The words you are searching are inside this book. To get more targeted content, please make full-text search by clicking here.
Discover the best professional documents and content resources in AnyFlip Document Base.
Search
Published by marleen, 2017-08-23 03:55:46

20170622001772 - Opmaak Eindportfolio v4.indd

IK ALS PROFESSIONAL




Glenda de Vries PDG 2015 - 2017





















































































1



POP & PAP








GLENDA AUBRI-DE VRIES







EN……

“WORDT VERNIEUWD IN JE DENKEN”(PAULUS)































































1

INLEIDING:




‘Wordt vernieuwd in je denken’ en ‘Be the
(woman) Teacher you can be.’


Beide quotes roepen op tot beweging en verandering. In je
gedachten en in je bewegen.

Met de start van deze opleiding en met name deze
opdracht.
Vroeg ik mij af welke richting ik op zal gaan.
Wat voor docent ik zal zijn.

Ik realiseer mij dat het docentschap iets aparts is en je
neemt al je ervaringen en persoonlijkheid mee op de reis.

Bij de leerlingen zie ik dat ze jouw ervaringen waarderen
en serieus nemen. Sommige ervaren je zelfs als een
rolmodel.

Dit onderwerp ‘IK ALS PROFESSIONAL’ is bij uitstek een
goed begin om te leren. En ook weer confronterend van wie
ik ben als persoon in het vak richting docent.

Bezig zijn met leerdoelen spoort me aan om goed na te
denken over de nog te leren punten. En deze duidelijk
uit te voeren.


Het geheel is best een ‘pedagogische’ uitdaging.

GLENDA













2

INHOUD:



1. Schrijf een korte introductie over jezelf. Wie ben
je? Wat is je achtergrond? Om welke reden ben je het
onderwijs ingegaan……………………………………………………………………………………….3

2. Schrijf een sterkte /zwakte analyse over jouw
handelen als docent. Betrek hierin de feedback van
minimaal 2 collega’s…………………………………………………………………………………….

3. Neem twee betekenisvolle situaties uit jouw
docentenloopbaan en werk deze uit volgens de
reflectiespiraal van Korthagen………………………………………………………….

4. Benoem op basis van de uitkomsten van een quickscan,
de sterkte/zwakte analyse en de reflectie voor elke
competentie een leerdoel. SMART……………………………………………………….

5. Vul voor ieder doel het POP/PAP formulier in.
Hiermee geef je automatisch aan hoe je aan de leerdoelen
wilt werken en hoe de leerdoelen aansluiten bij de
lespraktijk…………………………………………………………………………………………………………….

6. Laat je coach en een medewerker feedback geven op de
uitwerking van de opdracht. Voeg deze feedback toe en
geef aan hoe je de feedback hebt verwerkt in de
eindversie van de opdracht…………………………………………………………………….

7. Het reflectie verslag van de intervisiebijeenkomst.
























3

IK ALS………………




PROFESSIONAL










CREATIVITY WHAT PEOPLE SAY ABOUT ME

Truly a professional.
Extremely creative &
Inspiring.
Great sense of style &
fashion.
Perfect timing for Trends.









“AGE DOES NOT DEFINE STYLE,
VISION OR TALENT”

TEAM PLAYER



















COLOR & STYLE








A helicopter view.
Fantastic refined sense
of color.
Unique personality.
A visionaire, but able to
translate to commerce.
Filled with humor.









4

INTRODUCTIE:







WIE… WAT…..WAAR….EN WAAROM…


Geboren op Aruba, uit van oorsprong Surinaamse ouders die
op jonge leeftijd immigreerden om zo een ander leven te
hebben, ben ik opgegroeid met de creativiteit van mijn
vader en de open zachte gevende natuur van mijn moeder de
‘schooljuffrouw’.
Als (onbewust)creatief enig kind bemerkte ik al snel dat
ik ‘anders’ was dan de rest. Dit kwam door mijn aparte
eigenzinnige stijl van kleden ,het altijd bezig zijn met
tekenen, ballet en muziek en zo dus niet voldoen aan de
schoonheidsnormen en activiteiten van de cultuur van het
eiland. Ik verhuisde naar Nederland om te studeren.

Na mijn studie aan de kunstacademie te hebben afgerond,
ben ik gaan werken als designer en illustrator. Een lange
lijst van bedrijven, opdrachtgevers, reizen en projecten
op het gebied van de mode in de breedste zin des woords,
hebben mij gevormd tot de creatieve concept designer die
ik nu ben. Een concept designer gespecialiseerd in
Trends, Mode en kleur. Maar ook met passie voor
fotostyling, foodstyling en t ontwerpen van accessoires,
lingerie en juwelen.

Doorspekt van de vele ervaringen en altijd vooruit- en
breed kijkend, kan ik veel ‘knowhow’ van het vak
overdragen.
Dit is ook de kern van mijn motivatie om in t onderwijs
te zijn en de vakkennis zo inspirerend mogelijk en met
enthousiasme over te brengen.




GLENDA








5

MIJN HANDELEN ALS DOCENT:


De SWOT punten hier aangegeven horen bij mij. Als docent
komen de volgende punten en handelingen voor in mijn
lessen op dit moment. Een korte uitleg hoe ik als docent
handel of reageer of een voorbeeld daarvan(quote van een
student) moet dit verduidelijken.






Sstrengths:



¥ Transparant & Open. ‘what you see is what you get’
¥ Eerlijk. Ik kan mijn ongelijk toegeven en sorry
zeggen. De waarheid is voor mij belangrijk.
¥ Vrolijk & positief. Mocht de vrolijkheid of de
positief zijn in gevaar komen door omstandigheden of
wat anders van mijn kant, dan komt er aan het begin
al een eerlijke waarschuwing daarvan door mij.
¥ Kritisch. Niet zomaar kritiek geven, maar met uitleg
en sturing om vooruit te gaan. Dit gebeurt regelmatig
tijdens het proces en begeleiding.
¥ Oplossingsgericht. De vraag: Wat gaan we eraan doen?
Is een belangrijke vraag om te starten met t zoeken
naar een oplossing voor vele situaties e.o.
problemen.
¥ Empathisch. Quote: ”mevrouw u ziet het altijd meteen
als er wat met ons is. Heel bijzonder”.
¥ Visionair & Inspirerend. Altijd vooruitblikken en
zoeken naar iets nieuws.






Wweaknesses:


¥ Didactisch ongeschoold.

¥ Pedagogisch ongeschoold.
¥ Kwetsbaar.
¥ Te geduldig. (vele kansen gevend)
¥ Duidelijkheid. Duidelijk kunnen aangeven wanneer en
wat ik verwacht. En dit ook specifiek aangeven.








6

Oopportunity’s:


¥ Mij op Instagram en ik hun. Hun openheid en gemak
waarmee ze met mij praten getuigd daarvan
¥ Een duidelijke relatie met je studenten. Studenten
volgen Veilig leerklimaat. Quote: “Ook al bent u niet
mijn SLBer, toch kan ik altijd met u praten”.
¥ Duidelijk verwachtingspatroon van de studenten. Ik
verwacht een proces te zien en dus een groei. Dit
communiceer ik duidelijk bij elke opdracht en de
voortgang daarvan.
¥ Het zien van vernieuwingen en kansen?
¥ Stimuleren van samenwerking. Samenwerking brengt
nader tot elkaar. Het kijken naar de ander en focussen op
pluspunten i.p.v. min punten om het (gezamenlijk)doel te
halen. Het prikkelt ook zelfstandigheid maar ook
koppeling tussen de verschillen. Dit stimuleer ik als er
in een groep gewerkt moet worden.







Tthreaths:


¥ Stress. De stress maakt dat ik op adem moet komen
voordat ik de les begin.
¥ Perfectionisme. Voor mezelf niet snel tevreden zijn
met de resultaten die ik boek. Ik leer nog steeds op
tijd te zeggen ‘het is klaar, genoeg zo’.

¥ Te lang wachten om te communiceren wat ik wil. Dit
komt omdat ik een hekel heb aan discussies.























7

FEEDBACK VAN MIJN COLLEGAS:









Sstrengths:



¥ Daadkrachtig.
¥ Weet anderen te overtuigen van hun kunnen.
¥ Ondanks je rijke ervaring sta je open voor
alternatievenen verbeteringen.
¥ Je luistert naar ieder mens.
¥ Bevlogenheid
¥ Intuitie.

¥ Ruimdenkend.







Wweaknesses:



¥ Breng structuur aan in je werk.
¥ Stress bij controle verlies
¥ Je komt onzeker over m.b.t. eigen kunnen
¥ Loyaliteit als valkuil.
¥ Engelen geduld.


Als ik de feedback van mijn collega’s bekijk en bij
sommige nog wat extra uitleg heb gekregen, dan zijn er
voor mij een aantal kenmerken duidelijk die als een soort
rode draad door het verhaal heen lopen.

Niet opgeschreven maar wel veelvuldig aangegeven door hen
zijn ook bv creativiteit – passie – sterk in het vak en
enthousiasme.
De stress is helaas ook als een onderdeel aanwezig. Daar
valt goed aan te werken.






8

3.


BETEKENISVOLLE SITUATIE 1:

IK adviseer aan de leerlingen: “EDUCATE YOURSELF”

Tijdens een les modevorming van de eerstejaars, had ik
een gesprek met de leerlingen over wat je er echt voor
zou moeten doen om vol passie en succesvol in de mode
werkzaam te kunnen zijn.
Dit kwam naar aanleiding van een opdracht die ze moesten
maken en de vraag die ik daarbij stelde om te checken in
hoeverre ze op de hoogte waren van de bekende designers
en de vele nieuwe aanstormende designers.

