50
Bijlage 6
Pitch studiegroep
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD-DEP
Module: 2.2
Opdracht: Pitch
Vanuit de opleiding hebben we als leergroepje de opdracht gekregen om eens bij elkaar te gaan kijken
op de werkvloer.
Hierbij moesten we onderzoeken hoe je leren terugziet in de school.
Uitvoering:
Voor de uitvoering zijn we op één dag bij alle scholen uit ons groepje op bezoek geweest. Helaas was
Patricia deze dag om persoonlijke redenen afwezig. Haar school willen we in de toekomst nog een
keer bezoeken.
Vervolgens hebben we voor de pitch allemaal een aantal dia’s gemaakt, waarin we de visie van onze
scholen benoemt hebben en een aantal foto’s lieten zien van de werkomgeving.
Tijdens de presentatie zelf hadden we ook allemaal een item mee uit onze werk omgeving.
Verwerking:
Tijdens onze scholenronde zijn we eerst op de we zijn eerst bij Folkje geweest, zij werkt op de
Wingerd. Het is een school voor voortgezet speciaal onderwijs en verbrede doelgroepen. Ze werkt met
doelgroepen van 12 tot 18 jaar in het vak zorg en welzijn. Omdat de kinderen op deze school een
unieke onderwijs behoefte hebben, zie je dit ook veel terug in de omgeving. Er zijn bijvoorbeeld
meerdere kleine pleinen voor de verschillende
groepen. De school is voornamelijk gericht op
praktisch onderwijs. Je treft binnen de school
bijvoorbeeld lokalen aan die zijn ingericht voor:
bloemschikken, houtbewerking, koken en
handvaardigheid. Folkje begeleid haar groep
voornamelijk in een kooklokaal. Er hangen hier
verschillende voorbeelden van
hygiënevoorschriften en andere instructies. Vaak
zijn deze voorschriften ondersteund met
afbeeldingen.
Binnen deze school zie je leren dus voornamelijk
terug in het gebouw en de materialen die worden
ingezet om de leerlingen te ondersteunen.
51
Motto van de school: Jouw weg, jouw toekomst.
De tweede school in onze scholentour was die van Roelof, de Fedde Schurer in Heerenveen.
De school bied voortgezet onderwijs aan en staat ook bekend als talentenschool met een afdeling voor
topsport. Het gebouw is ingericht in verschillende afdelingen met verschillende doelen.
Hierin zie je een veelvoud van leren weer terug komen. Want naast een afdeling topsporten kun je er
ook terecht voor alles op het gebied van kunst en cultuur. Dit aangezien er meerdere lokalen zijn waar
werken en materialen van allerlei soorten en maten snel beschikbaar zijn voor de leerlingen. Kortom
de school biedt leerlingen een zeer divers aanbod in verschillende leerwegen en wil deze ondersteunen.
Leren zie je ook terug op de lespleinen.
Hier kunnen de leerlingen
begeleid aan de slag met hun
huiswerk. Op een van deze
leerpleinen is Roelof actief hij
houdt toezicht en ondersteunt
leerlingen waar mogelijk. Zo
nu en dan gaat hij ook in
overleg met docenten over wat
er van de leerlingen verwacht
wordt en hoe hij daar actief aan
kan bijdragen. Hij let hierbij
niet alleen op de
schoolresultaten maar
ondersteund leerlingen ook op sociaal vlak. Wanneer een leerling een luisterend oor nodig heeft of niet
lekker in hun vel zitten kunnen ze ook bij hem terecht. Verder ondersteunt Roelof bij
huiswerkbegeleiding, studievaardigheden en organiseren en plannen. Op deze manier wordt hier het
leren zichtbaar gemaakt, dit naast de lessen die voornamelijk in de lokalen worden gegeven.
Motto van de school: Zelfbewust en wereldwijs.
De derde school die we bezocht hebben was het Aeres college in Sneek. Dit is een school die
voortgezet onderwijs bied en helemaal groen georiënteerd is. Het Aeres college biedt opleidingen die
geschikt zijn voor landbouw, biologie, dierverzorging, hovenier en bedrijfskunde. De school is erg
praktijk gericht. Deze manier van leren zie je dan ook veel in de lesruimtes terug. Voor de mensen in
bloem en design is er een glazen kas met potten, planten en gereedschap om praktische ervaring op te
doen. De school maakt ook gebruik van een stal waar verschillende dieren verzorgd worden door de
leerlingen en er zelfs de mogelijkheid is om paard te rijden. Uiteraard biedt de school ook een basis in
de bijbehorende theorie, maar de kracht van de school ligt in zijn praktijk onderdelen.
52
Lisanne is werkzaam in een lokaal waar leerlingen naartoe komen voor huiswerkondersteuning. Maar
ook wanneer leerlingen een rustig plekje, een luisterend oor nodig hebben of uit een les gestuurd zijn,
kunnen ze terecht bij Lisanne. De leerlingen komen bij haar binnen met verschillende doelen al is het
soms voor een praatje of omdat ze een mobiel kwijt
zijn. Kortom Lisanne wordt als een ondersteunende
kracht achter de leerlingen ingezet.
Visie van de school: Het verzorgen van aantrekkelijk
en inspirerend onderwijs. Door de onderwijskundige
ontwikkeling mee te laten veranderen met de
maatschappij, zijn de leerlingen het beste voorbereid.
Hierdoor krijgt het leren-leren van de leerlingen
betekenis en worden de leerlingen gestimuleerd om
door te stromen naar de MBO vanaf de VMBO, of dit
nu binnen of buiten de groene sector is.
De laatste school in onze tour was basisschool De Barte in Hemelum. Deze school biedt de leerlingen
regulier basisonderwijs. Ook is er een peuterspeelzaal aanwezig waar kinderen vanaf drie jaar welkom
zijn. Binnen de school werken de leerlingen van groep 1 tot groep 8 aan een portfolio. Deze laat door
de jaren heen zien hoe de leerling groeit en leert. Dit wordt gedaan aan de hand van doelen die samen
met leerling, docent en ouder gemaakt worden. In het portfolio kan een leerling laten zien hoe zien hoe
hij of zij hier aan werkt. Ook dingen waar de leerling trots op is worden bewaard in het portfolio.
Daarnaast zie je in de school ook goed hoe het leren wordt ondersteund. Zo heeft de school een eigen
speellokaal en kleine bieb. De lokalen hebben schuifwanden die open kunnen zodat er makkelijk groep
doorbrekend gewerkt kan worden.
Dirk-Wytse is hier werkzaam als
onderwijsassistent, ict’er en invaldocent op langere
basis voor groep 5/6. Als onderwijsassistent
ondersteund hij kinderen welke behoefte hebben
aan extra aandacht of neemt groepen mee om ze te
begeleiden bij het werken buiten het lokaal. Ook
geeft hij invulling aan de geschiedenis lessen van
groep 5 tot groep 8. Als inval docent draait hij de
lessen die horen bij het middagprogramma van
groep 5/6.
Doel van de school: Kinderen toerusten voor het
omgaan met de uitdagingen van het leven/de maatschappij, zichzelf en de ander via het aanleren van
kennis, attituden en vaardigheden (dit is nooit klaar).
53
De school waar Patricia werkzaam was, staat in Leeuwarden.
De Talentencampus Eigen Wijs. De Talentencampus Eigen
Wijs is een Integraal Kind Centrum voor kinderen van 0-13
jaar, waar regulier- en speciaal basisonderwijs en
kinderopvang intensief samenwerken. De school is een
oefenplaats voor het echte leven, waar kinderen elkaar
ontmoeten en met elkaar, maar ook van elkaar leren.
Binnen de school wordt gebruik gemaakt van de methode
vier keer wijzer. Deze manier van leren maakt gebruik van
themamuren en deze zie je dan ook weer in alle lokalen terug.
De leerlingen maken deze themamuren met elkaar en
gebruiken deze als startpunt om weer verder te gaan werken
aan de verschillende thema’s die in een jaar voorbij komen.
Patricia is werkzaam in groep 1/2, samen met een de stagebegeleider maar staat ook vaak zelfstandig
voor de klas. In haar lokaal zijn de leerlingen bijvoorbeeld bezig met letters en uitbreiding van de
woordenschat. Dit doen ze door de letters op te hangen en uit te beelden. En zo mogelijk de woorden
vervolgens te visualiseren.
Missie van de school: Samen bouwen we met vertrouwen aan zelfbewuste kinderen, die hun
mogelijkheden en grenzen kennen.
54
De Pitch:
Bij de pitch hebben we ervoor gekozen om allemaal iets te vertellen over onze eigen school. Het was
hierbij best lastig om je aan het tijdslimiet te houden. Dit omdat je in een minuut moet uitleggen hoe je
leren terug ziet binnen je eigen school. Op basis van foto’s en de visie van onze school hebben we
laten zien hoe leren bij ons in de praktijk te zien was
Algemene conclusie:
Aan de hand van deze opdracht hebben we ook allemaal een conclusie gevormd om te laten zien wat
we geleerd en meegenomen hebben tijdens het uitvoeren van deze leerervaring. De Conclusie van
Folkje zit hier helaas niet meer bij gezien zij er voor gekozen heeft de opleiding niet verder voort te
zetten.
Conclusie: Dirk-Wytse Bleeker:
Tijdens de scholentour ben ik buiten mijn eigen werkveld gaan kijken en heb hierdoor ervaren dat er
veel verschillende benaderingen op onderwijs zijn. Ik heb een beter inzicht verworven in wat mijn
mede studiegenoten doen en kan me hierdoor beter verplaatsen in hun ervaring met onderwijs.
Voor mezelf ben ik kritisch gaan kijken naar de visie, normen en waarden van mijn school en heb
daardoor ook een beter beeld van mijn eigen onderwijs.
In een woord omschreven is wat ik meeneem uit deze opdracht: Inzicht.
Conclusie: Patricia Postma
Zoals aangegeven was ik op de tour zelf niet aanwezig, maar als ik zo terug lees en het nogmaals met
mijn team leden bespreek merk ik toch dat ik daarin wel wat heb gemist. Echter heb ik wel
deelgenomen aan de pitch, waardoor we het ook met zijn vijven toen nog over hun dag langs de
scholen hebben gehad. En ook naarmate onze leergroep elkaar beter leerde kennen, naarmate het jaar
vorderde leer ik veel van mijn mede studenten over hoe zij verschillende onderwijs situaties
aanvliegen. Het is mooi om te zien dat leren op iedere school centraal staat ook al doet een elk dat op
zijn of haar eigen manier. Dus ik sluit me dan ook aan bij Dirk – Wytse, dat door deze opdracht en de
samenwerking met mijn leergroep ik veel verschillende inzichten ontwikkel met betrekking tot het
onderwijs.
Conclusie: Lisanne Bolkesteijn
Ik vond het kijken op de andere scholen van mijn groepsgenoten erg nuttig. Ik heb nu een veel beter
beeld over wat hun scholen zijn en hoe hun werkplekken eruit zien. Maar ook wat hun werk nu
eigenlijk inhoudt. We hebben namelijk tijdens het rondleiden ook een korte voorlichting gegeven over
onze werkzaamheden. Dus in combinatie met een visueel beeld, was deze uitleg nog sterker dan als je
het gewoon zou vertellen. Dit vond ik zelf erg prettig, want ik vond het fijn om te zien hoe iedereen
zijn werkdag eruit ziet. Ook hebben we een aantal verschillende leerlingen ontmoet van elkaars
scholen. Ik vond het leuk om te horen hoe de docenten en de school was in de ogen van de leerlingen.
Maar de rondleiding die iedereen gaf was ook gezellig. Je zag goed hoe de leerlingen waren in
combinatie met hun eigen docent en gasten (wij dus). Dit gedrag was interessant om te zien, want
sommige leerlingen waren erg stil, ingenomen en verlegen en andere leerlingen waren juist erg
enthousiast en energiek. Ik vond onze kleine roadtrip dus erg gezellig en leerzaam voor de kennis over
elkaars werkplek.
Conclusie: Roelof Adema
Door een kijkje in een andere keuken te nemen, heb ik een goed idee gekregen hoe er onderwijs wordt
gegeven op andere soorten school. Dit was zeer verhelderend voor mij en ook leuk om te zien waar
een ieder van ons werkt. Wat ik meeneem is dat er niet een soort onderwijs de juiste is, maar dat er
meerdere mogelijkheden zijn. Verder zie ik dat de verschillende doelgroepen ook een andere
leeromgeving behoeven. Op elke school heerst een andere sfeer, dat heb ik ook ervaren. Dit hangt ook
samen met de verschillende soorten onderwijs, daar ben ik mij nu ook bewust van geworden tijdens
deze reis langs de verschillende scholen. Als laatste is het ook gewoon leuk om een dergelijke
activiteit met elkaar te ondernemen, dit is ook goed voor het opbouwen van een band met elkaar.
