I shall be telling this with a sigh.
Somewhere ages and ages hence:Two
roads diverged in a wood, and I—I
took the one less traveled by,And that
has made all the difference. Robert
Frost
Patricia Postma
AD DEP NHLStenden
Studiejaar 1: 2022 - 2023
1
Voor- en
(meisjes)Achternaam Patricia Postma
student
Studentnummer 5130360
NHL Stenden e- [email protected]
mailadres
Opleiding AD DEP
Variant Deeltijd
Jaar van Februari 2022
aankomst/cohort
Inleverdatum 10 januari 2023
Begeleider(s) bij het Greetje Doornbos, Meije van der Pol,
maken van dit Margriet Phoelich, Samantha Visser
product
Naam Greetje Doornbos, Tabitha Schnater
examinator(en)**
Gebruikte Studiewijzer AD DEP voorjaar 2022
handleiding (met
vermelding van het
studiejaar dat op de
handleiding staat)
Progresscode van DEPA20D1VOND1-A: A1
de onderwijseenheid DEPA20D1WORG1-A: B1
zoals die in jouw DEPA20D1PPO1-A: C1
leerplan staat.
Door het inleveren van dit product (werkstuk, verslag etc.) verklaar ik dat het product eigen werk is en
dat het vrij is van fraude zoals in het onderwijs- en examenreglement artikel 6.17 lid 4 sub f, g en h is
beschreven.
2
Inhoud
Inleiding .......................................................................................................................................... 5
Hoofdstuk 1 ..................................................................................................................................... 6
Wie ben ik en waar werk ik .............................................................................................................. 6
En hier heb ik gewerkt: ............................................................................................................................. 7
Hier werk ik nu: ______________________________________________________________________ 8
Hoofstuk 2 ....................................................................................................................................... 9
Mijn bekwaamheid........................................................................................................................... 9
Leeruitkomst A: Verzorgen van onderwijs ................................................................................................. 9
A1 Vakinhoudelijk ........................................................................................................................... 9
A.1a Beheerst de leerstof qua kennis en vaardigheden en brengt deze over. ........................................... 9
A.1b Onderhoudt zijn vakmatige kennis en vaardigheden door contacten met het betreffende
werkveld. ___________________________________________________________________________ 9
A2 Vakdidactisch ............................................................................................................................. 9
A.2a Leerprocessen zijn aantoonbaar effectief en dit is te herleiden naar bijdragen van de Didactisch
Educatief Professional.............................................................................................................................. 9
A.2b Demonstreert beroepsmatige handelingen zodat lerenden het begrijpen. _________________ 10
A.2c De Didactisch Educatief Professional kent verschillende pedagogische en didactische interventies en
toepassingsmogelijkheden......................................................................................................................................... 10
A.2d De Didactisch Educatief Professional levert een methodische beoordeling/inschatting/typering van de
lerende zodat hij een onderbouwde keuze voor interventies kan voorstellen. ...................................................... 10
A3 Pedagogisch ............................................................................................................................. 10
A.3a Lerenden ervaren een positief leerklimaat in fysiek veilige omstandigheden................................ 10
A.3b Lerenden voelen zich vrij om fouten te maken. _______________________________________ 10
A.3c Lerenden vertrouwen de Didactisch Educatief Professional. ........................................................................... 11
A.3d De Didactisch Educatief Professional communiceert duidelijk de verwachtingen. ..................................... 11
A.3e De Didactisch Educatief Professional draagt aantoonbaar bij aan groepsvorming en groei. .................. 11
A4 Leefwereld................................................................................................................................ 11
A.4a De Didactisch Educatief Professional verdiept zich aantoonbaar in de leefwereld en culturele
achtergronden van de doelgroep............................................................................................................ 11
A.4b De doelgroep voelt zich qua leefwereld en cultuur begrepen. ___________________________ 11
A.4c De lerende ervaart de communicatie met de Didactisch Educatief Professional minimaal als functioneel
voldoende.................................................................................................................................................................. 11
A.4d De interactie van de Didactisch Educatief Professional wordt door de lerende zowel positief als begrepen
ervaren. ................................................................................................................................................................. 11
A.4e De Didactisch Educatief Professional staat open voor feedback vanuit de doelgroep. ........................... 12
Leeruitkomst B Werken in een organisatie .................................................................................... 12
B1 Team en organisatie ................................................................................................................. 12
B.1a Het team ervaart de Didactisch Educatief Professional als functioneel teamlid. ............................ 12
B.1b Het team ervaart dat de Didactisch Educatief Professional effectief aansluit bij de
werkprocessen.______________________________________________________________________ 12
B.1c Teamleden zijn steeds op de hoogte van de didactische aanpak van de Didactisch Educatief Professional
doordat hij dit uitlegt en verantwoordt...................................................................................................................... 12
B.1d De Didactisch Educatief Professional is als teamlid ontvankelijk voor feedback........................................ 12
B.1e De Didactisch Educatief Professional vraagt actief om advies aan leerkracht/docent, andere teamleden
of deskundigen. ................................................................................................................................................ 13
3
B2 Maatschappelijke context ......................................................................................................... 13
B.2a De context van de Didactisch Educatief Professional waarin het onderwijs plaatsvindt is op de
hoogte van diens rol en handelingen binnen die context. ....................................................................... 13
B.2b De context van de Didactisch Educatief Professional waarin het onderwijs plaatsvindt ervaart
een goede verstandhouding en communicatie met de Didactisch Educatief Professional. _________ 13
B.2c De Didactisch Educatief Professional stemt zijn handelen doelmatig en effectief af met anderen
die vanuit hun professionele verantwoordelijkheid bij de lerende betrokken zijn._______________ 13
Leeruitkomst C Persoonlijke Professionele ontwikkeling ............................................................... 13
C1 Rol............................................................................................................................................ 14
C.1a De beroepscontext van de Didactisch Educatief Professional herkent en erkent de Didactisch
Educatief Professional als een professioneel functionaris. ..................................................................... 14
C.1b De beroepscontext weet door uitingen van de Didactisch Educatief Professional steeds wat zijn rol
is. ............................................................................................................................................................ 14
C.1c De beroepscontext kan de Didactisch Educatief Professional bevragen en aanspreken op zijn
visie op onderwijs. ___________________________________________________________________ 14
C.1d De beroepscontext kent – door actief uitdragen van de Didactisch Educatief Professional – diens visie op
onderwijs................................................................................................................................................................... 14
C.1e De Didactisch Educatief Professional onderbouwt zijn handelen op basis van actuele (wetenschappelijke)
inzichten en in de beroepscontext relevante conventies en methoden. ................................................................. 14
C.1f De Didactisch Educatief Professional onderbouwt zijn visie op onderwijs op basis van actuele
(wetenschappelijke) inzichten en in de beroepscontext relevante conventies. ................................................. 14
C2 Reflecteren en afstemmen......................................................................................................... 14
C.2a De Didactisch Educatief Professional kent zijn eigen handelen en kan de kwaliteit daarvan
benoemen. .............................................................................................................................................. 14
C.2b De Didactisch Educatief Professional beoordeelt de kwaliteit van zijn eigen handelen in relatie
tot de betreffende beroepscontext en het onderwijsprogramma daarbinnen. ___________________ 15
C.2c De Didactisch Educatief Professional documenteert zijn handelen en de kwaliteit daarvan op een zodanige
wijze dat hij dit functioneel af kan stemmen met de leerkracht/docent of andere functionarissen binnen de
beroepscontext. ......................................................................................................................................................... 15
C.2d De analyse en beschrijving van het handelen en de kwaliteit daarvan van de Didactisch Educatief
Professional biedt aanknopingspunten voor ontwikkel-interventies..................................................................... 15
C3 Professionele ontwikkeling ....................................................................................................... 15
C.3a In het onderwijs waar Didactisch Educatief Professional bij betrokken is zijn
kwaliteitsverbeteringen aan te wijzen die gerelateerd kunnen worden aan de professionele
ontwikkeling van de Didactisch Educatief Professional......................................................................... 15
C.3b De professionele ontwikkeling van de Didactisch Educatief Professional is meetbaar en
navolgbaar voor de leerkracht/docent en/of andere betrokkenen in de beroepscontext. __________ 15
C.3c De Didactisch Educatief Professional stelt in overleg met de leerkracht/docent een plan voor zijn
professionele ontwikkeling op en maakt hierbij gebruik van relevante, bestaande methoden.................................. 15
Hoofdstuk 3 ................................................................................................................................... 16
Dilemma’s in gedrag beschouwd met de Roos van Leary ...................................................................... 16
Hoofdstuk 4 ................................................................................................................................... 22
Conclusie leeruitkomsten en reflectie op ontvangen feedback............................................................... 22
Literatuurlijst................................................................................................................................. 23
Bijlagen ......................................................................................................................................... 25
Bijlage 1 ................................................................................................................................................. 25
4
De rol van de gastvrouw ______________________________________________________________ 25
Bijlage 2 ........................................................................................................................................ 29
Rol van de presentator ................................................................................................................... 29
Bijlage 3 ........................................................................................................................................ 34
De Didacticus a.d.h.v. didactisch practicum .......................................................................................... 34
Bijlage 4 ........................................................................................................................................ 39
De Pedagoog........................................................................................................................................... 39
Bijlage 5 ........................................................................................................................................ 45
Startgesprek DEP(didactisch educatief professional) ............................................................................ 45
Bijlage 2 Startgesprek DEP(didactisch educatief professional) ............................................................. 45
Bijlage 6 ........................................................................................................................................ 50
Pitch studiegroep.................................................................................................................................... 50
Bijlage 7 ........................................................................................................................................ 56
Team functionering test studiegroep...................................................................................................... 56
Bijlage 8 ........................................................................................................................................ 65
Bezig met breinleren .............................................................................................................................. 65
360 graden feedback .............................................................................................................................. 70
Bijlage 10....................................................................................................................................... 72
Gezamenlijke onderwijs activiteit Roelof Adema en Patricia Postma (30 september 2022) .................. 72
Bijlage 11....................................................................................................................................... 76
Onderwijs event 15 november ‘22.......................................................................................................... 76
Bijlage 12....................................................................................................................................... 81
Feedback formulier didactisch practicum ............................................................................................. 81
Bijlage 13....................................................................................................................................... 83
Eindconclusie Meije van der Pol t.a.v mijn functioneren op stage ........................................................ 83
Bijlage 14....................................................................................................................................... 88
Lesplan driiven en zinken ...................................................................................................................... 88
LESFORMULIER___________________________________________________________________ 88
5
Inleiding
Welkom bij de start van dit portfolio ter ondersteuning van het inzichtelijk maken van hoe ik mijn
leeruitkomsten en doelen naar mijn idee heb gehaald. In het hoofdstuk Wie ben ik zult u meer lezen
over mijn beslissing om de wereld van het onderwijs in te stappen. En ook hoe ik tot die beslissing ben
gekomen. Daarbij leert u mij ook iets anders kennen omdat ik een tipje van de sluier oplicht van wie
Patricia Willy Postma nu eigenlijk is.
Vervolgens neem ik u mee in de visie die ik heb op de leeruitkomsten, en de indicatoren die hieraan
gekoppeld zijn. Door middel van hyperlinks heeft u als lezer het gemak om bij de juiste bijlage terecht
te komen waarin ik dan ervaringen heb uitgewerkt zoals ook gevraagd door de opleiders. Lekker droog
zo he, ja dat dacht ik ook toen ik me in het zweet typte om dit portfolio voor u in orde te maken.
Eerlijkheidshalve heb ik ook de moeilijkheden die ik tegen ben gekomen uitgewerkt en gespiegeld
tegen de Roos van Leary, wat u terug zult vinden in het hoofdstuk Dilemma’s. Voor mij was dit één
van de moeilijkste stukken om te schrijven, omdat mijn eerste stageschool geen makkelijke opgave
was. En ook omdat de manier waarop die stage is geëindigd voor mijzelf als falen heeft gevoeld. Maar
je kunt alleen leren van je fouten als je bereid bent om jezelf in de spiegel aan te kijken. En zo dan ook
met een soort van helikopterblik te ontleden wat er nu eigenlijk is gebeurd.
En tot slot vindt u dan een combinatie van eindconclusie, reflectie, en feedforward. Ook al is dat niet
exact zo omschreven. Aangezien dit document naar mijn idee inmiddels wel genoeg tekst bevat zou ik
zeggen, ga lekker achterover zitten. Pak een kop koffie, en laat u visie als lezer los op dit portfolio.
Hoogachtend,
Patricia Postma
6
Hoofdstuk 1
Wie ben ik en waar werk ik
Dit ben ik!
Ik ben Patricia Postma, 45 lentes gerijpt en door verschillende wandelingen op het werkveld terecht
gekomen op de opleiding AD-DEP. Als kind wilde ik verpleegkundige worden, en toen ik op de SSG
Leeuwarden ( tegenwoordig Piter Jelles ) terecht kwam had ik ook al uitgezocht welke opleiding mijn
vervolg zou worden. Echter is mijn leven er nog nooit één geweest waarbij de plannen die ik maakte
ook tot uitvoering kwamen door omstandigheden.
Op mijn zestiende verliet ik het ouderlijk nest en kwam terecht in de pleegzorg, mijn jeugd was
turbulent, en getekend door mishandeling en trauma’s. Hierdoor liep het plan om dus naar de NHL te
gaan voor de opleiding die ik in het hoofd had van de rails. En was de weg naar mijn HAVO diploma
er ook één die langer duurde dan ik had gewenst.
Toen ik zeventien was besloot ik in al mijn wijsheid dat ik wel op mezelf kon wonen, ondanks dat ik
nog niet in het bezit was van mijn diploma. Uiteindelijk heb ik deze op de avond HAVO alsnog
behaald in 2002, maar toen was ik ook wel klaar met leren naar mijn idee. Ik ben niet zo’n studiebol,
en heb moeite met langere tijd in de boeken te zitten en te leren voor een toets. Toch heb ik het ergens
rond 2004 nog geprobeerd met een MBO secretaresse opleiding, maar dit had niet mijn interesse en
dus heb ik dit niet afgemaakt.
Vanaf die tijd heb ik vele jaren in het call center doorgebracht als klantenservicemedewerker, op
verschillende vlakken. Daarnaast had ik nog neven banen zoals postbezorger, en schoonmaakster.
Toen ik de wereld van het call center definitief vaarwel zei, werd ik gediplomeerd schoonmaakster.
Een vak op zich, waar ik mijn ei prima in kwijt kon, want ik was er goed in, kreeg geen klachten, en
wist waar ik aan toe was. Maar ik heb fibromyalgie, en het werk werd me te zwaar op den duur.
Sinds 2016 speelde ik al met het idee om het onderwijs in te gaan, doordat ik met mijn schoonmaak
werkzaamheden iemand had leren kennen in het Primair onderwijs, en we daar met regelmaat
gesprekken over hadden. Toen ik in de laatste jaren van mijn schoonmaak carrière terecht kwam op
basisscholen om schoon te maken, werd dit idee steeds sterker. Maar ik twijfelde, door mijn eigen
jeugd was ik er niet zeker van of ik wel een goed rolmodel voor een kind zou kunnen zijn.
Maar toen kwam in 2020 Covid 19 om de hoek zeilen in Nederland, scholen werden gesloten, maar er
moest nog wel worden schoongemaakt, want ouders die in beroepen zaten zoals zorg moesten wel
kunnen blijven werken. Dus er werden kinderen opgevangen op school, digitaal lesgeven werd
ontwikkeld. In die periode kwam ik ook tot de ontdekking dat ik makkelijk contact maak met
kinderen, en dat ik er ook plezier in heb om kennis over te dragen. Vaak deed ik dat met een kwinkslag
en een lach, en zo begon het steeds meer te kriebelen. Het idee begon eindelijk meer vorm te krijgen,
ik kan dit aan.
Dus toen begon de zoektocht naar wat wil ik dan precies, want ik had met bloed, zweet en tranen een
HAVO diploma gehaald en onderwijs assistent leek me toch niet mijn pad. Ook omdat ik dan weer
naar de MBO moest waar ik niet de meest plezierige leerervaringen had ondervonden. PABO dat zou
vier jaar voltijd studeren worden, en daarbij was sinds ik naar de lagere school ging zoveel veranderd
op het gebied van rekenen. Ik zou daar toetsen moeten afleggen, en ik heb er nog steeds een zwaar
hoofd in of ik dat wel zou halen.
Dus bleef het nog een idee, totdat ik op een dag in 2021 een student van de opleiding AD-DEP tegen
het lijf liep op één van mijn werkplekken. Ik beschrijf mezelf graag als overgroeide kleuter, en ging
7
hem dus het hemd van het lijf vragen. Het was vaag, je mocht voor de klas dat was duidelijk, en je
moest eigenlijk maar gewoon aantonen dat je het kon. Maar toch bleef het idee van deze opleiding in
mijn hoofd zitten. Dus ik verder op onderzoek uit. En uiteindelijk in december 2021 de sprong
gewaagd, ook al was ik er niet zeker van of mijn HAVO diploma nog goed genoeg zou zijn om nu op
de NHLStenden aan de slag te mogen.
Maar ik zit hier nu een beschrijving te tikken van wie ik ben, dus die sprong in het diepe is goed
uitgepakt. Waarom dan het onderwijs? Zoals ik al aangaf, ik maak graag verbinding met kinderen, en
doe dit met de intentie dat ze het beste uit zichzelf kunnen halen. Hier wil ik graag mijn steentje in
bijdragen, en ze helpen een goede basis te ontwikkelen, zodat ze niet nog tijdens hun midlife crisis
bedenken wat ze eigenlijk kunnen worden. Maar dat ze een start maken om te zijn wie ze willen zijn,
en niet wat iemand anders vind dat ze kunnen zijn.
En hier heb ik gewerkt:
Mooi je hebt de sprong gewaagd, maar nu kwam de volgende horde. Voor deze opleiding moest je een
praktijkplaats hebben, en van wat ik begreep moest je die zelf zoeken. Dus ik heb diverse basisscholen
aangeschreven, zelf ook voorgezet onderwijs, ook al ligt daar mijn voorkeur niet. Maar ik wilde wel
graag een plek hebben voor mijn opleiding op 1 februari 2022 aan zou vangen.
Uiteindelijk wierp mijn haakje beet, en kon ik op gesprek bij Stichting Proloog, waar ik de keuze
kreeg tussen twee scholen. IKC Eigen Wijs een mix van speciaal basisonderwijs en regulier
basisonderwijs en Taalschool de Potmarge beide gevestigd in Leeuwarden.
Beide scholen leken mij zeer interessant, maar op Eigen Wijs zou ik de mogelijkheid krijgen om in het
speciaal onderwijs te starten. Iets waar mijn hart sneller van ging kloppen, omdat ik zelf ook niet
geheel buiten de DSM – 5 val. Dat wil zeggen dat ik de diagnose emotie regulatie stoornis heb, wat
tevens dus ook verklaart waarom ik zes jaar erover gedaan heb om echt van alle kanten mogelijk te
bekijken of ik wel het onderwijs in moest gaan.
Dit is de visie van Talentencampus Eigen Wijs. Een oefenplaats voor het echte leven, waar kinderen
elkaar ontmoeten en met en van elkaar leren. Iedereen hoort erbij en doet ertoe. Verschillen mogen er
zijn. De kinderen worden zoveel mogelijk op leeftijd en ontwikkeling geplaatst in vier units, die ook in
het gebouw zijn terug te vinden. We werken in de klas of in ateliers en houden een brede blik op de
talentenontwikkeling van de kinderen. We doen het samen waar het kan en apart waar het nodig is.