Ze hadden klassikaal 5 minuten de tijd om te laten horen
welke en hoeveel designers ze kenden. Door steeds een
naam te noemen. Dit bleek armoedig te zijn. En sommige
erkenden dat ze zich er nog niet mee bezig hadden
gehouden.

De noodzaak van het op de hoogte zijn in dit vak, er
regelmatig mee bezig zijn en de urgentie om te zorgen dat
je ‘up to date’ bent maakte dat ik een slogan (ter plekke
verzonnen) lanceerde.

Deze is “EDUCATE YOURSELF” daarmee bedoel ik, ook al
hebben we school en goede opleidingen, er zijn altijd
onderdelen en elementen en info die je jezelf moet
aanleren en researchen om zo ook jezelf op de hoogte
houden. Educate yourself!

De volgende les toen de 5 minuten weer kwamen klonken er
tweemaal zoveel namen door de klas heen. En waren de
leerlingen best tevreden dat ze dat hadden bereikt. De
slogan was goed ingedaald en werd vol enthousiasme
opgedreund zonder al te veel aansporing.

Inmiddels zijn deze zelfde leerlingen in het tweede jaar
en bij de vraag van mij aan de klas wat een van de
leerzaamste lessen was die ze geleerd hadden tot nu toe,
kwam onmiddellijk “Educate Yourself” naar boven.






9

SPIRAAL KORTHAGEN:

1. wat is er gebeurt?
Er ontstond een gesprek met de leerlingen over de
mode wereld en ik gaf ze de slogan.
2. Wat vond ik daarin belangrijk? Wat viel me op?
De leerlingen erkenden hun arme kennis van designers
maar beloofden beterschap.
3. Wat voor voornemen heb ik hierdoor of welk leer punt
heb ik erbij gekregen?
Het voornemen algemene ‘mode’ kennis te checken in
een vroeger stadium.
4. Hoe kan ik dat de volgende keer gebruiken of
toepassen?
Deze check uitvoeren aan t begin van het schooljaar.
Dit door de vakgericht specifieke belangrijke
vragen te stellen.


BETEKENISVOLLE SITUATIE 2:

Het ontdekken van de fijne lijn bij het overschrijven van
teksten gevonden op internet en plagiaat bij het maken
van een opdracht in de les Modebeschouwing en de impact
hiervan in de klas en op de les.

Voor de les modebeschouwing kregen de leerlingen een
opdracht om een artikel en introductie te schrijven over
hun gekozen icoon. Het artikel bevat een cover met foto
en een spread(2x A4), met de introductie van de icoon en
waarom deze zo wordt gezien met bijpassend beeld. Tekst
is 500 woorden.

Helaas waren er 3 leerlingen die zich genoodzaakt voelden
om teksten letterlijk en ook nog via een vertaal machine
te kopiëren en zo te gebruiken. Een leerling schreef het
letterlijk over en deed daar ook heel lang over en was
erg boos dat ik dat niet waardeerde. Deze leerlingen
kregen van mij een 1 als cijfer. De rest van het werkstuk
voldeed ook niet aan de gegeven criteria.

Alle drie de leerlingen antwoorden wel meteen heel
eerlijk op de vraag of de tekst van hun was. Dat vond ik
wel heel fijn en sterk van hen. Er waren anderen die heel
slim de overgenomen teksten in hun eigen tekst hadden




10

geïntegreerd. zodat het niet echt heel duidelijk was,
maar een sterk vermoeden.
Ik besloot de 3 leerlingen een herkansing te geven op
grond van hun eerlijkheid. En benadrukte dat als ze
teksten overnamen van internet de bron vermeld dient te
worden en dat bewuste stukje met aanhalingstekens
aangegeven dient te worden.

De eerst volgende les modebeschouwing heb ik de hele klas
aangesproken hierop en duidelijk de twee belangrijke
regels verteld. En wel te verstaan: Overgenomen teksten
dienen tussen aanhalingstekens te zijn aangegeven en met
bron vermelding.
Natuurlijk heb ik ten sterkste geadviseerd om je eigen
tekst te schrijven om zo je talent, je ‘skill’ te
ontwikkelen en het je eigen te maken.


SPIRAAL KORTHAGEN:

1. Wat is er gebeurt?
Er ontstond een gesprek met de 3 leerlingen over de
echtheid van hun tekst en de gevolgen daarvan als dat
niet zo bleek te zijn. Zowel qua regels als voor hun
eigen werkstuk.

2. Wat vond ik daarin belangrijk? Wat viel me op? Ze
waren open. Het feit dat ze alle drie vrij snel
toegaven dat het niet hun tekst was. Zo kon ik een
goed gesprek hebben en het een en ander duidelijk
maken.

3. Wat voor voornemen heb ik hierdoor? En wat voor
leerdoel heb ik erbij gekregen? Duidelijkheid en goed
communiceren is zeer belangrijk.

4. Hoe kan ik dat de volgende keer gebruiken en
toepassen?
Voornemen is om bij zo’n opdracht deze regels steeds
weer te benadrukken. En het belang van eigen tekst
(ontwikkeling) duidelijk te maken.










11

7De 7 Competenties:





1. INTERPERSOONLIJK COMPETENT: Het vermogen een sfeer
van samengaan en samenwerken met studenten te realiseren.

Als mijn studenten in groepjes werken, attendeer ik ze er
op dat samen werken wat inzet vraagt van ieder lid in het
groepje. Regelmatige communicatie is gewenst en ze moeten
zich realiseren dat ieder mens anders is, een ander ritme
heeft en mogelijk hele andere waarden en benadering van
zaken heeft. Het gebeurt vaak dat ze vastlopen en dan is
het handig als ik als docent wat achtergrond informatie
heb over hun cultuur en tradities en de daarbij passende
gedachten en handelingen.
Mijn verantwoording hoe ik met die groepen om ga is meer
gebaseerd op de ervaring en het gevoel dat ik bij de
verschillende groepen heb.

Leerdoel:
Om mij te kunnen verantwoorden met een goede onderbouwing
en hoe en waarom ik zo handel ten opzichte van de
leerlingen, zou ik meer kennis willen hebben (lees:
dieper d m v literatuur en internet) over de
verschillende culturen en hun tradities die duidelijk
worden in bepaalde handelingen en redeneringen. En die
informatie tegen(voor mij nog niet bekende) theorieen of
methoden aanhouden. Dit geheel in een document uitwerken
om duidelijkheid te scheppen. En waar mogelijk meteen
toepassen in de praktijk. E.v.t aantekeningen maken als
de situatie zich voor doet.


2. PEDAGOGISCH COMPETENT: Het vermogen te zorgen voor
een veilige leeromgeving.

De sfeer in de klas is erg belangrijk. Als het moment
daar is om de cijfers uit te delen dan ontstaat er wat
zichtbare concurrentie en vergelijkingen van de cijfers
onder de leerlingen. Ook ten opzichte van mij als docent
kan er wat wrijving ontstaan als men andere mening heeft
over de eerlijkheid van het cijfer. De sfeer is dan


12

veranderd. Meestal wat rommelig en zijn de leerlingen
rusteloos. De leerlingen met twijfelachtige cijfers
spreek ik apart om zo een uitleg gevolgd door een
bemoediging te geven en eventuele vragen te beantwoorden.
Ook leg ik uit dat je cijfers als een uitdaging kan zien
om je te prikkelen meer bezig te zijn met het vak en het
ontwikkel proces.
Leerdoel:
Ik zou beter voorbereid willen zijn op de reactie van de
leerlingen en de bijbehorende sfeer. Mijn twijfels die
soms opkomen door de discussies / gesprekken wil ik geen
rol laten spelen. En ga dus opzoek naar een structuur van
cijfers registreren en aantekeningen om onduidelijkheden
te minimaliseren. Dit betekent dat de klasse
cijferlijsten duidelijker en overzichtelijker moeten
worden. En vanaf het begin duidelijke aantekeningen maken
over afspraken die ik met de leerlingen maak en mijn
eigen waarnemingen.


3. VAKINHOUDELIJK & DIDACTISCH COMPETENT: Het vermogen
een krachtige leeromgeving voor leerlingen te
verwezenlijken.

De leerlingen krijgen door mij gemaakte opdrachten voor
de modevorming lessen. De inhoud van de opdrachten hebben
altijd een directe uit de praktijk genomen element. Dit
maakt het werken in het vak later makkelijker en
begrijpelijk. Ik geef altijd tijdens het proces van het
maken tips die handig zijn bij de opdracht. Ook deze tips
en wetenswaardigheden zijn te gebruiken in de praktijk.
Deze opdrachten ontwikkel ik in mijn ‘inspiratie’ boekje.
En bij sommige opdrachten hoort een film of maak ik een
inspirerende ‘handout’.
Leerdoel: Omdat de inhoud van de lessen in mijn
‘inspiratie’ boekje staan, en zo voor anderen niet
duidelijk genoeg zijn, vind ik het belangrijk dat deze
uitgewerkt worden zodat de inhoud van de les ook door een
ander begrepen en gebruikt kan worden.


4. ORGANISATORISCH COMPETENT: Het vermogen te zorgen
voor een leef- en leerklimaat dat overzichtelijk,
ordelijk en taakgericht is.