55
Indicatoren : A.4a De Didactisch Educatief Professional verdiept zich aantoonbaar in de leefwereld
en culturele achtergronden van de doelgroep.
A.4e De Didactisch Educatief Professional staat open voor feedback vanuit de doelgroep.
Indicator: B.1c Teamleden zijn steeds op de hoogte van de didactische aanpak van de Didactisch
Educatief Professional doordat hij dit uitlegt en verantwoordt.
Leeruitkomst: B1.3 Heeft kennis van de werkwijze binnen de eigen organisatie.
Indicator: B.1f De Didactisch Educatief Professional doet aantoonbaar inspanningen om zijn eigen
functioneren als teamlid te optimaliseren.
Leeruitkomst: B1.5 Neemt deel aan teamactiviteiten en vergaderingen.
Beroepsproducten: Met een blik buiten de organisatie, werken in een team en waarnemen van
collega’s.
56
Bijlage 7
Team functionering test studiegroep
Team persoonlijkheidstesten van de leergroep:
Wij hebben als leergroep besloten dat we elkaar beter willen leren kennen dan alleen op persoonlijk
gesprekken gebied. We willen gaan onderzoeken wie wie is, hoe iedereen werkt, hoe we samen
werken, hoe we het beste kunnen werken op afzonderlijk gebied tijdens een groepsopgave, wat onze
persoonlijke kwaliteiten zijn en hoe we die kunnen toepassen.
We willen elkaar dus op dieper leren kennen dan alleen dan kennis die we hebben over elkaar van de
gezellige gesprekjes. Hierdoor kunnen we een nog sterkere leergroep worden en kunnen we elkaar nog
beter ondersteunen.
We hebben verschillende testen online gevonden die we allemaal gaan uitvoeren. Deze testen zijn de
Disc test, een persoonlijkheidstest en een Roos van Leary test op de website van 123test.nl.
Na het maken van deze testen maken we individueel een terugblik op de uitkomst die er per persoon is
uitgekomen. Dit voegen we uiteindelijk samen in een document.
Na het samenvoegen komen we bij elkaar en gaan we deze uitkomsten samen bespreken en
doornemen. We kijken naar elkaars uitkomst en gaan kijken wat en hoe we hier mee om kunnen gaan,
en hoe we elkaars kwaliteiten kunnen inzetten. Dit alles samen wordt een document waar alles bij
elkaar staat.
Gekoppelde leeruitkomsten en indicatoren:
Indicatoren: Leeruitkomsten: Soort beroepsproduct:
Werken in een team.
A.3b Lerenden voelen zich A3.6 Onderzoekt welke
vrij om fouten te maken. ondersteuningsbehoefte
leerlingen hebben en kan daar
A.3e De Didactisch Educatief invulling aan geven.
Professional communiceert
duidelijk de verwachtingen.
B.1a Het team ervaart de B1.4 Bespreekt met collega B.1a / B.1b = Werken
Didactisch Educatief Didactisch Educatief Professional in een team.
Professional als functioneel de eigen werkzaamheden in de
teamlid. vorm van collegiale consultatie. B.1d / B.1f =
Reflecterende
B.1b Het team ervaart dat de B1.5 Neemt deel aan professional.
Didactisch Educatief teamactiviteiten en
Professional effectief aansluit vergaderingen.
bij de werkprocessen.
B.1d De Didactisch Educatief
Professional is als teamlid
ontvankelijk voor feedback.
B.1f De Didactisch Educatief
Professional doet aantoonbaar
inspanningen om zijn eigen
functioneren als teamlid te
optimaliseren.
57
B.2c De Didactisch Educatief / (Niet van toepassing, in verband Blik in de spiegel.
Professional stemt zijn met dat het te maken heeft met
handelen doelmatig en vooral een maatschappelijke
effectief af met anderen die sector en bekijking.
vanuit hun professionele
verantwoordelijkheid bij de
lerende betrokken zijn.
C.2d De analyse en C2.4 Kent verschillende manieren Een blik in de spiegel:
beschrijving van het handelen om te reflecteren. jij als student in de
en de kwaliteiten daarvan van opleiding en
de Didactisch Educatief organisatie. + De
Professional biedt reflecterende
aanknopingspunten voor professional.
ontwikkelinterventies.
C.3a In het onderwijs waar C3.1 De Didactisch Educatief Respons van
Didactisch Educatief Professional heeft een kritische leerlingen/studenten +
Professional bij betrokken is houding t.a.v. het eigen Waarnemen van
zijn kwaliteitsverbeteringen functioneren en weet voor collega’s + De
aan te wijzen die gerelateerd zichzelf een prioritering aan te reflecterende
kunnen worden aan de brengen in het ontwikkelen van professional.
professionele ontwikkeling (onderdelen van) het
van de Didactisch Educatief professionele handelen.
Professional.
Soort testen:
Disc test:
Met de disc test kan je snel je DISC-type en persoonlijkheid bepalen. Hiermee kan je ontdekken wat
jouw gedrag tegenover een ander kan doen en wat je kan voorspellen aan gedrag in het dagelijks leven
met behulp van de DISD-factoren; Dominantie, Invloed, Stabiliteit en Consciëntieusheid.
https://www.123test.nl/disc-test/
Persoonlijkheidstest:
Met behulp van deze test kan je erachter komen wat je sterke punten zijn. Aan de hand van de uitslag
kan je de score van de Bg vijf persoonlijkheidskenmerken zie en vergelijken met anderen. Dat is wat
wij ook gaan doen, we gaan elkaars score bekijken en uitzoeken hoe we elkaar kunnen aanvullen en
versterken.
https://www.123test.nl/persoonlijkheidstest/
Roos van Leary:
Volgens T. Leary heeft al ons gedrag een consequentie op en voor het gedrag van een ander persoon.
Als je je op een bepaalde manier gedraagt dan kan je daar mogelijk een bepaalde reactie van een ander
op uitlokken. Ook zie je wat voor invloed het heeft op beide kanten.
https://www.123test.nl/leary/
58
Uitslagen per test/per persoon:
Disc test:
Dirk-Wytse Bleeker:
Je bent attent, geduldig en bereid om anderen te helpen - vooral jouw speciale groep vrienden. Je
kunt met alle soorten mensen omgaan en samenwerken - mensen met verschillende werkstijlen. Je
kunt goed tegen de spanningen en druk van het dagelijks leven. Je zult niet vaak overdreven
reageren of emotioneel worden. Bij meningsverschillen volg je meestal de meerderheid. Je houdt
van het bekende en je bent graag consequent in je werkgewoonten. Mensen zien jou meestal als een
goed voorbeeld van een gestage, betrouwbare werker.
Lisanne Bolkesteijn:
Jouw persoonlijke score karakteriseert je op een specifieke manier. De positieve impact die je op
mensen in je omgeving kunt maken is:
Je hebt een innerlijke behoefte om vriendschappen te ontwikkelen en te onderhouden - zowel op het
werk als privé. Je bent een benaderbaar en begripvol persoon. Vanuit je optimisme probeer je altijd
om het beste in anderen te zien. Je kunt meestal goed luisteren en constructief advies geven. Je
dringt je eigen ideeën en waarden niet op aan anderen. Doordat je mensen aardig vindt en zelf
aardig gevonden wilt worden, heb je vaak moeite met conflictsituaties. Je kunt de neiging hebben
om té flexibel, tolerant en compromisvol te zijn.
Patricia Postma:
Je hebt een sterke innerlijke motivatie om persoonlijke doelen te bereiken. Je wilt graag 'de expert'
worden op het door jou gekozen terrein. Je ziet jezelf meer als een persoon die aan een doel werkt
dan als lid van een team. Je gaat meestal zonder grote problemen met de stress en druk van het
dagelijks werk om. Maar je kunt wel gefrustreerd raken door het gebrek aan voortgang en
betrokkenheid van andere mensen. Je besluit dan vaak om 'het zelf wel even te doen'. Een
schouderklopje stel je zeer op prijs - dat is voor jou een belangrijk en gepast gebaar. Maar gebrek
aan erkenning demotiveert je waarschijnlijk niet en leidt je niet af van je ambities.
Roelof Adema:
Jouw persoonlijke score karakteriseert je op een specifieke manier. De positieve impact die je op
mensen in je omgeving kunt maken is:
Je bent zelfredzaam en individualistisch. Je ziet teamdoelen meestal als persoonlijke doelen. Je voelt
je persoonlijk sterk verantwoordelijk en je stelt zeer hoge eisen aan anderen. Je kunt goed werken
onder druk en afwijzing zal je niet snel demotiveren. Je drive en individualisme kunnen je minder
effectief maken als teamlid. Als je op weerstand stuit, word je meestal extra vasthoudend, krachtig
en innovatief.
59
Persoonlijkheidstest:
Uitleg
Een score die het verst van de 50% zit, is het persoonlijkheidskenmerk wat het beste/meeste bij
iemand pas. Een score van 60% is dan bijvoorbeeld minder kenmerkend voor iemands persoonlijkheid
dan een score van 80%.
Dirk-Wytse Bleeker
Mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het verste bij de 50 is voor mij Openheid voor ervaringen
‘’met een score van 81%, een verschil van 31% dus.
Met de beschrijving:
Openheid voor ervaringen 81% Fantasierijk –
(hoog) ruimdenkend –
Traditionalistisch – nuchter – experimenteel – geeft de
praktisch – behoudend – geeft de voorkeur aan conceptuele
voorkeur aan traditionele probleemoplossing.
opvattingen en technische
probleemoplossing.
En mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het ene verste van de 50 is, is dat voor mij Natuurlijke
reactie‘’ met een score van 23%, een verschil van 27% dus.
Met de beschrijving:
Natuurlijke reactie 23% Ervaart negatieve
(laag) emotionele reacties en
Niet snel van slag in zorgelijke gevoelens –
stresssituaties – ontspannen – geneigd tot piekeren –
veerkrachtig – rustig snel van slag
Lisanne Bolkesteijn
De sterkste persoonlijkheidsfactor:
De factor-testscore die het verst bij 50 vandaan ligt – naar boven of naar beneden – geeft iemands
sterkste persoonlijkheidskenmerk aan.
Dit persoonlijkheidskenmerk heeft doorgaans de grootste invloed op je gedrag in het algemeen, je
motivatie, je waarden en de manier waarop je reageert op werk- en privésituaties. De score die daarna
het verst bij 50 vandaan ligt – naar boven of naar beneden – heeft doorgaans op een na de meeste
invloed, enzovoort
Mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het verste bij de 50 is voor mij Openheid voor ervaringen
‘’met een score van 15%, een verschil van 35% dus.
Met de beschrijving:
Openheid voor ervaringen 15% Fantasierijk –
(laag) ruimdenkend –
Traditionalistisch – nuchter – experimenteel – geeft de
praktisch – behoudend – geeft de voorkeur aan conceptuele
voorkeur aan traditionele probleemoplossing.
opvattingen en technische
probleemoplossing.
60
En mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het ene verste van de 50 is, is dat voor mij
Gewetensvolheid ‘’met een score van 72%, een verschil van 22% dus.
Met de beschrijving:
Gewetensvolheid 72% Zorgvuldig –
(hoog) gedisciplineerd – efficiënt
Spontaan – ongeorganiseerd – – goed georganiseerd –
geeft de voorkeur aan flexibele houdt van nauwkeurigheid
plannen – houdt niet van – sterk plichtsbesef• (heel
nauwkeurigheid hoge scoorders zouden
kunnen worden
omschreven als
workaholics)
En mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het ene verste van de 50 is, is dat voor mij Natuurlijke
reactie ‘’met een score van 28%, een verschil van 22% dus. Deze persoonlijkheid heeft gelijk
gescoord met het Gewetensvolheid punt.
En onderstaande beschrijving hoort bij het persoonlijkheidskenmerk ‘’Natuurlijke reactie’’.
Natuurlijke reacties 28% Ervaart negatieve
(laag) emotionele reacties en
Niet snel van slag in zorgelijke gevoelens –
stresssituaties – ontspannen – geneigd tot piekeren –
veerkrachtig – rustig snel van slag
Patricia Postma
Mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het verste bij de 50 is voor mij Openheid voor ervaringen
‘’met een score van 13%, een verschil van 37% dus.