(Missie en Visie, z.d.)
Maar genoeg daarover, op 6 februari 2022 startte ik mijn stage op IKC Eigen wijs, bij de kleuters
groep één, twee. Mijn stagebegeleider was Meije van der Pol, een leerkracht met zo’n veertig jaar
ervaring. Aangezien ik niet eerder ergens stage had gelopen wist ik ook niet wat handig was bij zoiets
om te vragen, te overleggen of vooraf af te spreken. Dus was het meer ondervinden en op basis van
mijn eigen initiatieven kijken wat er goed werd bevonden en wat niet.
Eerst was het vooral observeren en de kinderen in de groep leren kennen, en zodoende ondersteunen in
correctie van gedrag. De kinderen in deze groepen zitten in het Autisme Spectrum, en hebben ook
verscheidene gedragsproblematiek alsmede taal problematiek.
In de loop van de tijd werd mijn taak meer het ondersteunen van de werklessen, waarbij je dan
voornamelijk moet denken aan knutselen. Zo heb ik zelf een werkje voorbereid waarbij we bomen
gingen maken (Geloven thuis - Knutsel een lenteboom, z.d.) de melkpakken had ik vervangen door
pizzadozen, die op elkaar geplakt en zo steviger gemaakt. Tevens heb ik ook met de twee klassen van
het speciaal basisonderwijs een les drijven en zinken gedaan. ( (LKC digitale versie.indd, 2014) zie
ook bijlagen. Deze lesactiviteiten vonden plaats voor de zomervakantie 2022.
Na de zomervakantie werd mijn rol meer omgezet naar die van leerkracht, hierover later nog meer. De
groepssamenstelling was gewijzigd naar een groep twee, groep drie samenstelling. Tevens was er een
8
nieuwe lesmethode geïntroduceerd (Een kijkje in Piramide Digitaal, 2021). Nu stond ik drie dagen in
de week voor groep twee, de lessen uit de Piramide methode te verzorgen, denk hierbij onder andere
aan interactief begrijpend voorlezen, zingen en dansen. Bewegen door de ruimte, maar ook nog wel
werklessen waarbij geknutseld werd. Deze lessen waren dan weer in combinatie met groep drie, die
door mijn stagebegeleider voorzien werd van lessen.
Door omstandigheden hield deze stage op 9 november 2022 zeer abrupt op, en moest ik op zoek naar
een nieuwe stageplaats. Als schoonmaakster had ik kennis gemaakt met de stichting CBO – NWF
(Christelijk Basisonderwijs Noord West Friesland). De sfeer binnen deze scholen had ik altijd als zeer
prettig en open ervaren, en mijn eerste ingeving was dan ook hen aan te schrijven. Uiteraard had ik
meer ijzers in het vuur gegooid, maar uiteindelijk mocht ik toch bij één van de scholen binnen deze
stichting mijn leerschool voortzetten.
Hier werk ik nu:
Op 5 december 2022 ben ik begonnen op IKC de Korendrager te Franeker. Waar de Korendrager voor
staat is het volgende op de Korendrager staan we voor Christelijk onderwijs, duidelijkheid, veiligheid
en een goede sfeer. Dat merk je aan de manier waarop we met elkaar omgaan. Sinterklaas is wel zo’n
dag om ergens nieuw binnen te komen, maar voor mij was dit zeker het beste geschenk dat ik mezelf
kon wensen.
Nu heb ik twee stagebegeleiders Samantha Visser, waar ik op maandag en woensdag ondersteuning
biedt, wederom bij de kleuters. Taken die ik bij haar uit mag voeren zijn met kleine groepen kinderen
werken aan de uitspraak van klanken van de Nederlandse taal, alsmede een leerlinge die van oorsprong
alleen Chinees spreekt te begeleiden om Nederlands te leren. Dit doe ik door middel van een
prentenboek voorlezen, en hierin op de plaatjes dingen aan te wijzen en de kinderen elkaar te laten
helpen met antwoord geven wat het is, en door overdreven de klanken uit te spreken en uit te leggen
dat ze hierbij goed naar de stand van mijn mond en tong moeten kijken hierin verbetering aan te
brengen.
Daarnaast doe ik ook met één van de leerlingen waarbij het idee leeft dat ze hoogbegaafd is werkjes
zoals doormiddel van pijlen met cijfers ernaast een figuur uit tekenen, of door middel van dobbelen
optellen van getallen. De Chinese leerlinge betrek ik hier ook bij, omdat het in mijn optiek haar helpt
om zo in meer ongedwongen situatie ook meer klanken mee te krijgen. Daarbij zijn deze werkjes ook
iets waar zij zeker haar ei in kwijt kan.
In de klas lees ik voor, ondersteun bij werklessen waarbij verschillende knutselopdrachten worden
uitgevoerd, en ook bij letterherkenning. En help ik met schoonmaken van lijm en verfkwasten. Na de
kerstvakantie 2022 gaan we samen kijken hoe we dit gaan uitbreiden, en ook welke lesactiviteiten ik
eens zelf uit kan voeren.
Daarbij ga ik in het tweede jaar me toeleggen op de onderzoeksvraag hoe je het beste NT2 lessen kunt
geven, en ook meer door middel van breinleren, en klankgebaren extra ondersteuning kunt bieden bij
taalachterstand.
Op donderdag ondersteun ik Margriet Phoelich, wederom in de kleuterklas. Zij zet mij meer in bij de
werklessen, zo heb ik daar met de kinderen kerstornamenten gemaakt van klei. En biedt ik
ondersteuning bij de knutselwerken die reeds in gang zijn gezet. In deze klas doe ik meer aan
observatie, maar ook hier hebben we wel gesproken over creatieve dingen die ik leuk vindt om de
toen. Zoals bijvoorbeeld borduren op prikkaarten, dit is voor de fijne motoriek een hele mooie
oefening, en voor mij ook een goede kans om mijn didactische vaardigheden verder uit te breiden.
9
Hoofstuk 2
Mijn bekwaamheid
Leeruitkomst A: Verzorgen van onderwijs
Voor mij is onderwijs niet alleen het plannen, uitvoeren en evalueren van lessen. Zoals ik heb
ondervonden op mijn eerste leerwerkplek in het speciaal onderwijs. Hier ligt de nadruk veel meer op
de ontwikkeling van het sociaal emotionele aspect van de leerling. De overeenkomst die ik wel zie met
het regulier onderwijs is dat kleuters door middel van kringgesprekken leren over de sociale, en
culturele aspecten van het onderwijs. De onderwerpen die aan bod komen zoals tijdens kersttijd, vrede
op aarde vallen in de SLO kerndoelen Oriëntatie op jezelf en de wereld. Mens en samenleving
(Kerndoelen, z.d.) Tijdens de werken en spelen lessen ligt de nadruk op de kerndoelen kunstzinnige
oriëntatie (Kerndoelen, z.d.) en ook dan is voor mij juist de uitdaging om te kijken naar de
ontwikkeling van het kind, hoe werken ze samen. Waar hebben ze hulp nodig. Mijns inziens leer je
tijdens pauze momenten het meest, wanneer de leerling lekker ontspannen aan het spelen is, en jij als
volwassene een gesprekje aangaat, waarbij je een kijkje krijgt in hun wereld. En juist die momenten
aangrijpt om zonder dat er dwang achter zit ook dingen aan te leren die van belang zijn. Voor mij is
dus het verzorgen van onderwijs een concept waar je de gehele dag vanaf het moment dat de leerling
het schoolgebouw binnen loopt, jezelf aan wijdt om hiermee een leerling te ondersteunen op een fijne
manier het beste uit zichzelf naar boven te halen.
A1 Vakinhoudelijk
De onderstaande indicatoren zijn verwerkt in de volgende ervaring de didacticus a.d.h.v. het didactisch
practicum
A.1a Beheerst de leerstof qua kennis en vaardigheden en brengt deze over.
Tijdens mijn lessen heb verschillende manieren van didactiek uitgeprobeerd, deze indicator is bij mij
dan ook terug te zien in de opname van het didactisch practicum. Ik heb door een gevarieerd aanbod
van vragen te maken, mijn best gedaan aan te sluiten bij de doelgroep. En zo kennis die reeds was
vergaart, verfrist en aangevuld op een ontspannen manier door hier gebruik te maken van een
spelvorm.
A.1b Onderhoudt zijn vakmatige kennis en vaardigheden door contacten met het betreffende werkveld.
Deze indicator heb ik nog niet voldoende kunnen onderbouwen, nog doormiddel van een ervaring
kunnen uitwerken. Dus dat is een goed ontwikkelpunt voor het tweede leerjaar.
A2 Vakdidactisch
Door middel van de uitwerkingen van de volgende ervaringen met de aanvulling van wat mijns inziens
de indicatoren inhouden heb ik getracht inzichtelijkheid te creëren. De didacticus a.d.h.v. het
didactisch practicum, de pedagoog, team functionering test studiegroep, rol van de presentator en het
startgesprek
A.2a Leerprocessen zijn aantoonbaar effectief en dit is te herleiden naar bijdragen van de Didactisch
Educatief Professional.
Deze indicator komt mijns inziens mooi naar voren in de uitwerking van de Pedagoog. Door de manier
waarop ik de leerlingen benader is er een duidelijke verbinding aanwezig, en wordt er veel gespiegeld.
Ik heb gemerkt ook in mijn eigen leren, zeker met taalvaardigheid, dat muziek hierbij een hele goede
ondersteuning is. Tijdens mijn eigen lagere schoolperiode in klas vijf/zes had ik een leerkracht wiens
10
motto was, herhaling is de kracht van de reclame. Dat zie je ook terug in de opname, waarbij ik met
alle items die voorkomen in de les herhaling aanhaal. Zowel met betrekking op gedrag, als ook de
onderwerpen waar we van moeten leren.
A.2b Demonstreert beroepsmatige handelingen zodat lerenden het begrijpen.
Deze acht ik ook bewezen in het didactisch practicum, alsmede in de Pedagoog. Door mijn manier van
overbrengen is het bij de leerlingen duidelijk wat ik verwacht, en stimuleer ik ze ook om mee te doen.
In het didactisch practicum heb ik gebruik gemaakt van coöperatieve werkvorm door de studenten te
laten samen werken om het juiste antwoord te geven op de gestelde vragen. Bij de pedagoog laat ik de
leerlingen elkaar helpen en aanvullen zodat ze samen leren. Door gebruik te maken van lezen en het
digibord worden verschillende middelen ingezet.
A.2c De Didactisch Educatief Professional kent verschillende pedagogische en didactische interventies
en toepassingsmogelijkheden.
Wederom komt hier de uitwerking van de Pedagoog om de hoek, maar ook in de Presentator. Door
mijn houding, blik, en manier van aanspreken weten de leerlingen exact waar ze aan toe zijn. Ik ben
duidelijk in mijn kaders, en hanteer ook absoluut de drieslag regel. Ik heb af en toe het idee dat ik
tegen een muur praat, en om dat duidelijk te maken…ach ik zou zeggen lees de bijlage kijk naar de
opname van de Pedagoog. Ik zie hier ook een duidelijke ontwikkeling ten opzichte van de Presentator
in terug. Ik ga niet meer met mijn rug naar de leerlingen zitten. En heb snel de rust terug in de groep.
A.2d De Didactisch Educatief Professional levert een methodische beoordeling/inschatting/typering
van de lerende zodat hij een onderbouwde keuze voor interventies kan voorstellen.
Deze is nog nader in te vullen daar ik zelf niet acht dat ik hierover voldoende heb geleerd, nog
gedocumenteerd om hier invulling aan te geven. Dit komt mede door de omstandigheden, en is dan
ook een mooi leerpunt voor het komende lesjaar.
A3 Pedagogisch
Ik vind pedagogiek bijzonder interessant ook omdat de visie hierop zo verschilt per persoon. In de
uitwerkingen zult u mijn optiek hierover terugvinden. Tevens heb ik per indicator ook mijn best
gedaan extra inzicht te verschaffen. Zie uitwerkingen, rol van de gastvrouw, de pedagoog, de
didacticus a.d.h.v. het didactisch practicum, de presentator
A.3a Lerenden ervaren een positief leerklimaat in fysiek veilige omstandigheden.
Dit heb ik al zeer vroeg uitgewerkt in de bijlage van de gastvrouw, de gehele ervaring draait voor mij
juist om de hierboven beschreven indicator. En het is ook iets wat ik ook nu ik bij een nieuwe groep
sta volhoudt. Weliswaar niet meer bij de deur, maar wel op een goed zichtbare plek, en ik zorg ook dat
ik met alle kinderen contact maak. Ook de ouders zijn van belang in deze, en op mijn nieuwe leerplek
merk ik dat ik daar nog opbouwend in ben. Maar toch zie ik na drie weken wel dat ouders mij ook
accepteren, en het mooi vinden hoe ik met de leerlingen interacties aanga.
A.3b Lerenden voelen zich vrij om fouten te maken.
Tijdens het afgelopen jaar hebben wij als leergroep samen een aantal testen uitgevoerd om zo elkaars
kwaliteiten beter te leren kennen en waarderen. Dit ook vooral omdat ik vanuit mezelf nogal worstelde
om in een team te werken. De beschreven indicator hebben wij ook aan deze uitwerking gekoppeld, in
gezamenlijk overleg. Voor mij komt hij echter het meeste naar voren in het reflectie stukje dat ik
schreef binnen de bijlage de pedagoog naderhand. Ook zie ik hem terugkomen rond minuut 5.12, de
minuut 10.50 en rond de tijdmarkering 20.30 doen we hoofd schouders knie en teen, en hier kun je
echt zien dat de leerlingen zich voldoende vrij voelen om mee te doen zelfs als het niet perfect is,
opname de pedagoog https://youtu.be/KZDfp04ubRc
11
A.3c Lerenden vertrouwen de Didactisch Educatief Professional.
Deze ligt voor mij in het verlengde van de vorige indicator, en is ook duidelijk terug te zien in de
opnames die zijn gemaakt. De leerlingen schromen niet om te antwoorden, en gaan ook gerust een
gesprek met mij aan.
A.3d De Didactisch Educatief Professional communiceert duidelijk de verwachtingen.
Deze indicator heb ik door ontwikkelt vanaf de eerste uitwerking van ervaringen, ik benoem mezelf
wel eens als streng. Maar dit kan ook als duidelijk benoemd worden, ik ben hierin wel meer
genuanceerd geworden naarmate de tijd vordert omdat ik best direct kan zijn, en dat bij volwassenen
niet zo’n probleem oplevert, maar bij jonge leerlingen nog wel eens verkeerd over kan komen. Qua
uitwerkingen heb ik deze aan het didactisch practicum gekoppeld omdat ik vind dat ik in de opening
aangeef wat ik van plan ben, en wat ik verwacht.
A.3e De Didactisch Educatief Professional draagt aantoonbaar bij aan groepsvorming en groei.
In de uitwerking van de Presentator komt de beschreven indicator ruim aan bod. Ik kan hier heel veel
over zeggen, maar houdt er niet van om in herhaling te vallen. Wat ik wel aan wil geven is dat de actie
die ik heb ondernomen om hierin echt een wezenlijk verschil te maken, een hele persoonlijke
contributie is. De opname spreekt hierin verder voor zich.
A4 Leefwereld
Deze gehele indicator kwam al vroeg aan bod in het startgesprek. Maar na een stuk reflectie zie ik hem
ook terug in rol van de presentator. Het onderdeel feedback komt aan bod in de didacticus a.d.h.v. het
didactisch practicum, feedbackformulier didactisch practicum, 360 graden feedback.
A.4a De Didactisch Educatief Professional verdiept zich aantoonbaar in de leefwereld en culturele
achtergronden van de doelgroep.
Een afspraak die was gemaakt in het startgesprek met Greetje Doornbos en mijn voormalige
stagebegeleider was dat ik me meer zou gaan verdiepen in de leefwereld. En alle bijbehorende
indicatoren. Daarom voeg ik het startgesprek ook als bijlage toe.
A.4b De doelgroep voelt zich qua leefwereld en cultuur begrepen.
Mijn inziens is deze indicator het best terug te zien in de opname van de Presentator, door
veranderingen in het lokaal was hun identiteit de Pinguïn onzichtbaar geworden. Hier ga ik in de
aanvang van de opname met de leerlingen over in gesprek.
A.4c De lerende ervaart de communicatie met de Didactisch Educatief Professional minimaal als
functioneel voldoende.
Ook hiervoor is de voorgenoemde bijlage aangehaald als ervaring waarin duidelijk is dat de leerlingen
begrijpen wat het belang is van wat ik tracht over te brengen. De opname is duidelijk, en in de
uitwerking hiervan licht ik nog dingen toe die betrekking hebben op hoe ik het in de toekomst zou
kunnen aanpakken.
A.4d De interactie van de Didactisch Educatief Professional wordt door de lerende zowel positief als
begrepen ervaren.
Deze indicator is ook in het startgesprek aanwezig, de leerlingen voelen zich vrij genoeg om correcties
aan te geven aan degene die op dat moment voor de klas staat. Ook komen ze naar me toe, en doen
actief mee in de lessen. Dit ondanks dat er bijvoorbeeld een taalbarrière aanwezig is.
12
A.4e De Didactisch Educatief Professional staat open voor feedback vanuit de doelgroep.
In de opname van het didactisch practicum rond tijdsmarkering 8.15 wordt aangegeven dat ik niet
handig bezig ben. Weliswaar reageer ik hier enigszins gespannen op, maar dank er wel voor. Ook rond
de 9.00 markering wordt er een waardevol punt gemaakt, waarop ik positief reageer. Er zijn meer
punten in de opname waar dit gebeurd, en waardoor ik dan acht dat ik open sta voor feedback. Ik durf
hier ook naar te vragen in mijn werksfeer.
Leeruitkomst B Werken in een organisatie
Werken in een team is voor mij nog steeds een begrip waar ik in aan het groeien ben. Voor mij is een
team een groep mensen die samenwerkt met een duidelijk doel voor ogen. In het geval van DEP is dat
dus ondersteuning bieden in het verzorgen van passend onderwijs verzorgen voor de betreffende
doelgroep. Hierbij dan rekening houdend met wat de visie is van de betreffende school en organisatie
waar je werkzaam bent. Ik heb het afgelopen studiejaar voornamelijk geleerd hoe samen te werken in
een team binnen mijn studiegroep. Daar de cohesie binnen mijn voormalige stageschool behoorlijk
ontbrak om hier echt goed mee uit de verf te komen om de juiste doelstellingen te behalen.
B1 Team en organisatie
Gezamenlijke onderwijsactiviteit Roelof Adema en Patricia Postma, team functioneringstest van de
leergroep, Eindconclusie Meije van der Pol t.a.v. mijn functioneren op stage, pitch studiegroep
B.1a Het team ervaart de Didactisch Educatief Professional als functioneel teamlid.