Mijn recente ervaring hiermee is de excursie voor de
tweedejaars naar ‘Het tijdelijk mode museum’ in Rotterdam

13

met aanvullende opdrachten per groepje leerlingen. Samen
met een collega hebben we de leerlingen in 3 groepjes
verdeeld, met 3 verschillende mode/kunst gerichte
opdrachten.
Er is een duidelijke ‘handout’ gemaakt voor de opdracht
en een duidelijke route. Ook waren er duidelijke
afspraken over verzamelpunten, ‘checkpoints’en de plek
waar we de dag zouden afsluiten. Van mijn collega heb ik
ten aanzien van het organisatorische gedeelte veel kunnen
leren. Mijn bijdrage doormiddel van het ter plekke
organiseren van een grote groepskorting ging plezierig.
Het moeten inkorten van de wandelroutes vanwege
tijdsgebrek bracht wat herorganiseren met zich mee. Een
goede test.
Leerdoel: Bij het organiseren van een excursie, evenement
of activiteit hoort een tijdspad. Hier moeten alle
stappen duidelijk zijn (met ruimte voor het onvoorziene).
Zodat we weten waar, hoe ,wat en waarom. Dit zou ik beter
willen doen en niet altijd met een creatieve inslag of
ad-hoc.


5. SAMENWERKEN MET COLLEGAS: Het vermogen samen te
werken in een team / organisatie.

Samenwerken met collega’s. Helpen waar nodig is. Aanwezig
zijn met opendagen ect.om het vak te promoten. Sparren en
zo samen nieuwe vormen en opdrachten maken vind ik
belangrijk. Om de opdrachten in het modevak ‘up to date’
te houden is dat regelmatig ‘zitten’ een must. Het
verlangd goed te kunnen luisteren en nadenken over de
inbreng van de ander. Maar zelf je ideeen helder en
duidelijk te kunnen uitleggen. Nog belangrijker is samen
overeenkomen wat het beste is voor de student. Dat
betekent ook dat je sommige ideeen die jij hebt wellicht
tijdelijk in de ijskast moet doen. Simpelweg omdat er een
voor het moment beter idee ligt.
Leerdoel: Bewust vooruit denken over zaken / ideeen die
in een team-en schooloverleg ingebracht zouden moeten
worden. Deze verwoorden en goed beslagen ten ijs het
overleg ingaan en presenteren. Zo kunnen we beter samen
functioneren.


6. SAMENWERKING MET DE OMGEVING: Het vermogen de
relatie met ouders, buurt en instellingen te realiseren
en te versterken.

14

Ik heb vorig schooljaar 1 maal de gelegenheid gehad een
student op het stage bedrijf te mogen bezoeken. Een
leerling op hun stage bedrijf bezoeken geeft inzicht in
de leerling op een hele andere manier dan in de lessen en
kun je het groei proces zien vorderen. Ook is het een
goede manier om een kijkje te nemen bij de bedrijven en
zo te netwerken voor de school.
Leerdoel: Het bezoeken van bedrijven in verband met de
stage van leerlingen om hun te zien in de werkomgeving en
te werken aan een netwerk relatie voor school. Het zien
van de bedrijven, de stageplek en de gesprekken met hun
stage begeleiders kunnen voor nieuwe ideeen en contacten
zorgen. Deze bevindingen registreren is nuttig voor
collega’s.



7. REFLECTIE EN ONTWIKKELING: Het vermogen eigen
opvattingen en competenties te onderzoeken en te
ontwikkelen.


Gezien de jaren lange ervaring opgedaan in het bedrijfs-
leven op design afdelingen, bijbehorende cursussen en
beoordelingen te hebben gehad heb ik een redelijk beeld
van mijn sterke en zwakke kanten. Toch is het belangrijk
met regelmaat feedback te vragen aan collega’s en als
docent ook aan leerlingen. Zo kan je kijken of de sterke
kanten er nog zijn ,of sterker zijn geworden en de zwakke
kanten minder zichtbaar of herkenbaar zijn. De kans om
jezelf te ontwikkelen is dan ook gewenst.
Leerdoel: Zonder onzeker te worden het reflecteren op je
eigen handelen te oefenen. Gebeurtenissen en je eigen
handelingen daarbij beschrijven en daar de nog te leren
verschillende reflectie methoden op los te laten.




ALLE POP / PAP EN LEERDOELEN DIE VOLGEN ZIJN OP 21 DEC
2015 INGEVULD DOOR G.S.AUBRI-DE VRIES.









15

LEERDOEL 1: Ik wil een sfeer in de klas waarin allerlei leerlingen zich vrij kunnen uitten en veilig

voelen. Ongeacht cultuur of achtergrond.



Wat zijn mijn Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de generieke
ontwikkelpunten? faciliteiten: kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden met
vaardigheden en attitude? aan mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door de generieke kennisbasis en het
Wat gaat er niet goed, waar heb Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. wie en wanneer. competentieprofiel?
ik of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)
Ik wil een leerklimaat in de Het onderzoeken gebeurt los Ik wil van de meest Vanaf Feb 2016 ga ik een Voor dit ontwikkelpunt heb Communicatie, interactie en
lessen hebben waarin elke van de lessen. Het toepassen voorkomende culturen aantal gesprekken voeren ik de hulp van mijn collega’s groepsdynamica.

student van de verschillende van de nieuw verworven genoeg informatie met collega’s om van hun nodig die met mij spreken
culturen weet dat er een kennis van de culturen ga ik verzamelen. Daarmee kan ik ervaringen met de over hun ervaringen. Hier ga
zekere kennis c.q. begrip is toepassen en toetsen in de de groepjes beter sturen en verschillende culturen te ik een planning voor maken
van hun culturele les als er opdrachten zijn die coachen. Zowel de leerlingen leren. Dit verwerk ik in een voor de aangeven periode.
achtergrond. En daardoor in groeps verband gedaan als ik zullen er profijt van document. Dit aan vullen met Tijd om aanvullende
zich veilig en vrij voelen om moeten worden of tijdens hebben als de samenwerking eventueel andere informatie informatie te vinden op
te praten en te uitten. excursies. soepeler verloopt. Ik trek een die ik vind op internet of in internet en of in andere
periode uit voor de research artikelen. Gedurende het literatuur. Gesprekken met
(Feb -Aug einde schooljaar schooljaar 2016/2017 waar zo’n 5 collega’s , Elk gesprek
2016)en een langere periode nodig en mogelijk de kennis een half uur. Hoeveel

om toe te passen en hetgeen toepassen en vast te leggen. culturen het er worden moet
ik zie bij te houden. Hele Aan het einde van beide ik nog vaststellen. Research
school jaar 2016/2017. boven genoemde perioden en verwerken 1 uur per

zou er een document en week?
logboek moeten liggen.


Feedback coach: mijn 2e punt is dat je leerdoel 1 bijzonder ambitious is.
Misschien kunnen we die later wat kleiner maken (lees:haalbaarder. Want hij is geweldig)



16


Leerdoel 2: Beter omgaan met een negatieve sfeer en discussie in de klas.





Wat zijn mijn Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de generieke
ontwikkelpunten? faciliteiten: kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden met
vaardigheden en attitude? aan mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door wie de generieke kennisbasis en het
Wat gaat er niet goed, waar heb Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. en wanneer. competentieprofiel?
ik of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)
Ik zou beter willen reageren Elke rapportronde ga ik de Het doel is zo min mogelijk Vanaf blok 5 en 6 voor de Steun om het Exel communicatie
op een rommelige en overzichten en de discussie te hebben over de tweede jaars 2016 als eerste programma te gebruiken.
negatieve sfeer in de klas. communicatie naar de cijfers c.q. resultaten. In de onderdeel. Schooljaar 2 016 Nog niet besproken wie dat
leerlingen toe verbeteren. klas zal blijken of dit werkt. de eerste 4 blokken voor het zou kunnen zijn.
Een moment uitkiezen om Voor beide partijen is er dan eerste rapport. In de klas bij
alle cijfers met uitleg bekend duidelijkheid. Het volgende bekendmaking is het
te maken. rapport moment moet als resultaat aan de reacties te
eerste toets dienen. zien.

















17

LEERDOEL 3: Op een begrijpelijk overdraagbare manier mijn lesinhoud voor extra

modevormgeving documenteren





Wat zijn mijn ontwikkelpunten? Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de generieke
faciliteiten: kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken aan Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden met
vaardigheden en attitude? mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door wie de generieke kennisbasis en het
Wat gaat er niet goed, waar heb ik Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. en wanneer. competentieprofiel?
of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)

Ik wil de inhoud en Wat ik ga doen is de lessen die Het geheel moet duidelijk zijn Het gaat om 5 opdrachten Tijd voor t zoeken van het Professionele docent.
wetenswaardigheden van de in mijn inspiratie boekje staan door middel van tekst en voor de extra modevorming juiste beeld. Een collega uit het
lessen op een duidelijke en ook de tips en beeld. Moet goed lessen. De lessen worden eerst vak (nog niet benoemd).
begrijpelijke wijze wetenswaardigheden die ik onderverdeeld zijn en ordelijk gegeven en daarna evalueer Per maand 1 opdracht
documenteren. De lessen tijdens de les vertel samen maar toch prikkelend. Een ik, voeg toe en ga dan aan de uitwerken.
moeten zo overdraagbaar zijn. voegen in 1 document ander moet de (les)inhoud slag met het document. Elk les
eventueel ondersteund met begrijpen en kunnen document zal ik aan een
beeld. Zo zijn de ideeen uitvoeren. De reeds bedachte collega geven om het te
geordend. en uitgevoerde lessen en toetsen.
opdrachten kunnen al
gedocumenteerd worden. Eind
schooljaar 2015/2016 de 5
lessen klaar, zodat ze voor
2016/2017 toegevoegd

kunnen worden aan het
blokboek.