Met de beschrijving:
Openheid voor ervaringen 13% Fantasierijk –
(laag) ruimdenkend –
Traditionalistisch – nuchter – experimenteel – geeft de
praktisch – behoudend – geeft de voorkeur aan conceptuele
voorkeur aan traditionele probleemoplossing.
opvattingen en technische
probleemoplossing.
Mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het verste bij de 50 is voor mij Meegaandheid ‘’met een
score van 87%, een verschil van 37% dus.
Met de beschrijving:
Meegaandheid 87% Meelevend – maakt het
(hoog) anderen graag naar de zin
Zakelijk – sceptisch – – inschikkelijk – wil
competitief – trots -wil liever liever samenwerken dan
concurreren dan samenwerken
61
concurreren en
conflicteren.
En mijn sterkste persoonlijkheidskenmerk dat het ene verste van de 50 is, is dat voor mij
Extraversie‘’ met een score van 20%, een verschil van 30% dus.
Met de beschrijving:
Extraversie 20% Joviaal – vriendelijk –
(laag) assertief – werkt graag
Gereserveerd – formeel -serieus met anderen – vervult
– stil – werkt het liefst alleen – graag directe
vermijdt directe leiderschapsrollen.
leiderschapsrollen.
Roelof Adema 23% Meelevend – maakt het
Meegaandheid (laag) anderen graag naar de zin
Zakelijk – sceptisch – – inschikkelijk – wil
competitief – trots – wil liever liever samenwerken dan
concurreren dan samenwerken. concurreren en
conflicteren.
Gewetensvolheid 23% Zorgvuldig –
(hoog) gedisciplineerd – efficiënt
Spontaan – ongeorganiseerd – – goed georganiseerd –
geeft de voorkeur aan flexibele houdt van nauwkeurigheid
plannen – houdt niet van – sterk plichtsbesef (heel
nauwkeurigheid. hoge scoorders zouden
kunnen worden
omschreven als
workaholics).
Roos van Leary test:
Dirk-Wytse Bleeker
Volgens je antwoorden ben je het beste te typeren als enigszins Aanpassend.
Aanpassend
Een aanpassend persoon is over het algemeen volgzaam en vriendelijk. Ze vermijden ruzie, zijn
georiënteerd op het belang van de ander en laten het initiatief vaak over aan de ander. Aanpassende
personen zijn vaak zachtaardig, bescheiden en invoelend. Andere typeringen die vaak van toepassing
zijn; warm, trouw, coöperatief. In hun volgzaamheid kunnen ze zich wel eens wegcijferen of zijn ze
soms naïef.
62
Lisanne Bolkesteijn
Leiding nemend:
Een leiding nemend persoon is over het algemeen initiatiefrijk en vriendelijk. Hij of zij heeft oog voor
de belangen van de ander en is tegelijkertijd doortastend. Leiding nemende personen zijn in de ogen
van anderen vaak welbespraakt, hartelijk en joviaal. Andere typeringen die vaak van toepassing zijn;
overtuigend, communicatief, aanwezig. In hun enthousiasme kunnen ze zich wel eens vergalopperen
of te druk zijn.
Uitlokken van gedrag:
Als iemand zich leiding nemend opstelt, zeker als dit gedrag krachtig wordt ingezet, zal dat bij de
ander aanpassend gedrag oproepen. Indien ongewenst, kan leiding nemend gedrag het beste worden
weerstaan met aanvallend gedrag. Hierdoor wordt een leidinggevend persoon gedwongen zich
defensief op te stellen.
Patricia Postma
Leiding nemend
Een leiding nemend persoon is over het algemeen initiatiefrijk en vriendelijk. Hij of zij heeft oog voor
de belangen van de ander en is tegelijkertijd doortastend. Leiding nemende personen zijn in de ogen
van anderen vaak welbespraakt, hartelijk en joviaal. Andere typeringen die vaak van toepassing zijn;
overtuigend, communicatief, aanwezig. In hun enthousiasme kunnen ze zich wel eens vergalopperen
of te druk zijn.
Roelof Adema
Volgens je antwoorden ben je het beste te typeren als enigszins Leiding nemend.
Leiding nemend
Een leiding nemend persoon is over het algemeen initiatiefrijk en vriendelijk. Hij of zij heeft oog voor
de belangen van de ander en is tegelijkertijd doortastend. Leiding nemende personen zijn in de ogen
van anderen vaak welbespraakt, hartelijk en joviaal. Andere typeringen die vaak van toepassing zijn;
overtuigend, communicatief, aanwezig. In hun enthousiasme kunnen ze zich wel eens vergalopperen
of te druk zijn.
Uitlokken van gedrag
Als iemand zich leiding nemend opstelt, zeker als dit gedrag krachtig wordt ingezet, zal dat bij de
ander aanpassend gedrag oproepen. Indien ongewenst, kan leiding nemend gedrag het beste worden
weerstaan met aanvallend gedrag. Hierdoor wordt een leidinggevend persoon gedwongen zich
defensief op te stellen.
Reflectie:
Dirk-Wytse Bleeker:
Reflectie groepsopdracht.
Werken in een groep heeft zijn voor- en nadelen. Eerlijk gezegd ben ik liever van niemand afhankelijk,
dat is dus ook waar ik een beetje tegenop keek bij deze opleiding. Maar naarmate steeds vaker te
hebben samengewerkt in ons studie groepje moet ik zeggen dat ik hier toch van standpunt ben
veranderd. De meerwaarde voor mij is voornamelijk dat ik mensen heb waarmee ik kan sparren over
verschillende dingen. Ook is het best gezellig, maar ook vooral heel interessant om in een groepje
samen te werken met mensen die op alle vlakken behoorlijk verschillend zijn. Van compleet
verschillende scholen tot compleet verschillende interesses. Dit brengt ook veel verschillende
inzichten met zich mee.
Deze inzichten zijn me ook des te duidelijker geworden tijdens deze opdracht. Hier ligt naar mijn idee
ook de kracht van een studiegroepje. Het is wel belangrijk dat we goed blijven communiceren en
63
inzicht hebben in elkaar sterke kanten, zodat we hier ook gebruik van kunnen maken. Vandaar ook de
opdracht met het DISC profiel.
Dat communicatie belangrijk is, is ook gebleken tijdens een moment dat er wat frictie was in ons
studie groepje, er is hierover gepraat. En als groep zitten we nu op een punt dat we sterker zijn dan
ervoor. Ik hoop verder dat we samenwerken kunnen voortzetten op een zo effectief mogelijke manier.
Lisanne Bolkesteijn:
We zijn deze opdracht erg sterk gestart, hierna is het naar mijn mening wat afgewaterd. Maar ondanks
dat hebben we het sterk kunnen oppakken en afronden.
Ik vond het een goed idee van Patricia om deze testen te maken. Want we kwamen erachter dat we
elkaar wel kennen, maar niet kennen kennen. Op deze manier gingen we onszelf nog dieper in elkaar
verdiepen en kwamen we achter nog veel andere kanten van elkaar die we nog niet wisten.
Aan de hand hiervan hebben we dus een goeie kijk achter de schutting kunnen nemen bij elkaar en
weten we nu veel meer van elkaar. Alle resultaten hebben globaal besproken via teams maar we willen
dit nog face to face doen na de vakantie, dit heeft naar mijn mening meer effect.
Verder vind ik de leeruitkomsten en indicatoren die we gekoppeld hebben goed toepasselijk. Het
koppelen van de leeruitkomsten en indicatoren hebben we gezamenlijk gedaan zodat we iedereens kijk
konden koppelen en samen tot een konden komen. Dit was erg bevorderlijk voor onze samenwerking.
Ik vond dat we met behulp van deze opdracht goed hebben kunnen groeien in ons samenwerken maar
ook individueel. Want met behulp van deze testen krijg je ook weer een ander zelfbeeld dan dat je zelf
had, en dat is soms lastig om zelf achter te komen.
Kort gezegd, ik vond dit een erg nuttige opdracht en ik ben van mening dat die goed toepasbaar was in
onze groep. We zijn als groep gegroeid maar ook individueel.
Patricia Postma:
Ik ben een einzelgänger en zag als een berg op tegen werken in een leergroep. Ook al zag ik er wel
voordelen van dat je iemand had om op terug te vallen, ik ben iemand die het zelf wel uitzoekt. Voor
mij kwam hierin een kentering toen ik meerdere malen botste met mijn studiegenoot Roelof. Niet
wetende wat ik hiermee moest, hoe het op te lossen besprak ik het met mensen die me zeer na staan.
Eén van hen is docent aan NHLStenden, en zijn vrouw heeft onlangs zelf een studie afgerond.
Zij gaven aan dat het doen van Disc, en de leerlijn van Kolb een uitkomst konden bieden. Ook omdat
dit binnen de studie vaak werd gedaan. Waarop ik dacht baat het niet dan schaadt het ook niet,
aangezien ik me er zeer onprettig bij voelde omdat ik graag wilde werken met de kwaliteiten van mijn
teamleden. En daarbij had leefde er nu bij mij het gevoel dat de botsingen een negatieve invloed
hadden, en ik dat niet eerlijk vond ten opzichte van het team.
Gelukkig werd het idee positief ontvangen, en is het resultaat zichtbaar. Inmiddels merk ik ook dat
iedereen nu meer werkt vanuit wat kunnen we met elkaar, en dat onze laatste sessie heel goed verliep.
Ook omdat we nu bij de les bleven van wat we hadden afgesproken te gaan doen.
Voor mij persoonlijk hoop ik nog dieper in te kunnen gaan op de kwaliteiten van mijn teamgenoten, en
zo optimaal van onze leergroep “gebruik” te kunnen maken. (A3.b)
64
Roelof Adema:
Sinds de opstart van onze werkgroep (februari 2022) , hebben wij al vaak met elkaar overlegd. De ene
keer verliep dit beter dan de andere keer. Soms ging het wat van de hak op de tak, iets waar ik zelf ook
debet aan ben.
Tijdens onze samenwerking ontstond er frictie tussen Patricia en mij waardoor er bijna een
onwerkbare situatie begon op te treden. Hierop heb ik een gesprek met Patricia en Greetje Doornbos
(docent AD DEP) gevoerd. Hier kwamen een aantal zaken aan het licht waar ik sindsdien rekening
mee probeer te houden.
Gezien ons laatste overleg in onze werkgroep (04-07-2022), heeft dit gesprek zijn vruchten
afgeworpen. Hopelijk is dit een tendens die wij vast kunnen houden, zodat wij efficiënt op een leuke
manier kunnen samenwerken. De laatste onlinebijeenkomst verliep heel prettig, dit lijkt een goed
begin voor een verder mooie samenwerking.
Na de zomervakantie (2022), gaan wij de uitkomsten van de gemaakte persoonlijkheidstesten
bespreken. Hiermee gaan wij uitzoeken welke kwaliteiten wij in de groep hebben, zodat we deze
kunnen aanwenden in onze samenwerking. Daarnaast kunnen wij deze kwaliteiten gebruiken om onze
uitdagingen aan te gaan. Dit is een idee van Patricia, wat mijns inziens een zeer goede zet is geweest.
Na de opstart na de zomer, merk ik (en krijg ik mee) dat de gedrevenheid in onze werkgroep te wensen
over laat. Dit is iets wat wij in een volgend overleg gaan bespreken om dan gelijk de koe bij de horens
te vatten. Daarnaast is het ook raadzaam, ook vanuit de studie, aan te geven wat ieders taak in de
werkgroep is. Dit om social lover-gedrag te voorkomen (het profiteren van het werk van anderen).
65
Bijlage 8
Bezig met breinleren
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD-DEP
Module: 3.1
Op 23 mei 2022 ontvingen we een email met de opdracht over breinleren. De opdracht luidt als volgt:
Open de bijlage en klik op de link om de film over breinleren te bekijken.
Er komen 6 lessen over breinleren aan bod. Formuleer per les 1 vraag in het formulier en neem deze
vragen mee naar de workshop volgende week.
Het was de bedoeling om op de volgende collegedag de gemaakte vragen te bespreken in
groepsverband. We hadden als leergroep de pech dat dit geen groot succes was, omdat sommige
studiegenoten geen vragen hadden gemaakt. Dat maakt bespreken van een opdracht niet makkelijker.
Daarbij was Dirk Wytse op die collegedag afwezig, waardoor wij besloten hebben om dit als
studiegroep op te pakken en de opdracht te bespreken en uit te werken. Hierbij keken we ook naar de
overeenkomsten en verschillen.
Hieronder staan de vragen die we per persoon, per vraag hebben opgesteld. Ze zijn duidelijk onder
verdeeld en te onderscheiden door de kleur codering. Hetzelfde is gedaan bij de antwoorden.
