en stelen.
Het figuurtje is 43 mm hoog, 13 mm breed en
6 rrnn dik. Het stelt een naakte koning voor met
een soort pruik op zijn hoofd en in zijn lin-
kerhand een wereldbol.(rijksappel) .
De achterzijde is vlak met een vingerafdruk.
Dit figuurtje is waarschijnlijk gemaakt door
op een vlakke laag pijpaarde met een mal het
beeldje in te drukken, waarna het met een mes
uit de plaat werd gesneden.
Het pijpaarden relief is misschien een onder-
deel van een groter geheel geweest. Het zou
gediend kunnen hebben als plaket ter opluistering van een
feestkoek, zoals die ter gelegenheid van feesten als het sin-
terklaasfeest, nieuwjaarsfeest e.d. gemaakt werden .
Dergelijke plaketten ook wel schild of patacon,genoemd naar
de zilveren rijksdaalders uit de Spaanse tijd werden vooral in
België en Noord-Frankrijk geóruikt . Zie hiervoor het boek van
W.Th.Knippenberg- Middeleeuwse , Romeinse en moderne pijpaar-
den beeldjes. (1963) Brabants Heem 15, pag 35-36.

Mi jn vraag is of iemand bekend is met de betekenis en het ge-
bruik van dit beeldje en of dergelijke reliëfs in het pijpma-
kersbedrijf werden vervaardigd.Reacties gaarne naar:
L.van Duuren, Zalkerbos 116, 27 16 KE Zoetermeer.

VAN DER WANTS OPVOLGER.

Na Goedewaagen is dit jaar de Firma van der Want ( Zenith)
met de fabricage van aardewerk en pijpen gestopt. In de krant
stond het bericht dat de 27-jarige Aart van der Want, zoon van
Otto van der Want, een óedrijfje is begonnen in Keramische
pijpen. In een voormalige speelgoedfabriek te Waddinxveen
worden in hoofzaak dubbelwandige pijpen gemaakt, met behulp
van gipsen mallen.
Het bedrijf zal zich op de export richten, want in het buiten-
land is de belangstelling voor dê keramische pijp erg groot.
Als achtste generatie houdt Aart van der Want het beroep van
zijn voorvaderen in stand .

63

OPKOMST EN ONDERGANG VAN EEN ORANJETELG.

door J.P.Brinkerink

Op bladzijde 43 van het boek "Pijpelogie" schrijft Friederich
het volgende: In afb . 23:2 dragen 2 vrouwen de gekr oonde wapens
van Groningen en Holland,met aan de voorzijde het randschrift:
Groning L: Waard en op de achterzijde de wapens van Zeeland en
Gelderland . Helaas noemt hij geen hielmerk, zodat de maker on-
bekend is . In april 1984 vond ik op een akker bij Lage Vuursche
een pijpekopje met de versier ing zoals Friederich beschrijft
en afbeeldt. Op de voorzijde dragen twee vrouwen de wapens,
echter, het is niet het wapen van Holland maar van Leeuwarden.
De tekst eronder luidt dan ook Lewaard en niet L:waard.
Het andere wapen is van de stad Groningen, hieronder staat
Gronin, zonder g dus . Beide wapens staan onder êên kroon.
Op de achterzijde rechts staat het wapen van Gelderland, hier-
onder staat Geld.Links treffen we het wapen van Zeeland, met
er onder Zeelad, dus zonder n . (afb.!)
De graveur van de mal waarin deze pijp gemaakt is, wist ken-
nelijk niet goed hoe de diverse namen geschreven dienden te
worden, of zijn manier van afkorten is wat ongewoon. Dit, door
mij gevonden pijpje draagt het hielmerk de gekroonde ijsslee.
Het feit, dat op de hiel het Goudse wapen als bijmerk staat,
wijst er op dat dit pijpje na 1740 is gemaakt, hoewel het for-
maat ouder doet vermoeden. Het merk de IJsslee is dan in han-
den van Abraham van Kl eef te Gouda . Om de betekenis van deze
versiering te begrijpen, moeten we ons even verdiepen in de
geschiedenis .
Nederland is op dat moment in het 2e stadhouderloze tijdperk
(1702-1747) en werd bestuurd door regenten.Deze waren opper-
machtig en veelal corrupt, dit tot ergernis van de burgerij .
Deze onvrede leidde tot de oprichting van een nieuwe democra-
tische partij, naast de oude staatsgezinde en de Oranjepartij .
Deze nieuwe partij had hoge verwachtingen van een stadhouder-
lijk bestuur en werd bondgenoot van de Oranjegezinden, waar
ze zich evenwel later weer van zou afkeren.
De zittende regenten wilden koste wat kost de republiek zo-
veel mogelijk buiten allerlei Europese conflicten houden om
oorlog te vermijden . Men wilde voorkomen dat, evenal s in 1672 ,
het volk weer om een stadhouder zou gaan roepen. Maar ondanks
al hun voorzorgen raakte de republiek toch betrokken bij de
Oostenrijkse successieoor l og (1740-1748). Zij moest Oosten-
rijk steunen tegen de Pruisen en de Fransen. In antwoord hier-
op trok een Frans leger de Zuiderlijke Nederlanden binnen en

64

..,,:,, , ...,,....... , - -

2

@

3

65

deed in 1747 een inval in Staats-Vlaanderen. De bevolking
vluchtte naar Walcheren. Dit wekte grote beroering en het ge-
volg was dat Zeel and het sein gaf tot de Orangistische bewe-
ging. Weldra volgden ook de andere gewesten. Dit leidde tot de
verheffing van Willem IV.
Het ligt voor de hand, dat een zo belangrijke gebeurtenis aan-
leiding gaf voor de Oranje gezinde pijpmakers om deze" Oranje
overwinning" op een pijp te vereeuwigen. Het zal ook zeker
een vorm van propaganda voor de Oranjepartij geweest zijn, te
meer daar het onder de regenten verboden was, je al te zeer
vóór Oranje uit te spreken.
De datering van dit pij pekopje zal dan ook tussen 1747 en 1748
liggen. Er is mij nog een soortgelijk kopje bekend en wel in
de collectie van de heer P.Smiesing te Utrecht. Hierop staan
alleen de wapens van Groningen en Leeuwaarden,gesteund door
2 leeuwen, die met hun rug naar de wapens gekeerd zijn. Deze
afbeelding staat op de vóórzijde van de pijp, ook weer onder
één kroon . De tekst onder de wapens is links: Gronin, zonder
de letter g, en rechts: Leevard. Ook hier weer een vreemde
spelling van Leeuwarden.(afb.2) Dat op deze pijp alleen twee
wapens staan zou kunnen betekenen, dat dit pijpje vóór 1747
gemaakt is, toen Willem IV alleen in Groningen en Friesland
stadhouder was. Het hielmerk is hier de staande leeuw, toen
in handen van Pieter van Reede te Gouda. Dit pijpje is gevon-
den in de omgeving van Utrecht .
Ook Friederich maakt melding van zo'n piJpJe met alleen ver-
siering aan de voorzijde en het hielmerk de D. Dit merk werd
gezet door Jan van Leeuwen.
Dat deze van Leeuwen erg op Oranje gesteld was, blijkt wel
uit een ander kopje met het hielmerk D in mijn verzameling,
gevonden in 1982 in Reeuwijk (op koninginnedag!).
Op de ketel staan de portretten van Willem IV en Anna van Han-
nover afgebeeld met er om heen de tekst: VIVAT DE PRINS EN
PRINCES VAN ORANIE, dit alles geflankeerd door twee schilden
met diverse wapens . (afb . 3) Dit pijpje zal evenals het voor-
gaande exemplaar van vóór 1747 zijn.
Bij zijn aanstelling als algeheel stadhouder kreeg Willem IV
zo'n grote macht dat hij, hoewel zonder titel, eigenlijk
souverein was . Tevens werd hij doo r de Staten Generaal be-
noemd tot Admiraal- Kapitein-Generaal. Het toeval wilde, dat
ik twee weken na de vondst van het pijpje van afb . 1 op een
akker in Groenekan (Utr.) een gedenkpenning vond, waarop
Willem IV en Anna van Hannover staan afgebeeld met als rand-
schr ift: W.C.H.F. PRINC AVNET ANNA MARG.BRIT. Op de andere z~-
de s taan de wapens der 7 provinciën en het randschrift : STAD-