Vanuit de feedback van mijn huidige stagebegeleidster Samantha Visser acht ik deze indicator
voldoende bewezen in de ervaring die ik samen met Roelof Adema heb gehad op mijn oude stage
school. Doordat er een stuk organisatie en planning was met betrekking tot zijn gastles in verband met
het thema de Bakker bakt. Via de groepswhatsapp is hier veel communicatie over geweest wat nodig
was om deze les te laten slagen voor alle partijen. (Bijlage Gezamenlijke onderwijs activiteit Roelof
Adema en Patricia Postma)
B.1b Het team ervaart dat de Didactisch Educatief Professional effectief aansluit bij de werkprocessen.
Als leergroep hebben wij een aantal persoonlijkheidstesten gedaan om van elkaar te ontdekken wat
onze sterke en zwakke kanten zijn. Dit naar aanleiding van ineffectief werken tijdens teams
vergaderingen en collegedagen. Daarbij botsten twee personen binnen onze leergroep wat niemand ten
goede kwam. Door deze testen uit te voeren en deze ook als team uit te werken, konden wij
raakvlakken vinden waarin we elkaar beter konden ondersteunen. Daarbij is deze indicator in andere
mate terug te vinden in de onderwijsactiviteit met Roelof Adema, ondanks wat miscommunicaties hier
en daar wat dan ook meteen een goed leermoment is geweest, werd het uiteindelijk goed opgelost.
B.1c Teamleden zijn steeds op de hoogte van de didactische aanpak van de Didactisch Educatief
Professional doordat hij dit uitlegt en verantwoordt.
Hiervoor heb ik geen uitgewerkt bewijs, en is dat een goed leerpunt voor het komende studiejaar.
Waarbij ik sowieso met twee verschillende mensen mag samenwerken om hun te ondersteunen in hun
kleutergroepen.
B.1d De Didactisch Educatief Professional is als teamlid ontvankelijk voor feedback.
Deze indicator koppel ik graag aan de punten die de heer van der Pol in zijn eindconclusie heeft
gemaild naar mijn studiebegeleider naar aanleiding van het abrupte einde van de stage aldaar. Ondanks
dat de punten bij mij hard aankwamen, heb ik hier samen met Greetje Doornbos naar gekeken en er
ook meteen Ask Forward, cq onderzoeksvragen aan gekoppeld. Tevens heb ik mijn eigen leergroep
hierna nog om feedback gevraagd op de benoemde punten om helder te krijgen of zij dit ook zo
ervaren.
13
B.1e De Didactisch Educatief Professional vraagt actief om advies aan leerkracht/docent, andere
teamleden of deskundigen.
Dit heb ik absoluut gedaan, alleen niet gedocumenteerd. Wat betekent dat ik deze ook in mijn tweede
studiejaar zal uitwerken en documenteren. Gezien mijn onderzoeksvraag zal dit zeker gaan lukken.
B.1f De Didactisch Educatief Professional doet aantoonbaar inspanningen om zijn eigen functioneren
als teamlid te optimaliseren.
Reeds vroeg in de opleiding kregen we de opdracht bij elkaars scholen op bezoek te gaan, echter
doordat ik net een uitslag had gehad van een uitstrijkje wat me behoorlijk in zijn greep hield ben ik de
dag zelf niet met mijn teamleden mee gegaan. Echter hebben we wel samen de Pitch gedaan en
naderhand ook nog besproken en gereflecteerd op onze bijdrages. Daarom acht ik de indicator voldaan
in de Pitch
B2 Maatschappelijke context
Gezamenlijke onderwijs activiteit Roelof Adema en Patricia Postma
B.2a De context van de Didactisch Educatief Professional waarin het onderwijs plaatsvindt is op de
hoogte van diens rol en handelingen binnen die context.
B.2b De context van de Didactisch Educatief Professional waarin het onderwijs plaatsvindt ervaart een
goede verstandhouding en communicatie met de Didactisch Educatief Professional.
Deze beide vindt in onvoldoende bewezen aangezien ik hier geen documentatie van kan verschaffen,
en ondanks dat ik ongetwijfeld hierover gesprekken gehad heb het niet meer tot de mogelijkheden
behoord om dit bekrachtigd te krijgen.
B.2c De Didactisch Educatief Professional stemt zijn handelen doelmatig en effectief af met anderen
die vanuit hun professionele verantwoordelijkheid bij de lerende betrokken zijn.
Een dag met je mede student een onderwijs activiteit uitvoeren heeft tot gevolg dat ik vind dat binnen
de uitwerking van deze ervaring de indicator voldoende bewezen is.
Leeruitkomst C Persoonlijke Professionele ontwikkeling
Binnen deze leeruitkomst heb ik nog de minste stappen gezet. Althans qua afstrepen van de kruisjes.
Niet dat ik niet bezig ben geweest met mijn ontwikkeling. Zeker op persoonlijk vlak heb ik het
afgelopen studiejaar behoorlijke sprongen gemaakt in hoe ik zaken aanvlieg binnen een professionele
situatie. Aangezien ik qua beroepen hiervoor totaal andere dingen heb gedaan, heb ik dan ook heel sec
gekeken me professioneel ontwikkeld op het vlak van didactiek, wat voor mij eerst behoorlijk
ongrijpbaar was. Daarbij heb ik me ook op het pedagogisch vlak meer bekwaamd, door te observeren,
te bespreken, en te lezen. Mijn visie op onderwijs is in ontwikkeling. Daar ik inhoudelijk voor mijn
idee nog te weinig met de onderstaande indicatoren heb gedaan, is dit zeker een speerpunt voor het
aankomende jaar.
Dat ik vooral bij C1 Rol nog vele zaken moet leren en onderbouwen is dan ook een feit. En voor dit
jaar een gemiste kans en meteen ook een leermoment.
14
C1 Rol
In het Onderwijs event, en de team activiteit bezig met breinleren zijn de indicatoren het best tot zijn
recht gekomen.
C.1a De beroepscontext van de Didactisch Educatief Professional herkent en erkent de Didactisch
Educatief Professional als een professioneel functionaris.
C.1b De beroepscontext weet door uitingen van de Didactisch Educatief Professional steeds wat zijn
rol is.
Hiervan heb ik geen paragrafen gemaakt daar ik hier niet bewust genoeg mee bezig ben geweest om
dit correct te onderbouwen.
C.1c De beroepscontext kan de Didactisch Educatief Professional bevragen en aanspreken op zijn visie
op onderwijs.
Tijdens onderwijsevent op de Kanselarij te Leeuwarden kregen wij de mogelijkheid om workshops bij
te wonen, de onderwerpen hiervan waren divers en je mocht twee keuzes maken. Voor mij was de
workshop Wie ben ik de meest uitdagende ook in de zin van het ontwikkelen van een visie op
onderwijs. In de bijlage zult u dan ook lezen welke visie ik hierover heb ontwikkeld tot op heden.
C.1d De beroepscontext kent – door actief uitdragen van de Didactisch Educatief Professional – diens
visie op onderwijs.
Ik heb dit weliswaar op de werkplekken nog niet actief uitgedragen, echter binnen de college context
wel uitgebreid besproken met verscheidene professionals. Daarbij is mijn visie op onderwijs in de
huidige beroepscontext tot op zekere hoogte radicaal te noemen. Dit omdat er in religie nog steeds een
afwijzende houding aanwezig is ten aanzien van alles wat anders is op het gebied van seksualiteit.
C.1e De Didactisch Educatief Professional onderbouwt zijn handelen op basis van actuele
(wetenschappelijke) inzichten en in de beroepscontext relevante conventies en methoden.
Binnen onze opdracht met betrekking tot breinleren is naar mijn idee zeker een duidelijk inzicht
ontstaan in wat deze methode kan doen in het onderwijs. Daar dit met de leergroep uitvoerig is
besproken denk ik dan ook dat de indicator in deze bijlage het beste tot zijn recht komt.
C.1f De Didactisch Educatief Professional onderbouwt zijn visie op onderwijs op basis van actuele
(wetenschappelijke) inzichten en in de beroepscontext relevante conventies.
Ook hier leent de bijlage van het onderwijs event zich uitstekend voor. Gezien de uitdaging die de
eerste workshop bood, ben ik op zoek gegaan naar documentatie over dat betreffende onderwerp. En
kwam tot de conclusie dat hier nog weinig over te vinden is.
C2 Reflecteren en afstemmen
Reflecteren doe ik in een aantal van mijn uitwerkingen maar aangezien ik de didacticus a.d.h.v. het
didactisch practicum volgens de OVUR methode heb uitgewerkt is hier een uitgebreide reflectie in
terug te lezen, en ook bij de pedagoog benoem ik binnen mijn verslag een aantal zaken die mijn visie
ten aanzien van mijn handelen reflecteren.
C.2a De Didactisch Educatief Professional kent zijn eigen handelen en kan de kwaliteit daarvan
benoemen.
Het didactisch practicum ben ik aangegaan door middel van de OVUR methode, waardoor hier ook
een uitgebreide reflectie in naar voren komt. Binnen dat kader komt mijns inziens ook aan bod wat ik
van mezelf zie en daarvan vindt. Dit heb ik wel bij meerdere ervaringen uitgewerkt, echter hier ook
echt duidelijk als zodanig beschreven.
15
C.2b De Didactisch Educatief Professional beoordeelt de kwaliteit van zijn eigen handelen in relatie
tot de betreffende beroepscontext en het onderwijsprogramma daarbinnen.
Deze indicator komt zowel binnen de Pedagoog alsmede het Didactisch practicum goed aan bod. Daar
ik in de betreffende uitwerkingen dit uitgebreid heb aangestipt verwijs ik u dan ook graag naar de
betreffende documenten.
C.2c De Didactisch Educatief Professional documenteert zijn handelen en de kwaliteit daarvan op een
zodanige wijze dat hij dit functioneel af kan stemmen met de leerkracht/docent of andere
functionarissen binnen de beroepscontext.
Het mooiste is om hierbij de feedback te gebruiken van mijn huidige stagebegeleider. Dat spreekt
boekdelen. Aan de hand van dit verslag kan ik opmaken wat je verbeterpunten zijn en hoe je hieraan
wil werken. Ook benoem je al verschillende leerpunten waaraan je al hebt gewerkt, zoals het
uitspreken van positieve gedragsverwachtingen. (De Pedagoog)
C.2d De analyse en beschrijving van het handelen en de kwaliteit daarvan van de Didactisch Educatief
Professional biedt aanknopingspunten voor ontwikkel-interventies.
Ook deze indicator komt terug in de Pedagoog, echter vind ik zelf dat je je constant aan het
ontwikkelen bent. Door vragen te stellen, feedback op te halen.
C3 Professionele ontwikkeling
Hier is alleen de uitwerking van de pedagoog van toepassing, daar ik kritisch ben naar mijzelf en zoals
omschreven niet vind dat de andere indicatoren zijn gehaald.
C.3a In het onderwijs waar Didactisch Educatief Professional bij betrokken is zijn
kwaliteitsverbeteringen aan te wijzen die gerelateerd kunnen worden aan de professionele
ontwikkeling van de Didactisch Educatief Professional.
Hiervan heb ik een heel stuk uitgewerkt in de ervaring van de Pedagoog. Ook al is het niet allemaal op
de opname terug te zien, in de verscheidene documentatie die is meegeleverd binnen dit portfolio denk
ik dat deze indicator voldoende terug te zien is.
C.3b De professionele ontwikkeling van de Didactisch Educatief Professional is meetbaar en
navolgbaar voor de leerkracht/docent en/of andere betrokkenen in de beroepscontext.
Deze indicator heeft geen onderbouwing mijnerzijds, nog feedback van anderen. Dus parkeer ik die
ook voor het aankomende studiejaar.
C.3c De Didactisch Educatief Professional stelt in overleg met de leerkracht/docent een plan voor zijn
professionele ontwikkeling op en maakt hierbij gebruik van relevante, bestaande methoden.
Aangezien we nog formatief bezig zijn, is ook deze indicator voor mij niet afdoende aan bod gekomen
en vind ik dit ook een mooi startpunt voor de tijd van verdieping en onderzoek.
16
Hoofdstuk 3
Dilemma’s in gedrag beschouwd met de Roos van Leary
Eén:
Mijn stagebegeleider werd ziek, dit leverde bij mij paniek op. Maar ik werd wel geacht te komen, maar
had geen idee wat met te wachten stond. De eerste dag heb ik gedraaid met een onderwijsassistent, en
voor de kinderen was dit duidelijk, want juf Patricia hield de structuur aan van Meester Meije. En ik
had ze aan het begin van de dag ook duidelijk gemaakt dat ze niet hoefden te gaan testen. Voor het
merendeel verliep die dag goed, alhoewel ik aan het eind van de dag de assistent om feedback vroeg,
en zij aangaf dat ik bij een van de kinderen wel erg overheersend, bezig was geweest. Hier schrok ik
van, en vroeg haar ook waarom als ze dat zo voelde me hier niet op had gewezen in het moment.
Haar idee hierbij was dat ze mij dan was afvallen, waarop ik ook aangaf dat mijn stagebegeleider dat
wel gedaan zou hebben en ik dat ook op prijs stel, want dan kan ik bijsturen en er ook meteen van
leren. Helaas bleek achteraf dat zij zich door mij gepasseerd voelde omdat ik de klas voornamelijk
voor de klas had gestaan en haar in mijn ‘rol’ had gezet. En dat heeft ze later ook aangegeven bij Meije
toen ik ziek werd. Dit raakte me best omdat ik niet wist wat ik dan fout had gedaan en ik echt het idee
had gehad dat we goed samenwerkten. Ik had juist de illusie dat onze samenwerking relatief goed was
verlopen. Ik had bijvoorbeeld met het rekenen en letters oefenen door middel van klankgebaren juist
het aan haar over gelaten omdat ik hier nog niet bedreven genoeg in was.
Twee:
De tweede dag was er een invaller, een oudere vrouw met een bak aan ervaring in het onderwijs. Maar
niet met wat ik toen al beschouwde als mijn groep. Dus ik legde haar uit wie de kinderen waren, en
wat de problematiek was, veel kenmerken in het autisme spectrum. Onveilige hechting, en Nederlands
als tweede taal, daarbij ook nog bij sommige de cultuurverschillen wat het niet even makkelijk maakte
om respect te krijgen. Vooral één van de leerlingen had daar veel moeite mee omdat vrouwen in de
moslim cultuur niet gezien worden zoals ze de westerse cultuur,
Daarbij gaf ik bij de invalster aan dat structuur van de dag heel erg belangrijk was, ze leek het in zich
op te nemen en te begrijpen. Maar ik werd al snel met de neus op de feiten gedrukt dat ik ‘maar een
stagiaire was’ een rol die ik niet kende, omdat ik zo niet behandeld werd op de dagen dat ik met mijn
reguliere begeleider werkte (maar me ook niet bewust was van dat hij mij niet als zodanig
behandelde) . De inloop was nog niet klaar en de leerkracht wilde beginnen, waarop ik haar al ging
afremmen omdat ik wist dat als we nu zouden nog verder af zouden wijken van de structuur veel
onrust zou ontstaan.
Op deze aanwijzing boog ze nog mee, en gaf aan toen we in de kring gingen wilde de leerkracht graag
voorlezen. Ik had aangegeven dat ik normaliter op de ochtend voor de klas stond maar wilde haar niet
ondermijnen. Echter bleef ze ook na het voorlezen op de juf stoel, en ging verder het programma
draaien. Voor de gymnastiekles vroeg ik zoals gebruikelijk de leerlingen hun tas te halen en zich in de
klas om te kleden. Ook hierin was er geen geduld bij de leerkracht. Ik bemerkte dat de houding die ze
aannam bij mij weerstand op riep. (Wat is dan een professionele houding en de werkelijke rol van de
stagiaire?)
Doordat de invaller vasthield aan haar eigen structuren en niet meeging in wat de leerlingen waren
gewend ontstond er een steeds grotere onrust. Mijn input werd niet gewaardeerd, en ik ging hierdoor
ook meer in de contramine. Tegen de tijd dat werken en spelen gedaan moest worden en de invalster
me weer in de rede viel zat ik op het eind van mijn geduld. Toen heb ik de map neergelegd en haar te
17
kennen gegeven dat ze het toch allemaal zo goed wist, waarop ik uitgemaakt werd voor manipulatief.
Hierop liep ik naar de directeur waar ik bakzeil haalde want hij gaf te kennen dat ik mijn best moest
doen met haar te werken omdat er niet veel invallers waren.
Terugkijkend was dit van mij zeer onprofessioneel en had ik dat ook anders aan moeten pakken daar
het nu alleen maar hard tegen hard ging en de kinderen bij deze sfeer geen baat hadden. Ook zij is later
nog bij de directeur aangelopen omdat mijn houding haar niet beviel. Tegen het middaguur hebben we
het wel min of meer uitgesproken, waarbij ik haar ook aangaf dat ik weet van mezelf dat ik een vrij
pittig karakter heb, en dat ik dit bij haar ook zag. En dat mijn intentie was geweest haar en de
leerlingen te behoeden.
Meije gaf aan dat het niet compleet mijn schuld was omdat we het hoe en wat van de stagiaire ook niet
echt hadden besproken, dus de vandaar ook de vraag wat is de rol van een stagiaire. Hij gaf aan dat
mensen van mij meer onderdanigheid verwachtten, en dat ik een soort van spel moest gaan spelen. Dit
is niet mijn ding, en ik voelde me er zeer onprettig bij. Ook vond ik het niet fair van de directeur dat
hij niet naar me toe was gekomen, en merkte dat ik hem ging ontwijken omdat ik me niet langer veilig
voelde bij hem. Echter als stagiaire/student ben je er om te leren, en zou je dus ook fouten mogen
maken. De punten die door de collega’s benoemd waren ben ik mee aan het werk gegaan.
Hierop heb ik contact opgenomen met Greetje Doornbos mijn studiebegeleider van de NHLStenden en
haar gevraagd om samen mijn stagebegeleider, de directeur en mijzelf in gesprek te gaan. Zij raadde
mij aan om het boek Geweldloze Communicatie van Marshall Rozenberg te lezen, en met deze bagage
ben ik de week daarop terug gegaan naar Meije een aangegeven dat ik graag de zaken wilde
uitspreken. Dit werd na het aanhoren van mijn onderbouwing positief ontvangen, en zo ben ik dan ook
naar de directeur gegaan. Het gesprek werd gepland voor na de zomervakantie.
Dit gesprek vond plaats op 15 september 2022. Het werd een netjes hoor en wederhoor, waarin ik ook
aangaf wat de situatie met mij had gedaan, en wat ik ervan had geleerd. Namelijk dat ik niet in de
gaten had gehad dat mijn manier van aanwezig zijn en communiceren zulke sterke weerstand bij
andere mensen had opgeroepen. Ook gaf ik bij de directeur aan dat ik het op prijs had gesteld als de
betreffende personen zelf naar me toe waren gekomen zodat ik er meteen aan had kunnen werken en
niet achteraf. Desalniettemin was het een goed leermoment, en met behulp van Rosenberg, M. B.
(2006) heb ik een op dat moment een manier gevonden om me uit te drukken zonder over te komen
zoals ik voorheen deed.
Drie:
Na de zomervakantie werd mijn stage meer omgezet naar de rol van leerkracht en niet zozeer
ondersteuner aangezien er van mij verwacht werd dat ik de hele dag met groep twee aan de slag ging
de lessen voorbereidde et cetera . In eerste instantie zag ik dit als een kans, echter kwam ik al snel tot
de realisatie dat doordat ik nu meer met docenttaken bezig was, ik het zicht verloor op wat ik voor
mezelf ten doel had gesteld. Namelijk de indicatoren van beroepsproduct B uitwerken, wat betekende
dat ik me meer wilde richten op teamwork.