Lisanne Bolkesteijn
Dirk-Wytse Bleeker
Patricia Postma
Roelof Adema
Les Jouw vraag
1. Geloof in
groei. Hoe is het mogelijk om dit geloof waar ze over spreekt te beïnvloeden bij een
ander? (kon geen andere vraag bedenken, haar verhaal is duidelijk en basic).
Heeft het geloof in groei ook invloed op het basis IQ van een individu?
Hoe kan ik leren te accepteren dat fouten maken niet erg is, en me daarbij
neerleggen?
Geloof in groei: hoe krijg je geloof in jouw eigen kunnen, als je eerst nog een
succes moet ervaren? Voor die ervaring heb je dan weer een vertrouwen nodig
(catch 22).
De docent moet voor een veilige leeromgeving creëren om de talenten te kunnen
inzetten. Dit door bijvoorbeeld het geven van complimenten.
2. Daag jezelf Worden de verkleiningen van gebieden (dus het inpikken van gebied) telkens
uit. afgewisseld per hersendeel? Dus je bent goed in een ding maar door een tegenslag
66
wordt je er psychisch of door een ongeluk met blijvend letsel nog minder goed in,
kan een ander breindeel dit stuk dan weer terug dringen en pikken?
(Er zit een fout in de video, adrenaline wordt niet aangemaakt in de hersenen,
maar in de bijnieren).
Wanneer men nieuwe dingen doet wordt het aantal verbindingen dat je gebruikt
vergroot. Zijn dit nieuwe verbinden of zijn dit opnieuw gebruikte verbindingen.
Dus kun je het aantal verbindingen vergroten?
Hoe kan ik het beste als het tegen zit, dit omzetten naar iets positiefs in verband
met leren? Voorbeeld de luks uitwerken is voor mij groot obstakel, waarmee ik
vooral mezelf in de weg zit, enige tips hoe ik dat kan omzeilen?
Daag jezelf uit: op welke manier kun je jouw hersens het beste uitdagen?
Vooral als je een gewoontemens bent waar kaders belangrijk zijn.
Toch proberen om jezelf uit te dagen door uit de comfortzone te stappen.
3. Oefen en Kan je je brein ook over-trainen? Door het steeds verder te pushen, wat gebeurt er
herhaal. dan?
Sommige mensen leren juist goed door stampen en raken juist in de war als er
verschillende manieren van leren toegepast worden over dezelfde stof, hoe zit dat
dan?
Hoe vaker je iets herhaalt, hoe eerder je het goede antwoord kunt geven. Is dit
gegeven ook waar voor kinderen met Dyscalculie of Dyslexie op het gebied waar
zij moeite mee hebben.
Hoe filter je wat echt belangrijk is om te herhalen in de grote aanbod van leerstof
die wij ontvangen?
Oefen en herhaal: bij mij werkt stampen juist heel goed, hoe is dat te
verklaren?
Een ieder heeft zijn/haar eigen leermethode.
4. Focus op je Bij bijvoorbeeld leerlingen met PDDNOS of ADHD of andere punten in dit
doelen. spectrum, kan je je moeilijk focussen en raak je snel afgeleid. Hoe kan je deze
leerlingen het beste helpen? Want sommige leerlingen raken snel afgeleid, maar
worden gek in een kale prikkel-lose ruimte.
Hoelang is een effectieve focus, en moet je hierin ook rust momenten aanbrengen?
Hoe voelt dat hoe ziet dat eruit als ik straks ben afgestudeerd en mijn eigen weg in
mag slaan als DEP?
Focus op je doelen: het metacognitieve vermogen is soms niet voldoende
aanwezig bij leerlingen, hoe kan ik dit toch activeren?
Inzicht verschaffen in zichzelf.
5. Voorbeeld. Geen vraag kunnen bedenken zo snel?
Bij spiegelneuronen is het dus goed om een voorbeeld te hebben van wat je wilt
bereiken, je doel. Kan een tegenovergesteld voorbeeld aan je doel dan ook af
rechts werken?
Wie heeft er tips om mijn hoofd leeg genoeg te krijgen zodat ik kan visualiseren
wat mijn toekomst is?
Voorbeeld- imitatie: destijds heb ik een cursus Persoonlijke profilering
gedaan, waarbij wij een voorbeeldfiguur moesten kiezen om te zien hoe
deze persoon in onze ogen succesvol is geworden. Dit werkte bij mij helaas
niet, omdat ik niet over de benodigde kwaliteiten beschikte.
Hoe doe ik dat dan met mijn leerlingen?
67
6. Zorg goed Ik snap dat bewegen gezond is maar kan je ook je brein moe maken door te
voor jezelf. bewegen? Want doordat je telkens in een andere omgeving komt (door de
beweging) breng je dan niet steeds extra nieuwe prikkels naar binnen en blijft je
brein dan niet net zo actief als daarvoor?
Wat voor effect heeft een overdosis van glucose op het brein? Denk aan snoep,
gebak of frisdrank.
Zorg goed voor jezelf: bij lezen gebruik je jouw hersenen, is dat dan nog wel een
ontspannende activiteit voor de hersenen?
Antwoord per vraag/per persoon (de kleurcode verdeling is het zelfde als in de vragen tabel):
Vraag 1:
Jezelf als rolmodel opstellen, laat zien dat jij open staat zodat hun ook open gaan staan. Zorg dat ze
effectief bezig gaan want dan kan je opboosten met complimenten en als de leerling het niet kan,
probeer dan andere manieren toe te passen zodat je er misschien via een andere weg kan komen.
IQ is geen vast gegeven je kunt het verder ontwikkelen, je moet mensen blijven prikkelen met nieuwe
stof uitleg en informatie. Hierbij kan het basis IQ dus worden vergroot.
Maak kleine stappen, dan zijn de doelen makkelijker haalbaar.
Fouten maken is menselijk en daar kun je van leren, en daarmee ook daar acceptatie voor krijgen voor
jezelf. Is een leermoment
Vraag 2:
Er kunnen wel weer andere sterkere verbindingen gemaakt worden, ze worden niet overschreven. Er
worden gewoon nieuwe verbindingen gemaakt.
Want er kan ook een nieuwe ervaring overschreven worden over een bestaande verbinding.
We zijn eruit gekomen dat de verbindingen blijven bestaan maar dat ze meer naar de achtergrond
trekken als ze niet of nauwelijks gebruikt worden en hierdoor kan een andere verbinding actiever
blijven op de voorgrond. En als je deze afgezwakte verbindingen weer gaat gebruiken kunnen ze weer
ophelderen.
Ja, dit is inderdaad mogelijk. Daarnaast is de hoeveelheid verbindingen die voor een bepaalde
vaardigheid gebruikt ten opzichte van een andere vaardigheid ook te vergroten.
Hier is het Didactisch Practicum een ideale omgeving voor, een veilige leeromgeving om in te
experimenteren.
Niet te moeilijk denken uit je perfectionisme stappen, gewoon gaan met die banaan. Feedback eerst
verwerken.
68
Vraag 3:
Je kan je brein inderdaad over trainen, dan kan je een zo geheten burn-out krijgen. En als je andere
leerstijlen gaat toepassen die niet passen bij een persoon dan zal het brein het niet oppikken, het ene
oor in en het andere oor uit.
Je moet dus de juiste leermanier aanbieden anders slaat het brein het niet op.
We denken van niet er moet dus een andere manier komen van leren die wel werkt voor het
verwerken. Dus niet eindeloos herhalen dus, maar iets vinden wat wel werkt voor deze leerling.
Elk persoon heef een andere leerstijl die niet altijd gelijk blijft.
Door middel van aantekeningen, grootste filter is komt het bekend voor te ja of te nee. Voor mijzelf
misschien met leergroep of 1 medestudent naderhand nog even op teams nazitten en les doorspreken,
en zo kijken wat daar uit komt om hoofdzaken van bijzaken te onderscheiden.
Vraag 4:
Zodra de prikkels te veel worden zou je de leerling even een pauze moment kunnen geven, hierdoor
verminder je de prikkels ook zonder dat de leerling in een prikkellose ruimte komt.
Ook kan je de klassen kleiner maken, dus een kleinere specifieke groep met meer individuele
begeleiding.
En ook een goeie structuur met duidelijke instructie kan al veel vordering geven, hierdoor is de
ingreep minder heftig maar toch effectief.
En het aller beste, evalueer de leerstappen met de leerling en beïnvloed het positief met bijvoorbeeld
complimenten.
Wij denken dat het op verschillende gebieden anders werkt. Je wilt graag de focus hebben dit kun je
doen door variatie aan te brengen op de momenten dat je deze focus wilt hebben. Dus de focus gaan
verleggen.
Maak de doelen visueel en geef voorbeelden. Stel vragen die aanzetten tot reflectie.
Dat ik me meer bewust ben van hoe ik handel, en waarom en ook op de juiste momenten in kan zetten
zodat ik de kinderen kan helpen het beste uit mezelf te halen. En uit hen, dus van bewust onbekwaam
naar bewust bekwaam
Vraag 5:
Geen vraag kunnen bedenken.
Je kunt een negatief beeld ook gebruiken om van te leren. Je krijgt een voorbeeld van wat je niet moet
doen. Dit is dus andere manier van kijken naar het doel. Ik ben niet waardeloos als voorbeeld ik kan
ook gebruikt worden als slechtvoorbeeld.
Kijk naar de vaardigheden waarover een voorbeeldfiguur beschikt. Elke vaardigheid apart is wellicht
een haalbaar doel, alle vaardigheden in een persoon met die persoonlijkheid waarschijnlijk niet.
Opschrijven, zo zorg je ervoor dat je het agendeert en blijft het niet malen. Opgeruimd huis is
opgeruimde geest.
69
Vraag 6:
Het is inderdaad dat je jezelf aan het prikkelen bent en blijft, maar je prikkelt je op een andere manier.
Je gaat andere verbindingen beladen die niet beladen zijn tijdens het leren. Hierdoor geef je het eerste
actieve deel van de hersenen rust door een ander deel te prikkelen. Zo maak je je brein ook niet moe.
Je zou voor dat je iets gaat leren moet je iets zuurs eten, dit zou je brein weer opnieuw kunnen
activeren. Het kan twee kanten op gaan tijdens het uitvoeren van de activiteit zelf zou het je brein
aankunnen zetten, maar wanneer je na de tijd in de Sugar dip komt werkt dit meteen ook weer uit. Dus
alles wat je dan tijdens de suger high hebt gedaan zakt dan ook meteen weer weg.
Als een activiteit een voor jou ontspannende bezigheid is, dan werkt dat voor jou. Dat komt door de
hormoonwisselingen in jouw hoofd.
Niet teveel druk op mezelf leggen.
Tijdens de collegedag kregen we tevens de sheet aan de slag in groepen, waarbij de extra vraagstelling
kwam. Wat zet jij in met betrekking tot thema’s in jouw onderwijs, kies een top 4 die je in ieder geval
wilt bespreken. Wij hebben echter besloten om dit verder individueel uit te werken omdat we niet
allemaal ook daadwerkelijk voor de klas staan.
Mijn top vier is dan als volgt:
1. Veiligheid eerst, dan uitgaande van de wikiwijs, is voor mij het duidelijk maken dat er fouten
gemaakt mag/ moeten worden zeker een belangrijke. Eén van de dingen die ik vaak roep in de
klas is van proberen kun je leren. En daarbij benoem ik dan ook zeker dat ook ik niet feilloos
ben, en je door fouten te maken weet hoe het een volgende keer anders kan. Daarbij heb ik
duidelijke kaders, zo weten de leerlingen precies wat ze aan me hebben.
2. Verbinding, voor mij is dit niet alleen maar hoe je de kennis overbrengt, maar een verlengde
van het stuk veiligheid. Als de verbinding die je met de leerling hebt goed wordt onderhouden,
zal het in de leermodus komen ook eerder en bijna natuurlijk tot stand komen. Ik heb tijdens
het afgelopen jaar alleen met de kleuters gewerkt, en merk daarbij dat ik vooral bij het
voorlezen zaken aanhaal om over in gesprek te gaan. Dit gaat heel spontaan. Het komende jaar
wil ik hier meer in gaan uitbreiden.
3. Het breinleren, vind ik een zeer interessant onderwerp waardoor ik dan ook het boek
breindidactiek heb aangeschaft. In de periode bij het speciaal basisonderwijs werd hier veel
gebruik van gemaakt. En ik merk ook dat ik deze tools dan ook weer inzet bij het leren van taal
voornamelijk nu op mijn nieuwe leerwerkplek. Daarbij zing ik ook graag met gebaren om zo
ook het brein te stimuleren. Dit is een topic die ik het komende leerjaar verder uit wil breiden
in mijn manier van verzorgen van onderwijs.