66

lD

67

HOULDER.ADMIRAAL.KAPITEIN.GENERAAL VAN PROVINTIEN . Deze ge-
denkpenning zal zeker geslagen zijn naar aanleiding van die
benoeming.
Op nog een andere pijpekop, opgegraven bij Reeuwijk staat
Willem IV afgebeeld met zijn dochtertje Carolina en prinses
Anna met kroonprins Willem V, boven de portretten zweven en-
geltjes die de wapens van Oranje Nassau en Groot Brittanië
dragen. Op de voorzijde de leeuw in de Hollandse tuin en op de
achterzijde het wapen van Gouda gedragen door twee leeuwen.
Op het lint onder de portretten staat : t 'Vorstelijke huys
van Oranie . (afb.4)
Helaas is het hielmerk afgebroken, maar aangenomen mag worden
dat het 59 of MG was, daar dit exemplaar gevonden is in een
stort van merendeel produkten van J.Sparnaaij. De meeste kop-
pen, gewone gladde, droegen het merk 59 of MC en aan de slor-
dige afwerking te oordelen zijn ze gemaakt omstreeks 1850 .
We mogen dan ook aannemen dat deze pijp niet gemaakt is tij -
dens het leven van Willem IV, maar dat het een slecht nagezet
produkt is, mogelijk gemaakt in een bijgewerkte oude mal en
uitgegeven ter gelegenheid van een andere "Oranje gebeurtenis ".
Hoeveel hoop de bevolking ook had op verbetering door het be-
wind van Willem IV, er veranderde feitelijk niets.
De Prins, zeer goed willend , bleek volkomen onbekwaam voor
zulke belangrijke en zware taken. Het land verviel al snel in
een miserabele toestand .
Toen Wil l em dan ook op 22 oktober 175 1 overleed, was er eigen-
lijk nergens echte droefheid.
Hoewel , op een ander pijpje uit mijn collectie, dat gevonden
is in Zeeland, wordt een laatste eer bewezen aan de overleden
Prins.
Het is versierd met trommel, vlaggen, wapens en symbo l en van
de dood. De tekst op het lint luidt : W.C.H. FRISO PRINS VAN
ORANI . Gestor.oct.22 het jaar 175 1.(afb.5)

Bronnen:

Friederich,F.H.W. - Pijpelogie, vorm, versiering en datering
van de Hollandse kleipijp .
A.W.N. monografie nr.2, 1975.

Laansma,S. - Pijpmakers en pijpmerken 1724- 1865. Arnhem 1977 .
Laansma,S . - Oranje Pijpen . Uitgegeven in het Mededelingenblad

Ceramiek, nr.22. 1961.
Haas,G.de - Vaderlandse geschiedenis voor het M. U. L.O.diploma .

1934 .

68

KLEIPIJPEN GEBRUIKT BIJ TABAKSROOKKLISTEER (II)

door J.J.Mattelaer.

Na het lezen van het interessante artikel "Kleipijpen gebr uikt
bij de tabaksrookklisteer" door F.Tyms tra in P.K.N. nurrnner 25
ben ik wat gaan snuisteren in de geneeskundige publicaties van
de achttiende eeuw, en inderdaad ook in de medische kringen
van onze contreien was deze methode bekend.
Met een boeiende teks t, verschenen in 1765 , willen we de pij-
penliefhebbers in Nederland en Vlaanderen kennis laten maken.
De teksten verschenen in het boek: " RAEDGEVINGE VOOR DE GE-
ZONDHEID VAN DEN GEMEENEN MAN, VAN LANDLIEDEN, EN ALLE DIE DE
HULPE VAN EEN BEQUAEM GENEES OF HEELMEESTER ONTBREKEN, OF
NIET SPOEDIG BEKOMEN KONNEN.
Het boekje werd in het Frans geschreven door de beroemde Heer
Tissot, Doctor in de Medecynen te Parijs.
Het werd vertaald" met aantekeningen en invoegzels vermeer-
dert, en verder na de gesteltheid van ons Lant geschikt door
Lambertus Bikker, doctor in de Medecynen, en t e Brugge uitge-
geven en gedruckt by Joseph van Praet in 1765."

11 Men brengt zoo spoedig als men kan, en in zoo
groote veelheid als het mogelyk is, tabaksrook
door den aers in de darmen .
Men heeft zeer gemackelyke werktuigen, tot dat
gebruik geschikt, maer nadien zy zeldzaem zyn,
kan men da.er verscheide gereede middelen voor
in plaets nemen; een, waer door men een vrouw
ger ed heeft bestaet in een aengesteken tabaks-
pijp, die men in den aers steekt; men bedekt
den ketel met een panpier, doorsteken met ver-
scheide gaeten, men neemt hem in den mond, en
blaest uit al zyn magt; op de vyfde blaezinge
hoorde man een verbaest gerorrrmel in den buik
van de vrouwe; zy gaf door den mond water over,
en een ogenblik daer na quam zy tot haere ken-
nis . Men kan ook twee pypen aens teken, waer van
men de ketels op malkander zet; men steekt den
steel van de eene in den aers, en men blaest
door dien van den anderen".

In "La Medecine des campagnes à l' aide des substances usuelles"
door Dr .Georges (Parys,1869) staat een laatste maal de t abaks-
rookklisteer beschreven: " Les lavements de fwneé de tabac,
pour combattre l'asphyxie sont abandonnés aujourd 'hui . . ... "

69

DE FIETEBUS .

door J.Engelen.

Hoewel de pijp ons aller belangstelling en verder onderzoek
blijft verdienen, bestaan er onder de rokersattributen en de
daarbij behorende bezigheden ook enkele die de moeite waard
zijn om er enige aandacht aan te schenken.
Een hiervan is het aansteken van de pijp . De methode om via
tondeldoos,vuurslag etc. vuur te verkrijgen om de pijp te kun-
nen aansteken is genoegzaam beschreven in diverse publicaties.
Eveneens de ontwikkeling van zwavelstokjes tot onze huidige
lucifer en daaropvolgend de aansteker.
In dit artikeltje beperken wij ons echter tot de beschrijving
van een zo op het eerste gezicht zeer simpele bezigheid: Het
overbrengen van vuur vanaf kaars, comfoor of open haard naar
de pijp, én de daarbij behorende voorwerpen uit Zuid-Limburg
eind vorige, begin deze eeuw.
Aanvankelijk gebruikte men opgevouwen strookjes papier van 20
tot 23 cm (fidibus) voor het aansteken van lamp of pijp.Later
kwamen de zwavelstokjes van droog berken- of dennenhout. In
veel gezinnen waren zelfs deze materialen een luxe en behielp
men zich met eenvoudige dunne houtspaanders met een lengte van
ruim een voet (28-30 cm).Zij werden gesneden van vers vuilboom-
of wilgenhout door een van de mannelijke huisgenoten uit een
knoestvrije,vuistdikke, van de bast ontdane tak . De spaanders
werden in polsdikke bundeltjes op een warme plaats te drogen
gelegd, waarvoor men naast de nog warme oven (het centrum van
de woning) de schouw of open haard gebruikte.Waren de bundels
droog en klaar voor gebruik, dan werden zij in de daarvoor
bestemde bus gestopt, welke gewoonlijk binnen handbereik aan
de schoorsteen naast de open haard was bevestigd. Deze bus
was, al naar gelang de "welstand" van de familie van hout,ij-
zer of koper vervaardigd, al dan niet met snij- en steekwerk
of gravering. Een van de Limburgse benamingen van deze snip-
pers was ''fiete" en de naam van dé bus "fietebus", duidelijk
een verbastering van Fidibus.
Voorbeelden van fidibussen in de vorm van vaasjes zijn welbe-
kend, evenals koperen zwaveldoosjes met deksel. Figuur 1 en 2
tonen twee minder bekende exemplaren (met hangfunctie) uit het
begin van deze eeuw. Het fabrikaat is uit Zuid-Nederland,
waarvan het houten model waarschijnlijk een produkt van huis-
vlijt i s .
Het exemplaar afgebeeld in figuur 3 heeft een "rijke" uitvoe-
ring en staat in de permanente expositie van Musee de La Seita