Ook in andere dingen begon ik te merken dat ik stagneerde, waar ik mezelf altijd omschreven heb als
een overgroeide peuter, merkte ik dat ik na de zomervakantie minder vragen ging stellen. Dit had ik
ook bij aangegeven, en daarbij ook benoemd dat ik bemerkte dat ik hierin last had met koppeling
maken, omdat ik niet echt bij het team betrokken was. De reactie daarop was dat ik me niet zo druk
moest maken en dat vanzelf wel goed kwam. Verder werd er besloten dat ik er drie paragrafen per
week uit moest gaan stampen. Ook al gaf ik aan dat het portfolio niet af hoefde voor het formatieve
dialoog. Maar dan had ik dat maar gehad.
De rol van ondersteuner die ik voor de zomervakantie had beviel me prima. Maar ik ben iemand die
het graag anderen naar de zin maakt, en daarbij zoals reeds benoemd mijn eigen doelen uit het oog
18
verloor. Ik merkte wel dat ik niet kwam waar ik moest zijn, ik werd in de rol van leraar geplaatst, en er
werd benoemd dat ik veel meer deed dan een stagiaire hoeft te doen. Waarop vanuit mij dan nog wel
de vraag kwam wat doet een stagiaire normaal dan? Het antwoord was, voornamelijk observeren en zo
nu en dan een les draaien. Zo terug kijkend denk ik dat dat voor mij ook een moment is geweest
waarop ik mezelf in de weg ging zitten.
In het team kwam ik er maar niet tussen, als in de zin van dat ik geen enkele teamvergadering heb
bijgewoond, ik geacht werd een methode te draaien, maar als ik bij het team te rade ging, of voorstelde
hier echt samen in te werken constant tegen muren op liep. Ik merkte de weken na de zomervakantie
ook dat de reeds chaotische sfeer binnen de school steeds gespannener werd, en tot overmaat van ramp
werd mijn stagebegeleider in een coaching traject gezet.
De week na de herfstvakantie 2022 werd de sfeer in de klas dan ook grimmiger, en maakte de
opmerking dat ik misschien eens verder moest gaan kijken. We hadden het hier wel eens eerder over
gehad, ook omdat ik van buitenaf benaderd werd om te gaan werken, en hierop had Meije altijd
ingegrepen met de woorden dat ik nooit de begeleiding zou ontvangen die ik van hem ontving als ik
dat zou doen. Nu echter zag hij het meer als een aanval, zo bedoelde ik het niet.
En eerlijkheidshalve naar hem toe, de man die mij voor de zomervakantie begeleidde had in die
opmerking gelijk, echter was de begeleiding behoorlijk af genomen. We hadden geen overleg over wat
er qua lesmateriaal in Piramide stond, wat de activiteiten waren, en toen ik zelf met een medestudent
regelde dat voor de laatste week van onze thema’s hij zou komen om uit te leggen wat een bakker was,
dit opeens ook voor groep 3 moest zijn. Het was constant in de groepsapp overlegd, en hij had tot de
dag zelf nooit ergens op gereageerd. De groepen waren ook altijd gescheiden van elkaar bezig
geweest, en er was nooit communicatie over geweest. Zo moest er ook weer vier keer wijzer ingezet
worden, en dit ook voor beide groepen, dus ook daar ging ik mee bezig.
De week na de herfstvakantie, er moesten lampions gemaakt worden voor Sint Maarten, en ik snap
best dat een stagiaire opdrachten krijgt, en daar heb ik op zich ook geen moeite mee. Maar waar we
voorheen overleg hadden, werd het me nu gewoon gemeld. Waarop mijn houding ook veranderde, ik
voelde dat letterlijk gebeuren. Is het correct, nee maar ik begreep niet waar de nogal harde switch
vandaan kwam. Ik voegde me, maar weet wel dat ik me niet professioneel opstelde, enige verdediging
die ik daarin heb, is dat ik al zo vaak verzocht had betrokken te worden bij een stukje overleg, en het
weer niet gebeurde.
Bij mij ontstond een grote onrust, gelukkig merkten de kinderen dat niet, maar de samenwerking die
daarvoor open, eerlijk, met humor aangedreven werd was niet meer zoals die was geweest. Waarop ik
in het weekend dan ook een mail verzond, benoemde wat het met me deed en dat ik graag ook van zijn
kant meer ondersteuning wenste voor mijn leerproces, en het koppelen aan mijn leerdoelen. Waarbij ik
dan ook nog aangaf dat als dat teveel gevraagd was ik het graag van hem hoorde. Maar de mail terug
eindige met alles komt goed.
Toen werd ik weer ziek, en aangezien we inmiddels op enigszins gespannen voet stonden, heb ik per
telefoon contact met hem gezocht. Ik kon me namelijk indenken dat het over kon komen als vlucht
gedrag dat ik er nu opeens niet was. In het gesprek kwamen we ook op de mail, en kwamen er zaken
tegen het licht die ik in dit epistel ook benoem. Maar bij alles wat ik aangaf, in plaats van gehoord te
worden, werd het gezien als kritiek naar hem toe. Dus kreeg ik de bal terug gespeeld, waarop ik op een
gegeven moment letterlijk ho moest zeggen.
Ik gaf ook aan dat ik het zeker niet als kritiek naar hem toe bedoelde, maar dat ik ook niet wilde dat ik
straks aan het eind van onze rit, zonder diploma en met een studieschuld stond omdat zijn doelen niet
langer werden gekoppeld aan mijn doelen. Eindje besluit van dat gesprek maakten we de afspraak dat
we het erover zouden hebben, hoe de lessen van groep twee en de werkzaamheden gekoppeld konden
worden aan mijn leeruitkomsten. Daarvoor was ik er toch om te leren, ergens ben ik dat uit zicht
verloren wat mij absoluut is aan te rekenen.
19
Echter toen ik op 9 november 2022 het leslokaal in stapte was de sfeer ronduit ijzig. Hij was bezig met
de voorbereiding van het schoolontbijt, maar gaf hierbij geen hints naar dat mijn hulp op prijs gesteld
werd. Aangezien ik niet de persoon ben om iemand al het werk te laten doen, nam ik zelf maar
initiatief. Iets wat voorheen op prijs werd gesteld.
Het werd er in de loop van de ochtend niet beter op, bij het fruit eten werd er opeens tegen de kinderen
gemeld dat juf Patricia geen orde meer hoefde te houden, en dat ze zich nergens meer mee hoefde te
bemoeien. Ook dat de kinderen mijn geen vragen meer hoefde te stellen. Ik was net opgestaan omdat
ik naar het toilet moest, en vroeg wat ik dan eigenlijk nog wel mocht doen. Waarop ik een sneer kreeg
van zitten en je mond houden. Proberende het weer luchtiger te krijgen vroeg ik of ik naar de wc
mocht aangezien ik daar net naartoe onderweg was. Dit mocht nog, bij terugkomst ben ik gaan zitten
met een boterham, en lette totaal niet meer op wat er om me heen gebeurde.
Ik wilde niet dat ik iemand in de problemen zou brengen door een blik of verkeerde opmerking. Na het
fruit eten moeten de leerlingen stil lezen, dus heb ik zelf ook maar een boek gepakt. Toen ik zonder
woorden een leerling naast me wees op dat hij een boek moest pakken door op mijn eigen te wijzen,
begon de jongen te praten. En dat leverde hem meteen een nare opmerking op. Ik ben voor hem
opgekomen door aan te geven dat ik aangaf dat hij een boek moest pakken, dus dat dit niet zijn fout
was. Vervolgens werd groep twee met mij naar buiten gestuurd. Toen we weer binnenkwamen
bemerkte ik bij mezelf dat de spanning te hoog was, en ben ik naar hem toe gelopen met de vraag wat
hij nu eigenlijk nog wel van mij verwachtte. Waarop ik te horen kreeg dat ik me maar als ondersteuner
op moest stellen en als ik dat niet kon, ik dan maar moest gaan.
Toen ik aangaf dat dat voor mij op zich geen probleem was, maar ik het idee had dat we tijdens ons
telefoongesprek goede afspraken hadden gemaakt, gaf hij aan dat hij zich had bedacht en ik zijn
klaslokaal over aan het nemen was. En daarop heb ik mijn spullen gepakt, de relatie was te ernstig
verstoord om nog verder te kunnen. En de sfeer te slecht om nog pedagogisch verantwoord te zijn.
20
Uitwerking dilemma’s met behulp van de Roos van Leary
Gekeken naar dilemma één was mijn idee dat we in het leiden en volgen zaten, maar die inschatting
was dus volledig verkeerd.
Het gedrag dat ik had moeten laten zien was volgend of helpend geweest.
De vraag wordt dan hoe kun je dat het beste aanpakken in de toekomst als je weer tegen zo’n situatie
aanloopt, en er geen sturing van bovenaf wordt gegeven wat er van jou wordt verwacht.
Bij dilemma twee geef ik duidelijk te kennen dat ik mij niet professioneel op heb gesteld. Dit is zeker
te betreuren. Maar als ik dan kijk naar de Roos dan zou de invaller in mijn optiek in een leidende rol
moeten zitten gezien de ervaring die zij reeds had in het onderwijs. Hierdoor had ik naar alle
waarschijnlijkheid omgeslagen naar meewerkend. Wat iedereen ten goede gekomen zou zijn. Echter
zat zij in mijn beeldvorming vooral in opstandig waardoor ik in concurreren ging zitten. Twee keer
tegen maakt geen samen helaas. De situatie is nog wel besproken dus in die zin was er van beide
kanten een bepaalde welwillendheid ontstaan, echter wast het toen al te laat om de zaak om te buigen
naar iets positiefs.
Een duidelijk leermoment, waarbij ik dan de conclusie trek dat ik vaker te rade moet gaan bij anderen
hoe ik me op zou moeten stellen in een situatie. Aangezien werken in het onderwijs voor mij nieuw is,
en ik een voorbeeldfunctie heb in deze.
Tot slot dan dilemma 3, een klassiek voorbeeld waarbij een duidelijke shift te zien is van samen naar
tegen. Het was leidend, volgend en werd uiteindelijk aanvallend, teruggetrokken. Zoals ik tijdens de
beschrijving ook aangeef heb ik hier ook ten dele debet aan, maar is dat niet altijd zo met gedrag? Ik
heb hiervan geleerd dat het belangrijk is om vaker af te toetsen of hetgeen je doet, ook hetgeen is wat
men van je verwacht. De stagebegeleider had door de geleidelijke shift in samenwerking het idee
opgevat dat ik niet open zou staan voor een stap terug. Terwijl ik daar op een wellicht verkapte manier
juist naar vroeg, alleen is dit niet zo ervaren. Dit laatste dilemma is voor mij ook degene die het meest
te betreuren is, omdat er uiteindelijk een groep leerlingen de dupe van werd.
Conclusie: als ik zo kijk naar de rode draad binnen deze dilemma’s is het een geval van niet correct
communiceren, en niet duidelijk hebben wat de verwachtingen zijn. En dat is dan ook meteen wat ik
ervan heb geleerd. Dat gezegd hebbende ga ik er niet vanuit dat ik niet nog eens in de val zal trappen,
maar heb nu wel meer een idee van hoe ik het zou kunnen voorkomen.
Feedback Roelof Adema:
Jouw dillema’s lezende heb ik het idee dat het voornamelijk gaat over verwachtingen van beide zijden.
Strikt genomen is een ondersteunende rol ook anders dan een lesgevende rol. De verwarring is
gekomen op het moment dat jij zelfstandig lessen moest/ging draaien. Op dat moment ben jij de
leerkracht. In de ogen van de leerlingen en ook in jouw eigen belevenis. Als dit zonder duidelijk
overleg ineens wordt teruggezet, snap ik vanuit jouw kant de ontstane verwarring en vooral onvrede.
Naast de vraag wat jouw rol is in de beschreven dilemma’s, is het mijns inziens nog belangrijker hoe
om te gaan met dergelijke situaties. Op welke manier blijf je professioneel richting de leerlingen en
jouw collega’s zonder dat jij jezelf tekort doet.
Ik heb geleerd (door schade en schande) om mijn ongenoegen direct kenbaar te maken. Wel met die
kentekening dat ik dat op een respectvolle manier doe. Op die manier maak je direct jouw grenzen
duidelijk, naderhand is het namelijk moeilijk nog recht te zetten.
21
Over de rol van onderwijsondersteuner, ben ik vrij duidelijk. Op het moment dat er een bevoegd
docent ( of regulier personeel) les geeft, is diegene ook verantwoordelijk voor die les. Als het dan
onverhoopt fout gaat, is dat voornamelijk te wijten aan de lesgevende docent. Mijn tip; laat het in een
dergelijke situatie maar eens fout gaan. Op dat moment jammer voor de kinderen, maar dan ziet de
docent vanzelf wel in dat het anders moet. Vooral als ze dan niks met jouw tips doen. Dan is er de
kans dat jouw opmerkingen wel ter harte worden genomen. De klas heeft daar op langere termijn ook
meer baat bij dan dat er iemand telkens de les probeert te redden. Als jij er dan niet bent, gaat het
alsnog op de manier zoals de docent dat had bedacht.
Natuurlijk is dat anders als je alleen voor een klas staat. Dan probeer je de les zo goed mogelijk te
geven. Op dat moment bepaal jij wat, hoe en wanneer iets in de klas gebeurt.
Waar ik mij over verbaas is dat ik bijna nergens zie dat er echt duidelijk werkoverleg is alvorens er les
wordt gegeven. Wel na de tijd, maar dat is achteraf. Wat is de planning, wie doet wat en hoe doet
diegene dat?
Vergeet niet dat docenten veelal alleen voor de klas staan. Daarom vinden sommige docenten het ook
moeilijk om samen te werken en om dingen uit handen te geven. Dat is tenminste mijn ervaring op het
voortgezet onderwijs.
Roos van Leary verbaal gedrag
Gedrag Verbaal Non-verbaal Zelfbeeld
Leidend
Helpend Overtuigen Nadrukkelijk ‘Ik ben sterk en
Meewerkend Adviseren zichtbaar en heb overzicht’
Afhankelijk/ hoorbaar
Volgend
Begrip tonen Humor ‘Ik ben
Teruggetrokken verdedigen oogcontact betrouwbaar en
sympathiek’
Opstandig
Agressief/ Respect tonen Luisteren ‘Ik doe wat je
Aanvallend vleien knikken vraagt’
Concurrerend/
competitief Bevestiging Oogcontact ‘Ik kan het niet
zoeken vermijden alleen’
Vragen stellen Onopvallend
blijven
(zelf)kritiek uiten Zich isoleren ‘Ik doe het
verkeerd’
klagen Somberheid
uitstralen
Conflict zoeken Cynisme en ‘Ik heb je niet
afkeer tonen nodig’
Kritische vragen
stellen
Bedreigingen Nadrukkelijk ‘Ik ben
uitspreken zichtbaar en gevaarlijk’
hoorbaar
beledigen
Opscheppen Arrogantie tonen ‘Kijk eens hoe
bevelen goed ik ben’
Afkeer tonen
https://wij-leren.nl/roos-van-leary-gedrag.php
22
Hoofdstuk 4
Conclusie leeruitkomsten en reflectie op ontvangen
feedback.
In herhaling vallen is niet mijn sterkste kant, tenzij ik vind dat iemand hier baat bij heeft. Derhalve
vind ik dan ook dat ik bij de betreffende indicatoren, en ook bij de omschrijving wat een leeruitkomst
voor mij betekent dat ik hierover voldoende heb geschreven.
Wat betreft literatuur, is er nog veel wat ik nader wil onderzoeken. Echter behoren de boeken van
Marshall Rosenberg, Geweldloze communicatie en Pedagogisch tact hoe dan? van Middendorp et al
de meest interessante en wil deze ook nog verder uitdiepen. Vooral het laatst genoemde boek kan mij
ook op de juiste weg zetten om een pedagogische opdracht voor mezelf op te zetten. De gebruikte
literatuur die terug te vinden is in de literatuurlijst, heb ik ook daar geplaatst in de tekst waarvan ik
vind dat deze het best onderbouwd wat mijn denkwijze ten aanzien van mijn handelen is.
Qua feedback die ik heb ontvangen als het inhoudelijk was wat ik meteen aan kon passen heb ik dat
opgepakt. In het begin kreeg ik vaak de vraag wat het doel was van mijn les, of waar het lesplan was.
Hierover kan ik kort zijn, hier moet ik nog dieper induiken. Want zoals uit het hoofdstuk Dilemma’s
ongetwijfeld ook duidelijk geworden is vond veel overleg pas later plaats. Veel van de lessen die ik
heb gegeven op drijven en zinken na waren zonder vooropgezet plan, ook omdat hierop geen
begeleiding of overleg plaatsvond.
Meestal heb ik feedback ter kennisgeving aangenomen ook omdat mijn rugzak met betrekking tot de
kennis van onderwijs nog niet voldoende gevuld is om dit direct te implementeren. Mijn plan is om
voor het aankomende studiejaar de feedback allemaal nog eens door te nemen, en hier een terugblik
van te maken die ik als leidraad kan gebruiken om te groeien in mijn rol als DEP.
Qua zelfsturing kan ik eerlijk zeggen dat ik dat voornamelijk heb kunnen doen in de zin van uitwerken
van zaken die voor college nodig waren, en het uitwerken van ervaringen. Ik had nog nooit een HBO
studie gedaan en had moeite met grijpen waar we nu heen moesten met betrekking tot de opleiding,
leerdoelen en hoe je al de leeruitkomsten moest vertalen in je ervaringen. Uiteindelijk is het wel gelukt
maar ik had meer het idee dat ik dobberde op een oceaan van informatie waarvan ik geacht werd uit te
zoeken wat voor mij van toepassing was.
Mijn huidige stagebegeleider Samantha Visser gaf de tip, ga uit van het principe: “Nice to know, or
need to know”. Dus die neem ik nu ter harte en zal mijn werkwijze voor het komende jaar hier ook op
aanpassen, in plaats van overal en nergens nu gericht op onderzoek uit. Ik ga me toeleggen op de
onderzoeksvraag NT2 in het primair onderwijs, en dit zo mogelijk combineren met breinleren. Ik heb
veel geleerd dit afgelopen jaar, over mezelf, over het onderwijs, en dat lesgeven veel meer is dan een
lesplan maken en dit afdraaien. Dus mijn conclusie is dan ook dat mijn manier om mijn midlifecrisis te
nutte te maken, zeker een goede sprong in het diepe is geweest.
23
Literatuurlijst
Assema, R. van & Scheerens, J. (2022, 22 juni). activerende didactiek – Practoraten.nl. Geraadpleegd
op 11 oktober 2022, van https://www.practoraten.nl/tag/activerende-didactiek/
Bockma, J. (2021, 10 mei). Kerndoel 38 van het basisonderwijs moet nodig op de helling. Vrij Links.
https://www.vrij-links.nl/martin-harlaar/kerndoel-38-van-het-basisonderwijs-moet-nodig-op-de-
helling/
Brein in het onderwijs - Wikiwijs Maken. (z.d.). wikiwijs.
https://maken.wikiwijs.nl/171621/brein_in_het_onderwijs
Didactiek - uitleg begrippen onderwijs. (z.d.). Geraadpleegd op 13 juni 2022, van https://wij-
leren.nl/didactiek.php
Dirksen, G. & Boer, M. de. (2015). Breindidactiek: inclusief 50 voorbeelden van docenten (2de
editie). Synaps, Uitgeverij.