4. Verwerking, dit ligt voor mij ook in het verlengde van breinleren, door iets wat je al geleerd
hebt met regelmaat op verschillende manieren te herhalen, beklijft het en kun je dit ook nog
verdiepen.
C1.e:De DEP onderbouwt zijn handelen op basis van actuele (wetenschappelijke) inzichten en in de
beroepscontext relevante conventies is op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen in het onderwijs
(waarnemen van collega’s, werken in een team, de reflecterende professional)
C2b de DEP beoordeelt de kwaliteit van zijn eigen handelen, in relatie tot de betreffende
beroepscontext en het onderwijsprogramma daarbinnen.
(reflecteert op de eigen werkzaamheden en eigen houding en rol in de organisatie, kent de
verschillende manieren om te reflecteren)
70
Bijlage 9
360 graden feedback
| FORMULIEREN
360 GRADEN FEEDBACK
BEROEPSHOUDING/
STUDIE
Klassecode
Ingevuld door :Praktijk coach Meije van der Pol
SAMENWERKEN GOED
VOLDOENDE
Compententies: aandacht en begrip tonen | samenwerken en overleggen ONVOLDOENDE
Je luistert goed naar wat anderen te zeggen hebben x
Je schat in wat je wel en niet kunt zeggen x
Je overlegt tijdig en regelmatig met collega’s, medestudenten, begeleiders en anderen x
Je deelt kennis en expertise met anderen x
Je onderhoudt contacten in je werk effectief en functioneel x
Je neemt uit jezelf taken op je bij drukte en uitval van collega’s en medestudenten x
VERANTWOORDELIJK HANDELEN x
x
Competenties: beslissen en activiteiten initiëren | materialen en middelen inzetten
instructies en procedures opvolgen x
x
Je komt afspraken na en volgt procedures en regels op x
Je gebruikt middelen en materialen zorgvuldig en duurzaam
Je bent aanspreekbaar op je gedrag en de taken die je uitvoert
Je werkt op basis van je functie zelfstandig en methodisch
Je schat risico’s tijdig in en handelt ernaar
Je blijft gericht op je werk in stresssituaties 71
x
| 360 GRADEN FEEDBACK BEROEPSHOUDING/STUDIE
ASSERTIEF REAGEREN GOED
VOLDOENDE
Competenties: beslissen en activiteiten initiëren | overtuigen en beïnvloeden ONVOLDOENDE
Je begint uit jezelf een gesprek en stelt vragen als zaken je niet duidelijk zijn x
Je hebt een overtuigende eigen mening en argumentatie x
Je geeft je eigen grenzen duidelijk aan x
Je bent proactief bij dilemma’s op school en in je werk
Je komt op voor je eigen belangen en houdt rekening met de belangen van anderen x
Je schat bij meningsverschillen de onderhandelingsruimte goed in om tot acceptabele x
oplossingen te komen x
REFLECTEREN OP EIGEN HANDELEN x
x
Competenties: onderzoeken | leren x
x
Je bespreekt je eigen werkwijze en houding
Je gebruikt reflectiemethoden om te leren x
Je verantwoordt je eigen handelen/taken x
Je overziet de gevolgen van je handelen voor jezelf en anderen x
Je onderzoekt je kwaliteiten en ontwikkelt deze verder x
Je staat open voor nieuwe informatie
Je bewaakt en evalueert je leerproces en trekt daaruit conclusies x
Je maakt een werkplanning en weet deze te hanteren x
x
OMGAAN MET FEEDBACK x
x
Competenties: beslissen en activiteiten initiëren | met druk en tegenslag omgaan x
gedrevenheid en ambitie tonen
x
Je kunt omgaan met adviezen en accepteert zo nodig hulp
Je hanteert de feedbackregels correct x
Je gebruikt fouten en feedback om van te leren x
Je maakt keuzes die passen bij je (leer)ervaringen en (beroeps)situatie x
Je investeert tijd en energie om eigen leerdoelen te ontdekken en te realiseren x
Je bespreekt gevoelens van onzekerheid met collega’s, medestudenten en je begeleider x
Je toont doorzettingsvermogen wanneer het tegenzit x
INVOELEND EN SOCIAAL HANDELEN
Competenties: aandacht en begrip tonen | ethisch en integer handelen
Je geeft anderen de ruimte om zich te uiten
Je toont empathie
Je respecteert gedachten en gevoelens van anderen
Je waardeert verschillen tussen mensen
Je toont positieve belangstelling en waardering voor anderen
Je draagt bij aan een positieve sfeer op school en in het werk
72
Bijlage 10
Gezamenlijke onderwijs activiteit Roelof Adema en
Patricia Postma (30 september 2022)
Student: Patricia Postma
Opleiding: AD-DEP
A1. B Onderhoudt zijn vakmatige kennis en vaardigheden door contacten met het betreffende werkveld
B1.A Het team ervaart de DEP als functioneel teamlid
B1.B Het team ervaart dat de DEP effectief aansluit bij de werkprocessen
B2.A De context van de DEP waarin het onderwijs plaats vindt is op de hoogte van diens rol en
handelingen binnen die context
B2.C De DEP stemt zijn handelen doelmatig en effectief af met anderen die vanuit hun professionele
verantwoordelijkheid bij de lerende betrokken zijn.
Na de zomervakantie was het IKC Eigen Wijs begonnen met een nieuwe lesmethode Piramide (Een
kijkje in Piramide Digitaal, 2021). In het eerste thema kwam ook de bakker tevoorschijn. Roelof was
net geopereerd aan zijn heup. Dat was voor hem best een dingetje, dus bedacht ik na de operatie even
contact met hem op te nemen. Zo kwam ook ter sprake dat hij in zijn leven voordat hij het onderwijs in
ging zelf een eigen bakkerszaak had. Hier sprong ik direct bovenop.
Aangezien Roelof nog moest herstellen, en geen van mijn mede studenten nog de mogelijkheid had
gehad om bij mij op school over de schutting te kijken, vroeg ik hem of hij er iets voor voelde om te
komen vertellen over het vak van bakker. Roelof reageerde hier zeer enthousiast op, en kwam ook al
meteen met goede ideeën over wat hij zou kunnen doen met de kinderen.
Maar eerst moest ik het idee nog presenteren aan de leerkrachten, en zo gezegd zo gedaan. De
docenten vonden het een goed plan om een echte bakker op school te hebben voor de afsluiter van dit
onderdeel binnen het thema wat op dat moment werd besproken. Nadat de datum was besproken
binnen het team van Unit 1 op het IKC Eigen Wijs, ging ik met Roelof in de weer via Whatsapp of dit
hem paste en hoe we er dan invulling aan zouden gaan geven. (B.2c)
Hij ging een beste lading cupcakes bakken en hier ook min of meer zijn les op inzetten, maar toen
kwam het. De eerste leerkracht die kwam in de groepsapp met de vraag of Roelof ook een vegan
cupcake kon maken, nou dat was nog wel een item. Maar Roelof is niet voor één gat te vangen en dat
ging hij regelen. Toen kwam de volgende, die had een kind met diabetes in de klas en of ze dan als
laatste mocht in verband met bolussen, en dat ook daar qua cupcake rekening mee gehouden moest
worden. Ook dat werd door Roelof zonder slag of stoot opgelost. (A1.b) (B1.a) (B1.b)
Als laatste moesten er toen nog een rooster opgemaakt worden zodat Roelof wist wie wanneer kwam,
en ook dit alles hebben we via de Whatsapp gecommuniceerd en opgezet. Zo kwam dan 30 september
2022 om de hoek zetten. Roelof liep op krukken en gelukkig zag ik hem aankomen zodat ik de deur
voor hem open kon houden, en ook wat zaken over kon nemen die hij had meegenomen. Van tevoren
73
had hij aangegeven dat hij een PowerPoint presentatie op USB had waar hij graag mee aan de slag
wilde. Hierop had ik al aangegeven dat ik niet wist of dat kon, en om het vooral allemaal zo speels
mogelijk te houden. (A1.b) (B1.a) (B1.b)
De doelgroepen hier waren tenslotte twee kleuter klassen van het regulier, en twee van het speciale
basisonderwijs. Dit bleek voor hem toch wel een behoorlijke aanpassing te zijn, maar heel mooi hoe
hij zich hier wel vol overgave instortte en geen moment het goede humeur verloor of de motivatie. Ik
hielp hem met de boel klaar zetten, zorgde voor een bakje koffie en voegde me weer bij mijn eigen
groep, nadat ik hem het lokaal had gewezen waar ze hem graag als eerste wilden ontvangen.
Toen kwam het volgende aan het licht, mijn stagebegeleider op dat moment had aangenomen dat de
activiteit die Roelof verzorgde voor beide groepen zouden zijn. Ooit is mij eens geleerd dat aannames
dodelijk zijn, en dit is ook een goed voorbeeld van niet communiceren met elkaar. Ondanks dat alles
op de groepsapp van Unit 1 IKC Eigen Wijs was besproken, had hij hier zich nooit in gemengd. En
dus was ik uitgegaan van alleen groep twee, aangezien zij ook degenen zijn die met Piramide en dus
het thema hadden gewerkt. Detail hierbij is dan ook dat wij als enige in de Unit op dat moment een
combinatiegroep twee / drie hadden. Maar nu moest het dus opeens als gehele combinatie ingezet
worden. Gelukkig had Roelof zijn dochter niet lang daarvoor een cupcake uit de vriezer gestolen, en
had hij daardoor extra gebakken en was er voldoende. Ook dit is weer een pluim naar Roelof toe
aangezien hij zich hiermee flexibeler opstelde dan ondergetekende. (B2.a)
Toen we met mijn groep kwamen was het mooi om te zien hoe Roelof zijn best deed om met deze
doelgroep een verbinding te leggen en zo ook zijn vragen beantwoord te krijgen. En mijns inziens ging
dat helemaal niet slecht, alleen Roelof is zo gewend om met havo klanten te werken, dat de
omschakeling naar kinderen met gedragsproblemen en autisme best wel lastig bleek. Dan blijkt toch
dat het A typische brein heel anders werkt dan net neurotypische brein. Maar hij hield goed de regie,
de kinderen hingen aan zijn lippen, en wachten allemaal keurig tot de bakker het startsein gaf om de
cupcake die hij met eigengemaakte boterroom had opgemaakt, en daarna de kinderen iets had gegeven
om ze zelf aan te kleden naar smaak, op te peuzelen.
Al met al vond ik het een geslaagde ochtend, en was het ook erg leuk om Roelof in een ander daglicht
te zien. Je kon echt merken door de manier waarop hij vertelde over wat hij in het verleden deed dat hij
hier veel plezier aan had gehad. En dat werkte zeker in zijn voordeel met de kinderen. Weken later
hadden ze het er nog over.
Aangezien het hier voor mij meer de planning, en organisatie betrof heb ik geen lesplannen of verdere
bronnen gekoppeld aan deze ervaring. Voor mij was dit een overwinning omdat Roelof en ik in het
verleden niet zo boterden en we dit toch samen neer hebben kunnen zetten. Wat onze professionele
relatie en de samenhang in de leergroep waar we deel van uit maken zeker ten goede is gekomen.
74
Visie van Roelof Adema op de dag zelf
Na een gesprek met mijn studiegenoot Patricia Postma, kwam zij op het lumineuze idee om op haar
school (IKC Eigen Wijs) iets te vertellen over het bakkersvak; mijn oude vakgebied. Dit heb ik
aanvaard en op vrijdagochtend om negen uur, werd ik daar door Patricia opgevangen.
Nadat ik mijn benodigdheden had klaargezet, werd ik ontvangen in een klas met zo’n dertien
leerlingen tussen de vier en zes jaar oud. Hier heb ik verteld over hoe vroeg een bakker op moet staan
en hoelang het duurt om een brood te bakken. Dat het concept tijd nog niet bij iedere leerling is
geland, kwam ik achter toen bleek dat zij dachten dat het veel meer tijd kostte om een brood te bakken.
Om toch wat met cijfers te doen, heb ik de leerlingen gevraagd hoeveel broden en broodjes een
broodfabriek elk uur maakt. Dat waren toch wel grote getallen voor deze leerlingen, daarom heb ik
aangegeven hoeveel nullen erin voorkwamen. Vervolgens heb ik de werking van gist uitgelegd waarbij
de docent de oren dicht moest doen van mij. Dit omdat ik door bij deze uitleg gebruik maakte van
vieze woorden (scheetjes laten, boeren), wat de klas fantastisch vond. Daarna gingen we in de in de
aansluitende ruimte cupcakjes op maken. Ik had verschillend decoratiemateriaal meegenomen, wat ze
konden gebruiken, nadat ik de cupcakes van een rozet crème had voorzien. Dat werd met veel plezier
gedaan.