70

1.

i

1
1
1

'1 f

1I

Loj

2. 3.

afb.1 eenvoudig houten model
afb . 2 gegraveerd koperen model
afb . 3 gehamerd koperen model

71

in Parijs vermeld onder catalogusnr . N 39: Porte fidibus en
cuivre, orné d'un bu s te de fenrrne prisant, Nord de la France
milieu du XIXe siècle (Seita 442)
Deze fidibus staat eveneens afgebeeld in "La pipe" van A. P.
Bastien onder afb. 118, naar een afbeelding van Boil ly .
Een dergelijk exemplaar, dat zowel hangend als staand gebr uikt
kon worden, werd onlangs door ondergetekende verworven. Het
betreft een fidibus van gehamerd geel koper met een totale
hoogte van 20 cm. Afbeelding bovenzijde:een snuivende vrouw.
Afbeelding onderzijde : Een stralenkranszon, een symboo l van
Lodewij k XIV , de Zonnekoning.

Bron: H.W.A . Lenrrnerling - Deel IV Oet vreuger J aor e .

ADVERTENTIE S .

Te Koop: 50 verschillende piJpen ui t Engeland van de fabriek
Pollock in één partij, f 500, -
20 laat Duitse pijpen, samen f 175, -
70 Baronite pijpen, doorrokers, Delfts blauwe pijpen
enz. totaal f 700,-
Ver sch ill ende opgegraven gipsen ma ll en van Goedewaa-
gen voor baronite en doorrokers f 25,- per stuk .
Geglazuurde pijpen uit Spanje, 1 model, nog 10 stuks
f 15 ,- per s tuk .
Opgegraven koppen en andere pijpen t e koop. Men kan
eventueel ook ruilen.
Informatie b i j Ron Luyt en

Aangeboden : Er zijn nog enkele voll ed i g geïllus treerde copie-
catalogi (aan 2 zijden gecopieerd) beschikbaar van :
de Firma Goedewaagen(nr . 6)56 pagina ' s à f 14 ,- incl .
porto . De Firma van der Want, 32 pagina's à f 8, -
inc lusief porto . Beide ca t alogi samen f 17, 50 .
Bes t e lling : Het juiste bedrag overmaken op de AMRO-
bank ,Hilver sum rek : 434788384 t . n.v . P . Tengnagel,
pos tbus 1330, 1200 BH Hilversum .

Te Koop : Een fraa i kastje,ideaal voor het opbergen van bodem~
vondsten . Afm. hoog 160 cm , breed 35 cm , diep 40 cm.
Indeling: 16 l aden met vakverdel ing, boven- en onder-
zijde een r uim opbergvak en uitschuifplank voor laden.
De prijs bedraagt f 250,-.
Te bevragen bi j J.v . d . Meulen

72

7e JAARGANG n~ '2..'ó MAART, 1985

Van de redactie .....

De voorintekening van de P.K.N.rnonografie over pijpmakers in
de beide Lirnburgen verloopt voortreffelijk. De oplage zal zo-
als het er nu naar uitziet 250 exemplaren bedragen. Het boek-
werk heeft tevens een duidelijke catalogusfunctie, o.a . is
een nog niet eerder verschenen collectie pijpen opgenomen van
de fabriek Trumrn en Bergmans uit Weert.Tot 1 april kunt u nog
voorintekenen door uw bestelling te zenden naar F.Tymstra.
Ingesloten vindt U een acceptgiro voor het abonnement van de
8e jaargang. Voor het eerst na jaren hebben we het abonnement
iets moeten verhogen . We verzoeken u vriendelijk het bedrag
vóór I mei over te maken op onze postgiro.Voor een herinnering
moeten wij u in het vervolg fl,- aan porto- en administratie-
kosten in rekening brengen.
In 1984 zijn er met name in en rond Gouda belangrijke vondsten
gedaan.We wensen u voor het komende jaar veel succes bij het
graven en het speuren naar nieuwe vondsten.
In verband met de copyplanning zou ik degenen die iets willen
schrijven voor het juni-nunnner willen vragen om even contact
op te nemen met de redactie. Tel:02993-64206.

ADVERTENTIES.

Aangeboden nog enkele volledig geïllustreerde copie-catalogi
(aan twee zijden gecopieerd) van:
- Firma Goedewaagen cat.nr.6. 56 pagina's à !14,- incl .porto.
- Firma van der Want, 32 pagina's à !8,- incl. porto.

Beide catalogi samen ! 17, 50 incl. porto.
Bestelling: het juiste bedrag over maken op de AMRO-bank te
Hilversum, rek. 434788384 t.n.v.P.Tengnagel, postbus 1330,
1200 BH Hilversum.

Te koop of te ruil gevraagd : houten tabaksartikelen uit de
vorige eeuw, pijpenrekken, tabakspotten e.d. Geen pijpen.
DeHr.M.Latonder, Lindenlaan 3, 1775 GJ Middenmeer. Tel: 02270-
2090.

Is er onder onze leden iemand die veel afweet van treinen?
Dit in verband met de determinatie van treinen op pijpen.
U kunt u aanmelden bij F.Tymstra, Zilvermeeuwplantsoen 21,
1131 MG Volendam.

73

VOORLOPIGE INVENTARISATIE VAN PIJPMAKERSNAMEN EN ANDERE

OPSCHRIFTEN OP KLE IPIJPSTELEN.

door Lodewijk van Duuren.

De pijpekop heeft door zijn grote variatie in vorm en versie-
ring altijd meer belangstelling getrokken dan de pijpesteel,
toch kan dè laatste, vooral als hij voorzien is van versierin-
gen,merken, letters of opschriften, een belangrijke bron zijn
voor de geschiedenis van de kleipijp of voor de datering van
begeleidende vondsten.

Dit overzicht beperkt zich tot in Nederland gevonden pijpe-
stelen en in het buitenland gevonden pijpestelen van Neder-
lands fabrikaat.

De opschriften op stelen kunnen van velerlei aard zijn, maar
het meest voorkomend is de naam van de eigenaar van de pijp-
makerij en de plaats van herkomst.Hoewel het merk (op de hiel
of op de ketel) meestal al aangaf welke pijpmaker de pijp ver-
vaardigd had, bestond er duidelijk behoefte aan een extra ver-
melding op de steel , om zo de pijpen nog meer herkenbaar te
maken. De herkomst van Goudse pijpen werd vanaf 1739 aangege-
ven met het bijmerk "het wapen van Gouda" op de zijkant van de
hiel. Toch vindt men op pijpen na 1739 nog dikwijls de vermel-
ding "GOUDA" op de steel. Gezien de goede reputatie die Goudse
pijpen genoten, kon het blijkbaar niet genoeg benadrukt worden
dat zij uit Gouda afkomstig waren.
Andere Nederlandse plaatsen dan Gouda, die op stelen voorkomen
zijn Harlingen en Weert.
Het merendeel van de namen van Nederlandse pijpmakers, die op
stelen voorkomen, kan in de gilde- en merkenboeken van Gouda
worden teruggevonden (litt . 21), hetgeen niet betekent dat met
zekerheid kan worden aangenomen, dat dit alle in Gouda gemaak-
te pijpen zijn. Pijpmakers met gelijkluidende namen kunnen in
andere plaatsen werkzaam geweest zijn, of op de steel van el-
ders vervaardigde pijpen werd opzettelijk de naam van een Goud-
se pijpmaker en/of GOUDA aangebracht om zo de kopers te mis-
leiden.
Van enkele pijpmakers kon worden vastgesteld, dat zij niet in
Gouda werkzaam waren, zoals Robert Bon (Rotterdam), Evert
Franc en Frans van der Lijt (beiden Amsterdam), Pieter van
Wijngaarden,Philip Hoogenboom,Coneli s Stortenbeker,Henrich
Spaanch (allen Alphen a.d . Rijn)(litt.85)en Evert Pieters Pijl
(Groningen)(litt. 10,22)
Van een aantal pijpmakers is de herkomst nog onbekend, zoal s