18

LEERDOEL 4 : EEN DUIDELIJK EN COMPLEET TIJDSPAD MAKEN VOOR EEN ACTIVITEIT .







Wat zijn mijn Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de generieke
ontwikkelpunten? faciliteiten: kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden met
vaardigheden en attitude? aan mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door wie de generieke kennisbasis en het
Wat gaat er niet goed, waar heb Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. en wanneer. competentieprofiel?
ik of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)

Het maken van een planning Als de mogelijkheid zich Bij het organiseren van de Een mogelijkheid om hieraan te Kennis van computer Communicatie, interactie en
en of een tijdspad voor een voordoet een activiteit te activiteit alle elementen beginnen mogelijk bij de team programma Exel. De leiding groepsdynamica
verzamelen zodat de planning jaar planning. Daaruit moet
activiteit of excursie die zo organiseren, dan zal ik dit van het desbetreffende
gemaakt kan worden. blijken welke activiteiten er zijn
compleet mogelijk is qua punt kunnen gaan project / activiteit.
gepland. En dus welk
informatie en een marge ontwikkelen.
tijdsbestek.
heeft ingebouwd voor het

onvoorziene. Het moet

duidelijk te begrijpen zijn
voor leiding en leerlingen.




















19

LEERDOEL 5: Beter een vergadering voorbereiden met goed onderbouwde ideeën en punten.






Wat zijn mijn ontwikkelpunten? Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de generieke
faciliteiten: kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken aan Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden met
vaardigheden en attitude? mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door wie de generieke kennisbasis en het
Wat gaat er niet goed, waar heb ik Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. en wanneer. competentieprofiel?
of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)

Wat ik wil leren is vooruit te Bij de teamvergaderingen. Een punt/onderwerp nemen. De eerste teamvergadering is Collega’s in de vergadering. ?

denken wat de aangeboden Ik ga streven ten minste 1 Deze goed voorbereiden door begin van het schooljaar. De agenda punten.

lessen betreft ,nieuwe ideeen punt voorbereid in te brengen. het van alle kanten te Meestal is er dan met de

en invalshoeken. Deze goed beredeneren. Dat als werkgroepjes een vervolg. De

voor te bereiden en dan onderbouwing verwerken. rest is nog niet in te vullen.
voortestellen in het overleg. Het punt in het overleg

inbrengen.
Start begin schooljaar 2016-
2017 eerste team vergadering.











20




LEERDOEL 6: Bij bezoeken aan BPV bedrijven alle interessante informatie verzamelen ,contacten
leggen en dit uitwisselen met collega’s.




Wat zijn mijn ontwikkelpunten? Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de
faciliteiten: generieke
kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken aan Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden
vaardigheden en attitude? mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door wie met de generieke kennisbasis
Wat gaat er niet goed, waar heb ik Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. en wanneer. en het competentieprofiel?
of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)

Ik wil bij het bezoeken van de Bij bezoek aan de gekozen Het bedrijf bezoeken. Het In overleg met de collega’s van Ik heb de hulp van de collega’ Leren in diverse
stage bedrijven van leerling en bedrijven. Ik ga gesprekken verslag van het bezoek zal de BPV kan ik voor t schooljaar nodig om te kijken welke contexten
of voor kennis voeren met de stage verzamelde informatie tonen. 2016/2017 een aantal bezoeken het beste kunnen
makingsgesprekken begeleiders en leerlingen. En De gesprekken kunnen alle gesprekken inplannen. zijn. Vervoer naar de
eventueel anderen die als partijen dienen leerling, Het overleg zal ik voor het bedrijven. De tijd hiervoor.
relatie interessant kunnen zijn stagebegeleider, bedrijf en einde schooljaar 2015/2016
voor school. school. Regelmatig zijn er initieren wanneer het schema
klassen op stage .Een gesprek voor t volgende schooljaar
kan in zo’n periode gepland gemaakt wordt. Ik zou 3
worden. verschillende bedrijven willen
bezoeken. Evalueren kan na de

drie bezoeken.





21

LEERDOEL 7: BIJ GEBEURTENISSEN DE JUISTE REFLECTIE METHODE GEBRUIKEN .




Wat zijn mijn ontwikkelpunten? Ontwikkelactiviteit: Gewenst resultaat: Planning: Benodigde ondersteuning / Koppeling met de generieke
faciliteiten: kennisbasis/competentie-
profiel:
Wat wil ik leren m.b.t. kennis, In welke situaties ga ik werken aan Wat wil ik bereiken, wanneer ben Wanneer ga ik de activiteiten Wat heb ik nodig aan Hoe zijn de doelen verbonden met
vaardigheden en attitude? mijn ontwikkelpunt.? ik tevreden (SMART omschreven) plannen en in welke volgorde? ondersteuning, hoe vaak, door wie de generieke kennisbasis en het
Wat gaat er niet goed, waar heb ik Wat ga ik uitvoeren, doen.? Specifiek ( in gedrag omschreven) Prioriteiten stellen. en wanneer. competentieprofiel?
of anderen last van?. Meetbaar Benoemen evaluatiemomenten. Wat zijn hiervan de kosten en Welke relaties zie ik?
Acceptabel (acceptatie beide hoeveel tijd vraagt het van jou en
partijen) betrokkenen.
Realistisch (uitvoerbaar binnen
gestelde termijn)
Tijdsgebonden (deadline
benoemen)
Bij de verschillende Ik ga in de lessen , de omgang Als ik de methoden beheers en De start is Feb 2016 tot einde Een partner (s) om tijdens het ?
gebeurtenissen de juiste met student en of collega’s makkelijk kan toepassen ben mei 2017. Prioriteit is eerst proces de zaken tegenaan te
reflectie methode/theorieen kijken naar gebeurtenissen die ik blij. Omdat de de juiste gebeurtenissen houden (studiemaatje?)
toepassen. Met name om het ik kan gebruiken om de gebeurtenissen die ik kies beschrijven. Dan de juiste
eigen handelen te kunnen verschillende methoden toe te beschreven worden alsook de methode bepalen bij de
begrijpen . passen. reflectie daarvan kan je zien of gebeurtenis .En uitwerken.
het klopt. De tijd is afhankelijk Evalueren April 2017
van gebeurtenissen die ik
geschikt acht. Dit is niet
vooruit te plannen . Ik gebruik
vooralsnog de hele periode
van de studie. Dus uiterlijk
deadline April 2017.










22



7:HET REFLECTIE VERSLAG VAN DE

INTERVISIEBIJEENKOMST.



Aanwezig: Nordien, Gian, Judith, Arvid,

Marlon en ik.


De casus is van Nordien.

Mijn ervaring van de intervisie bijeenkomst is dat
Gian die hier de leiding had de vragen die gesteld
moeten worden om tot reflectie te komen elke keer
op tijd gesteld werden. Dit stuurde ons in de
juiste richting van overleg. Ook was er een

bijdrage van iedereen. Zo kwamen er tips en ideeen
voor een toekomstig handelen.


1. Wat gebeurde er ?
Nordien deelde een gebeurtenis met ons tijdens onze
intervisie bijeenkomst, waar hij moeite mee had. Hij wilde
graag weten hoe wij zo’n gebeurtenis ervaren en zouden
aanpakken.

Tijdens een rekenles gegeven aan de leerlingen van de
‘kappers’ was de klas niet te motiveren. Ook waren ze erg
rumoerig en rommelig. Het was heel moeilijk om hun
aandacht te krijgen zodat ze de les konden volgen. Er was
zelfs een meisje dat met Cola flesjes gooide.

2. Wat zag Nordien en wat was zijn ervaring?

Het waren leerlingen van Niveau 2 en het was een vrijdag
middag. Je ziet dat er vermoeidheid is en verlangen naar
het weekend. Hun gedrag ging alle kanten op. Vrijdag middag
is een lastig moment voor leerlingen om zich te
concentreren. Vooral als er een strak programma afgewerkt
moet worden.
Uiteindelijk ergerde hij zich en stuurde het meisje van de
cola flesjes weg.







23

3. Analyseren:
-Het is vrijdag middag
-Het is een drukke klas niveau 2
-De leerstof is pittig en vergt concentratie en goed
luisteren

4. Conclusie en experiment:
Aan de hand van de intervisie gesprekken kwamen er tips en
overdenkingen.
-Besef dat het vrijdag middag is en hoe je dan de les
start en eindigt.
-Misschien ook een andere volgorde van de les invulling.
-Indien mogelijk wat creatiever zijn met de lesstof?


Nordien kon zich zo bewust worden van zijn eigen handelen
en iets anders gaan proberen.



EEN BELANGRIJKE OPMERKING:
ALLE TIPS EN IDEEN ZIJN WELKOM,MAAR JE MOET ALTIJD DOEN WAT
BIJ JOU EN JE STIJL VAN LESGEVEN PAST.
























24

FEEDBACK OP ‘IK ALS PROFESSIONAL’

Ik ben met alle feedback blij .Het is belangrijk om te
toetsen. Dan alleen kan je leren. Dus hier volgt het.


COACH Ans Stephan:

Hieronder vind je de feedback van de coach.

Ten aanzien van de SMART formulering adviseert ze dat op
een later tijdsstip nog aan te passen. Op grond van haar
feedback.

“Je leerdoelen verdienen aandacht bij "gewenst resultaat" omdat ze niet
allemaal SMART genoeg geformuleerd zijn.”


“2e punt is dat je leerdoel 1 bijzonder ambitieus is.