Hierna werd ik uitgenodigd in een klas van acht leerlingen, deze leerlingen behoren tot het speciaal
onderwijs. Deze leerlingen hebben er meer aan als je direct met ze aan de slag gaat. Dit ging heel
aardig, maar ik merkte dat deze leerlingen er baat bij hadden als ik het stap voor stap uitlegde.
Vervolgens was de volgende klas regulier met ongeveer dertien leerlingen aan de beurt. Ook in deze
klas heb ik uitleg gegeven over de tijdsduur van het bakken van een brood. Daarnaast heb ik deze klas
gevraagd hoe groot volgens hen een bakkersoven was, ze waren verbaasd over het feit dat zo’n grote
oven nog in een bakkerij paste. Ook met deze groep is enthousiast met de cup cakes aan de slag
gegaan. Nadat had aangegeven om niet met de elle bogen op de tafel te zitten en eerst de handen te
wassen. Wat ik uiteraard bij alle groepen heb gedaan.
Als laatste was de combinatieklas groep twee/ drie aan de beurt met tien leerlingen. Aangezien deze
leerlingen ook onder het speciaal basisonderwijs vallen, heb ik dezelfde weg gevolgd als de andere
klas die ik hier trof. Eén van de leerlingen was zeer nieuwsgierig en vroeg mij constant allerlei
vragen. Op een gegeven moment praatte hij door mijn uitleg heen, hier werd hij in gestopt door de
docent en door Patricia. Tijdens mijn uitleg maakte ik ook een grapje, wat niemand in de gaten had, Ik
werd er door de docent op gewezen dat dergelijke humor niet landt, maar dat de communicatie echt
duidelijk en rechtlijnig moet zijn. Een mooi leermoment voor mij, omdat ik ben gewend aan pubers die
zelf goed zijn in het maken van allerlei dubbelzinnige opmerkingen.
Feedback stagebegeleider Samantha Visser op “Gezamenlijke onderwijsacitiviteit”
Met de onderwijsactiviteit wil je 5 indicatoren bewijzen. Dit zijn vooral de team- en organisatie
gerelateerde indicatoren. Per indicator geef ik aan of deze voldoende is en feedback hierop.
Indicator Voldoende? Feedback
Je overlegt met Roelof en de collega’s
A1. B Onderhoudt zijn
vakmatige kennis en
vaardigheden door contacten
met het betreffende
werkveld
B1.A Het team ervaart de Voldoende Het feit dat je in de groepswhatsapp zit geeft al
DEP als functioneel teamlid aan dat je werd beschouwd als een functioneel
teamlid. Collega’s vragen via jou om kinderen
75
B1.B Het team ervaart dat de Voldoende met een allergie etc. tegemoet te komen. Het
DEP effectief aansluit bij de team vertrouwde jou toe om de workshops te
werkprocessen regelen en te organiseren.
B2.A De context van de Voldoende Er waren hier en daar wat miscommunicaties of
DEP waarin het onderwijs afwezige communicatie, waarbij je gelijk een
plaats vindt is op de hoogte leermoment benoemt. Uiteindelijk goed
van diens rol en handelingen opgelost.
binnen die context
Je weet wat je rol is en trekt je nadat je Roelof
op gang hebt geholpen weer terug. Je grijpt in
waar nodig (dit vermeld Roelof in zijn stukje).
B2.C De DEP stemt zijn Voldoende Je hebt met Roelof en je collega’s overlegd en
handelen doelmatig en zijn tot gezamenlijke besluiten gekomen. Het is
effectief af met anderen die jammer dat er een miscommunicatie was met je
vanuit hun professionele stagebegeleider, maar dit heb je besproken met
verantwoordelijkheid bij de Roelof en het is opgelost. Ook heb je hier een
lerende betrokken zijn. leermoment van gemaakt. Dit kun je weer
meenemen in een volgende stage.
76
Bijlage 11
Onderwijs event 15 november ‘22
MBO Onderwijsevent 15 november 2022
C.1f De DEP onderbouwt zijn visie op onderwijs op basis van actuele (wetenschappelijke)
inzichten en in de beroepscontext relevante conventies.
C.1d De beroepscontext kent -door actief uitdragen van de DEP- diens visie op onderwijs.
C.1c De beroepscontext kan de DEP bevragen en aanspreken op zijn visie op onderwijs
Wie of wat ben ik?
Deze workshop was in eerste instantie een mysterie, maar vrij snel, nadat we plaats hadden
genomen, werd het duidelijk. Er werd namelijk een babypop getoond met de naam Jip.
Hierop werd de vraag gesteld: ”Hoeveel van jullie dachten dat baby Jip een meisje was, en
hoeveel een jongetje?” Na het beantwoorden van deze vragen, werd het onderwerp
geïntroduceerd ; genderneutraliteit in het onderwijs.
Ask-up: waar ben ik benieuwd naar?
Wat de workshops inhouden en wat er van me wordt verwacht.
De titel van de workshop geeft de ruimte voor meerdere interpretaties; gaat het over je eigen
ik in het onderwijs? Dat was eigenlijk mijn aanname, maar niks bleek minder waar.
Ask- back: wat het ik de workshopleiders zien doen?
In de aanvang van deze workshop werd je al geactiveerd om te gaan bedenken wat er stond te
gebeuren. Je zag een babypop staan, vervolgens werd je uitgenodigd voor de babyshower van
baby Jip en gevraagd om een cadeau uit te zoeken. Hierbij had je de keuze uit een aantal
cadeaus. Poppen, speelgoedauto’s, plastic diertjes, van alles. De mensen die de workshop
gaven, hadden een open houding die bijdroeg aan een veilige situatie. Hierdoor durfde
iedereen antwoord te geven op te gestelde vragen om vervolgens mee te doen in de daarop
voortvloeiende discussie. De workshopleiders waren niet teveel aan het zenden, zij gaven een
voorzet en van daaruit ontstond er naar mijn idee een mooie give and take binnen de
groepssamenstelling.
Welke ervaring had ik in en met de groep?
Ik voelde me vrij genoeg om mijn mening te ventileren, het onderwerp sprak mij ook aan. Het
was niet bij me opgekomen dat het over non – binair cq genderneutraliteit zou kunnen gaan.
Ook genoot ik van de verschillende visies zijn op dit onderwerp binnen de context van het
onderwijs. Zo werd er bijvoorbeeld besproken hoe je dan het beste kon gaan toetsen
bijvoorbeeld, dat is een complexiteit op zichzelf. Wat ik heb geleerd is dat in de praktijk blijkt
dat de generaliserende toetsen niet afdoende zijn op hoe onze maatschappij op dit moment is
ingericht, dus man – vrouw. Nu kan er echter een extra stap gezet worden, omdat
genderneutraliteit steeds meer voorkom en ook steeds opener wordt besproken.
77
Mijn eigen visie na een aantal maanden stage in het speciaal basisonderwijs is dat het
onderwijs in veel opzichten nog heel rigide is. In die zin dat er nog veel te veel op de oude
manier geleerd wordt, zeker in het primair onderwijs. Uiteraard is het belangrijk dat we leren
rekenen en schrijven, aangezien dat de basis is in de volwassen wereld goed te kunnen
functioneren. Echter hoe we dat leren kan ook op andere manieren worden aangeboden. Dit
door inderdaad meer op individueel niveau te kijken naar wat iemand nodig heeft om het
beste uit zichzelf te halen. Als iemand bijvoorbeeld meer praktijkgericht is, waarom zouden
we dan niet door middel van handenarbeid, techniek, of met geschiedenis, of aardrijkskunde
meteen ook de primaire zaken aan kunnen leren? (C.1c / C.1d)
Ask- forward: Wat zou het mij kunnen opleveren als ik hierin groei?
Ik ben iemand die meer kijkt naar wie iemand is, en probeert daar aan te koppelen hoe de
leerling het beste iets kan leren. Omdat ik op het gebied van onderwijs nog in de
kinderschoenen sta, denk ik dat als ik de mogelijkheid zou hebben mijn visie te koppelen aan
het onderwijs, dit mij als mens, en ondersteuner laat groeien. Dit door op meerdere vlakken
bezig te zijn met het verzorgen van onderwijs. Niet alleen voor een digibord staan of achter
een schoolbankje zitten, maar meer bewegen, uitgaan van de kracht van de leerling. Je gaat
dan meer uit van scaffolding. Hierbij ondersteun je in het begin op een aflatende manier door
positief coachen, feedback op de taak en hoe iemand tot een resultaat komt. Dit is een opstap
is naar het zelfstandig leren, op de manier waarop jij je (als student/leerling) prettig voelt.
Welke bronnen zou ik kunnen koppelen aan deze ervaring?
Het is verbazingwekkend hoe weinig er te vinden is over dit onderwerp. Zeker in relatie tot
onderwijs. Wel vond ik deze website https://schoolsoutweb.nl/wat-is-schoolsout/ waar je veel
inspiratie kunt vinden om dit onderwerp bespreekbaar te maken in je lessen, of om de leefstijl
die voor iedereen dan geldt ongeacht wat je voorkeur is, te implementeren is in je school.
Daarbij vind je nog wel iets terug hierover in kerndoel 38 De leerlingen leren hoofdzaken
over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke
rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de
samenleving, waaronder seksuele diversiteit (Kerndoelen, z.d.). Mijn stagebegeleider wees
me hierop nadat ze dit event van feedback had voorzien.
De reden waarom ik in dit doel gedoken ben en het eens ben met Bockma (2021) , is dat er in
de tijd waarin we nu leven zeker aan dit kerndoel gesleuteld mag worden. Momenteel ben ik
werkzaam op een christelijke school. Ik weet vanuit mijn eigen tijd op zo’n school en ook in
de kerk dat het nog steeds een onderwerp is waar de christelijke gemeenschap mee worstelt.
Wat ik best jammer vind want als ik denk aan de geboden in de bijbel, staat er heb uw naaste
lief als uzelf. Helaas blijkt zelfs ruim dertig jaar na mijn lagere schooltijd dit nog steeds lastig
te zijn om uit te dragen. (C.1f)
78
Boost your brain
Tijdens deze workshop werd er uitgelegd op welke manieren jij jouw brein kan activeren.
Hierbij was het meer gericht op het puberbrein. Een aantal zaken die besproken werden waren
reeds op collegedagen (didactisch practica) voorbij gekomen. Om die reden had deze
workshop voor mij geen meerwaarde.
Ask- up:Waar ben ik benieuwd naar?
Bij deze workshop was ik benieuwd of er nog nieuwe onderwerpen naar voren zouden komen
die we tijdens de collegedagen nog niet hadden besproken, of wat ik zelf nog niet had
onderzocht. Dit in verband met mijn gegeven didactisch practicum. Deze was namelijk ook
gebaseerd op de inhoud van gegeven workshops en practica tijdens de collegedagen.
Ask- back:Wat heb ik de workshopleiders zien doen?
Er werd tijdens deze workshop veel verteld, daarnaast werd er gebruik gemaakt van
PowerPoint en tekst. Tijdens mijn didactisch practicum, kreeg ik feedback om het meer uit de
losse pols of met filmpjes te doen. Ik merkte dan ook dat ik bij deze workshop meer
afdwaalde dan bij de voorgaande workshop. Er was wel wat interactie met de groep vooral bij
de energizers die uitgevoerd werden. Dit was een leuke manier was om mensen even die
oppepper te geven.
Wat de bedoeling was van deze workshop, was om manieren te tonen hoe jij je leerlingen
gefocust houdt en welke didactische werkvormen je daarvoor kunt inzetten. Dat was dus wel
iets wat ik interessant vond. Qua lesstof voegde het voor mij echter niet veel toe, alhoewel de
app pocket didactiek werd benoemd dat dan wel weer mijn interesse wekte.
Eén van de workshopleiders maakte gebruik van een briefje om zijn deel van de workshop te
geven. Ik merkte dat ik me hieraan stoorde, alhoewel dat negatief klinkt. Hierop heb ik ook
gereageerd. Later heb ik bij de betreffende persoon aangegeven dat dit niet naar bedoeld was,
maar iets was waar ik mij persoonlijk aan stoorde.
Welke ervaring had ik met de groep?