74

bijvoorbeeld van F.en I. van de Velde, Reeman,George Burgkle
en Melchior Hilliger.
Het gebruik om op de steel een opschrift te plaatsen dateert
al vanaf de l7e eeuw en blijft stand houden tot in de 20e eeuw.
In onze eeuw wordt dit gebruik voortgezet met papieren plak-
plaatjes,waarop de naam en herkomst vermeld staan (afb. 1)

afb. 1
De oudste opschriften ziJn: IONAS 1633, EVERT FRANC ANNO 1633,
PER DE LICHT ANNO 1633, IAN IACOBSZ VA, FRANS VAN DER LYT en
ROBERT BON.
De meeste namen zijn afkomstig van pijpmakers uit de 18e eeuw,
de bloeitijd van de pijpennijverheid. De jongst te dateren
pijpestelen zijn van eind 19e tot midden 20e eeuw, zoals F.S.
SPARNAAY,Goedewaagen,Goedewage,P.J.v.d.Want Azn,L.Fiolet en
DE KROON.
Er zijn twee verschillende technieken om het opschrift op de
pijp aan te brengen; reliëf en intaglio of een combinatie van
beide. (zie afb.2)
1. Reliëf : de teksten worden in de mal gegraveerd, zodat zij
tijdens het kasten worden aangebracht. De letters steken boven
het vlak van de steel uit.
2.Intaglio:de teksten worden met behulp van een plat stempel-
tje na het· vormen door de t remster aangebracht. He t steelstem-
pel werd over de steel heen gerold . Een bekend stempel van
messing bestaat uit een ovaal, waarin de gekroonde ES en de
tekst "DUTCH CLAY" staat. Het handvat is van hout.(litt.22)
In de collectie van het Niemeyer Nederlands Tabacologisch
Museum bevindt z ich een dergelijk stempeltje met de teks t
Goedewaagen Gouda .
Intaglio s tempel s kan men onderverdelen in twee soorten:

a . Intaglio-vlak: de omgeving is verdiept, de l et ters liggen
in het zel f de vlak van de s t eel.

75

b . Intaglio- diep : de omgeving ligt in hetzelfde vlak van de
steel, de letters zijn verdiept .

Het merendeel van de opschriften van Nederlandse pijpen is
aangebracht met de intaglio- vlak techniek . Bij nieuwere pij -
pen komt vooral de intagl i o- diep techniek voor.



A. rel iëf

o / ~✓,-1,.-,E-"r7¼"î7 B. intaglio- vlak

Wlllkzillllll//4 C. int aglio- diep

afb . 2 De pijl geeft de plaats aan van het opschrift.

Op grond van de gebruikte technieken en versieringen kunnen
globaal de volgende typen onderscheiden worden:

1. intaglio- vlak;versiering en tekst loodrecht op de steel,
twee regels tekst geschei den door raderingen.

2. intaglio-d i ep;geen versiering , tekst loodrecht ov de

steel , 2 of 3 regels tekst.
3 . reliëf;versi eri ng in banden loodrecht op de steel, t ekst

in kader geplaatst evenwijdig aan de steel, links en
rechts één regel.
4. overi ge intaglio-vlak; tekst dwars
5. overige intaglio- vlak; tekst evenwijdig
6. overige intaglio-diep; tekst dwars
7. overige intaglio- diep; tekst evenwijdig
8. overige reliëf ; tekst dwars
9. overige reliëf; tekst evenwijdig

Op grond van de betekenis kunnen de ops.chriften of onderdel en
daarvan als volgt worden ingedeeld:

I. Naam van de pijpmaker .
De naam van de pijpmaker kan op verschillende manieren ge-
speld worden. Een enkele maal staan de letters in spiegel-
beeld of onderste boven op de pijpesteel . Met de schrijf-
wijze van het opschrift nam men het niet zo nauw. De naam
werd op allerlei manieren afgekort en over de regels ver-
deeld. De voornaam werd voluit ge schr even, afgekort t o t
voorletters of weggelaten. De achternaam werd voluit ge-

76

schreven of gedeeltelij k afgekort .
II. De herkomst .

De Goudse pijpmakers vermelden zeer vaak de plaats GOUDA
of IN GOUDA, meestal in combinatie met hun naam .
Buiten Gouda werkzame pijpmakers vermelden vrijwel nooit
hun pl aatsnaam op de steel.
De Geïmporteerde pijpen vertonen vaak een aanduiding van
de herkomst. Uit Duitsland HÖhr,Grenzhausen,Hildesheim,
Hannover. Uit Frankrijk St . Omer. Uit België Schoten.
De vele vondsten van uit buitenland afkomstige pijpen to-
nen aan, dat deze een geduchte concurrentie betekenden
voor Nederlandse pijpen.
De vermelding "HOLLAND" op een pijp van F.S.Sparnaay duidt
vrijwel zeker op de export van deze pijpen. (noot 45)
Dat de pijpenhandel zich ver buiten onze grenzen uitstrek-
te is een bekend feit. Ook stelen met opschriften van Ne-
derlandse pijpen zijn in het buitenland gevonden, zoals
een steel met F . VERZYL :IN GOUDA in Engeland ( l itt . 26),
C.DE IO(NG): IN GOU(DA) en NIEUVE(LD) in Zweden (litt . 2),
P . LENS:IN GOUDA en C: D:ROOS : GOUDA in Canada ( l itt . 34)
III . Het jaartal .
Doorgaans zal het jaartal te maken hebben met het jaar van
fabricage van de pijp of van de vorm. Soms heeft het be-
trekking op de herdenking van een histor i sche gebeurtenis.
IV. De naam van de pijp correspondeert met het merk.
Een weinig voorkomend gebruik. Als voorbeeld de tekst
SCHEEPIES/PYPE met het merk op de ketel : het scheepje.
V. De naam van de pijp staat in relatie tot het merk .
Als voorbeeld geldt hier: KOFFIPYPE,met het merk de koffy-
kan.
VI . De naam van de pijpensoort staat op de steel .
Veelvoorkomend is de tekst ISABE of IZABE, een pijpensoort
uit de 19e eeuw, kortstelig met een grote ketel.
VII.Een gevarieerde restgroep bestaande uit reclameboodschap-
pen,politieke leuzen,herdenkingsteksten etc. Deze groep
is in dit overzicht niet opgenomen. Het ligt in de bedoe-
ling er later een aparte publicatie aan te wijden.

Een enkele maal vinden we naast de naam ook het merk op de
steel, zoals van DEROOS, die zijn merk " de gekroonde pijp" op
de steel zette. In de meeste gevallen zal het merk echter al-
leen op de ketel of de hiel staan. In een aanta l gevallen,
waarin de steel met naam en de kop nog één geheel vormen, ko-
men de eigenaars van het merk niet overeen met de pijpmakers-
naam op de steel. Soms was er een familieband (litt.2O)

77

TOELICHTING_BIJ_TABEL_l, 2_en_ 3.

De tabellen I en 3 bestaan uit een aantal kolommen, waarin van
links naar rechts vermeld staat :

a. het volgnummer
b. het opschrift

/ betekent nieuwe regel
() gereconstrueerde letters
c. de verklaring van het opschrift
d. het merk
(K) het merk i s gekroond
(A) de achtergrond is gearceerd
e. type (n.a.v. techniek en versiering)
f. litteratuur (aangeduid met cijfer)
collectie (aangeduid met letter)
g. noten
h. gilde

X betekent vermelding in gildeboek van Gouda
0 betekent vermelding in gilde. Westerwald

van 1792 .

In tabel 2 spreken de opschriften voor zich, hier vervalt de
kolom "verklaring".
Niet in de tabellen zijn opgenomen:
- verschil in interpunctie

- verwisseling van het bovenste met het onderste opschrift
- verschil tussen GOUDA en INGOUDA.

Collecties:(afk.)