Misschien kunnen we die later wat kleiner maken (lees: haalbaarder. Want
hij is geweldig)”
“Dit is mijn feedback. Wordt dus vervolgd.

Ik stel echt voor dat we dat samen doen, aangezien het goed in je tijdspad
moet passen en omdat het realistisch moet zijn!!”


“ je weet precies wat je wilt gaan ontwikkelen/aandacht geven voor jezelf:

EN DAT IS HET DOEL!!!! “



STUDIEMAATJE Marlon:


Mijn studiemaatje heeft me geweldig geholpen met
wat onderdelen duidelijker te maken. Veel feedback
gegeven met bijbehorende internetsites.


Wat citaten uit het feedback verslag:





25

“Glenda wat ziet je verslag er leuk en persoonlijk uit! Erg leuk voor mij als lezer om jou zo wat beter te
leren kennen. Ik denk dat dit een pluspunt voor jouw verslag zal opleveren. Ook je SWOT analyse verteld
mij iets over jou als persoon en jou als docent, ik heb echt het idee dat dit heel persoonlijk is geschreven
(in plaats van ‘we moeten iets voor school doen….’).”



“Gericht op je reflectieverslagen; tijdens het beschrijven van de voor jouw betekenisvolle situatie geef je al
veel prijs over je bewustwording. Misschien is het een idee om hulpvragen toe te passen voor de
verwerking van je reflectie. Ik heb veel baat gehad bij deze informatie:
http://www.coutinho.nl/fileadmin/documenten/kwaliteitmetbeleid/extra_info/H3/Extra_info_H3_spira
almodel_korthagen.pdf “


“Gericht op je leerdoelen; het was voor mij, toen ik mijn eigen leerdoelen nog aan het opstellen was,
prettig om alvast bij jou ‘af te kunnen kijken’. Je hebt mooi beknopt verwoord wat de competenties naar
jouw idee inhouden. Dit gaf mij meer richting en duidelijk voor mijn eigen verwerking van de
competenties.
Ik denk dat echter dat je leerdoelen nog onvoldoende SMART zijn geformuleerd. Iets wat ik zelf ook
moeilijk vindt maar als ik de richtlijn er op los laat kan ik niet alles terug vinden in jouw doelen. “


“Voor mij is het niet meteen helder wat je nou wilt leren, het is een beetje een vol leerdoel. Ik lees het als
een leerdoel en vervolgens de acties die je gaat ondernemen om dit leerdoel vorm te geven (à uitwerken
in een document, ev. aantekeningen maken).”



Kritische vriendin Annemarie Oomen:

Annemarie is een Senior /consultant trainer die
ook veel voor het onderwijs gedaan heeft.

Zij gaf mij voornamelijk taal correcties.
Ook de vraag of mijn keuze van lettertype niet zakelijker
moest zijn.

“Volgens mij kun je hiermee goed uit de voeten. “


OPMERKING:

Ik beken dat nog niet alle feedback in bovenstaad

stuk is verwerkt. En ga er zeker nog meer aandacht
aan besteden.










26

Studiejaar: 1

Student: Glenda

Module: Ik als professional 1

Beoordelaar: Arno de Koningh

Eindbeoordeling: GOED

Datum: 11 januari 2015

O = Onvoldoende V = Voldoende G = Goed
DD O / V / G Opmerkingen

T Kan een sterkte zwakte G Pas op jezlef.
analyse opstellen
Laat je niet als een energiereep opeten


T+L Kan reflecteren op het G Praktisch: zelf schrijven en quotes aanhalen kun je in
eigen handelen aan de de schriftlelijke opdracht als voorbeeld meenmemen
hand van de met deze opgedane kennis ….
reflectiespiraal van
Korthagen

O+L Kan aan de hand van de G Fraai gedestilleerd
sterkte zwakte analyse
en de reflectie
leerdoelen formuleren

T Kan SMART leerdoelen G
opstellen

O Kan de leerdoelen G Wat je heel fraai doet, is dat je je gevoel overstijgt en
verbinden met de 7 met helicopterview je handelen vertaalt naar de vraag
competenties en met de van leerlingen en collega’s. Dat laat je grote leerkracht
lespraktijk voor deze opleiding zien. Uitmuntend!

O+L Kan concrete stappen G
benoemen om de doelen
te bereiken

Deze vorm is uniek :geweldig dus!

Kleine tip: laat iemand spellingtechnisch meelezen, weinig, maar voor t mooi toch wel wat
spellingverbeteringen mogelijk





Glenda Aubri-de Vries / G-STYLE

























Glenda Aubri-de Vries / G-Style
Vughterhage 77
5263 BN Vught
The Netherlands

T: +31 (0)73 656 28 02
M: +31 (0)62 248 95 37
@: [email protected]

Date & place of birth: 18 November 1959 Aruba (West Indies)
Nationality: The Netherlands


INTRODUCTION:

I am a creative designer specialized in Trends, Fashion and Color with a broad
knowledge of consumer and fashion trends, a strong eye for color(s), experienced in
styling-, producing and managing (fashion) Photo shoots are just a few words that
describe me...
I have worked with companies and magazines for brands as well as retail on
different ideas and concepts.
Daily activities can include managing a design department, overseeing and
developing various collections and also working in the countries of production and
the Far East on samples,sourcing and production lines.
One of my specialties is COLOR.
Visualizing color trend directions, using inspirational colors and translating them
into theme- and seasonal color cards are a important part of my specialization.
Combining all of the above and implementing them to create new developments and
trends to achieve the most inspirational and yet commercial collections and product


3

WORK EXPERIENCE:

Magazine SilverStyles, Hong Kong, 2015 - Today
A business resource magazine for the Hong Kong and China market. Trendforcast for
the Juwelry Industrie.

ROC Mondriaan The Hague Institute for pre BA education(fashion
department), 2014 – Today
Teacher of Fashion design classes.

Skills coordinator fort he department ‘fashion and retail’ of ROC Mondriaan
The Hague. 2014 – Today

Organizing the class rounds and the final school round fort he competition.

Competition: Skills Netherlands (a member of World Skills Europe and World Skills
International)
Commisioned to present the Fashion Trend assignment which is the core of the
national fashion competition.
As wel as participate on the final jury.


Vroom & Dreesman Warenhuizen B.V.(63 department stores National),
Amsterdam 2014:
Concept and Trends for the Swimwear collection 2015
Amsterdam 2003- 2013:
As a concept designer my responsebilities were overseeing the whole collection
process of the department as wel as stimulating the development and training of the
individual designers.

Folder coordination 2003-2004
General trend-, forecast and colors 2004-2013
Concept designer for the Lingerie product group 2012-2013
Concept designer for the Lingerie and kids, baby product group 2010-2011
Concept designer for the jewelry, sunglasses, cosmetics and byoux 2004-2009

Mexx International / Liz Claiborne, Voorschoten 2002
(International 65 countries):
Concept designer:
Mexx Express Woman, the concept and designs for the monthly collection input.

Bad Boys & Bad Girls Wear, 's -Hertogenbosch 2002:
Designer: High summer collections.

HEMA BV. Amsterdam 2001(Europe 4 countries): Concept designer.
Concepts and designs for accessories and bags.



4

Elysio, Apeldoorn,2001:Styling consultant.
Consulting, trends, concepts and design for ladies fashion wear.

Mexx International / Liz Claiborne Voorschoten 2001(International 65
countries):
Concept designer:
Consulting and overseeing the concepts and designs for the youth girls
collections.
Providing training and prepare a designer for the position of concept designer.

Dobotex, 's-Hertogenbosch 2000:
Designs for socks & body fashion private collection.
Concept & trends for socks & body fashion under Puma license
Mexx International/Liz Claiborne, Voorschoten 1998-2000
(International 65countries): Designer.
Designing youth girl's knitwear collection.

Floodline / CWT, Amsterdam 1996:
Illustrations and designs for short term casual apparel collections.
Design, styling and production for internet webstore 2001.

MAGAZINE & STYLING:

“EVA” Monthly woman's magazine, Hilversum 2010 – Today.

Food column: styling and recepies 2016 – Today

Column: fashion and shopping (2 pages) 2010 - 2016
Lifestyle- & fashion , (6 pages)

“100 % NL” Lifestyle magazine, Volendam 2010
Stylist.

“Plus Magazine” lifestyle magazine, Baarn 2008:
Stylist.
Fashion lifestyle Photo styling.

“EVA” Monthly woman's magazine, Hilversum 1997 – 2007:
Producer and Stylist:
Fashion, beauty, food, culture and travel productions.
Fashion shoppings & Lifestyle.

EDUCATION:

Royal Academy of Art and Design 'S-Hertogenbosch
(Academy of Applied Siences. Department of Fashion Design.)
BA diploma in Design completed 1983 (5 years)



5

Havo / High-school Aruba (west Indies) 1977 Diploma

COURSES:
Art Institute of Fort Lauderdale, Florida USA
Fashion Illustration 1981

Art Academy Artibus, Utrecht 1978
Fashion Illustration


ADDITIONAL SKILLS:
Languages : English (in speech and writing, good), German, French, Spanish,
Portugese
(all in speech sufficient).
Passions : Art, Cooking, Travel, singing, percussion, ballet.