Een kijkje in Piramide Digitaal. (2021, 2 maart). YouTube. Geraadpleegd op 9 oktober 2022, van
https://www.youtube.com/watch?v=IqgtilKCHl4&feature=youtu.be
Geloven thuis - Knutsel een lenteboom. (z.d.). https://www.geloventhuis.nl/2014/boom-vol-
leven/knutselen-en-doen/knutsel-een-lenteboom.html
Hollingsworth, J. & Ybarra, S. (2015). Expliciete directe instructie: tips en technieken voor een goede
les. Pica.
Karels, M. (2021, 26 februari). Taxonomie van bloom. wij-leren.nl. Geraadpleegd op 7 november
2022, van https://wij-leren.nl/taxonomie-van-bloom-uitleg.php
Kerndoelen. (z.d.). SLO. Geraadpleegd op 15 mei 2022, van
https://www.slo.nl/sectoren/po/kerndoelen/
Kerpel, A. (2022, 28 maart). De Roos van Leary. wij-leren.nl. https://wij-leren.nl/roos-van-leary-
gedrag.php
LKC digitale versie.indd. (2014, 9 april).
https://www.nemosciencemuseum.nl/media/filer_public/83/c5/83c5e711-e609-4c36-9f29-
ae61bccd64bb/lesideeen_en_werkbladen_studiemiddag_2014.pdf. Geraadpleegd op 8 april 2022, van
https://www.nemosciencemuseum.nl/media/filer_public/83/c5/83c5e711-e609-4c36-9f29-
ae61bccd64bb/lesideeen_en_werkbladen_studiemiddag_2014.pdf
Middendorp, J., Spil, S. & Wentzel, M. (2022). Pedagogische tact, hoe dan?: Pedagogisch handelen
in de praktijk (1ste editie).
MijnSBB - Portal Kwalificatiestructuur. (z.d.). Geraadpleegd op 4 oktober 2022, van
https://kwalificatiestructuur-mijn.s-bb.nl/certificaat/details/6a7dabb6-f92e-4802-b612-9ea637aea462
Missie en Visie. (z.d.). https://www.ikc-eigenwijs.nl/Eigen-Wijs/Missie-en-Visie
Rosenberg, M. B. (2006). Rosenberg, Geweldloze communicatie. Lemniscaat.
SchoolsOUT NIJMEGEN. (2022, 7 december). SchoolsOUT helpt tolerantie seksuele en
genderdiversiteit te vergroten. SchoolsOUT. https://schoolsoutweb.nl/wat-is-schoolsout/
Slooter, M. (2021). Zes rollen van de leraar (7de editie). pica.
Teitler, P. & Teitler, P. I. (2013). Lessen in orde: handboek voor de onderwijspraktijk (2de editie).
Coutinho.
24
Winkel, J. & Hoogeveen, P. (2018). Het didactische werkvormenboek (12de editie). Koninklijke van
Gorcum.
25
Bijlagen
Bijlage 1
De rol van de gastvrouw
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD – DEP
Module: 2.1 Rol van de Gastvrouw
Opdracht:
Beschrijf of film een onderwijsactiviteit waarin je gestart (gastheer/vrouw) bent met een groep.
In deze is het de inloop en aanloop naar de kring en buiten spelen tussen 8:20 en 8:45, op donderdag
en vrijdag.
Uitvoering en verwerking:
Ik ben werkzaam op het SBO, bij de kleuters, groep 1 en 2. Ik sta tijdens de inloop op de ochtend
meestal bij de deur, zodat ik de leerlingen zie aankomen, en let daarbij vooral op hun houding, en of ze
me dan al aankijken. Dit is iets waar (Slooter, 2021) veel waarde aan hecht zodat hetgeen wat op de
gang gebeurd ook daar blijft. Op het moment dat ze bijna bij de deur komen begroet ik ze en noem ze
bij naam, soms een aai over de bol, en vraag hoe het met ze gaat. Door mijn manier van doen bij de
inloop, wordt er een veilige omgeving gecreëerd. “Door de leerling bij de voornaam te noemen ben je
persoonlijk en beïnvloed je die relatie op een positieve manier” (Slooter, 2021, p. 66).
Ik zorg ervoor dat ik een open en ontspannen houding aanneem. Ik zoek oogcontact, sommige van de
kinderen vinden dit erg lastig zelfs goedemorgen is niet een vanzelfsprekendheid, maar een aantal
kinderen zoekt ook oogcontact en even de aandacht. Ik heb meestal een lach op mijn gezicht omdat ik
het fijn vindt ze weer te zien, en ik merk dat dit de kinderen ook uitnodigt om een babbeltje te maken.
Dit koppelt dan ook terug naar de spiegelneuronen waar (Slooter, 2021)) over spreekt. Als ik dan kijk
naar het gedrag van de kinderen, de manier waarop ze komen aanlopen weet ik dat ik op de goede weg
ben, en er bij de meesten een veilig gevoel is om contact te maken.
Soms verloopt dit wat rommelig omdat de volgende er al aankomt en de ouder ook nog even contact
zoekt, waardoor aandacht dan verdeeld moet worden. Vaak verwijs ik de kinderen naar de tafels waar
we al activiteiten hebben voor ze hebben klaar gezet. “De leerlingen voelen zich veilig als de leraar
voldoende gezag heeft. Dit ervaren leerlingen al bij binnenkomst: is deze leraar in staat de klas te
sturen?”( (Slooter, 2021 p.68). Ook al ervaar ik het soms als rommelig, de kinderen storen zich hier
niet aan, en luisteren als ik ze aangeef wat ze kunnen gaan doen. Sommigen vinden het ook wel erg
interessant om te horen wat de volwassenen bespreken en vragen of ze een andere activiteit mogen
uitvoeren, die vaak in de buurt van mezelf is, zodat ze mee kunnen luisteren.
Zodra iedereen binnen is, maak ik ook nog even een rondje, om te peilen hoe de sfeer in de groepjes is,
en om nog even goed contact te maken met de kinderen die ik misschien heb gemist. Ook hierbij let ik
op wat er dan in de verschillende groepjes gebeurd, vooral bij de kleitafel is delen niet
vanzelfsprekend. Hier speel ik dan op in door met de kinderen in gesprek te gaan en een voorbeeld te
geven van hoe het wel kan. Daarmee stimuleer ik ook hun sociale vaardigheden en kan weer mijn
26
relatie met hen versterken. “De gedragsindicatoren 1. (contact maken). 2(leiderschapsgedrag en 3. (het
goede voorbeeld geven versterken elkaar”. (Slooter, 2021, p.74).
Soms ben ik echter nog bezig met mijn mentor dingen te bespreken, en merk dan dat de binnenkomst
veel rumoeriger verloopt omdat ik dan niet bij de deur sta. De structuur ontbreekt en dat vind ik zelf
ook heel vervelend. Dat ondervang ik dan zo snel mogelijk door alsnog een rondje te maken, en even
ieder kind aandacht te geven waarmee ze weten dat ik ze heb gezien.
Leeruitkomst en Indicatoren:
Leeruitkomst A.3a:
- Lerenden ervaren een positief leerklimaat in fysiek veilige omstandigheden.
Indicatoren:
- Heeft geoefend in het communiceren met de doelgroep. (leerlingen, collega’s, ouders ) en is daarbij
gericht op de ontwikkeling van de leerlingen.
- Kan sociale vaardigheden stimuleren en begeleiden.
Slooter M. (2021). De zes rollen van de leraar. Uitgeverij Pica
Feedback leergroep:
Roelof Adema:
Zo te lezen maak jij al gebruik van jouw mimiek, dat vind ik persoonlijk best knap, gezien het feit dat
dat mij niet gemakkelijk afgaat. Je beschrijft hier in het algemeen wat jij doet in de rol van gastheer,
zou je dit ook specifieker kunnen doen? Bijvoorbeeld aangeven wat er dan rommelig gaat volgens jou
(alinea 3) of hoe jij inschat waar jij op let als de leerlingen naar binnen lopen, waar let jij dan precies
op? Dat intrigeert mij; het aanvoelen van de sfeer bij een leerling.
Folkje:
- Verslag gastheer:
1. Je hebt een mooi algemeen stukje over de manier hoe jij/jullie de leerlingen in de klas ontvangen.
Zo heb je ook echt een beeld van hoe dit gaat. Ik ben wel benieuwd hoe de leerlingen zijn als je zelf
iets minder voorbereid bent, dus bijv. nog even praatje met de collega of ouder hebt(wat er natuurlijk
ook bij hoort!) Misschien is het een idee om de komende tijd hier op te letten. Zijn leerlingen al zover
om zich veilig/vertrouwd te voelen, door zelfstandig te kunnen werken? Komt de leerling jouw
aandacht vragen? Of vraagt de leerling juist om negatieve aandacht? Dit zal per leerling vast ook wel
verschillen.
De bovenstaande feedback ontving ik na versie 1 van deze opdracht die ik had gemaakt op 20 maart
2022. Deels heb ik dat toen al verwerkt in versie 2 die uiteindelijk naar mijn stagebegeleider, en ook
naar mijn NHL begeleider is gegaan. Onderstaand is hun feedback/ feedforward. En daarop ook mijn
reflectie en wat ik daar van meeneem naar de volgende uitwerking.
27
Feedback en feedforward begeleider NHL Stenden:
Dag Patricia,
Wat ik heel mooi vind om te lezen is dat jij de theorie direct al goed kan koppelen aan de praktijk en
andersom. Wat ik daarnaast mooi terugzie, is dat je je bewust bent van het effect op de leerlingen als je
wel bij de deur staat en ze begroet, maar ook het omgekeerde ziet gebeuren en wat dan het effect is op
het gedrag van je leerlingen.
Feedforward:
- Let goed op de werkwoordspelling, laat anderen meelezen.
- Je schrijft dat meerdere mensen dit document hebben gezien. Neem de feedback en
feedforward mee in je ervaring. Van je leergroep, maar ook van je coach of van andere
collega’s.
- Daarnaast mis ik nog een reflectie van jou op de ervaring. Wat neem je hiervan mee naar de
volgende keren?
- Deze ervaring zou je heel mooi kunnen opbouwen aan de hand van OVUR: Oriënteren, zoals
nu op de rol van de gastvrouw. Wat wil ik oefenen, waar ben ik nieuwsgierig naar? Dan
Voorbereiden: hoe ga ik dit aanpakken? Welke bronnen heb ik nodig en wat zeggen die
bronnen mij? Welke indicatoren ga ik hierbij ontwikkelen? Welke keuzes maak ik en waarop
zijn die gebaseerd? Uitvoeren van de activiteit. Reflecteren.
Hartelijke groet,
Greetje Doornbos
28
Feedback en feedforward stagebegeleider Meije van der Pol:
Patricia,
Je bent al heel goed in staat een activiteit voor te bereiden en hier ook de theorie die je geleerd hebt
aan te koppelen. Je stond bij de deur echt in contact met de kinderen. Dit was heel waardevol voor hoe
je de rest van de activiteit kon uitvoeren. Ze voelden zich nu echt veilig in de klas.
Wat ook mooi was om te zien was dat je ook tijd had voor de ouders, hier is de inloop tevens voor
bedoeld.
Feedforward:
- Het zou misschien goed zijn dat je even een planformulier cq lesformulier geeft zodat ik van tevoren
weet welke doelen je wilt behalen en hoe je daar aan wil werken. Graag ook even met een
tijdsplanning en koppel hier ook even een stuk theorie aan zodat ik kan beoordelen of je deze goed kan
toepassen. Beschrijf dit wel!
- Wees je bewust dat je in het onderwijs voortdurend moet schakelen in je rol.
- Ik denk dat ik leeruitkomst A.3a: Lerenden ervaren een positief leerklimaat in fysiek veilige
omstandigheden, voldoende heb zien terugkomen.
Reflectie, en verwerking Feedback en Feedforward Greetje Doornbos en Meije van der Pol
De feedback van Greetje is natuurlijk heel fijn om te lezen, dat sterkt me dat ik op de goede weg ben.
Mijn eerste reactie bij het lezen van de feedforward was om opnieuw te beginnen. Dit ga ik niet doen
omdat we ook groei moeten laten zien.
Wat betreft haar vraag met betrekking tot het stukje zelfreflectie heb ik het boek van (Slooter, 2021) er
nog eens bij gepakt. Wat ik daar vooral uithaal is dat verdieping ook van belang is, weet ik aan het
eind van de dag nog wat ze aan hadden, heb ik met iedereen echt gesproken? Inmiddels is het wel zo
dat ik ook op mijn stagedagen de kring doe en dan kringgesprekken houdt, en ook tijdens het buiten
spelen werk aan de relatie met de kinderen. Dus ook al ben ik hier niet direct bewust mee bezig
geweest, vanuit de persoon die ik ben doe ik dit wel. Ook spiegel ik mezelf aan wat mijn
stagebegeleider doet, en pas dat dan zelf ook toe.
In paragraaf 4.5.2 van het boek van (Slooter, 2021 p. 83, 84) zijn voor mij een aantal punten erg van
belang, contact moet je onderhouden en verdiepen door oprechte interesse te tonen. Doordat ik werk
aan de relatie met mijn leerlingen, gaan zij ook makkelijker aan staan om dingen van mij te leren.
Dit is onderdeel van het stukje dat ik weet van mezelf, en ook altijd doe, in welk contact dan ook. In
het stuk over wat ik zelf vindt staat gemak voor mij gelijk aan veiligheid, en dat is voor mij een grote
voorwaarde. Daarom zal ik er ook harder aan trekken om kinderen op hun gemak te stellen.
Duidelijkheid en structuur is iets waar ik in mijn eigen leven ook veel waarde aan hecht, anders is het
pure chaos, dit neem ik ook mee de klas in. Ik stel kaders waardoor de kinderen en ik precies weten
wat we aan elkaar hebben.
Qua de feedforward van Meije van der Pol, zijn het meer tips voor in de praktijk. Dat is voor mij erg
waardevol. Door de relatie die er met hem is ontstaan heb ik veel vrijheid gekregen om me te
ontwikkelen. Daarbij moet ik dus rekening houden dat het voor hem ook prettig is als ik iets plan wat
ik wil gaan doen. Die slaan we op onder mental notes.
29
Bijlage 2
Rol van de presentator
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD-DEP
Module: 2.2
Opdracht:
Beschrijf of film een onderwijsactiviteit waarin je bezig bent als presentator, link naar YouTube
filmpje https://youtu.be/KQFYhAD1QKg
A.2c De DEP kent verschillende pedagogische en didactische interventies en
toepassingsmogelijkheden.
A3.e De DEP draag aantoonbaar bij aan groepsvorming en groei.
Indicator heeft kennis gemaakt met de sociaal emotionele ontwikkeling van de kinderen.
A 4.b De doelgroep voelt zich qua leefwereld begrepen
A4.c De lerende ervaart de communicatie met de DEP minimaal als functioneel voldoende
Kerndoelen Oriëntatie op jezelf en de wereld Mens en samenleving
Kerndoel 34 De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van
henzelf en anderen. (Kerndoelen, z.d.)
Degene die op de stoel voor het digibord gaat zitten is de leider, meester of juf. Een sterke openingszin
is hierbij van belang geeft Slooter aan (2021, p.90). Ik stel een vraag aan de kinderen, daarmee activeer ik ze
meteen en betrek hen ook bij wat er gaat komen. Wat me aan mezelf opvalt is dat ik een vraag stel aan
een van de leerlingen, maar niet voldoende tijd geef om te antwoorden. Door mijn enthousiaste manier
van doen, en vragen te stellen is de aandacht van de kinderen wel continue aanwezig. Daarbij ben ik
ook opbouwend bij de respons die ze geven. (A2.c)
Ik merk ook dat zo er ruimte werd gecreëerd voor een veilige omgeving wat een voorwaarde is voor
een goede groepsvorming, mijn houding en manier van contact maken geeft hier dan ook nog een extra
impuls aan. (Geerts en van Kralingen 2012 p. 210) Dit dan ook direct gekoppeld aan mimiek. Vanuit
mijn leergroep kreeg ik verschillende feedback, de één vond het een open en ontspannen houding,
terwijl de ander vond dat ik redelijk strak de groep in kijk. Streng is het zelfs genoemd, zo zie ik het
zelf ook wel.
Echter als ik mezelf goed beoordeel ben ik hier heel geconcentreerd bezig, waardoor ik ook dat
uitstraal en meer in een neutrale setting zit. Maar omdat ik die blik heb zie ik ook bij kinderen de
concentratie terugkomen, lachen hoort er desondanks ook bij. Tevens ben ik erop gewezen dat het
wijzen confronterend kan overkomen, nu komt dat ook omdat ik deze video ook met voice over heb
gedaan en deze ook had laten zien aan mijn studiegroep waarop de onderstaande feedback is ontstaan.
Dit omdat ik in eerste instantie het graag op een website die als portfolio zou moeten dienen wilde
30
gaan zetten. Helaas was die optie niet geschikt en is de originele video via beveiligde link bovenin op
Youtube te zien.
Ook moet ik nog wat meer spelen met stem gebruik, het valt me wel op dat bij momenten van
herkenning van de kinderen, deze wel omhoog gaat in vorm van waardering naar hun toe. Iets wat
Slooter ook aangeeft dat dit een wezenlijk onderdeel is om ook echt te blijven en niet in herhaling te
vervallen.
Deze kinderen hebben een zwaar jaar gehad met betrekking tot groepsvorming. In het begin van het
jaar was er een leerling bijgekomen die zo enorm de aandacht vroeg dat de rest daardoor
ondersneeuwde, helaas bleek het niet mogelijk deze leerling in de klas te houden. Daarbij is er qua
leerkrachten ook veel wisseling geweest wat voor onrust en instabiliteit zorgde. Toen rust net iets was
wedergekeerd was er weer nieuwe leerling waar alle aandacht naar uitging. Zij was te jong voor deze
groep en zit nu bij de andere SBO groep in onze unit. Hierdoor ontstonden negatieve groepsnormen,
en had geen van de kinderen echt behoefte aan leren, of om een poging te doen echt samen te komen.
(Geerts en van Kralingen, 2012 p. 209.) (A3.e)
Vandaar ook dat ik het idee had opgevat om dit borduurwerk te maken, en hier al hun namen op te
zetten. Een stukje relatie bouwen van mijn kant af, maar ook bevorderen van de groei naar een
hechtere groep. Dit pak ik ook extra op bij het moment dat één van de jongens aangeeft dat geel zijn
lievelingskleur is. Ik benoem aan hem dat ik me daarvan bewust ben, maar ook waarom ik de kleur
niet nog een keer gebruik. Wat ik daar dan nog aan toevoeg is de volgorde van de namen. Ook dat is
mijns inziens bevordering van relaties en groepsvorming. (A3.e)
Eén van de kinderen overvraag ik in mijn optiek, ik heb niet geteld maar weet wel dat het in ieder
geval een aantal keer dezelfde vraag is op verschillende manieren. Daar moet ik meer op gaan letten in
de toekomst. Bij sommige kinderen zie ik ook dat ik minder inga op dat ze de naam zien, er zijn hier
een aantal redenen voor, taalbarrière, overvragen, en nog niet voldoende kennis op dat moment.