Omdat we allemaal aan tafels in groepjes zaten was er minder groepscohesie dan gehoopt en
ik had minder het idee van dat het een groepsproces was. Bij het zelf bedenken van een
energizer kon ik dat gevoel niet ombuigen.
Ask-forward:Wat zou het mij opleveren als ik hierin groei?
De workshop was meer geënt op het MBO, terwijl mijn focus meer in het primair onderwijs
ligt. Omdat dit over het puberbrein ging, is het wel toepasbaar in de bovenbouw van het
primair onderwijs .Dit is een topic waar ik meer over zou willen onderzoeken. Mijn voorkeur
ligt echter bij de onder – en middenbouw. Wel is het idee van energizers ook daar toepasbaar,
en het voldoende nuttigen van fruit en water is ook iets wat je mee kunt nemen. Dat zouden
dan onderwerpen zijn waar ik in kan groeien.
Welke bronnen kan ik koppelen aan deze ervaring?
Breindidactiek (Dirksen & Boer, 2015), en (Brein in het onderwijs - Wikiwijs Maken, z.d.)
Beide bronnen spreken van het belang om zeker bij het puberbrein het visueel te maken, het
spannend te houden, en door complimenten te geven ook in te gaan om de emotie.
79
Reflectie:
Terugkijkend was de workshop ‘’wie ben ik’’ het meest interessant omdat ik hierdoor ook
meer ging nadenken over mijn eigen visie op het onderwerp genderneutraliteit. Ik ben
opgegroeid in de tijd dat houden van dezelfde sekse als onnatuurlijk werd beschouwd en
AIDS een ziekte was die voornamelijk homofiele mannen trof. Zo dacht met althans, wat zeer
triest is omdat hierdoor een icoon in de muziekindustrie jaren verborgen hield hoe ziek hij
was tot hij overleed aan AIDS. Ik spreek hier over Freddy Mercury, iemand die op mij een
grote indruk achterliet. De dag dat hij overleed heb ik daadwerkelijk gehuild. Was het omdat
hij niet kon zijn wie hij wilde zijn? Dat weet ik niet meer, ik was toen dertien. Maar ik weet
wel dat ik het heel erg belangrijk vind dat je mag zijn wie je bent en dat de wereld een
mooiere plek zou zijn als dat kon zonder iemand een negatief label mee te geven. (C1.f)
Feedback Stagebegeleider op “Onderwijsevent” van Samantha Visser
Het ask-up, ask-forward en ask-back principe was nieuw voor mij, dus ik moest me even
inlezen. De vraag over de eerste workshop “Wie of wat ben ik?” is met name waar de
workshop over gaat en over wie, waarbij je de 2 indicatoren wil bewijzen (c.1c en c.1d).
Je geeft antwoord op de vraag waar de workshop over gaat en wat er van je wordt verwacht.
Hoewel ik niet helemaal helder kreeg waar het verhaal van de babypop naar toe ging,
veronderstel ik dat het idee was dat je geneigd bent een cadeau uit te zoeken voor een
jongetje, maar dat dit in deze maatschappij niet meer zo vanzelfsprekend is. Hoe ga je hier
dan mee om als leerkracht(ondersteuner) en wat is hun rol hierin?
Je koppelt je eigen ervaring en visie op het onderwerp van de workshop. Je geeft aan hoe je
zou kunnen groeien in het thema van de workshop. Het wordt mij niet helemaal duidelijk wat
je met de zin “Omdat als … die hierin participeert” bedoeld. De workshop heeft je aan het
denken gezet en je hebt dit gelijk gekoppeld aan je praktijkervaring.
Er zijn nog weinig bronnen over het onderwerp, hoewel het wel een SLO-kerndoel is
(kerndoel 38). Misschien had je in het kader van “onderwijskundige termen gebruiken” hier
nog wat over kunnen vertellen.
De tweede workshop ging over het brein en hoe je deze weer een reset of boost kan geven. De
vraag die je hierover stelde was of er nog nieuwe inzichten naar voren zouden komen voor
jou. Hier geef je duidelijk antwoord op. Bijzonder hoe ze dan kiezen voor een workshop met
weinig interactie. Voor jou was er weinig nieuwe informatie en was het gericht op met name
het mbo. Goed dat je ondanks dat nog wel mogelijkheden ziet om de opgedane kennis in het
PO in te zetten.
Je probeert gelijk om kennis te koppelen aan de praktijk, waarbij jij je visie kunt
onderbouwen met ervaring en bronnen.
Tip: Het is soms even puzzelen waar de workshops nou over gingen, misschien kun je dit
voor iemand die er niet bij was de volgende keer kort samenvatten.
80
Ik weet niet of dit belangrijk is voor deze opdracht, maar lees het zelf nog een keer goed na,
sommige zinnen lopen niet zo lekker en er staan wat typefoutjes in.
Naar aanleiding van deze feedback heb ik enige aanpassingen aangebracht in het document.
Feedback Roelof Adema
Ik lees dat het onderwerp genderneutraliteit jou persoonlijk raakt. Sterk van jou om dit dan
toe te passen in jouw eigen onderwijspraktijk. Misschien kun je aangeven hoe er op jouw
school met genderneutraliteit wordt omgegaan. Ik lees dat dat heel rigide is, op welke manier
bedoel jij dat dan? Als je dat met een voorbeeld kan illustreren, heeft de lezer daar ook direct
een beeld bij.
Zou jezelf ook les of een workshop geven op de manier zoals de workshop ‘’Wie ben ik”
werd gegeven? Zo ja, waarom dan op die manier? Als ik jouw ervaring lees heb ik wel een
idee. Als je dit nog meer naar voren haalt, wordt jouw visie op onderwijs nog duidelijker.
Bij de workshop ‘’Boost your brain’’, schrijf je dat er energizers werden gebruikt. Welke
waren dat dan en wat zorgde ervoor dat deze hielpen om iedereen scherp te houden? Als je dat
aanvult, krijgt men een beter beeld van deze workshop.
Je schrijft dat jij je eraan ergerde dat een van de teamleiders met een briefje werkte. Waarom
is dat een ergernis voor jou? Anders geformuleerd; op welke manier had deze teamleider het
volgens jou wel goed gedaan en waarom dan? Uiteraard zonder briefje, dat begrijp ik.
Als jij je ergens aan stoort, klinkt dat trouwens niet negatief. Dat is hoe jij dat ervaart dus
reageer je met de behorende emotie. Kunst is om de emotie niet de baas te laten worden.
81
Bijlage 12
Feedback formulier didactisch practicum
Feedback formulier ingevuld door een van mijn mede studenten.
82
En tevens een uitgebreide evaluatie van dezelfde mede studenten.
83
Bijlage 13
Eindconclusie Meije van der Pol t.a.v mijn
functioneren op stage
Naar aanleiding van de stage van Patricia Postma.
Positieve punten:
• Is leergierig.
• Kan snel dingen toepassen.
• Pedagogisch: heeft feeling voor de kinderen met leermoeilijkheden.
• Didactisch handelen is goed.
Leerpunten:
• Is moeilijk coachbaar op haar rol als ondersteuner. Vervalt iedere keer in de rol van
leraar.
• Vindt het moeilijk om de leerstof te koppelen aan de praktijk.
• Vindt het moeilijk om in een team te werken, neemt dan ook niet altijd de rol van
ondersteuner in. Collega's vinden het moeilijk haar hierop aan te spreken.
• Vindt het moeilijk als het niet voorspelbaar loopt op een dag.
• Vindt het moeilijk om kritiek aan te nemen gaat dan steeds in de verdediging en kaatst
het probleem terug-
Ask Forward naar aanleiding van deze punten benoemd door stagebegeleider Meije van der
Pol, na intervisie met Greetje Doornbos studiebegeleider NHLStenden.
1. Hoe ziet de rol van ondersteuner er voor mij uit? Wat doet een leraar wel wat ik niet
hoef te doen? Waar houdt mijn verantwoordelijkheid op?
2. Wat is mijn onderwijsvisie? Veiligheid is hier voor mij van het allergrootste belang,
en de ruimte om jezelf te kunnen ontwikkelen in de beste versie van de persoon die je
graag wilt zijn.
3. Ook wordt aangegeven dat ik het moeilijk zou vinden als het niet voorspelbaar loopt
op een dag. Dat is niet de juiste benadering, aangezien ik voornamelijk solitair
gewerkt heb de afgelopen jaren, is het schakelen voor mij soms nog erg lastig. Door
een overload aan triggers in de omgeving merk ik daardoor dat ik het moeilijk vindt
om prioriteit te stellen waar te beginnen. Dus wordt de vraag hierbij, wat heb ik
daarbij nodig?
Aangezien ik aangeef het hier ook met mijn studiegroep over gehad te hebben, heb ik hun dan
ook gevraagd feedback op het bovenstaande te leveren. Hieronder treft u hun bevindingen
over het de betreffende onderwerpen. Naar aanleiding van deze mail: “Aangezien ik dit graag
in mijn portfolio wil gebruiken, en ik dit ook met jullie tijdens het onderwijsevent heb
besproken zou ik het zeer op prijs stellen als jullie hier jullie feedback op willen geven”.
84
Neem de punten door en wees eerlijk wat je hiervan herkent of juist niet, of eerst misschien
wel en nu niet meer.
Feedback van Roelof Adema:
De genoemde positieve punten:
Jij bent zeer zeker leergierig, perfectionistisch en hardwerkend. Ook kan jij geleerde stof snel
toepassen in nieuwe situaties, zo heb ik ervaren. Al voorbeeld Austins butterfly, dat zet je dan
ook direct in. Over jouw pedagogisch en didactisch handelen, kan ik alleen iets over zeggen
aan de hand van jouw opnames van gegeven lessen. Zo te zien pas jij je goed aan bij de
doelgroep en heb jij echt een klik met de leerlingen. Didactisch doe jij veel dingen voor wat
goed werkt bij jonge leerlingen.
De genoemde leerpunten:
Ik snap niet wat er wordt bedoeld met het vervallen in de rol van leraar, dan zou ik zwart op
wit moeten zien wat jouw taak precies was als ondersteuner. Of jij moeilijk coachbaar bent, is
nogal een ferme uitspraak. Ik denk eerder dat jij echt overtuigd wilt worden van iets voordat
je wat aanneemt. Dat resulteerde bij ons wel eens in pittige discussies, waar ik niet vies van
ben overigens. Welke leerstof moest er aan de praktijk gekoppeld worden? Dan zou ik jou
vaker in actie moeten zien in de praktijk, nu kan ik daar geen zinnig woord over zeggen. Ook
omdat er geen voorbeeld wordt benoemd.
In een team werken kan volgens mij moeilijk zijn voor jou, omdat dat jou enorm veel energie
kost. Het kan zijn dat mensen moeite hebben om je ergens op aan te spreken. Dit kan dan
komen door jouw sterke persoonlijkheid, maar dat ligt dan niet aan jou.
Ik heb destijds wel gemerkt dat jij van structuur en duidelijkheid houdt. Op het moment dat ik
van de hak op de tak spring, erger jij je daar aan volgens mij. Of dat ook zo is in
onvoorspelbare situaties, weet ik zo niet. Het onderwijs is toch een onvoorspelbaar geheel. In
mijn ogen kun je heel goed tegen kritiek, als het maar goed onderbouwd is. Jij bent vooral
kritisch op jezelf, daarom wil je ook graag dat anderen hun werk goed doen. Niet dat je dat
eist trouwens, zo ervaar ik dat zeker niet.
Wat betreft jouw rol als ondersteuner, dit zou ik van te voren duidelijk afspreken met de
stagebegeleider. Dan voorkom je discussies achteraf en heb je de zaken duidelijk.
Veiligheid is voor een ieder belangrijk, voor jou ook. Ik denk dat jij jezelf wilt kunnen zijn
zonder steeds op jouw tenen te moeten lopen. Pas dan kun jij je verder ontplooien. Dat is mijn
visie uiteraard, ik kan er naast zitten.
Wat jij nodig hebt is volgens mij duidelijkheid wat er van jou wordt verwacht, wat jij van
anderen kan en mag verwachten en wat (of waar) de rode draad ligt die moet volgen. Nu is dat
in onze opleiding voor iedereen een probleem; duidelijkheid zien te krijgen in onze opleiding.
Wel weet ik dat het boek van Steven Covey veel duidelijke tip geeft om richting te krijgen in
85
het dagelijkse leven (favoriet boek van Han). Dit gaat over de zeven gewoonten van hoog
effectieve mensen. Als je dat nog niet kent, raad ik je dat ten zeerste aan.