A - A.W.Z. (Zoetermeer) Mo- P.Moree
B - P.Bakker N - Niemeyer (Groningen)
D - L.van Duuren P - D.van der Ploeg
Du- D.Duco T - F.Tymstra
E - J.Engelen V - Mario Vermeer
K - H. KrÜse W - B.Westerterp
M - J.van der Meulen

78

TABEL 1. OPSCHRIFTEN VAN NEDERLANDSE PIJPMAKERS.

1. A:V:T:ANKER / IN:GOUDA. Abraham van
2. IAN IACOBSZ VA. Jan Jacobs
3. BENIAMY(N) / ANSER Benjamin A
4. J.VAN BMLEN./ KORTE IZABE Jan van Ba
5. .I.V.BA( ) / IN GOUDA Jan van Ba
6. BEGEERA / IN.GOUDA Adrianus B
7. ABRAHAM./ VAN.D.BERG Abraham va
8. A:V:D:B:/GOUDA ?
9. BARENT./ V.BERKEL Barent van
10. BARNT/ V.Berkel Barent van
ll. BARNT./V.BERKE. Barent van
12. R:BLOK./ IN (GOUDA) Roeland Blo
13. COEN: (BLO }M/ Coen Blom
14. ISAC:BLO(M)/ INGOUDA Isac Blom
15. (I)SAKBLOM / INGOUDA !sak Blom
16. SAAK BLON / IN OUDA Isaak Blom
17. IAN SOMS/ INGOUDA Jan Borns
18. ROBERT.BON Robert Bon
19. L.V.BORZE(LE) / IN.GOUDA Leendert v
20. HEND:80S / Hendrik Bo
21. (W) . BRAMMER / IN.GOUDA Willem Bra
22. T.BRAMMERT / Teunis Bra
23. A BREM Andries Bre
24. A.BREMMER / IN.GOUDA Aart Bremm
25. A.V . BROEK / IN:GOUDA Abraham vä
26. / BROELAND B.Roeland
27. / BROELANT B.Roelant
28. BROILAND /IM GOUDA B.Roeland
29. M.B:VIS./ INGOUDA Maarte Bru
30. GEORGE / BURGKLE George Bur
31. (A} CARLIER / IN.GOUDA Arnout of
32. COHO(U) / INOUD(A} ?
33. A.DAMMAN / INGOUDA Albartus D
34. /1.DAMMA(N) Jan Damman

--.J



.:s..!.. QJ .............,,~~ ..., QJ
-0
QJ .0>..,., ~-~ u0 0
0 ~
E C
·5,
II (K}
an 't Anker 2 (K) 1D X
sz van der Aerden 4 10 1
Anser BVB 1 D 37
aalen 9T
aalen? burg X
Begeer
an der Berg 1B X
1M
Berkel X
Berkel
Berkel 1D X
lok 1M
1 20
X

1 M 37 X
1 M 37 X
1M
1M X

1D X

X

m? toren 6 Du X
R. B
van Borzele K 6 M 37 X
os 9 (K) 1 Mo
ammert? VOC + A X
ammert
rem pijlenbundel 5 17 2
mert 1M
än der Broek X
d?
1 Du X
't
1 Du X
d?
uijnvis 1M X
rgkle
Arij Carlier 1B X

Damman 1 20 X
n
1M X

1 M 37
1 M 37
1 D 37
1D
X

1M

1D X

1 D 37 X
1B
X

1D X

(X) 35. IANDANENS/ Jan Danens
36. I.DANENS / INGOUDA Jan of Jac
0

37. I DANEN./IN.GOUDA J.Danens
38. DANES / IN.GOUDA
39. W.DANIEL / BROELAN Danens
W.Daniel-
40 . /DIRKA Dirk Dirka
41. VANDUIN CIE/ WAPEN van AMSTERDAM Arie of H
42. T.VANDYK Teunis van
43 . T.V.DYK / INGOUDA Teunis van
44. A. ELING / Abraham E
45. ELINGH.D.I/ Abraham E
46. E:N(B)URG /
47. DIRCK / ENTVOGEL Endenburg
Dirck Entv
48. (F)ORTUIN./ Ary of Pa
49. EVERT FRANC ANNO 1633
50. I.DE GIDTS/ INGOUDA Evert Fran
Jan de Gi
51. DE GIDTS/ INGOUDA Jan de Gi
52 . GIRREBO./
53. ARIE GLAS/ INGOUDA Jan Girreb
Arie Glas
54. (GOEDEW)AGEN &ZOON/ IN(GOUDA) Goedewaag
55. Goedewaagen / Gouda Goedewaag
56. Goedewage / Gouda Goedewaag
57. S.GROEN:DA(l)/ Simon Gro
58. :C:R:HOF / GOUDA
59. G.HAEBRAAK/ INGOUDA Cornelis G
Gerrit Ho
60. THO:HAG(E)/ THO:HAG(E) Thomas Ha
61. IAN DE HASE/ INGOUDA Jan de Ha
62. .T.V.D.HELM / INGOUDA
Matthijs v
63. V.D.HELM/ Matthijs v
64. P.V.D.H./ INGOUDA
65. B:V.HEVE(N) / Paulus van
Barend van
66. B:V:(E)VEN Barend van
67. A:HE( ) :
68. B. V.D .HE(YDEN)/ Abel Herb
Barend van
69. MELCHIOR HILLIGER Melchior H
70. P.HOOGBOOM /OUDA
71. A.DEHOOP / ., Phi li p Ho
Ary of Ab

ns 1B X
cob Danens 1 14
molen 1 24 3 X
-Broelan?
a 1V X
Hendrik van Duin
n Dijk 1 M 37 X
n Dijk 1D
Eling 9T X
Eling de Jonge?
tvogel 4D X
asschier Fortuin
nc 1D X
idts
idts 99 (K) X
bo 1 20 4 X
gen 1V
gen 1D X
gen
oenendal 1 D 18,37 X
Gruytershof
oubraak? 1D X
age
ase 10 5
van der Helm 3 11
van der Helm 52 (K) 9T X
n der Helm
n Heven koning David 1 V X
n Heven
bus? RT 9T X
n der Heyden?
Hilliger X
oogenboom 9 14 6 X
braham de Hoop IWI 2 D 6 X
2D 6 X
1D
X

kind in de wieg 1 20 X

1M X
1D
X
4X
PLK 1 20
VH X

PVH 1 20 X

1 20 X
druivetros 1M
X

8M X

1M X
1K
X

1 M 38
1 M 37
1M
X

72. NELIS / DEHOOP Cornelis d
73. HORSMAN / Hendrik Ho
74. A VAN HOUT / Andries va
75. A.V.HOUTE / (I)NGOUDA Andries va
76. I.HUMPEL./ I.Humpel
77. C.DE IO(NG) / INGOUDA Cornelis d
78. LEENDERT/ DEIONG Leende rt d
79. LUCKAS / DE IONG Luckas de
80. LUCAS / DE IONG Lucas de J
81. LUKAC / DEION Lucas de J
82. DEION / LUCAK Lucas de J
83. LUCKAS / DE IONGH Luckas de
84. .DE ION / .DE ION De Jong
85. G:IONKER / IN:GOUDA Gi 11 es Jon
86. IURYWES / Iuri jwes
87 . C:KALF / GOUDA Cornelis K
88. G.V.D.KINT / INGOUDA Gijsbert v
89. V.D.KINT Van der K
90. I.KLARIS./ IN.GOUDA Jacob Klar
91. KUYLIN(K) / Gerrit Ku
92. P.LAKOURT / INGOUDA Pieter Lac
93. C:V:LEEU( )/ Cornelis v
94. C.V.LEEW(E) / INGOUDA Cornelis v
95. C:V.LEEUW(EN) : IN:GOUDA Cornelis v
96. I.V.LEEWEN / INGOUDA Jan van Le
97. :LEEUWE /.GOUDA Van Leewe
98. P.LENS / GOUDA Pieter Len
99. PER DE LICHT/ ANNO 1633 Per de Lic
100. B.VANDERMAAS / INGOUDA Bartholome
101. G:MAERLI (NG) Gerrit Ma
102. G.MARTE / INGOUDA Gloudt Ma
103. I :DE:MOL/ !.de Mol
104. G:M.MAN /INGOUDA Gerr it Mo
105. MOLEMAN / Gerrit Mo
106. HENDRICK / MULDER Hendri ca M
107. (MU)LLARD Ary Mullar
108. FRANS VANDER LYT Frans van