Deze film is in maart 2022 gemaakt tijdens mijn eerste weken in deze groep. We hebben een informele
leider in dit groepje, hij toont zich al tijdens het benoemen van de vriendschap en ook bij als ik een
van de kinderen vraag of diens naam ook te vinden is. Het antwoord van de informele leider is: ja
allemaal….dit geeft voor mij ook aan dat het hem iets te lang duurt. Echter moet ik eerlijk zeggen dat
het voor deze kinderen echt voorbeeldig ging, en gelukkig dit soort kringmomenten ook veel meer
voorkomen. Iets wat me aan het lachen maakt bij het ontleden van dit filmpje is dat ik ook de op dat
moment zieken benoem, en de kinderen hier heel positief in meegaan. Er wordt geroepen iedereen
staat erbij, de ander geeft aan dat het een lievelingskleur is waarin de naam is gezet. (A4.c)
Door de manier waarop ik dit had opgezet, de tijd die ik erin had gestoken, en de manier waarop ik het
uitleg aan de groep, laat ik zien dat ik hun ook echt zie. En dat er ruimte is om met mij hierover te
praten, en dat er betrokkenheid ontstaat. Dit is ook iets wat benoemd wordt door Geerts en van
Kralingen in het Handboek voor de Leraar (2012 p. 217) (A4.b)
Een punt wat ook werd gemaakt is dat ik op moet passen dat ik niet met mijn rug naar de groep moet
zitten. Dat is vooral geweest om het moment dat ik uitleg ga geven over de reden waarom ik het
borduurwerk zo heb opgezet. Doordat ik met mijn rug naar de kinderen toe zit, en maar paar in het
vizier heb, ontstaat er een moment van onrust. Waardoor ik dus het leiderschap weg geef en weer op
moet pakken. Ik benoem dat ze de pinguïns zijn en geef dan teveel ruimte voor reactie. In het
eindstadium van het filmpje roep ik één jongen naar voren om te benoemen welke vogel hij ziet. Hij is
nog erg onzeker met de Nederlandse taal, vandaar dat ik hem de beurt geef.
De klas doet me denken aan de zeemeeuwen in Finding Nemo op het moment dat ik aangeef dat hij
maar moet luisteren naar wat iedereen roept. Er wordt op die momenten van onrust helaas geknipt, dit
moet ik de volgende keer aangeven dat niet te doen. Het zijn voor mij leermomenten, en als ik niet zie
hoe ik dan leiderschap terug pak weet ik ook niet wat ik goed doe. En hierdoor zie ik ook niet of ik de
31
door Slooter benoemde drieslagregel hanteer. Ik weet wel waar het misgaat, doordat ik teveel ruimte
geef ontstaat er tumult. De eindsprint van het filmpje waarin ik nog een keer benoem dat ze allemaal
een groep zijn met elkaar, wat ze ook zeer enthousiast beamen vind ik ook zeer fijn om te zien. Zo heb
ik een positieve bijdrage geleverd aan de groei en groepsvorming.
Slooter M. (2021). De zes rollen van de leraar. Uitgeverij Pica
Geerts W. & Van Kralingen R. (2011) Handboek voor Leraren. Uitgeverij Coutinho
Neutraal Boos
Vrolijk
Deze foto’s zijn genomen tijdens een van de collegedagen, ik haat foto’s van mezelf dus kan ik ook
niet op commando echt de juiste mimiek inbrengen. Echter moesten deze aan ons portfolio worden
toegevoegd. Daarom maar besloten ze bij deze bijlage in te voegen.
32
Feedback studiegroep:
Dirk Wytse Bleeker:
Wat betreft je lichaamshouding en mimiek zit je naar mijn idee wel goed. Je hebt een open en
ontspannen houding en bent je bent goed benaderbaar voor de kinderen. Wanneer je met iemand praat
zie ik je oogcontact maken en regelmatig je hoofd knikken wat aangeeft dat je actief met de leerling in
gesprek bent. Jouw mimiek is verder ook goed jouw neutrale blik komt misschien iet wat serieus over,
maar hij lijkt niet droevig of boos.
Roelof Adema:
In jouw film viel me op dat je redelijk strak de groep inkijkt, hier had de groep echter geen last van zo
te zien. In het begin zie ik je een paar keer wijzen, zonder geluid ziet dit er confronterend uit, met
geluid is dit wellicht heel anders. Deze feedback was puur op het filmpje met de voice over, hieronder
nog de feedback op deze uitwerking van beroepsproduct. Hallo Patricia,
Je koppelt jouw ervaringen direct aan de theorie, wat direct de link hiertussen laat zien. Hierbij durf je
kritisch naar jezelf te kijken, dat geeft veel inzicht hoe jij deze gegeven les hebt ervaren.
Je zou misschien nog aan kunnen geven waarom een veilige leeromgeving belangrijk is voor
leerlingen.
Je noemt het stuk een borduurwerk, ik denk dat je bedoelt dat het een puzzel was om dit te maken. Zelf
vind ik het een duidelijk en compleet verslag.
Ik zie zo niet het lesdoel direct terug, of ik het dat gemist.
Nemo heb ik nog nooit gezien helaas, wellicht dat een kleine uitleg hierover duidelijkheid kan geven.
Dit was in jouw eerste weken als docent/onderwijsassistent voor de klas. Dan mag er iets fout gaan,
vooral voor een dergelijke pittige doelgroep.
Verder een prima verslag met goede verwijzingen naar de literatuur en naar de leeruitkomsten!
Feedback stagebegeleider Meije van der Pol:
Feedback:
-Het is goed te zien dat je de leerstof vertaalt naar de praktijk. Ook jezelf reflectie op je handelen laat
zien dat je op de goede weg bent.
-Het borduurwerk ophangen op de deur heeft zeker bijgedragen aan de groepscohesie zeker omdat
deze ernstig verstoord was. De kinderen voelden nu weer dat ze bij een groep hoorden.
- Het echt zien wat jij ook tijdens je les liet zien is een hele belangrijke interventie om tot
groepsvorming te komen. Kinderen weten dat ze bij jou terecht kunnen. Voldoet aan de basisbehoefte
veiligheid.
Feed forward:
-Streng zou ik willen veranderen in het woord duidelijk. Dit maakt je voorspelbaar naar de kinderen
toe wat voor het sbo een must is.
- Het is heel belangrijk de kinderen te leren lezen. Kijk goed naar welke onderwijsbehoefte een kind
heeft. Weet je dit niet dan kun je dit altijd met mij overleggen.
-Het uitbreiden van hoe je voor een groep zit is nog een leerpunt. Dit voorkomt veel orde problemen.
Altijd zo gaan zitten dat je iedereen steeds kunt zien helpt daarbij.
33
Feedback en feedforward begeleider NHL Stenden:
Dag Patricia,
Wat lief van je dat je met je hobby borduren zoiets moois hebt kunnen bijdragen aan de positieve
groepsvorming. Wat ik zie en lees in deze ervaring, is dat je en het geleerde in de opleidingsdag en de
bronnen al goed weet te koppelen aan je eigen onderwijspraktijk. Daarbij lees ik dat je kritisch naar je
eigen handelen durft en kunt kijken. Mijn feedback lees je terug in de kantlijn en heeft te maken met
APA- vermeldingen.
Feedforward die ik je meegeef: het valt me op, dat je de kinderen op een wat ‘volwassen’ manier uitleg
geeft. Als je het hebt over aansluiten bij de leefwereld, dan is het interessant om te observeren en te
bespreken met Meije hoe hij dat doet.
Ik kijk uit naar je volgende ervaring!
Hartelijke groet, Greetje Doornbos
34
Bijlage 3
De Didacticus a.d.h.v. didactisch practicum
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD – DEP
Module: 3 Didactisch Practicum
A.1a Beheerst de lesstof en vaardigheden en brengt deze over ( A uitvoeren van onderwijs in je
opleidingsgroep)
A.2b demonstreert beroepsmatige handelingen zodat lerenden het begrijpen
A.3d de DEP communiceert duidelijk de verwachtingen.
A.4e de DEP staat open voor feedback vanuit de doelgroep.
C.2a De DEP kent zijn eigen handelen en kan de kwaliteiten daarvan benoemen.
C.2b DE DEP beoordeelt de kwaliteit van zijn eigen handelen in relatie tot de desbetreffende
beroepscontext en het onderwijsprogramma daarbinnen.
Link naar Didactisch Practicum https://youtu.be/UONbvN82gEk
Op 28 juni 2022 was ik aan de beurt voor het geven van een didactisch practicum voor de
opleidingsgroep, tijdens een collegedag op NHLStenden. Onbewust ben ik hier met de OVUR
methode aan de slag gegaan.
Oriënteren: Wat zal ik eens gaan doen voor een groep volwassenen die zelf in de meeste gevallen ook
al les geven. Het moest iets zijn wat in je uitdaging zat. Het mooie was dat dit voor mij al een
uitdaging is, normaal sta ik namelijk in het PO voor kleuters. Hierbij vroeg ik mezelf dan ook af wat
didactiek nu eigenlijk is, deze website wij-leren.nl (Didactiek - uitleg begrippen onderwijs, z.d.) gaf
me hierin een goede houvast. Het overdragen van kennis, inzicht en vaardigheden op een professionele
manier. Tijdens een van de opleidingsdagen hadden we kaarten ontvangen van Practoraat activerende
didactiek (Assema & Scheerens, 2022).
Voorbereiding: ik ben door de kaarten gaan bladeren en scannen om uit te zoeken wat een goede les
zou zijn om uit te voeren voor mijn medestudenten. En uiteindelijk besloot ik dat het de lesversie van
1 tegen 100 werd. Dit valt in de sectie verwerken. De opdracht luidt in het kort; één student neemt het
op tegen de rest van de klas (ik heb er echter koppels van gemaakt).
De docent heeft een serie meerkeuzevragen voorbereid in diverse categorieën (ook daarvan ben ik
afgeweken, wat ook als feedback kreeg dat de les daardoor overzichtelijkheid verloor). De vraag wordt
gesteld en vervolgens krijgt iedereen ongeveer 20 seconden om de vraag te beantwoorden (hier ging ik
de mist mee in, hield geen stopwatch bij). De student voor de klas antwoordt eerst (ook dit verliep niet
vlekkeloos). Ik had moeten werken met mogelijkheid van wisbordjes die omhoog gehouden konden
worden. Wat ook een punt was van feedback op de evaluatieformulieren.
Dit had ik in het stukje voorbereiden meer moeten overwegen. Echter vanwege stukje tijdsdruk, en
andere ruis hier allemaal totaal niet aan gedacht. Dus wat zou je een volgende keer anders doen? Daar
hebben we het in de reflectie zo wel over
Uitvoeren: Link naar Didactisch Practicum https://youtu.be/UONbvN82gEk
35
Reflectie: Allereerst valt het mij op dat ik in de opening heel erg nerveus ben. Ik loop veel te friemelen
met mijn handen, wat ik zelf zie maar begreep uit de gegeven feedback tijdens de les niet op was
gevallen. Mijn mimiek is open en ik lach maar ook dit komt op mijzelf onzeker over.
Zowel met de PowerPoint presentatie, als in mijn eigen presentatie mag het bondiger. Dit was een van
de doelen die ik mezelf ook had gesteld, en in mijn eigen optiek niet heb gehaald. Dit geven mijn
medestudenten ook op een paar verschillende formulieren aan. Sommigen vonden het wat chaotisch,
en dat herken ik zelf ook. Ook wil ik kijken naar andere manieren van lessen geven waarbij je het
digibord gebruikt, lesson-up is me hierbij in de feedback ook benoemd. Dat is iets waar ik voor een
eventueel volgende keer nog dieper in zal duiken. (C2.a)
Iedereen doet goed mee, dit betekent dat ik wel een ontspannen sfeer had gecreëerd, hierover zijn
zowel( Teitler et al ) het erover eens dat dit een voorwaarde is voor een goede les (2013, p. 83). Wat ik
wel als feedback kreeg was tijd echt in de gaten houden...nu ik zo kijk had ik een telefoon als
stopwatch kunnen gebruiken. Bij eerste vraag ga ik al de mist in door niet te checken of de mensen die
naast me staan het goed hadden...hoor ik iemand vragen..hadden jullie het wel goed?
Bij vraag 2 klik ik te snel door, maar herpak het wel mooi door er toch zelf een vraag van te maken. Ik
merk zelf wel aan de manier van de vraag dat ik wat geïrriteerd ben. Maar ik mis vervolgens dat
Lisanne haar hand keurig opsteekt en ga stug door met mijn ding…. Hierin moet ik me dus meer
bewust zijn van wat er in de ruimte gebeurd. Hierdoor toon ik dan geen respect naar haar en door mijn
overzien van haar hand laat ik ook niet zien dat ik het waardevol vind dat mensen meedoen (2013,
p.83).
Zoals Teitler ook aangeeft is structuur zeer van belang (2013, p.81). Voor mezelf een spiekbriefje
maken zodat ik de les meer overzichtelijk houdt voor mezelf en voor de mensen die meedoen in de les.
Want mijn manier van voorbereiden was het doornemen van de reeds gegeven modules. Dit omdat ik
graag wilde aansluiten op de leefwereld van mijn medestudenten en het me ook een leuk idee leek om
zo te herhalen (Winkel & Hoogeveen, p. 24.) Wat kan ik hieruit gebruiken en in welke vorm giet ik
dat? De vorm werd uiteindelijk PowerPoint omdat dat me bekend was, en ook door mijn
medestudenten werd gebruikt. Echter doordat ik veel vragen en tekst had…was het soms wat
overweldigend begreep ik uit de feedback die na de les kwam.
Iedereen werkt keurig samen in koppels behalve drietal achterin, hadden eerste vraag al fout en zijn
meer bezig met de evaluatie van mij heb ik het idee. Het feit dat ze mij evalueren is een prettig idee,
maar ik merkte wel dat ik het jammer vond dat ze niet meededen. Wellicht was dit ook mijn fout door
de initiële instructie. Ik hou wel goed contact door te blijven checken of iedereen klaar is, en niet
zomaar klakkeloos door te gaan naar het antwoord….maar vergeet ongetwijfeld nog te vragen wie het
goed hadden. Misschien had ik koppel moeten vragen wat zij hadden, en dan pas antwoord tonen. (Dit
wordt door medestudent achterin ook benoemd dat ik iedere keer antwoord geef en dat koppel zo nooit
af kan zijn).
Komt bij weetje tussendoor over Feedback, weinig tot geen respons, best jammer want dat had wel
mooi geweest. Zo ongeveer halverwege maakt Agnes zeker terecht de opmerking tegen wie spelen zij
nu nog, ook dat bewaakte ik niet. Dus in die opzichten kan mijn didactiek cq les absoluut verbeterd
worden. Ik pik het daarna wel op om te checken bij overgebleven koppels wie het goed hadden, vergat
nog steeds te vragen wat het antwoord van koppel was voorin. (C2.b)
Tijdens een moment van wisseling ontstaat er aardig wat rumoer, ik wil door….en roep Volgende mag
ik weer? Dank u….misschien daar wat anders op reageren. Ipv iedere keer te roepen is iedereen zover
had ik beter met kaarten kunnen werken om neer te leggen voor als men klaar was, zo is het net
overslaande LP. Tevens werd me aangeraden op een andere manier de aandacht terug te halen naar mij,
nadat men klaar is of checken of men klaar is met de vraag. (C2.b)
Qua lesafronding kreeg ik ook nog de opmerking dat men de echte afronding mistte. En het voorstel
om misschien samen te vatten en dan te evalueren. Ik zei dit was het, echter was mijn manier van
36
afronden de metafoor die ik gebruikte met de uitreiking van de Formule 1 sleutelhanger band. We
hebben nu met zijn allen de kwalificatie gehaald, en na de zomervakantie gaan we ervoor dat we met
zijn allen de finish bereiken. Hierop kreeg ik zeer positieve feedback. (C2.b)
Lesplan didactisch practicum
Klas: ADEP/PDA/PDG NHLSTENDEN
Lesonderwerp: 1 tegen 100
Datum: 28 juni 2022
Beginsituatie: herhaling van voorkennis, aangevuld met nieuwe informatie. Doelgroep
studenten van de drie verschillende opleidingen, tijdvak 20 minuten.
Leerdoelen: Mijn didactiek uitbreiden, en hier ook feedback over halen.
Tips en tops, door middel van een lesobservatieformulier, en ook tijdens les zelf met
filmen.
Na deze les is voorkennis opnieuw geactiveerd en uitgebreid met kennis over feedback en
breinleren.
Tijd Activiteiten leerling Activiteiten docent Media
Opening Prowise bord,
Kern Inleiding van de les, powerpoint (of H5P)
Afsluiting uitleg van wat we Telefoon medestudent
ASK-UP: voor filmen
gaan doen, en
groepjes vormen.
In groepen van 2 Quiz 1 tegen 100
tegen de 2 leerlingen
die naast docent
staan, vragen
beantwoorden en bij
het groepje wat naast
docent staat mogen zij
bij verkeerd antwoord
gaan zitten en mag
volgende groep
Invullen Luisteren
lesobservatieformulier,
en feedback
Wat vind ik moeilijk bij het geven van instructie: Dat ik voor een groep volwassenen sta die
allemaal meer ervaring dan mijzelf hebben in het geven van lessen op verschillende
niveaus.
Wanneer ben ik tevreden: wanneer ik mijn instructie kort, bondig en helder kan
verwoorden, en de quiz op een goede manier breng waarmee iedereen geëngageerd blijft.
37
Po w erp o in t
didactisch practicum
Feedback Roelof Adema:
Ik ben even zo vrij geweest om links en rechts een paar zinnen aan te passen, zodat deze beter lopen,
verder heb nog een paar spellingsfouten aangepast.
In oriëntatie mis ik het gebruik van zogenaamde onderwijstaal. Jij spreekt hier over wat je kan doen
voor een klas mensen die zelf als les geeft. Wat mij dan weer opvalt in jouw PowerPoint, is dat je daar
wel duidelijk aangeeft dat jij jouw instructie wilt verbeteren en deze bondiger wilt maken. Wat je nog
zou kunnen toevoegen is waarom jij jouw instructie wilt verbeteren, wat is er dan volgens jou niet
goed aan jouw huidige instructie?
Ik lees dat jij kiest voor een bepaalde lesstof wat dicht bij de doelgroep ligt; helemaal top. Mijn vraag
is waarom jij voor die manier van instrueren hebt gekozen, welke gedachte ligt daar aan ten grondslag?
Ik zie later staan dat de voor een PowerPoint hebt gekozen omdat jij en de klas daar mee bekend is,
vind ik een prima redenatie en motivatie.
Ik zie vervolgens veel reflectie op hoe de les is gegaan al in het stukje voorbereiding terugkomen, die
zou ik echt bewaren voor bij de reflectie. Ik lees dat jij de mist inging met de 20 seconden vragen, hoe
dan en waarom ging dat volgens jou niet goed? En waarom zou jij met wisbordjes moeten gaan
werken, wat draagt dat toe aan deze les? Persoonlijk heb ik die wisbordjes alles behalve gemist, maar
dat is mijn mening.
Mooie verwijzingen naar bronnen met duidelijke indicatoren. Volgens mij kun je hier ook nog veel
leeruitkomsten aan koppelen.