COMPUTERSKILLS:
PPT, Keynote, basic Photoshop, basic Canvas and basic Illustrator



















































6

8

WAAR STA IK NU IN MIJN ONTWIKKELING


Ik begon de opleiding met:



“ Wordt vernieuwd in je denken” en
“ be the woman teacher you can be”


Het is tot nu toe een spannende weg geweest naar het punt waar ik nu ben.
Zoveel geleerd, zoveel geoefend en toegepast. Heel veel bedacht en ontworpen.
Maar het belangrijkste is wel, het besef hoe je de zaken beter aanpakt en zo ook veel beter
resultaten ziet van de leerlingen. Ook kun je ze beter helpen en een mooie evenwichtige
docent-student hebben terwijl je ze het vak zo goed mogelijk leert en hun voorbereid op ‘de
boze mode wereld’ daarbuiten.
Zo sceptisch als ik was in het begin ten opzichte van al die theorieën en methodes en zo
naïef als ik mijn eerste doelen omschreef (ja ik heb zelfs even gelachen ) zo bekijk ik ze nu
door een andere bril.
Het is belangrijk te weten waar je mee bezig bent.
Het is belangrijk om te weten hoe te handelen.
Het is belangrijk om zo goed en interessant mogelijk de leerlingen te leren.
Wel vind ik dat niet altijd even gemakkelijk of duidelijk op de verschillende momenten die je
dagelijks dan tegenkomt.
Maar ik weet dat ik al een aantal theorieën en methodes aardig te pakken heb. Ik zie het
namelijk gewoon ‘werken’ in de klassen.




















9

Start 21 DEC 2015 uit ik als Prof 1.



1-INTERPERSOONLIJK COMPETENT: Het vermogen een sfeer van
samengaan en samenwerken met studenten te realiseren.

Als mijn studenten in groepjes werken, attendeer ik ze er op dat samen werken
wat inzet vraagt van ieder lid in het groepje. Regelmatige communicatie is
gewenst en ze moeten zich realiseren dat ieder mens anders is, een ander
ritme heeft en mogelijk hele andere waarden en benadering van zaken heeft.
Het gebeurt vaak dat ze vastlopen en dan is het handig als ik als docent wat
achtergrond informatie heb over hun cultuur en tradities en de daarbij passende
gedachten en handelingen.
Mijn verantwoording hoe ik met die groepen om ga is meer gebaseerd op de
ervaring en het gevoel dat ik bij de verschillende groepen heb.
Leerdoel:
Om mij te kunnen verantwoorden met een goede onderbouwing en hoe en
waarom ik zo handel ten opzichte van de leerlingen, zou ik meer kennis willen
hebben (lees: dieper d m v literatuur en internet) over de verschillende culturen
en hun tradities die duidelijk worden in bepaalde handelingen en redeneringen.
En die informatie tegen(voor mij nog niet bekende)theorieen of methoden
aanhouden. Dit geheel in een document uitwerken om duidelijkheid te
scheppen.En waar mogelijk meteen toepassen in de praktijk. E.v.t
aantekeningen maken als de situatie zich voor doet.

Aangepast leerdoel:
Een checklist (in de toekomst, binnen twee jaar tijd) ontwikkelen voor de
verschillende culturen. Op de checklist staan de meest voorkomende
kenmerken, acties of gewoonten van de verschillende culturen. Zo kan ik in
nieuwe klassen, situaties en bij leerlingen snel tot herkenning en dus handelen
overgaan. De checklist kan dan afgevinkt en na gebruik in het dossier van de
leerling toegevoegd.









10

Voortgang FEBRUARI 2017



De voortgang van mijn interpersoonlijke ontwikkeling:

Bovenstaand leerdoel 1 is een mooi maar groot leerdoel. Inmiddels heb ik begrepen dat er
veel meer voor nodig is om in de klassen die ik heb met vele achtergronden en culturen
een goed overzicht te kunnen hebben van wat die cultuur en achtergrond met hun leren
doet. Mijn klassen hebben vele culturen en achtergronden. In de eerste instantie ben ik er
voor de leerlingen. Ik ben er om hun te leren en hun te begeleiden in hun studieloopbaan
naar loopbaan. Als begrip van hun culturele achtergrond daarbij helpt is dat iets om te
gebruiken.
Persoonlijk geloof ik dat door die specifieke informatie niet zozeer het leren verandert,
maar wel de manier waarop je de persoonlijke aandacht bij de opdrachten geeft. Ook helpt
het om zo de sfeer en het klimaat in de klas te bevorderen. En kan ik ook de leerlingen
helpen meer begrip voor elkaar te hebben.
In de praktijk betekent dit observeren of de culturele kenmerken en tradities zichtbaar van
invloed zijn op het leren en dan beslissen hoe ik daar mee om te moet gaan. Wat ik aan
methoden tot nu toe heb gebruikt heeft niet allemaal specifiek betrekking daarop maar
helpt met gedrag, Inzicht en mijn eigen handelen.
Ik ervaar zelf nog steeds dat dit iets is dat ik waar nodig wil blijven toepassen.
Ik wil dan ook blijven observeren en de aandacht zodanig geven (met of zonder culturele
en traditionele informatie) dat het de ontwikkeling van het talent van de leerling
stimuleerd.

Theorieën die ik heb geraadpleegd en toegepast zijn:
* CAR. Hiermee check ik of ik de belangrijke punten als de relatie, het vertrouwen, het
stimuleren van zelfstandigheid en hun duidelijk maken wat ze kunnen heb geprikkeld cq
bereikt.
* Roos van Leary. Dit gebruik ik als ik bepaald gedrag zie van de leerling of hele klas hoe te
reageren.
* Topoi. Geeft inzicht en handvaten in mijn ‘Multi Culti’ klassen.
Inmiddels kan ik redelijk bewust dit alles toepassen.
Begeleiden, sturen en dan het hele proces volgen, maar ook stimuleren na
feedback( corrigeren) en ook botsingen en confrontaties oplossen en voor verbetering
zorgen gebeurt ‘bijna onbewust bekwaam’ , ‘alsnog comes naturally’ heb ik mij laten
vertellen in gesprekken met mijn coach en .....dat vind ik eigenlijk ook.









11

OVER DE BEWIJZEN.......
Een aantal documenten bestaande uit verslagen van lesbezoeken en een deel uit de
eindopdracht ‘Ik als Begeleider 1’ zijn laten gevarieerd de competentie zien.

De turquoise kleur geeft een aantal delen weer over mijn Interpersoonlijke
competentie.


COMPETENTIE 1. EEN LESBEZOEK VAN MVR. J.S.M. Het gaat om: Op een goede
SCHAAFSMA. manier leiding geven.
INTERPERSOONLIJK
COMPETENT.




































Lesobservatieformulier
Algemene informatie
Naam docent Glenda Aubri


Opleiding Mode en Maatkleding N3 Allround BOL / BBL
Les/vak Modevorming
Datum observatie 02062015
Moment observatie Begin les Midden les Einde les

Leerjaar 1 2 3 4
Registratie absentie Ja
Inhoud van de les is O Beroepsgericht O Taal O SLB of LB
O Rekenen
Onderwijswerkvorm O Klassikale les, gezamenlijke instructie en werken in subgroepjes
Groepsindeling O Hele groep, instructie en afronding klassikaal
O Subgroepjes,



12

Glenda komt uit de modewereld en heeft nu gekozen voor het onderwijs. Het trekt haar aan om met jonge
mensen te werken en ze te introduceren in de wereld van de mode. Ze heeft naast haar passie voor het vak
ook een pedagogische drive, jonge mensen iets meegeven als het gaat om hun persoonsvorming als
voorbereiding op het leven.
Ze benadert de studenten op een opgewekte, positieve manier, maar daagt ze ook uit om hun best te doen,
zich verder te ontwikkelen. Ze is duidelijk als het gaat om de eisen die ze stelt, de uitvoering van de opdracht
etc.
Het is leuk om te zien hoe ze de studenten meeneemt in de subcultuur, de wereld van de mode, de specifieke
vaktaal die daar gebezigd wordt, gelardeerd met Engelse uitdrukkingen ( dat is wel echt etnisch).

Aspect 1.2 Maatwerk Ja/nee Opmerkingen/observaties
¥ Sterke en zwakke studenten krijgen verschillende opdrachten van nvt
verschillend niveau
¥ De docent draagt verschillende voorbeelden aan die aansluiten bij de J Geeft persoonlijke feedback, op
verschillen in de groep (niveau, taalbeheersing/ontwikkeling, niveau
spanningsboog, luisteren/handelen)
Aspect 1.3 Didactisch handelen Ja/nee Opmerkingen/observaties
¥ De docent licht nut van de les en relatie met voorgaande lessen toe J Doel is duidelijk in het licht van de
aan de klas/groep totale opdracht
¥ De docent maakt duidelijk wat de relevantie van de leerstof is voor J Evident
beroepspraktijk en/of vervolgonderwijs
¥ Studenten begrijpen de uitleg en weten precies wat ze moeten doen, J
ze kunnen aan de slag
¥ De docent stimuleert de betrokkenheid bij de onderwijsactiviteiten J Kan nog iets worden uitgebreid en
door de studenten uit te nodigen mee te doen en mee te denken verdiept
¥ De docent maakt gebruik van passende werkvormen, materialen en J
media, afgestemd op het niveau en de kenmerken van zijn studenten
¥ De docent communiceert effectief, hij/zij legt de leerstof begrijpelijk J
en aansprekend uit
¥ Er is tijdens voortdurende interactie van docent naar student en J
tussen studenten onderling bij het overdragen en ontwikkelen
(oefenen) van kennis
¥ De docent kent zijn/haar studenten en houdt rekening met J
ondersteuningsvragen op individueel niveau (bijvoorbeeld
voortkomend uit de intake of zorg- en trajectbegeleidingsgesprekken)
¥ De docent laat de studenten met gerichte activiteiten de leerstof Nvt
verwerken.
¥ De docent differentieert bij instructie en verwerking naar niveau en J
kenmerken van zijn studenten
¥ De docent kiest gevarieerde leeractiviteiten die samenwerking, J Ze werken samen en moeten als
zelfwerkzaamheid en zelfstandigheid stimuleren groep een opdracht inleveren.
¥ De docent stelt de studenten voldoende in de gelegenheid om vragen J Reageert snel en adequaat op
te stellen vragen
¥ De docent gaat adequaat in op (hulp)vragen door leerstrategieën aan J
te dragen waardoor de student achter het antwoord kan komen of zelf
een oplossing kan vinden en verder kan gaan
¥ De docent is actief aanwezig, loopt rond, stelt vragen, observeert J
¥ De docent spreekt studenten aan die met andere zaken bezig zijn
¥ De docent organiseert feedback op de leerresultaten en/of op het J
leerproces, individueel of plenair
¥ De docent sluit de les af met afspraken over het vervolg J Legt link met vorige en komende
lessen