Wat jouw triggers aangaat: ik ben geen expert hierin, maar ik heb veel baat gehad bij een rots-
en – watertraining waarbij ik heb geleerd om mijzelf te aarden voor een lesactiviteit. Het
klinkt wellicht wat vaag, toch heb ik er veel aan gehad. Ik heb de cursus toen gevolgd, zelf
kan ik dit in vijf minuten uitleggen ( houd het graag kort, simpel en duidelijk).
Feedback van Lisanne Bolkesteijn:
Als eerst begin ik deze feedback met het punt dat er veel kwaliteiten en leerpunten aangestipt
worden door Meije, zowel positief en ook leerpunten. Wel valt mij op dat de positieve punten
nogal kort zijn genoteerd, en de leerpunten erg uitgebreid. Dit ziet er in mijn ogen wat gek uit,
het lijkt erop als of er erg gefocust is op het nog te ontwikkelen proces en dat er daarna pas
gekeken is naar wat wel goed gaat. Dit is in mijn ogen niet echt een goeie manier van
feedback geven op het functioneren van iemand.
Je kan best de punten opsommen bij elkaar maar typ daaronder dan ook nog een stukje wat je
misschien als positief punt kan opwegen tegen een negatief punt. Bijvoorbeeld; het positieve
punt ''kan snel dingen toepassen'' bots in mijn ogen met het leerpunt ''vindt het moeilijk om de
leerstof te koppelen aan de praktijk''. Je zou dit op een andere manier nader kunnen verklaren
door dan te zeggen; ik merk dat je het lastig vindt om de leerstof toe te passen in de praktijk,
wel merk ik dat je andere dingen erg snel oppakt, bijvoorbeeld .... ''. Dit komt al heel anders
over op de lezer en laat een positief gevoel achter ook al moet er nog ergens aan gewerkt
worden.
Nu een stukje wat ik zelf herken aan Patricia met ondersteuning van deze punten.
Ik kan me eigenlijk erg goed vinden in alle positieve punten, ik merk dat Patricia erg
leergierig is. Want als we een nieuw onderwerp hebben in de eigen lessen wat haar
interesseert dan heeft ze er na de les nog meer informatie over opgezocht dan dat we gekregen
hebben in de les. En dan bedenkt ze ook al hoe ze dit op haar stage toe zou kunnen passen.
Dan komt het volgende punt, zelf merk ik dat Patricia dingen snel kan toepassen. Als we
onderling in de werkgroep werken dan merk ik dat ze snel lijntjes kan trekken tussen alles en
zo de orde in chaos bewaard. Ook vind ik haar didactisch handelen mooi om te zien, dit kwam
naar mijn mening goed naar boven tijdens haar didactisch practicum op school. Je kon merken
dat ze alle geleerde didactische handelingen aan wou tonen tijdens de oefen les omdat (dat
had ze van tevoren al verteld) ze zenuwachtig was om de les aan ons te geven. Dus door haar
sterke voorbereiding vond ik dat het didactisch handelen goed uit de verf kwam.
Dan nu de leerpunten, als eerste ben ik het niet eens met het eerste punt. Ik heb vaker gehoord
dat Patricia alleen voor de klas staat en soms met iemand samen, dus ik vind het niet gek dat
de grens tussen docent en ondersteuner in haar geval wat vervaagd is. Dit is een lichtelijk
leerpunt voor haar maar een erg sterk leerpunt voor de stage plaats. Zet als stagebegeleider
duidelijk uit wat Patricia haar taken zijn als je vindt dat ze over die grens gaat, en ga er met
86
haar over in gesprek zodat het duidelijk is voor beide partijen. Want als dit achteraf door een
feedback vraag moment aan het licht komt ben je er als stagebegeleider te laat bij, in mijn
ogen.
Verder merk ik niet dat Patricia het lastig vindt om in een team te werken. Want in onze
leergroep merk ik nu juist een hele sterke samenwerking. In het begin was dit een beetje
rommelig maar door verdere ontwikkeling en groei hebben we daar als groep alleen maar van
geleerd. En ik heb het idee dat Patricia daar ook erg veel van heeft geleerd op persoonlijk
gebied.
Dan als laatste merk ik niet echt dat er moeite is met onvoorspelbaarheid op een dag, want
doordat Patricia zo'n goeie klik heeft met de leerlingen denk ik dat ze juist heel flexibel is op
dit gebied. Want een schooldag in het speciaal onderwijs kan je niet vastleggen op papier en
dat dat dan perfect wordt uitgevoerd, er zijn altijd wel schommelingen van het plan af. Maar
dat is goed, want daardoor ontdekken en ontwikkelen leerlingen zich nog veel meer. De hou
vast aan een ritme is belangrijk, maar als de leerling daar zelf vanaf wijkt (met welke reden
dan ook) dan betekent dit dat hij/zij behoefte heeft aan net iets anders. En als ik Patricia haar
verhalen hoor over stage, heb ik het idee dat ze zo goed aan kan sluiten bij de leerlingen
doordat ze zo flexibel is en ook goed de orde en structuur kan houden in de klas.
En dat punt over kritiek aannemen herken ik zelf niet. Als wij als groep feedback geven aan
Patricia staat ze er zeker voor open. En doet ze ook echt iets met die feedback. En als ze zelf
het idee heeft dat de gekregen feedback niet compleet is, vraagt ze om nog meer. Om een zo
compleet mogelijk beeld te krijgen.
Dan nu als afsluiter de ask-forward vragen die opgesteld zijn.
Ik vind je vragen mooi opgesteld en geeft je een sprong in de goeie richting. Je laat zien dat je
open staat voor groei en dat je bereid bent om van alles te doen om verder te ontwikkelen.
Ook is het mooi dat je dit door hebt genomen met Greetje en dat daarna deze vragen zijn
opgesteld, hierdoor had je een blik van een buitenstaander. Deze blikken zijn vaak erg
waardevol, omdat deze persoon niet helemaal verwikkeld is in de situatie en er dus met een
completen open blik naar kijkt.
Feedback Dirk Wytse Bleeker:
Positieve punten:
• Is leergierig.
Absoluut waar, je leest je vaak goed in stelt jezelf leervragen.
• Kan snel dingen toepassen.
Wanneer je dingen uitzoekt breng je dit vaak ook terug in de groep. Wat betekent dat
je de dingen die je uitzoekt ook gauw aan het toepassen bent.
• Pedagogisch: heeft feeling voor de kinderen met leermoeilijkheden.
Kan ik geen eerlijk oordeel over geven, ik zou je daarvoor meer in de klas mee moeten
maken. Ik kan me er echter wel wat bij voorstellen. Als ik hoor hoe je voor je groep op
komt.
87
• Didactisch handelen is goed.
Iets waar je in het begin van het jaar nog erg mee worstelde, ik zie echter wel dat je
hierin gegroeid bent. Je ontwikkelt een eigen stijl. Zoals bijvoorbeeld tegen een muur
praten wanneer je de aandacht probeert te vangen.
Leerpunten:
• Is moeilijk coachbaar op haar rol als ondersteuner. Vervalt iedere keer in de rol van
leraar.
Wederom kan ik hier geen eerlijk oordeel op geven. Ik zie echter wel dat je een zeer
gedreven persoon bent. Wanneer een ander een steek laat liggen ben je na wat ik
vernomen heb gauw geneigd om deze zelf op te pakken. Dit vind persoonlijk een
lovende kwaliteit, maar het kan er natuurlijk wel voor zorgen dat je in het vaarwater
van andere collega’s komt.
• Vindt het moeilijk om de leerstof te koppelen aan de praktijk.
Ik vraag me af of deze begeleider wel daadwerkelijk jouw opdrachten heeft ingezien.
Ik zie dat je veel van de leerstof die we krijgen terug koppelt naar je praktijk situatie.
Denk bijvoorbeeld aan je opdrachten bij de gastheer en pedagoog rol.
• Vindt het moeilijk om in een team te werken, neemt dan ook niet altijd de rol van
ondersteuner in. Collega's vinden het moeilijk haar hierop aan te spreken.
Hier blijft natuurlijk de vraag wat is precies de rol van de ondersteuner. Naar wat ik
verneem is dat je in iedere geval jezelf professioneel naar je collega’s probeert op te
stellen. Dit werd op de vorige stage echter niet altijd gewaardeerd. Ik zou hier op de
huidige stage ook feedback op vragen dan ben je beter in staat te beslissen waar het
probleem ligt. Zoals ik je zie
• Vindt het moeilijk als het niet voorspelbaar loopt op een dag.
De meeste mensen hebben nou eenmaal behoefte aan structuur, jij geeft aan dat je met
triggers uit de omgeving moet dealen en dat veel van je vraagt. Ik geloof zelf dat
structuur hierbij wel kan helpen, maar dat dit niet de grondslag van je probleem is. Ik
vermoed dat je zelf het gevoel moet hebben dat je alles in de hand hebt, zodat je voor
de kinderen een optimale lesomgeving kunt creëren. Wanneer dit niet het geval is kan
dit stress veroorzaken.
• Vindt het moeilijk om kritiek aan te nemen gaat dan steeds in de verdediging en kaatst
het probleem terug-
Kritiek is geen goede vorm van feedback, ik zou zelf ook in de verdediging schieten.
Wanneer er meer kanten van het verhaal zijn zul je dit ook gouw inbrengen. Iemand
die KRITIEK levert zal dit dus moeilijk kunnen waarderen.
88
Bijlage 14
Lesplan driiven en zinken
LESFORMULIER
NHL Hogeschool
AD DEP
wg/gm/jh/00
Naam student : Patricia Postma School : Talenten Campus Eigen Wijs
Naam coach :Meije van der Pol Klas : Groep 1/2B Aantal lln.: 11
Startda : 12 mei 2022
tum
LESOPDRACHT: Onderzoek doen naar voorwerpen die drijven en zinken
LESDOEL(EN): (in termen van eindgedrag)
*de leerlingen leggen voorwerpen in water en kijken wat er gebeurt (waarnemen) KERNDOEL(EN):
*de leerlingen verdelen de voorwerpen in twee groepen: voorwerpen die blijven
drijven en voorwerpen die zinken (sorteren) Onderzoek
*de leerlingen bespreken de overeenkomsten tussen de voorwerpen die drijven
(vergelijken) Kerndoel 42 De
* de leerlingen bespreken de overeenkomsten tussen de voorwerpen die zinken leerlingen leren
(vergelijken) onderzoek doen
* de leerlingen bespreken de verschillen tussen de voorwerpen die drijven en zinken aan materialen en
(vergelijken) natuurkundige
verschijnselen,
zoals licht, geluid,
elektriciteit,
kracht,
magnetisme en
temperatuur. De
leerlingen ervaren
de kracht van
water (drijven en
zinken)
89
Nodige materialen:
* geplastificeerd papier 1 met drijven erop geschreven, en 1 met zinken. Hier
kunnen we vooraf al met kinderen bespreken wat ze denken, dit af vinken, en na het
experiment nabespreken wat ze juist hadden.
* kurk, houten kraal, waxinelichtje, haarelastiek, haarspeld, puntenslijper, bindstrip
(van boterhamzakje), wasknijper, legoblokje 50 eurocent, knikker, aluminiumfolie.
(Dit kan ook nog in verschillende vormen worden gebruikt, kunnen ze zelf balletje
rollen en kijken wat er gebeurt in platte vorm en ronde vorm.)
Belangrijke keuzes/ overwegingen voor de lesopzet (beginsituatie, werkvormen, rol
leerling/docent, lesstof in de leergang, te verwachten knelpunten, persoonlijke leerdoelen):
Beginsituatie: in tweetallen, aan het aanrecht. Samen de emmer vullen en docent geeft door middel van
hand op water en hand op bodem aan wat de begrippen drijven en zinken inhouden.
Werkvormen, door verschillende voorwerpen te bestuderen, en dan in het water te laten gaan ontdekken
wat het voorwerp doet, dan nabespreken.
Rol leerling/ docent: docent benoemt wat ze in haar hand heeft, geeft aan welk kind mag aangeven wat
deze denkt dat het voorwerp gaat doen. Leerling voert vervolgens handeling uit en geeft aan wat
voorwerp heeft gedaan.
Te verwachten knelpunten: aangezien ik het met een leerling uit eigen klas, en leerling uit andere klas
doe zijn te verwachten knelpunten dat het niet snel genoeg gaat. Dat kinderen uit de andere klas minder
zullen reageren omdat ze juf niet goed kennen en bang zijn fouten te maken.
Persoonlijke leerdoelen: uitbreiden van didactiek, verwerken van feedback van de kinderen tijdens de
proef voor de volgende ronde. Communicatie met leerling verbeteren, en meer leren kinderen zelf te
laten ontdekken.