(X)

de Hoop 1D X
orsman
an Houten 1D X
an Houten
de Jong 31 (K) 20 X
de Jong 1D
longh bok met B X
Jong scheepje
Jong 222 1 K 37
Jong 222 2X
Jongh WP (K) 1M
46 (K) X
nker D
Kalf 1 24 X
van der Kint roos (K)
Kint 1 24 X
ris
uylink 1 D 37 X
coert 1 M 37 X
van Leeuwen 9+1 M 39 X
van Leeuwen 1M
van Leeuwen X
eeuwen
ns 1 20 X
cht
eus van der Maas 1M
aarling 1D
arte X
oleman
oleman 4 20 X
Mulder?
rd 1 20 X

der Lijt 1M X

1D X

1E X

1 M 40 X
1M X

1D X

1 20 X

1D X

1 34 X

9 T 41 X
9 39
X

lD X

1D X

lD X

lD X

lD X

1D 8
7 Mo
X

4 10 7

ex, 109. NIEULANO / Jan of H
110. :I:NIVELD / Jan Niev
N Nieuveld
Jacob No
111. NIEUVE(LD) Jan van N
112. I.NOBE(L) / INGOU(DA) Jan van N
113. I. V.NOOT / Van Ommen
114. I. V. NODE / Hendrik v
115. :VOMME(N) / Jan Outam
116. B.OOSTE / IN.GOUDA Jan of B
117. OUTAM / GOUDA Jan of B
118. OVERWESE(L) / INGOUDA Jan of B
119. INOUDA / OVERWESE Jan of B
120. OVERWESEL /INPUDA Jan of B
121. OVERWASE. / INOUD Jan of B
122 . OVERWASEL Jan of B
123. OVERWASEL / INOUDA Bart de P
124 . OVERWEGEN /GOUDA Simon Pla
125. B:DE:PI(ER) / Hendrik v
126. SIMON/ PLAAT Jan Princ
127. H.VANDER POOL/ INGOUDA Jan en G
128. IAN PRINCE & Co/ KORTE IZABE J.&.G.Pr
129. J &G.PRINCE / INGOUDA Cornelis
130 . I. G. PRENCE / INGOTHA R.H.Princ
131. C:PRI(NCE) / Prince
132. R.H.PRINCE / CANADA 186(7) Evert Pie
133. PRINCE / Gouda Reemen
134. EVERTPYL /EVERTPYL Sijbrand
135. REEMEN /REEMEN Hendrik v
136. S. REVET / INGOUDA Hendrik v
137. H van RIJST jz / KORTE IZABE J.de Rond
138. H van RIJST/ GOUDA/ HOLLAND Klaas de
139. I.D.RONDE /INGO(UDA) Cornelis
140. DE ROOS Sapffenbe
141. C:D :ROOS / GOUDA Wi 11 em S
142. SAPFFEN. / BERCH Wi 11 em Sc
143. W.SCHIPPER T. Schip ?
144. W.SCHIPPERS /
145. T.SCHIP / STADWYK

Hendrik Nieuland 1D X
veld fruitben 1w 9 X
3 bomen
obel 2X
Noot geen
Noot? 1 Du X
n scheepje 1D
van Doste scheepje 1 M 37 X
m pijp (K)
Bastiaan Overwesel 1 Du X
Bastiaan Overwesel 1M
Bastiaan Overwesel 1D X
Bastiaan Overwesel
Bastiaan Overwesel 1B X
Bastiaan Overwesel
Bastiaan Overwesel X
Pier 1 D 37 X
aat 1 M 37 X
van der Pool 1 D 37 X
ce &compagnon 4 D 37 X
Gerrit Prince 1 M 37 X
rince? 1 24
Prince 1D
ce 1 M 37 X

eters Pijl 8 9 10 X
9T
dt Revet X
van Rijst
van Rijst 3 44 42 X
de 3 44 44
Roos 1 D 11 X
de Roos 9 44 42 ,43
erch 2 Du
Schippers 1 D 12 X
chi ppers
1D
? 1 Du
X