13

Aspect 1.4 Leertijd Ja/nee Opmerking

¥ Lessen starten op tijd J Presentie
¥ De docent heeft de les goed voorbereid, er gaat geen tijd verloren aan J Niet onnodig veel tijd
organisatorische zaken
¥ Er gaat niet te veel tijd verloren met het wisselen van werkvormen of J
met ingelaste pauzes
¥ De meeste studenten zijn actief betrokken en doelgericht bezig J
¥ De docent spoort studenten aan om door te werken J
¥ Studenten hoeven niet onnodig lang te wachten op hulp om verder te J
kunnen werken
¥ Lessen eindigen op tijd (zeker niet te vroeg!) J
Aspect 1.5 Leeromgeving Ja/nee Opmerking

¥ Docent en studenten gaan respectvol met elkaar om J
¥ De docent draagt bij aan een positieve sfeer in de klas j
¥ De docent schept ruimte voor leren, inclusief het maken van j Geeft stimulerende en positieve
vergissingen en fouten feedback
¥ De docent spreekt de studenten aan op verkeerd gedrag en stimuleert J De toon is vriendelijk en positief
wenselijk gedrag maar spreekt ze wel aan op gedrag
en kan gezag uitstralen.
¥ De docent toont zicht betrokken bij het leerproces van zijn studenten J
¥ De docent toont zich betrokken bij de klas/groep J
¥ De docent wordt gewaardeerd om zijn kennis en lesgeven en heeft J
bereikt dat studenten zin hebben om de les bij te wonen en actief mee
te doen
¥ Materiële voorzieningen zoals het lokaal en de apparatuur zijn passend J
bij het lesdoel
¥ Materiële voorzieningen zijn geschikt voor het gekozen didactisch Paar computers in de klas???
concept

Tops
Met veel plezier haar kennis en ervaring overdragen
Positieve actieve uitstraling en natuurlijk gezag.
Eisen stellen en hoge verwachtingen hebben ( cruciaal voor motivatie en hoog rendement).
Basisdidactiek en het uitleggen op orde.


Tips
Uitbreiden en verdiepen van het didactisch arsenaal aan activerende werkvormen uitbreiden om de lessen zo nog actiever
en interessanter te maken en het rendement/ het leereffect te bevorderen ( zie bijlage).
Denk bijvoorbeeld aan : studenten laten verwoorden wat ze doen, wat argumenten zijn, dit delen met de hele groep,
tussentijds moment inlassen om stand van zaken proces te verwoorden. Gebruik van mode vaktaal stimuleren etc.




Lesopbouw

ü Start en opening
Glenda regelt de registratie van de presentie.
Ze vraagt naar het bezoek aan Dries van Noten en studenten reageren positief, al vonden ze een vaN
de begeleidsters helemaal niet aardig. Ze kunnen hun bevindingen meenemen als bron van inspiratie
voor hun groepsopdracht.





14

ü Gezamenlijke Introductie
Glenda legt de opdracht voor vandaag uit, ze gaan een moodboard maken. Het is onderdeel van een
grotere opdracht waar ze een aantal weken aan gaan werken. Het organiseren kost even tijd, omdat
de groepjes compleet moeten zijn en sommige studenten naar een andere ruimte moeten om printjes
te maken. Glenda dringt erop aan dat ze zich gedragen in de andere ruimte, waar andere groepjes
bezig zijn en er ook les wordt gegeven. Ze klagen dat kleurenprinten zo duur is, maar ze gaan redelijk
snel aan de gang.


ü Werken aan het moodboard in subgroepjes
Studenten werken in hun groepje aan een moodboard, kleuren en dessins kiezen voor een kleine
collectie.
Het gaat om een ‘nazomer collectie’’ , een aanloopje naar de herfst. Het thema is ‘’ Etnisch ‘’ en ze
moeten een aantal stijlen combineren. De studenten knippen plaatjes uit en zoeken stofjes die ze van
een rek halen. Alles wordt tot een geheel gemaakt op het moodboard.

Glenda loopt steeds rond en geeft individuele feedback en feedback aan de groepjes. Tussendoor
loopt ze even het lokaal uit om te kijken of het goed gaat bij de studenten in de open werkruimte.

Ze spreekt de studenten rustig aan en geeft tussendoor veel extra informatie en tips..
Zoals het tussen je wimpers kijken naar het ontwerp om te zien wat opvalt aan de kleuren, vormen en
het het totale design. Soms deelt ze een plaagstootje uit, maar ze blijft vriendelijk.
Ze zegt quasi verzuchtend tegen een student: ‘’ Wat moet ik doen om jou los te gaan krijgen van
streetlife “”. Een student zit blijkbaar een beetje vast aan die stijl, donkere kleuren, stoere modellen.
Ze benadert de studenten als potentiele vakmensen, daagt ze uit, stimuleert en geeft positieve
feedback.
Glenda zegt dat het gedrag van de klas erg is verbeterd ten opzichte van het begin van het jaar, ze
gedragen zich zelfstandiger en verantwoordelijker.

ü Gezamenlijke afsluiting
Ter afronding krijgen ze studenten nog wat laatste instructie. Draagt studenten op het tijdpad in de
gaten te houden, scharen en spelden en zo mee te nemen. Het opruimen gaat ook vrij soepel.


COMPETENTIE 1. UIT ‘IK ALS BELEGELEIDER 1 Het gaat om: Op een goede
manier leiding geven.
INTERPERSOONLIJK
COMPETENT.

1. UIT ‘IK ALS BEGELEIDER 1:

BESCHRIJVING VAN DE SITUATIE:

Aan een tweede jaar, klas D2A wordt het vak Modevorming gegeven. Dit zijn studenten die
de richting ‘Junior stylist’ hebben gekozen.
Klas D2A is een leuke klas die bestaat uit alleen maar jonge dames, zo’n 25 in totaal in de
leeftijds categorie van 16 tm 21 jaar.Deze klas krijgt in totaal drie en een half uur les
Modevorming en modebeschouwing per week. Het vak modevormgeving is een belangrijk
onderdeel van de opleiding tot junior stylist.
Modevorming leert een van de belangrijkste processen. Dat is om van inspiratie tot een
(kleding) collectie te komen. Ze moeten dus het hele’ design’ proces of ook’ collectioneren’
genoemd Leren. Al deze stappen zijn leerdoelen in de lessen.



15

De les Modevorming waarbij het belangrijkste is dat de leerlingen de processen leren die
horen bij het vak mode en het maken van een mode collectie.Bijvoorbeeld de moodboards
maken, het schetsen ,de kleurkaarten en dessins. Het collectioneren leren ze van het begin
startende bij de trends en inspiratie, tot het eind product de kleding zelf. Elke opdracht voor
Modevorming is een proces en is het dus belangrijk dat de leerlingen die weg gaan.Dat is
hun ontwikkeling....hun ontdekkingsreis van hun talent en hun kunnen.
Omdat het een gemengde klas is met verschillende etnische archtergronden en culturen
heerst er soms een drukke ietswat luide sfeer in de lessen, en gaat het proces niet gelijk op.
Zo zijn er kids met Surinaamse, Antiliaanse, Turkse, Javaanse, Indonesische,Hindustaanse,
Koreaans, Afrikaans en gemende afkomst en culturen.En natuurlijk ook met een
Nederlandse achtergrond.Dit geeft een klas met zeer uiteenlopende leerlingen,en
verschillende werkhoudingen. Bij de lessen moet ik daar ook zeker rekening mee houden
want er is regelmatig extra aandacht nodig op verschillende vlakken en onderdelen.
Dit doe ik door de juiste vragen te stellen.Dit zijn vaak specifieke vragen over de opdracht of
de instructie die net gegeven is. Als dat niet voldoende is dan worden de vragen wat meer op
de persoon om te achterhalen wat er mogelijk aan de hand is. Aan de houding of reactie van
de leerling kan ik vaak zien of extra aandacht gewenst is. Door vragen te stellen kan je
geruststellen,helpen en dan op weg helpen (aansturen).Dit is ook iets wat ik graag
doe.Vooral om resultaat te kunnen krijgen. Sommige hebben naast de algemene uitleg van
een opdracht die iedereen krijgt nog even persoonlijke aandacht of uitleg nodig.
Wat mij opvalt is dat de ethnische achtergrond niet per definitie bepalend hoeft te zijn voor
het talent. Ik vraag me wel af of de culturele achtergronden en het milieu waarin men
opgroeit van invloed kan zijn op de motivatie en het doorzettings vermogen van die
leerlingen. Mogelijkerwijs zou dat de snelheid van de groei en de ontwikkeling kunnen
bepalen??Maar het proces van’ collectioneren’ dat ze moeten leren en ervaren is voor een
ieder hetzelfde.De hoeveelheid tijd die erover gedaan wordt dat verschilt per student.