Feedback Dirk – Wytse Bleeker:
Je geeft een uitgebreide reflectie met verschillende punten die voor jou gevoel beter hadden gekund en
dingen die goed gingen.
Persoonlijk zou ik niet meer aan de reflectie zelf toevoegen gezien deze al behoorlijk uitgebreid is.
Wat je echter wel zou kunnen doen is een conclusie geven.
Hierin zou ik in een paar korte zinnen verwoorden wat je meeneemt uit de opdracht en waaraan je de
volgende keer eventueel gaat werken.
Feedback Studiebegeleider:
Bronnen koppel je er al goed aan, graag de indicatoren tussen haakjes vermelden aangezien je deze er
al boven hebt aangegeven voor de duidelijkheid. Feedback punten aangeven in het filmpje in de tekst
om het specifiek te maken (feedforward) waar haal je zelf je ontwikkelpunten uit.
Feedback Directeur De Korendrager in de rol van stagebegeleider:
Leuk om te zien hoe je daar een “les “staat te geven aan je mede studenten. Ik had
verwacht dat het om een filmpje van een lessituatie in een groep kinderen zou zijn. Even
schakelen dus.
38
Mooi om te horen dat je even je achtergrond aangeeft. Je ziet dat je gespannen bent.
Daardoor praat je meer dan je wilt en ok op momenten waar je misschien juist even stil zou
kunnen zijn. Dat geef je zelf ook al aan. Wat zou kunnen helpen is dat je aangeeft dat je het
spannend vindt. Dat neemt bij jezelf vaak dan al spanning weg.
Weet je dat je een PP ook in presentatie modus kan zetten? Dan zie je wat de volgende dia
is en je kan er ook notities bij zetten. Dat zien de anderen niet.
De drie achterin zijn inderdaad niet meer betrokken nadat ze de eerste fout hadden. Ze
moeten wel meedoen maar eigenlijk telt het niet meer. Dan gaat de lol er wel af. Hoe kan je
dat voorkomen?
Op een bepaald moment wordt er gezegd “Spannend hoor”. Is dat echt zo?
Je geeft tussendoor complimenten. Dat is belangrijk. Die wil iedereen ontvangen.
Er kwamen mooie punten langs, goede herhaling.
Je hoeft je naar de groep toe niet te verantwoorden he. Het is jou les / keuze.
De afsluiting zou ik toch ook met een soort van conclusie of korte terugblik van het
belangrijkste doen. Jou attentie heeft niets met de les te maken. Is wel heel leuk als wens
voor de groep. Dus wel erg leuk hoor!
Note naar de opleiding…… Persoonlijk vind ik niet dat dit soort filmpjes beoordeelt
moeten worden door een stagebegeleider. Die heeft verstand van hoe je met kinderen
omgaat en kan daar advies / feedback voor geven. Deze opdracht hoort door de opleiding
zelf “beoordeelt” te worden. Ik vind ook dat je hier een leerkracht niet extra mee kunt
belasten. ( zeker nu in deze hectische onderwijstijd)
39
Bijlage 4
De Pedagoog
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD-DEP
Module: 2.4
C3.a In het onderwijs waar de DEP bij betrokken is zijn kwaliteitsverbeteringen aan te wijzen die
gerelateerd kunnen worden aan de professionele ontwikkeling van de DEP.
Opname van lesbezoek waaraan de uitwerking van de ervaring is gekoppeld
https://youtu.be/KZDfp04ubRc
Op 29 september 2022 kwam Greetje Doornbos (mijn NHLStenden begeleider) langs voor een
lesbezoek. Dit was een uitgelezen kans voor een film moment en directe feedback.
Werken met kleuters in het speciaal basisonderwijs is een andere tak van sport, zelf zie ik niet zo heel
snel wanneer mijn manier van ontwikkeling echte invloed heeft op de kinderen waar ik mee werk. Dat
komt ook omdat ik mij daar nog niet bewust van ben geworden.
Maar als een vader bij mijn stagebegeleider komt en verteld dat zijn zoon hoofd schouders knie en teen
zingt aan tafel, wat niet eerder is gebeurd, is dat wel een teken dat ik op de goede weg ben. In het
filmpje zie je de jongen wat worstelen met de bewegingen die hij hiervoor moet maken. Maar heeft
plezier, vertrouwen, en leert. Voor mij is dat duidelijk door zijn enthousiaste manier van antwoorden.
(C3.a)
Wat je ook ziet gebeuren op het einde van de film als ik met de kinderen naar het verhaal van Pippa
luister dat hij mijn emuleert. Dat doet hij ook bij andere kinderen valt me nu op, maar dat is zijn
manier van leren, en ook zijn manier van vertrouwen tonen. “Situaties worden pedagogisch wanneer jij
als volwassene een verantwoordelijkheid hebt in de vorming van kinderen op weg naar
volwassenheid” (Middendorp et al. 2022)
Greetje kwam net na het fruit eten, en daarom zit er nog één van de leerlingen nog te drinken Dit is een
dagelijks terugkerend fenomeen. Hij heeft een moeilijke start in zijn leven gehad, daardoor heeft hij
een achterstand in zijn motorische functies. Hierdoor zoekt hij ook veel bevestiging, wat mij ertoe
aanzet hem te ondersteunen om aan zijn zelfstandigheid te werken. Maar wanneer hij in de gaten krijgt
wat hij zelf kan is dat zo mooi is om te zien. Wat me ook opvalt als je er vanaf de buitenkant naar kijkt,
is hoe begaan hij is met zijn medeleerlingen. Hij vond het ophangen van een jas lastig, dat doet hij nu
helemaal zelf, nadat we het een paar keer hadden geoefend. Tijdens het filmpje gaat hij zijn handen
wassen, terwijl er geen opstapje is. Ik had dat niet in de gaten omdat ik op dat moment aan het
voorlezen ben, maar zie dat hij op een stoel is geklommen. Ook zie ik dat hij zelf een manier bedenkt
om van de stoel af komen.
Het meisje wil vaak niet naar school, en vraagt veel waarom, hoezo, en lijkt verveeld over te komen op
sommige momenten. Maar wat ik zie gebeuren bij haar en ook de andere Leerlingen, dat er normaal
vijf leerlingen ziek zijn, maar die dag slechts twee. Elke dag leren zij meer en letten ze meer op wat ze
leren. Bijvoorbeeld bij het stillezen bijvoorbeeld komen ze letters tegen die ze herkennen van de
40
instructie voor groep 3. Ik doe ook altijd enthousiast mee in de klankgebaren, en de rijmpjes. En goed
voorbeeld doet volgen, ze ontplooien meer in het stillezen, ook al kun je je nog afvragen of het
onthouden of lezen is.
C2.d De analyse en beschrijving van het handelen en de kwaliteit daarvan van de DEP bied
aanknopingspunten voor ontwikkelinterventies.
Greetje gaf een waardevol punt aan, dit is ook duidelijk terug te zien in de opname. Ik had me niet
voorbereid op wat het aanbod was voor die dag in onze lesmethode. En kom dan uiteindelijk uit op
lezen. Dus een duidelijke mogelijkheid voor verbeteren. Ik heb dit al ter harte genomen door de
creatieve lessen voor het komende thema uit te werken. Ook wordt er zowel door Greetje als Meije
aangegeven dat ik de lat voor mezelf veel te hoog leg. Echter weet ik niet hoe ik dat om moet buigen,
en zal hierover met mijn stagebegeleider in gesprek gaan. Ook merk ik dat ik zelf niet genoeg oplet
wat mijn ontwikkeling is. Hierover wil ik meer gaan documenteren en als daar ruimte voor is dit ook
doornemen met de stagebegeleider, en de feedback verwerken zodat ik hierdoor ook bewuster om zal
gaan met welke stappen ik maak, en waar ik aan moet werken.
A.4a De Didactisch Educatief Professional verdiept zich aantoonbaar in de leefwereld en culturele
achtergronden van de doelgroep
Terug komend op de opname is het wel zo op het moment dat we gaan lezen ik wel zie dat ik een
positieve interactie heb met de kinderen. Ze betrek op een manier die nieuwsgierig is bij wat we aan
het lezen zijn, en dit ook relateer naar dingen in het dagelijks leven. Alsmede ook naar zaken waar
mijn stagebegeleider dan de instructie voor doet. (A4.a)
A2.a Leerprocessen zijn aantoonbaar effectief en dit is te herleiden naar de bijdragen van de DEP.
We zingen veel, en ik merk dat dit de kinderen helpt om zich te ontspannen maar ook om te leren. Een
van de kinderen in de groep die helaas die dag niet aanwezig was, is van Italiaanse afkomst. En
doordat hij de taal wel passief maar niet altijd actief begrijpt kan hij nog wel eens opstandig worden.
Dit gebeurde ook met het zingen en eventueel bewegingen maken tijdens zingen. Omdat dit komt
vanuit onzekerheid en het ontbreken van taalbegrip heb ik hem aangegeven dat hij of meezingt of de
bewegingen mee doet. (A2.a)
Hij was dat eerst niet van plan, dus heb ik daar geen groot punt van gemaakt. Je zag hem wel in de
weken erna steeds meer interesse tonen voor woorden, letters, door te vragen bij bijvoorbeeld
schooltelevisie wat iets betekende. Op de ontdekplaten laat ik de kinderen meer uitleggen en vul ik aan
waar nodig. Zo ziet hij ook dat het niet erg is dat je niet altijd alles weet, hierover ben ik ook een
gesprek met de groepen aangegaan. Nu zie ik de laatste weken wanneer we een liedje zingen dat hij
mee begint te doen, als hij merkt dat ik het zie houdt hij gauw even op, maar pikt wel weer op als ik
elders kijk. Hieruit blijkt ook dat voldaan wordt aan de basisbehoeften contact, relatie en competentie
waar (Slooter, 2021) ook in haar boek over spreekt.
Als we dan spreken van taxonomieën maak ik onbewust veel gebruik van de Taxonomie van Bloom
Karels, M. (2021, 26 februari). Taxonomie van bloom. wij-leren.nl. https://wij-leren.nl/taxonomie-van-
bloom-uitleg.php
Dit doe ik door middel van stap 1 voorkennis ophalen, door de leerlingen te vragen of ze me kunnen
vertellen wat er is gebeurd in het verhaal, welke kleuren ze zien. Stap 2 en 3 komen ook terug door de
vragen die ze stellen waardoor ze zelf ook kans krijgen om dit uit te leggen en dit anders met behulp
van mij als ondersteuner doen.
41
A2.c De DEP kent verschillende pedagogische en didactische interventies en
toepassingsmogelijkheden.
C2.b DE DEP beoordeelt de kwaliteit van zijn eigen handelen in relatie tot de betreffende
beroepscontext en het onderwijsprogramma daarbinnen.
Ik maak veel gebruik van de high five, hiermee maak je met elk kind even echt contact en ze vinden
het ook heel erg leuk om te doen. Daarbij geeft ik ook bij de kinderen aan wat sommige van hun acties
met mij als persoon doet. Aan het begin van het filmpje ben ik vooral bezig met onze enige dame in de
klas, die vraagt wat we gaan doen. Ik wil de les graag starten, en heb geen pakkend begin. Maar dit
komt ook omdat we dan vanuit de instructie lezen voor groep drie overgaan naar de lessen per groep.
Dit creëert iedere keer weer een chaos moment. Ik moet eens opties onderzoeken hoe ik dat beter aan
kan pakken. (C2.b)
Er is wel goed contact op dat moment met de betreffende leerling, en net als ik wil gaan beginnen
worden we weer gestoord door iemand die binnenkomt en mijn stage begeleider die ook vragen stelt
waardoor de kinderen weer snel afgeleid zijn. Didactische interventie die ik hierin onderneem is om
tegen de muur te gaan praten. Aangezien ik dat gevoel soms heb dat ik net zo goed tegen de muur kan
praten heb ik dat omgezet in actie. Ze vinden dit vooral erg grappig en willen het ook graag doen, maar
wat ik wil bereiken, namelijk de aandacht vangen lukt prima. (A.2c)
Een andere didactische interventie die ik gebruik zie je op het moment dat ik merk dat één weer
vreselijk is afgeleid, door juist hem de vraag stellen wat er nu gebeurde in het boek. Vervolgens gaan
we in gesprek over waarom hij de vraag krijgt en wat het effect is van wat hij doet. Hij vind dit altijd
nog erg lastig, maar ik merk wel door de manier waarop ik het doe, dat hij zich veilig genoeg voelt om
te antwoorden en te onderkennen dat het niet heel handig was. (A2.c)
42
A 3.c Lerenden vertrouwen de DEP
A3. d De DEP communiceert duidelijk de verwachtingen.
C2.c De DEP documenteert zijn handelen en de kwaliteit daarvan op een zodanige wijze dat hij die
functioneel af kan stemmen met de leerkracht/docent of andere functionarissen binnen de
beroepscontext.
In de directe feedback werd uitgesproken dat het mooi is hoe ik positieve gedragsverwachtingen
uitspreek, maar ook dat ik meer met de voorbereiding bezig had moeten zijn. Zelf bemerk ik ook dat
de positieve manier bij de kinderen begint te landen aangezien er een aantal dingen zijn die ik blijf
herhalen. Zelf zie ik dat voornamelijk terug bij gedragscorrecties waarbij je in eerste instantie veel in
onderhandeling of semi boze modus moest, is dat nu overbodig geworden.
Terugpakkend op stuk voorbereiding, door het ontbreken hiervan moesten de kinderen veel geduld
hebben. Begrijpend interactief voorlezen is een steeds terugkerend onderdeel in de lessen, en ik krijg
de vraag waarom voorlezen…waarop ik antwoord omdat dat eventjes moet. Hier mag ik wel wat
creatiever in zijn. Het is zo’n typisch volwassen antwoord. (C2.c)
Maar zodra we dan beginnen met het ophalen van voorkennis doen de kinderen ook goed mee. Hier
heb ik voor moeten werken, hier heb ik iedere dag bovenop gezeten. Het is mooi om te zien dat
wanneer je hun aandacht kunt vangen er echt een band is. Waardoor je goed in gesprek kunt gaan in
dit geval over een verhaal, en zo ook weer in het leren kunt duiken.
Bij een paar leerlingen is er angst om te falen, dus is mijn credo geworden van proberen kun je leren.
Vooral bij de blonde jongen die je naast het donkere meisje ziet zitten, en ook de andere jongen in het
filmpje
Op het moment dat een antwoord niet helemaal is wat ik zoek benoem ik wel dat het een andere kleur
is maar op zo’n manier dat het niet negatief ervaren wordt. En wat je ziet gebeuren is dat de kinderen
hierdoor zelf ook op zoek gaan naar de kleuren waar we over spreken. In de ideale onderwijs wereld
blijven kinderen netjes zitten, en zou ik hier ook sneller op in moeten grijpen. Echter vanuit wie deze
kinderen zijn en het feit dat de blonde jongeman in het begin bijna bang was om antwoord te geven
laat ik hierin stukje vrijheid toe. (A3.c)
Ik heb een deel van het boek geweldloze communicatie (Rosenberg, 2006) gelezen, en op het moment
dat ik graag verder wil zie ik mezelf hier de taal van gebruiken. Dat ik het heel fijn zou vinden als ze
weer zou gaan zitten, waarbij ik ook aangeef dat ik snap dat zitten toch wel een dingetje is. Mijn
mimiek in de situatie zit wat tussen serieus en geamuseerd in, en de kinderen zijn hierdoor ontspannen
en reageren dan ook positief op het verzoek. (A3.d)
Mijn interpretatie van begrijpend interactief voorlezen is dat ik ook de kinderen echt betrek in het
verhaal door vragen te stellen. We zijn veel met tellen bezig dus leg ik op dat soort dingen ook de
nadruk. Daarbij om te achterhalen in wat voor leefwereld de kinderen zelf zitten is het mooi om aan de
hand van een verhaal ook vragen te stellen. En ook vragen terug te krijgen, bij een eerder filmpje kreeg
ik de feedback dat ik dingen soms te volwassen uit leg. De vraag “wat is dat de kraan wijd
open…”overvalt me wat, maar visueel maken is essentieel. Gelukkig had ik net de mazzel dat één van
de kinderen net de kraan wijd open had staan, en het zo makkelijk duidelijk gemaakt kon worden.
43
Feedback Samantha Visser stagebegeleider
Feedback “de Pedagoog”
Ik geef per indicator feedback en of het voldoende is.
Voldoende? Feedback
C3.a In het onderwijs waar Voldoende Je geeft aan wat je ontwikkelpunten zijn en
de DEP bij betrokken is zijn hoe je hier mee aan de slag gaat de komende
kwaliteitsverbeteringen aan tijd. Je ziet ook je positieve ontwikkeling.
te wijzen die gerelateerd
kunnen worden aan de Voldoende In de video zelf komt dit niet zo zeer naar
professionele ontwikkeling Voldoende voren, maar wel in je verslag over de
van de DEP. Voldoende Italiaanse leerling. Met name het stukje
C2.d De analyse en vertrouwen wat je hem geeft zorgt voor
beschrijving van het positieve ontwikkeling bij hem.
handelen en de kwaliteit
daarvan van de DEP bied Je gebruikte verschillende manieren om
aanknopingspunten voor kinderen bij de les te krijgen. Je bent erg
ontwikkelinterventies. duidelijk. Zorg er wel voor dat de interventie
A2.a Leerprocessen zijn past bij de leeftijd. Kleuters leven vooral in
aantoonbaar effectief en dit het moment en onthouden niet zo goed wat er
is te herleiden naar de vorige week is gebeurt. Oorzaak en gevolg is
bijdragen van de DEP. voor kleuters nog lastig te bevatten.
A2.c De DEP kent Je kunt goed reflecteren op je handelen en wat
verschillende pedagogische goed gaat en wat beter kan.
en didactische interventies
en Voldoende In het begin geef je aan dat één van de
toepassingsmogelijkheden. Voldoende leerlingen thuis aan het zingen is door jou.
Ook zie je dat de kinderen graag naar je
C2.b DE DEP beoordeelt de toekomen en tijdens het liedje achter je aan
kwaliteit van zijn eigen lopen en je nadoen. Ze zijn niet bang om
handelen in relatie tot de fouten te maken en je helpt ze verder wanneer
betreffende beroepscontext ze in de war zijn. Dit geeft vertrouwen en dat
en het onderwijsprogramma zie je terug bij de kinderen. Dit is tevens het
daarbinnen. geval bij het verhaal van het Italiaanse
A 3.c Lerenden vertrouwen jongetje. Ook Hawa komt steeds naar je toe.
de DEP
Dit doe je gewoon goed. Dit zie je een aantal
A3. d De DEP keer terug in de video.
communiceert duidelijk de
verwachtingen.
C2.c De DEP documenteert Voldoende Aan de hand van dit verslag kan ik opmaken
zijn handelen en de kwaliteit wat je verbeterpunten zijn en hoe je hieraan
44
daarvan op een zodanige wil werken. Ook benoem je al verschillende
wijze dat hij die functioneel leerpunten waaraan je al hebt gewerkt, zoals
af kan stemmen met de het uitspreken van positieve
leerkracht/docent of andere gedragsverwachtingen.
functionarissen binnen de
beroepscontext.