9T X
2T
1 Du X

X
13 13 X
34 X
1 K 37
8D
X

1D X
1 M 37

~,

G l lf1Hl [l~[}{lU©!%

n1- ••h1

i....,."'"'"'' lliJ □ lLtLil@~1%

~~~1mz-w©@

~ ~WIB11iJf®0

11WrnillJÎ0 IPW

1 ~1:1 11o l? 'tfD

,00Jlm.&~ W 0

W~MOID0 rnIEIB@

afb. 3

83

(X) 146. SCHOHU / GOUDA ?
147. SCHOLT(EN) /
.i:-- Schol ten

148. SLOBBE/ Leendert
149. (I)AN:SMIT IN:GOUDA Jan Smi
150. I: VANSON / IN:GO(UDA)
151. A. SOUFREU./ Jan van
Antoni e
152. HENRICH SPAANCH Henrich
153. A.SPARNAAY / :GOUDA
154. A SPARNAAY / IN GOUDA Adrianus
Adrianus
155. A SPARNAAY / INGOUDA
156. A.SPER(NAAY) / Adrianus
Adrianus
157 . A.OP.S.SPARNAAY / INGOUDA HOLLAND A.& F.S.
158. SPARNAAY / IN GOUDA
159. F.S.SPAR(NAAY) / HOLLAND Joost Sp
Frans Si
160. ABRAHAM '' / VD SPELT'' Abraham
161. V.D.SPELT /
162. P.V. SPEU Van der
Pi eter V
163. I.STOMMAN / INGOUDA Jacobus
164. I .STOMMAN /
165. C.B.S.KER Jacobus
Cornel is
166 . IACOB/SWART Jacob Sw
167. P.T.HOEN / INGOUDA
168. INGOUDA / I. TIMMERS Piet er T
Jan Tirrrn
169. T. TIMMERS / T.TIMMERS T. Tirrrner
170. P.V.THOVEN / INGOUDA
171. Trumm / Bergmans / Weert P.v.Thov
Trumm 7
172. (D):VDERVAL(K) / INGOUDA Dirk van
173. F.EN I.VAN / DE VELDE
174. FRANSVAN / DE VELDE F.en I . v
Frans va
175. FRANSVAN / DE VELDE Frans va
176. DE VELDE/ DE VELDE De Velde
177. A.VENENDAL / GOUDA
178. :(V)ENENDA(L) / :(V)ENENDA(L) Abraham
Abraham
179. K. VERBY / .GOUDA Klaas V
180. K.VERBY / UITGOUDA
Klaas Ve
181. K.VEBRY Kl aas V
182. (VE)RBLAAUW / IN:GOUDA
Verb laau

n 1E
rt Slobbe 1D
it 1D X

Son X
Soufreu
Spaanch bok met B 1 20 X
s Sparnaay 1M
s Sparnaay BS 1 14 X
s Sparnaay 59 (K)
s Sparnaay both 3 24 46 X
.Sparnaay both
parnaay 1D X
imon Sparnaay molen 9D
van der Spelt molen X
Spelt 60 ( K) 3 44 42 X
Verspui ? 20 X
Stomman 9 44 42 ,45 X
St omman 9 M 50 X
s Stortebeker 9 14
wart 1 14 X
Thoen
ners X
rs 1 D 37 X
ven 1D
Bergma ns 1 20 15 X
n der Valk 2? T
van de Velde 9 M 46 X
an de Velde
an de Velde 1D X
e 1D
Venenda l X
Venenda l 1 D 37 X
Verbij 1 M 37
erbij 1 M 37
Verbij 2 E 47
uw 1A
1 20 X

1 20
1 K 37 ,48
1D
1D
1V X

1 24 X

1M X

X

1 24
1 Du
X

[?'o ' ï foTI{[@~h. il ~@1[~

IHNJ•®®lliJ'i])~ ~@@WIID[

rn&mrn;~'L.@ LJ,OJ.0~~0

W'0I~n~mll~TI:,0 ~o~®îQJ®&--,

a fb. 4

85

00 183. :G.V.SCHUT / GOUDA Gerrit V
Q'\ 184. G.V.SCHU. / GOUDA Gerrit V
Gerrit V
185. G.VERSCHU / INGOU(OA) Verschut
186. VERSCHUT/ INGOUDA Jan Janse
187. II. VERSL(UYS) / J.Verslu
188. !.VERSLUIS/ IN GOUDA. Versluys
189. VERSLUYS./ Jan Verw
190. I.V.WINT / INGOUDA Christiaa
191. C.VERZYL / INGOUDA Frans Ve
192. F.VERZYL / INGOUDA Frans Ve
193. F.VERZYL / INGOUDA Frans Ve
194. F.VERZYL / INGOUOA Frans Ve
195. F.V.ZYL / INGOUDA Maarte of
196. M.VERZ(YL) / IN:GOUOA Wi 11 em de
197. W.D.VE(T) / INGOUDA Jacob of
198. LOE.VINK/ Jacobus d
199. I. OEVOGEL / .INGOUOA Jan de V
200. (IAN).DE.VOS / INGOUDA Grietje V
201. GRIETIE / VISSER ?
202. AVOW J.van der
203. I.V.O.WANT / IN:GOUDA Pieter va
204. P.V.D .WANT / GOUDA Pieter va
205. P.V.D.WANT Gz / GOUDA Pieter Ja
206. P.I.v.d.Want Azn / GOUDA Dirk van
207. O:V:D:W: / IN.GOU(DA) Jan van d
208. I.V.D.WERF / IN GOUDA Jan lfoerl
209. I:WOERLEE / IN.GOUDA Dirk van
210. DIRCK VAN W(YCK) Maarten v
211. M.VANWYK / (I)N.GOUDA Pieter va
212. P.V.WYNGAARDEN / FABRICIRT Hendrik W
213. H.WYS / GOUDA Hendrik W
214. WYS / INGOUDA Jan IJpe
215. I.YPELAAR / INGOUDA De weduwe
216. OF WI . YPEL(AAR) / (I)NGOUDA

Verschut de both l 20 X
Verschut 1 D 37 X
Verschut K 37 X
1 24 X
1 D 17 X
e Versluys? 44 ( K) l AX
is 1 MX
DX
l Mo X
23 16 X
wint 1 23 X
an of Cornelis Verzij l 1 20 X
erzijl M 37 X
erzijl L (K) 1 DX
leeuw i . d.Holl.tuin 1 MX
erzijl dubbel anker 1 MX
erzijl Du X
f Maria Verzij l 1 D 37 X
1 M 37
e Vet 1
Jan de Vink 1 p
de Vogel 1
Vos D 19 X
Visser 1 M 19 X
1 T 49,19 X
1 D 19 X
r Want 1 D 37
an der Want Gerritszoon NX
an der Want Gerritszoon 20 X
acobus van der Want 2 D
MX
der Want? 2 K 20
1 29 X
der Werf man in de sjees l 29 X
l ee goudse toren 1 TX
Wijck? 9
van Wijk l TX
an Wijngaarden 9
Wijs 3
Wijs
laar DK 9
e Jan Ijpelaar? DK 9

20%

15

VI 10

s....

(l)
~

ro
E

.0......,

.,-

50.

1,--1!

1724 1730 1746 1759 1768 17
19 36 51 60 58
246 660 494 349 367 3

1
00
--.J

afb. 5

782 1803 1850 beginjaar Gildeboek
44 35 11
385 425 131 aan~al pijpmakers bekend
van opschriften.

aantal pijpmakers in
Gildeboek

ccoo TABEL 2. OVERIGE OPSCHRIFTEN. ..s..:.

(1J

E

1. IN GOUDA/ IN GOUDA
2. GOUDA/ GOUDA
3. I GAOUD
4. IN:ROUDA / IN:ROUDA
5. (1)767 GAUDA
6. / 1747 GOUDA
7. 1649
8. IONAS 1633
9. 1751 / 1795
10. / 1872
ll. NASSOUWE / DE ZEEUWEN
12. / HARLINGEN
13. (H)ANOVER / PYPE
14. HANOVERSE / HANOVERS
15. SCHEEPIES / PYPE scheepje
scheepje,koffiekan,viss
16. KOFFY / PYPE
17. KORTE ISABE / GOUDA
18. Opregte Goudsche Bruidegomspijpen

TABEL 3. OPSCHRIFTEN VAN DUITSE,BELGISCHE EN FRANSE

1. IOHANNES BOCKLING G.H.S. Johanne
Hennric
2. HENNRICH / BOCKLING/
INGRENTZ /HAU(S)EN
3. W.BORDOLLO / GRUNSTADT W.Bord
Hennric
4. KRENTZ / HAUSEN / ANNO 17( )
5. PETER/ C.IN.H Peter C
6. WIRD ( )/ IN MB (B)EY/PETER CAESAR Peter C
7. PETER / DORN I Peter D
Peter D
8. PETER / DORN. I. Peter D
9. PETER / DORN
10. IOHNE / SDORN Johanne
Lucas .
ll. /SAC LU / Wil helm
12. WILEM / DORNI

(1J ............,,.. ,,...... ...,
.,.. 0
0. 0
,... u 0
à C:

1 D
1 D
1 25
1 D 37
1 25 21
D
1 3
14 22
8 15 23
9 18 24
9 13
9 p 54
D 25
1 25 25
1 41 26
1 41
1 M 55
ser 1 43 56
9
2

E PIJPM_~KERS. ..s..:. (1J ..........,,.,,......... ..., (1J
es Böckling-Grenzhausen .,.. 0
ch Böckling-Grenzhausen (1J 0. 0 .,-,.0....
,... u
E à 0 C'l
C:
8 0
8 28 27
25 0
0
dollo-Grünstadt 2 D 51
ch Böckli ng -Grenzhausen HB 8 25
3 25
Caesar? -Höhr 8 25
Caesar MB 25 28
Dorn P,W(A) ,W( K) e.a. 3 35 29
Dorn franse lelie 3 25
Dorn W(K+A) 3 28
W(K) 3 25
es Dorn W/DO/RN 1 25
.. ?
m Dorn W(A) 3

(?~:JAfJ!JtJ!!lfW_J! ]

t\ illit~~~~~~ l~D

fl~ El~CW~VAN~

C jf~

IEi \I T0T0~lefi:lO!}Oj)iIlTl~~J@EllIiÊ0~0lfi0l~

L..__--~[J_______J

[<>i~l o rInl@illiff~i]E~T~T~~o

\ 1~lli}~~TI~illfilo
00Il I1 lli)JE ~llil~

,_ ___7____1..Et:=-SfD-1...J Goede wa~e.

Gouda

- - - -- - -- - ~

- -- - - -- - ~§ :[ )'

P. 1. v. 0 , 1;..J ANT. f\-z_

~OUDA

afb.6

89

I.O 13 . FABR I / CIRT + WILH / DORN Wil he1m
0 14. GRENZHAUSEN / WDORN IN Wi l hel m

15. (I)ACO(B)(HE)NR IC / DORN 1745 Jacob He
16. ( ) C:8:DORN:GH /FABRIC IRT Jacob Do
17. (HEN)RICH / DORN Henrich