Feedback Dirk Wytse Bleeker (studiegroep):
Mijn feedback is als volgt, ik zie dat je goed gebruik maakt vaktermen en deze vaak ook ondersteund
met een bron. Deze bronnen moeten echter nog terugkomen in de literatuurlijst welke niet in deze
opzet zat, maar wellicht heb je dit in je portfolio wel. Ook benoem je dat je ongemerkt de lat soms erg
hoog voor jezelf legt. Dan kan het helpen om dicht bij je doel te blijven en deze aan het einde van de
les te evalueren. Ik zag in dit stuk nog geen doel staan, maar deze zul je ongetwijfeld gehad hebben. Je
hebt inderdaad een mooi aantal indicatoren verwerkt, ik heb er nog eentje extra toegevoegd in een
kanttekening in het document, kijk maar even. Gezien je duidelijk aangeeft in deze leerervaring waar
je tegen aanloopt zou ik hier nog een feedforward aan toevoegen. Wat neem je mee als leerpunten uit
deze opdracht en waar was je al tevreden over.
Wees niet te streng voor jezelf je hebt al een behoorlijke groei laten zien. Een mooi moment dat ik het
filmpje zag terugkomen was minuut 24:37, je zet een liedje in om de aandacht te pakken en aan het
einde van het liedje hangen ze aan je lippen. Ook dit is een didactische interventie.
Feedback Roelof Adema (studiegroep):
Jij hebt een positieve interactie met de leerlingen, op welke manier is dat waarneembaar? Verderop in
de tekst zie ik veel voorbeelden hiervan voorbijkomen. Als jij deze direct koppelt aan deze indicator en
leeruitkomst, is dit hier direct naar te herleiden.
Ik lees dat Greetje een waardevol punt had, welke dat is mij niet direct duidelijk. Waarschijnlijk dat jij
niet voorbereid was op het aanbod van die dag uit de lesmethode. Misschien kun jij beschrijven hoe
dat dan precies uit heeft gepakt. Daar ben ik dan wel benieuwd na, in het onderwijs gebeuren er nu
eenmaal vaak onverwachtse dingen waar je niet altijd op voorbereid op kunt zijn. De vraag is dan ook:
hoe ga jij hiermee om? Dat je beter voorbereid kunt zijn als dat binnen de mogelijkheden ligt, begrijp
ik wel. Ik ben meer benieuwd hoe jij acteert in een onverwachtse situatie. Dat maakt het onderwijs
juist zo interessant en uitdagend mijns inziens althans.
Jij werkt veel met de taxonomie van Bloom, zou je hier een voorbeeld van kunnen geven hoe dat
eruitziet? Dan gaat zo’n theorie meer leven namelijk.
Op welke manier zijn de door jou uitgesproken positieve gedragsverwachtingen bij de leerlingen
aangekomen? Deze zijn geland, hoe laat zich dit zien in het gedrag van de leerlingen? Hier ben ik dan
weer benieuwd naar als ik dit zo lees.
Je ziet dat jouw rugzak met pedagogisch en didactisch gereedschap steeds voller wordt, mooi om dat
terug te lezen in deze ervaring. Wees bewust welk verschil dat jij voor de leerlingen kan maken, hierbij
is relatie belangrijker dan een perfecte les. Uiteraard is een goede voorbereiding het halve werk, maar
geen enkele les gaat volgens de verwachting. Dat is niet erg, dan zouden wij namelijk robots afleveren
in plaats van mensen. Dat maakt dat het onderwijs altijd een spel is tussen vooropgezette lesplannen en
– doelen en leerlingen/studenten die hun eigen plan trekken.
45
Bijlage 5
Startgesprek DEP(didactisch educatief professional)
Didactisch Educatief Professional 2022-2023
NHL Stenden Hogeschool en onderwijsinstellingen
Bijlage 2
Startgesprek DEP(didactisch educatief professional)
Dit document is een weergave van de start, het proces en een beschrijving van de verwachte
eindbestemming van de opleiding Ad DEP. Zowel student als werkgever en opleider zijn eigenaar van
dit document. Na de intake voor de opleiding Ad DEP traject vindt er een startgesprek plaats met als
deelnemers student, werkgever en opleider. Als Bijlage 2 uit de Studiewijzer is dit document een van
de schriftelijke bewijslasten die nodig zijn om aan het eindgesprek ter afronding van de opleiding deel
te mogen nemen.
Het document bestaat uit drie onderdelen, hier in chronologische volgorde aangegeven:
Praktische gegevens
Het Startgesprek
Voortgangsgesprek en de BPV
Praktische gegevens Onderwijs instelling/Werkcontext
Persoonsgegevens
Instelling: Talenten campus Eigen Wijs
Naam: Patricia Postma Locatie/adres: Verdistraat 2, 8915 CD,
Adres: Mathijs Beckstraat 33 Leeuwarden
Postcode/woonplaats: 9077SG
Vrouwenparochie Leidinggevende: Meije van der Pol
Geboortedatum: 04-09-1977 Email: [email protected]
Email: Telefoon: 058-2125818
[email protected] Coach: email: [email protected]
Telefoon: 0654375228 Telefoon:
Beschrijving context Geef in deze kolom de beschrijving van je
context
Start datum aanstelling:
7-2-2022
Vakgebied/richting:
Primair onderwijs (Speciaal onderwijs)
Aanstellings omvang:
Stagiaire
Taken:
Ondersteunen van onderwijsactiviteiten,
Rollen: helpen op sociaal – emotioneel gebied.
Leerkrachtondersteuner, met
mogelijkheden voor verlengde instructie
46
Het startgesprek
Bij aanvang van de opleiding zal de opleider je uitnodigen om een startgesprek te plannen. Bij het
startgesprek is aanwezig: student, leidinggevende, opleider. In het startgesprek staat de kennismaking
met de deelnemende partners centraal, een eerste verkenning van de aanwezige professionaliteit en
ontwikkelingsmogelijkheden van de student en de wensen en vereisten die de context/de werkgever
van de werknemer vraagt.
Op basis van deze verkenning komen de deelnemers tot afspraken over de DEP m.b.t. doelen in relatie
tot de leeruitkomsten en begeleiding.
Van de DEP wordt verwacht dat hij/zij een zogeheten ‘nulmeting’ kan verwoorden ten aanzien van de
leeruitkomsten die van een DEP worden verwacht in zowel het verzorgen van onderwijs alsmede het
werken in een organisatie en naar persoonlijke ontwikkeling. Het leerproces en de begeleiding tijdens
de Ad DEP kunnen zo worden afgestemd op individuele mogelijkheden en doelen met de intentie het
potentieel in eenieder aan te boren en te vergroten.
In de volgende tabel staan de verschillende leeruitkomsten van de opleiding met in de rechterkolom
voorbeeldvragen zoals die tijdens het startgesprek (en het voortgangsgesprek) aan de orde kunnen
komen. De vragen kunnen ook een leidraad zijn ter voorbereiding van het startgesprek. Ook kan
nagedacht worden hoe zelfstandig je bent ten aanzien van de leeruitkomsten en de mate van
complexiteit die je aankunt in de uitvoering.
Leeruitkomst A: Verzorgen van onderwijs
A.1: Wat breng jij mee aan vakkennis en -kunde?
Vakinhoudelijk Waartoe leid jij je studenten/leerlingen op?
A.2: Welke tools wil je leren of uitbreiden tav didactiek?
vakdidactisch
A.3: Wat heb jij nodig als pedagoog?
pedagogisch Waartoe wil jij je daartoe bekwamen?
A.4: Welke leefwerelden tref jij aan in je groepen?
Leefwereld Wat zijn jouw normen en waarden tav die leefwerelden?
Leeruikomst B: Werken in een organisatie
B.1: Team en Welke verwachtingen heeft het team/de organisatie?
organisatie Welke plek neem jij nu in?
En welke plek wil je gaan innemen in je team/organisatie?
B.2: Waarin ben je van betekenis tav de beroepsgroep/de
Maatschappelij context? Waartoe jij je studenten/leerlingen opleidt?
ke context Op welke wijze raakt de maatschappij jouw werkcontext?
Leeruitkomst C: Persoonlijk professionele ontwikkeling
C.1: Rol Wat motiveert je om in het onderwijs te werken?
Wat maakt dat jij een Didactisch Educatief Professional
(DEP bent of wordt?
C.2: Reflecteren Welke kwaliteiten en dromen heb jij?
en afstemmen Hoe leer jij?
Wie of wat heb je nodig om gemotiveerd te blijven?
C.3: Wat hoop je te vinden en te leren?
Professionele Wat zien we je doen aan het einde van de opleiding?
ontwikkeling Op welke wijze wil jij je ontwikkeling zichtbaar maken?
Terugblik Startgesprek en vooruitzien
Schrijf hieronder jouw beleving van het startgesprek waarin je aandacht hebt voor de leeruitkomsten
en begeleidende vragen uit de tabel. Vraag feedback, feedforward en feedup en eventuele aanvulling
47
van je leidinggevende en coach. Sluit af met de afspraken die gemaakt zijn tav begeleiding, route,
investering en tijdspad.
Deel dit document met de deelnemers van het Startgesprek. Deelnemers kunnen het document
bewerken dmv aanvullingen.
Datum startgesprek: 18-3-2022
Deelnemers: Meije van der Pol, Patricia Postma, Greetje Doornbos
A1: Ik begin begrip te krijgen op didactiek, en verdiep me hier ook in door middel van geboden
literatuur, en gesprekken met mijn mentor.
A2: Zelfregulerend werken
A3:Meer kennis van de achtergrond milieus en wat is hierin dan de beste manier om te
handelen. (Leest momenteel naast verplicht materiaal ook pedagogische adviezen voor
speciale kinderen)
A4: Leefwerelden zijn lager, midden en hogere sociale milieus, wat betreft mijn normen en
waarden hierin, moet ik me nog verder verdiepen.
B1: Er wordt van mij verwacht dat ik mijn stageovereenkomst naleef, en ook dat er vanuit de
NHL nog een overeenkomst geleverd wordt.
De plek die ik momenteel inneem is meer die van onderwijsassistent
De plek die ik wil gaan behalen is die van volleerd en onderzoekende Didactisch Educatief
Professional.
B2: Mijn betekenis t.a.v. beroepsgroep en context is dat ik extra ondersteuning en veiligheid
biedt voor de kinderen
Het doel is ze op te leiden tot volwaardige burgers die hun eigen plek in deze maatschappij
kunnen vinden.
De maatschappij raakt mijn werkcontext op alle vlakken met de hoofdzaak op sociaal en
economisch.
C1: Ik heb zijdelings al een aantal jaar met onderwijs te maken, en door gesprekken met
mensen in het onderwijs ben ik geïnspireerd geraakt om de sprong in het diepe te nemen en
ook het onderwijs in te gaan.
Ik denk dat mijn sociaal vaardigheid, empathisch vermogen en het feit dat ik graag leer,
doorvraag, en open sta voor feedback, mijn in staat zal stellen een goede Dep ‘per te worden.
C2. Ik ben betrouwbaar, net een overgroeide peuter die niet op haar lauweren rust, als iets
niet meteen lukt geef ik niet op, en zoek naar mogelijkheden om dingen wel voor elkaar te
krijgen. Qua dromen, die heb ik niet echt, door de wandel die mijn leven heeft genomen leef ik
van dag tot dag, en ga voor de doelen die ik mijzelf stel.
Aan het einde van de opleiding wil ik graag in staat zijn zelfstandig een klas te draaien, en dat
ik dan van bewust onbekwaam naar bekwaam ben gegaan, ook weet hoe ik een dag goed in
kan delen, en er op een goede manier voor de leerlingen kan zijn.
Ik wil mijn ontwikkeling zichtbaar maken in de beroepservaringen en de manier waarop deze
beter onderbouwd zullen worden mettertijd in mijn portfolio. Zie mij maar als een
borduurpakket, het begint met een blanco stramien om uiteindelijk een heel mooi geheel te
worden.
Noteer hier de afspraken:
Verdiepen in Leeruitkomst A4: Leefwereld.
*Welke leefwerelden tref jij aan in je groepen?
*Wat zijn jou normen en waarden t.a.v. die leefwerelden?
48
*Eens per drie weken met mentor tijd uittrekken om te kijken waar je op dat moment staat
t.o.v. de vorige keer
*Ervaringen bij de mentor langs laten gaan voor feedback, feedup en feedforward.
Het voortgangsgesprek en het werkplekbezoek
In de eerste helft van de opleiding organiseert de student een werkplekbezoek en een
voortgangsgesprek waarbij hij/zij de deelnemers uitnodigt van het startgesprek. Tijdens dit gesprek
wordt teruggeblikt op de inhoud van het startgesprek, het proces tot nu toe en de gemaakte afspraken.
Zijn we op de goede weg? Ter voorbereiding van het gesprek organiseert de student een gesprek met
medestudenten en/of de leergroep waarbij hij/zij feedback en feedforward vraagt over zijn/haar proces:
de input van dit gesprek wordt ingebracht tijdens het voortgangsgesprek. Tenslotte worden nieuwe
afspraken geformuleerd t.a.v. proces, voortgang (waardering) en begeleiding. Deel het document
opnieuw met alle betrokkenen voor feedback en aanvulling.
Datum Voortgangsgesprek en Deelnemers: Meije van der Pol, Greetje
werkplekbezoek Doornbos, Patricia Postma
29 september 2022
Schrijf hier een verslag van het gesprek:
Greetje heeft de les op mijn verzoek gefilmd, na de zomervakantie ben ik drie volledige dagen in
de groep aanwezig samen met Meije van der Pol. Dit betekent ook dat ik dan groep 2 draai
bestaande uit 5 kleuters, waar ik voor de zomervakantie alleen nog inleiding werkles deed, en
met kleine groepen van maximaal 2 of 3 kinderen werkte.
Greetje gaf aan dat ik tijdens mijn les positieve gedragsverwachtingen uitspreek, ik merk ook dat
dit bij de kinderen begint te landen aangezien er een aantal dingen zijn die ik blijf herhalen. Bij
een paar zit er angst om te falen, dus is mijn credo geworden van proberen kun je leren. Ik merk
dat het zelfvertrouwen begint te groeien, en begreep ook dat één van de vaders van de kinderen
bij Meije was gekomen dat hij zijn zoon niet terug herkende.
De jongen gaat nu met plezier naar school, en zat aan de tafel hoofd, schouders, knie en teen te
zingen. Die mocht ik in mijn zak steken. Ook zie ik bij een andere leerling die in de NT2 zit en
daarbij wat ASS trekken heeft een grote groei. Hij wil steeds meer weten over hoe dingen heten,
en is veel communicatiever ook in vertellen wat hij thuis doet. Daarmee ga ik dan ook meteen in
op het verdiepen in de leefwereld van de kinderen.
Het is heel uitlopend, wel is er bij alle kinderen ook als ouders niet samen meer zijn nog goed
contact onderling lijkt het. Ze komen uit verschillende windstreken van de stad, en hierin merk je
qua opvoeding ook wel verschil. Het enige meisje in mijn groep krijg ik minder hoogte van, de
moeder zoekt ook weinig contact maar ik heb wel begrepen dat zij haar dochter liever ziet in
groep 2 bij haar vorige juf. Dat maakt het voor mij niet makkelijker. Daarbij is het zo dat zij niet
van Nederlandse afkomst is en haar moeder ook moeite heeft met de taal wat een extra barrière
oplevert. (A4.a)
De ouders van de NT2 leerling spreken zelf weinig Nederlands en ik merk ook dat ze ons wat uit
de weg gaan, maar denk dat dit voornamelijk een taalbarrière is. Als ik de vader of moeder
aanschiet of dees of geen dan staan ze daar wel open voor. De jongen komt ook vaak met de taxi,
net als 1 van mijn andere leerlingen waardoor contact met ouders en daardoor inzicht in de
leefwereld meer beperkt is.
Echter weet ik van de laatste wel dat hij is een goede buurt van de stad woont, hij zit op voetbal,
heeft oudere broers en zussen. En hij is ook degene waarvan de vader die positieve feedback gaf.
49
Dan hebben we nog onze creatieveling, het thema is nu herfst en in kader van de kinderboeken
week deden we allemaal giga-groen. Hij kwam verkleed als blaadje, hoe kom je erop? Daarbij
heeft hij ook een stukje mazzel want oma is ook basisschool lerares, en dat geeft hem zeker in
sommige opzichten een voordeel. Vorige week corrigeerde hij me dat ik Kabouter Spillebeen
niet goed kende, er bleek een tweede couplet te zijn. (A4.d) Ouders zijn samen, moeder werkt
vader is thuis door omstandigheden. Beide zeer betrokken bij hoe het gaat op school, en ook
altijd bereid om te helpen.
In het geval van de laatste van mijn leerlingen is het wat anders, zijn moeder ken ik al vanaf dat
ik zelf puber was, en hij is ook een bijzondere jongen. Doordat hij een achterstand heeft
opgelopen vanaf geboorte vraagt hij bij alles bevestiging, ik doe nu mijn best hem wat
zelfstandiger te maken, en ondanks dat hij vrij meegaand is gaat dat niet zonder slag of stoot.
Moeder is zeer uitgesproken, en dat beïnvloedt hem soms ook behoorlijk. Vader is meer op de
achtergrond, maar zeker wel betrokken.
Wat zijn mijn normen en waarden ten aanzien van die leefwerelden?
Ik zal eerlijk zijn dat ik me er niet op die manier in verdiep, ieder mens is uniek en voedt op
zoals hij of zij denkt dat het goed is. Uiteraard heb ik het met Meije wel eens over bepaalde
dingen. Zoals de moeder die behoorlijk uitgesproken is, zij kan best een stempel drukken op de
sfeer op dat moment. Daarbij denk ik dan nog wel eens van kijk even wat je doet, en probeer dat
bij haar met een kwinkslag te ondervangen. Echter wordt dat niet altijd zo opgepakt, en gaat het
aan haar voorbij.
Ik merk wel dat het me stoorde toen ik in een poging verbinding te krijgen met onze enige dame
in de groep haar met mijn haar liet spelen, en ze de volgende dag aangaf dat dit van moeder niet
meer mocht omdat Juf haar haar vies is. Ik heb geen poging gedaan dat om te buigen, haar vorige
juf wel. Maar ik heb dan naar mijn idee genoeg respect naar de moeder toe om dat zo te laten.
Ook al stoort het me.
Met betrekking tot de afspraak met Meije eens in de drie weken voortgangsgesprek.
Dat lukt door omstandigheden niet altijd, of hij heeft vergaderingen, of andere afspraken
waardoor er geen tijd is. En ik verzoop in de opleiding omdat er mijns inziens veel te weinig
echte richting wordt gegeven waar we naartoe moeten werken. Waardoor ik stagneerde in de
theorie. We hebben zo mogelijk wel dagelijks nabespreking. En ik begrijp van hem dat ik in de
praktijk met olifantenstappen aan het groeien ben. Ik bereid mijn lessen voor, denk mee met de
planning, en ook communicatief ben ik veel sterker geworden in de manier waarop ik
communiceer. Pedagogisch en didactisch ben ik ook aan het groeien, en merk dat ik hier ook
meer over nadenk in de beroepensfeer of ik het juist doe. Om me heen hoor ik ook van de andere
leerkrachten dat ze vinden dat ik veel rustiger overkom dan voor de zomervakantie.
Qua ervaringen die ik af heb deze laat is zeker bij Meije, mijn studie groep en Greetje langs
gaan. En als ik denk dat het toegevoegde waarde heeft ook nog bij andere mensen.