18. HENRICHDORN / HENRICHDORN Henrich
19. I:Hm:ISER / HILDESH:
20. :Hm:ISER 1 1 1 /HILDESH: 1 11 I.Hm. Ise
Hm .lser-
21. PETER /IUNG Peter Ju

22. WIRD SPRICHZU / IN HOR WK / .1. 7.4.2 WK ? Höh
23. IOHNES / KNETH Johannes
24 . IOHANNES / KLEUTGENN Johannes

25. IACOB / L.IN.HG Jacob Le
26 . ILGH Jacob Le
27 . WIRD FABRI/C IRT INH/ Jacob Le
BEY IACOB / LITSCHERT
28. IACOB.L(E) / (T)SCHERT Jacob Le
29 . !PLET/ CHERT Johann P
30 . I.W .LET:/SCHERT: Jacob W
31. IW.LET /SCHERT Jacob W
32. IWHLET /(SCHERT) Jacob W
33. WM. LET / SCHERT Wilhel m
34. P.LESC / herts .. Peter Le
35. IAKOB / REMMI Jakob Re
36. IACOB / REM! Jacob Re
37. WILHEL / MREMY Wil he1m
38. IOHANNES / ROTEN.B
Johannes
39. ( ) SCH / ELMAN Johan Sc
40 . I . SCHWA / DERLAB Johann S
41. WHELM / SPIES Wi l helm
42 . WILHEL(M) / SCHWAT.L Wilhelm
43. IOHAN.T / STAUBER Johann T
44. IOHANN / STAUBER Johann S
45 . 1.0.H.T.STAUB/ER INGREN/TZHAUSEN Johann T
46. FRIEDRICH/ VONDERWALL Friedric
47. KNOEDGEN / Knoedgen
48 . DE KROON/ SCHOTEN De Kroon
49. L.Fiolet / àSt .Omer Louis Fi

50. L.Fiolet / St. Omer / Déposé Louis Fi

m Dorn 8 25 0
m Dorn -Grenzhausen 3 25 0
Henrich Dorn M ( K) ? 8 25 0
3 Du 0
orn ?-Grenzhausen
Dorn 1 E
Dorn C6 (monogram) 1 K 37
4 D 30
e r- Hildesheim 6 D 37
- Hi l desheim
ung 3 25 0
hr 8 25
s Kneth 33 31
s Knoedgen?
11

etschert -Hilgert D ( K) 3 25 58 0
etschert? Grenzhausen W(K) 8 25 0
8 25 32 0
etschert-Höhr

etscher t 3p 0
3 29 0
Peter Letschert W (K)

Wilhelm Letschert IWL 3 25 0
3 25 0
Wilhelm Letschert W(K) 3 25 0
Wilhelm Letschert? D
m Letschert 3 25
12 33
etschert 3 14 0
emy
emy 11 0
m Remy 3 25 34 0
3 25 57
s Rotenberger 3 25 0
che l man
Schwaderl ab lelie 3 25 0
3 25 0
Spies W(K+A)
Schwaterlab
11
3 25 35 0
Theis Stauber lel ie
Stauber
11

Theis Stauber- Grenzhausen 8 28 0
ch vonder Wall 9 11 48
n 1 E 52
n-Schoten 2 E 53
iolet - St. Omer 2 31 36
2 D 36
iolet - St. Omer

NOTEN BIJ TABEL 1, 2 en 3.

1. Jan Jacobsz van der Aerden is een pijpmaker uit Gouda, d ie

voorkomt in de archieven van 1668-1670 (VA-ligatuur)

(Litt. 1, 10)

2. Robert Bon i s van 1627-1643 in Rotterdam en van 1644 tot

1652 in Schiedam werkzaam.(Litt.8)

3. Bij een pijpenvondst te Alphen a . d. Rijn zijn een aantai

stelen gevonden met namen die veel gelijkenis vertonen met

namen van Goudse pijpmaker s , DANEN t.o.v.DANENS, VEBRY

t.o .v. VERBY en OVERWEGEN t.o.v. OVERWESEL. Slordigheid

van de s t empelmakers of bewuste misleiding?

4. Het merk de gekroonde 99 is niet van Abraham Eling, maar

van zijn zoon Benjamin. Waarschijnlijk gebruikte Benjamin

het naamstempel van zijn vader. In mijn collectie bevindt

zich een steel met de voornaam BENIAMYN, die mogelijk aan

Benjamin Eling toebehoorde. Behalve deze voornaam zijn ook

nog onvolledige stelen gevonden met de namen IACOBUS en

WILLEM.

5. Evert Franc is een Amsterdamse pijpmaker die genoemd wordt

in 1627.

6. Voor een genaeologie van het geslacht Goedewaagen zie Litt.

6 . Het opschrift Goedewage zou voor dunnere en Goedewaagen

voor dikkere stelen zijn gebruikt.(Litt.9)

7. De pijpmaker Frans van der Lyt huwde in 1627 in Amsterdam

en stierf in of kort voor 1635. (Litt.10)

8. Hendricka Mulder (1803-1 854) was de weduwe van Frans Cor-

nelis Kruysheer.(Litt.16)

9 . Op de zijkant van de kop staat het wapen van Gouda.

10.Dit opschrift staat op een pijpevorm van een zogenaamde

elleboogpijp en is geplaatst op de scheiding tussen steel

en kop . (Litt. 9)

11. Brongers vermeldt een opschrift PRINCE/ GOUDA.(Litt.4)

12.Evert Pieters Pijl is een Groni nger p~pmaker, die genoemd

wordt van 1743- 1758. (Litt.32)

13.Klaas de Roos zet onder zijn naam, het merk "de gekroonde

pijp" op de steel.

14.VD- ligatuur

IS.Jacobus Stonnnan heeft het merk 9611 11 Het merk "de both" is,


indien de datering j uist i s, van Gerrit Verschut.

16 .Een over zicht van de pijpmakersfamilie Verzijl i s door Van

der Meulen beschreven. (Litt . 23) Het merk "dubbel anker"

kan van Christiaan ( 1730-1 766) of Jan Verzijl ( 1769- +1778)

zijn. Waarschijnlijk gebruikte Frans Verzijl het merk van

ziJ n br oer Christiaan . Frans Verzijl zette zelf de merken

91

"de leeuw in de Hollandse tuin" (1729-1785) en "de gekroon-
de L" ( 1753-1774)
17.De naam is niet in overeenstemming t e brengen met het merk,
als deze pijp een Gouds product is. II kan ook als H gele-
zen worden.
18.Entvogel =Eendvogel= Eend.
19.Tempelman (Litt.30) en Kompier(Litt .18,19) bespreken de fa-
milie Van der Want.
ZO.Pieter van Wijngaarden is een Alphense pijpmaker; zijn ver-
pakkingsmerk met de initialen BVB heeft in de omlijsting
staan: PIETER WYNGARDEN + FABRIKEUR IN ALPHEN.(Litt.16)
21.D in spiegelbeeld
22.N en Sin spiegelbeeld. Voor verklaring van de naam van de
pijp, zie Litt. 7 en 37 .
23 . De jaartallen geven de regeringsperiode aan van Stadhouder
Willem V.
24.Mogelijk heeft dit jaartal te maken met de strijd voor een
openbare school. Het Algemene Werklieden Verbond stond ach-
ter de oprichting van openbare scholen. De protestantse
arbeiders o.l .v. Klaas Kater traden uit het Verbond.
25 .Het opschrift zou ook kunnen duiden op het merk "het wapen
van Hannover".
26 . Naast het opschrift is het merk "het scheepje" op de pijpe-
kop geplaatst .
27.0mdat een afbeelding ontbreekt, kan niet worden aangegeven
op welke wijze het opschrift over de regels verdeeld is.
28.De Peter Dornipijp was zo bekend, dat deze op vele plaatsen
gemaakt werd , o .a. in Nederland,Duitsland,Frankrijk en
Schotland.
29. Dorn / Dorni, de toegevoegde I achter de naam kan gezien
worden als een manier om het product te doen lijken op die
van Dorn, zonder zich aan naamsvervalsing schuldig te ma-
ken.
30.Hildesheim is een plaats in de omgeving van Hannover.
31 . 0nduidelijk merk .
32. H is waarschijnlijk een afkorting van HÖhr.
33 . 0p dezelfde vindplaats werden pijpekoppen gevonden met het
merk" W ", op gearceerde achtergrond .
34 .De Y is onderste boven geplaatst .
35 . He t woord 'STAUBER' staat onderste boven.
36.De firma Fiolet werd gevestigd in St.Omer in 17 65 en bleef
in productie tot 1921. Loui s Fiolet was het kleinkind van
de grondvester en had de leiding over de firma van 1834
tot z1Jn dood in 1892. In 1885 ging hij in compagnonschap
met zijn schoonzoon en werd de firma bekend onder de naam

92


Click to View FlipBook Version