Zo heb ik een leerling van Curacao.Een jonge dame met een mooi creatief talent die
makkelijk deze opleiding aankan en de dingen die ze maakt erg goed en mooi doet.In haar
werkhouding is ze wat eigenwijs, en moet daar met regelmaat op gewezen worden. Ze is
vaak met periodes achterelkaar niet in de les.Dit heeft tre maken met een zieke moeder die
persee door haar verzorgd wil worden(ook al zijn er andere oplossingen voor handen).De
verantwoording voor het geregel van de zaken voor de moeder komen op haar schouders
terwijl haar moeder zich bewust is van haar studie. Dit is vaak iets typisch vanuit familie
verhoudingen en de cultuur.Haar afwezigheid en soms hierdoor gebrek aan concentratie zou
mogelijkerwijs haar ontwikkeling kunnen vertragen. Gelukkig is ze snel,mondig en
competatief van karakter waardoor het goed komt. Een andere leerling ook van Curacao,wat
ouder en ook een typische gezinssituatie,ook talentvol heeft er juist last van.En haar
ontwikkeling gaat langzaam.Er moet ook veel aandacht aan deze leerling besteed
worden.Exra aandacht kost tijd, dat is dus de investering.
Als dit type leerling door heeft dat je bekend bent met hun afkomst en leefwereld,worden
gesprekken makkelijker en verdwijnt vaak de schroom. Ze zijn dan geneigd makkelijker over
‘thuis’ ivm hun school werk te praten. Dit is positief. Ze voelen zich veiliger en gehoord
hierdoor en je kan ze zo beter helpen in de les en adviezen geven.

EEN VEILIG LEERKLIMAAT:





16

Het klimaat in mijn lessen is veilig.Ik heb aandacht voor elke leerling in de klas.Ik observeer
zodat ik weet wie aandacht nodig heeft.
De leerlingen kunnen mij vertrouwen.De leerlingen weten wat mijn grenzen zijn.De leerlingen
weten dat wederzijds respect belangrijk is.De leerlingen weten dat ik het beste met hun Als
leerling en hun leerproces voor heb. De leerlingen ervaren stimulans om zich te
ontwikkelen.De leerlingen weten dat ik vragen stellen belangrijk vind.
Mijn lessen zijn er opgericht om de lesstof via opdrachten in een proces te leren. Er is onder
andere ruimte om vragen te stellen.Ook vind ik het belangrijk dat ze respect hebben voor
elkaar.En resultaten en informatie leren delen met elkaar. Uitlachen en ongewenst gedrag
naar elkaar toe stel ik aan de kaak.
Ik heb een paar vaste quotes die ongemak moet voorkomen.

1- Er zijn geen domme vragen! Als je geen vragen stelt ,kan je niets leren. En het is zelfs
belangrijk indien mogelijk naar elkaars vragen te luisteren.Je kan tenslotte ook
daarvan leren.
2- Iedereen heeft een talent.Met het goed volgen van de les en de opdracht(het stappen
proces)kun je je talent leren kennen en laten schijnen.En ik vertel ook dat een ieders
talent anders en Unique is.
3- Als communiceren met respect en eerlijkheid gedaan wordt dan kom je vooruit.En is
er altijd hulp. Je kan ook altijd een gesprek met mij voeren.
4- Als je het werk niet doet, kan ik je niet helpen leren zodat je een goed resultaat
behaalt.Het gevolg meestal een niet zo prettige is dan voor jezelf.Dit geef ik mee.

In het proces van de opdracht is het meestal zo dat ik de voortgang individueel bespreek.
En dus komt het regelmatig aan de orde of die gene wel beseft wat ze kan.Dat zijn ook
meestal de momenten waarbij je merkt of ze zelfstandiger wil werken,’hun eigen ding
doen’,of liever veel overleg heeft.
Ook heb ik bij enkele opdrachten juist een onderdeel waarbij eigen ‘research’wordt
gevraagd.Men moet dus in de eerste instantie zelfstandig aan de slag.Dit stimuleer ik ook
door hun aan te moedigen gewoon te beginnen en niet te schromen hulp en uitleg te
vragen bij onderdelen of informatie die ze tegenkomen en niet helemaal begrijpen.
De groeps projecten vragen van de deelnemers om samen te werken.
En als er conflicten ontstaan,of iemand voelt zich toch niet prettig in de groep,zal ik altijd
adviseren eerst samen open te zijn en te proberen tot een samenwerking te komen.
Tenslotte zijn dit ook situaties die in het’echte’bedrijfsleven voorkomen.
Komen de groepsleden er niet uit,dan kom ik erbij om samen met hun een oplossing te
vinden.(interventie).
Als al het boven gestelde werkt dan is de sfeer in de klas / groep goed en prettig om in te
werken voor de leerlingen.

Als ik mij eigen automatische handelen in de lessen tegen het “Car’ *model aan houd, dan
is de volgorde als volgt:
1- RELATIE, relaties en vertrouwen zijn automatisch belangrijk Dit komt voort uit mijn
eigen levens invulling en opvoeding.En het ligt in mijn aard om daar meteen mee aan
de slag te gaan. Dit doe ik door interesse te tonen voor de leerling ,wat hun bezig
houd en ze zich welkom te laten voelen.Te laten weten dat ik hun’zie’. En dat ze bij mij
terecht kunnen (dit zeg ik ook en handel er ook naar). Zo bouw je een schooljaar lang


17

aan de relatie.Deze gesprekken, observeringen en voortgang hou ik bij in korte
verslagen.ER is een leerling die ondanks dat ze een goede SLBer heeft toch graag met
mij praat over wat haar privé en met school bezighoud. Dus hebben we met
regelmaat na de les een gesprekje van tien tot fijftien minuten.
2- AUTONOMIE, het stimuleren van zelfstandig werken en zelfs proactief zijn.En samen
regels maken zodat dit zelfstandig werken makkelijker kan. In de opdrachten zitten
vaak onderdelen van research wat zelfstandigheid vraagt. Ik ben er om ze te
begeleiden, vragen te antwoorden en richting te geven. Dit wordt ingepland en
geregistreerd.
COMPETENTIES, hun duidelijk maken dat ze echt wel wat kunnen. De manier waarop ik dit doe kan
nog wel wat uitbreiding gebruiken. Door na elke opdracht feedback te geven op de stappen die ze
gemaakt hebben,kan ik de leerling wat dichterbij brengen bij het inzien en herkennen van hun talent
en kunnen.De leerling kan zelf ook actiever worden bij het maken van de opdracht.Dat zie ook
gebeuren,ze worden enthousiast. Als dit een heel schooljaar wordt vol gehouden moeten er wat
ontdekkingen te zien


Start 21 DEC 2015 uit ik als Prof 1.


2-PEDAGOGISCH COMPETENT: Het vermogen te zorgen voor een
veilige leeromgeving.


De sfeer in de klas is erg belangrijk. Als het moment daar is om de cijfers uit te
delen dan ontstaat er wat zichtbare concurrentie en vergelijkingen van de cijfers
onder de leerlingen. Ook ten opzichte van mij als docent kan er wat wrijving
ontstaan als men andere mening heeft over de eerlijkheid van het cijfer. De
sfeer is dan veranderd. Meestal wat rommelig en zijn de leerlingen rusteloos.
De leerlingen met twijfelachtige cijfers spreek ik apart om zo een uitleg gevolgd
door een bemoediging te geven en eventuele vragen te beantwoorden. Ook leg
ik uit dat je cijfers als een uitdaging kan zien om je te prikkelen meer bezig te
zijn met het vak en het ontwikkel proces.
Leerdoel:
Ik zou beter voorbereid willen zijn op de reactie van de leerlingen en de
bijbehorende sfeer. Mijn twijfels die soms opkomen door de discussies /
gesprekken wil ik geen rol laten spelen. En ga dus opzoek naar een structuur
van cijfers registreren en aantekeningen om onduidelijkheden te minimaliseren.
Dit betekent dat de klasse cijferlijsten duidelijker en overzichtelijker moeten
worden. En vanaf het begin duidelijke aantekeningen maken over afspraken die
ik met de leerlingen maak en mijn eigen waarnemingen.

Toevoeging aan het leerdoel:
De stappen die genomen moeten worden om duidelijkheid te geven omtrent de
cijfers zijn:
Uitleg over het tot stand komen van de cijfers.
Hoe wordt het beoordeeld, en welk gedeelte of gehele opdracht.


18

Na de opdrachten binnen korte tijd (tien dagen) de cijfers en evt feedback
geven.
Duidelijk de cijfers registreren en daarbij je bevindingen erbij noteren.
Dit zijn stappen die meteen genomen kunnen worden.


Voortgang FEBRUARI 2017


De voortgang van mijn Pedagogische ontwikkeling:


Ik besef dat het boven omschreven leerdoel een van de eerste behoeften is die nodig zijn
voor duidelijkheid en helderheid omtrent de cijfers en de ontwikkeling van mijn leerlingen.
Nu besef ik dat er veel meer voor nodig is om een goede en veilige leer- en werkomgeving
te kunnen geven, en de cijfer registratie is een belangrijk aandeel. Als er transparantie- en
vooraf duidelijke uitleg is over het tot stand komen van cijfers en resultaten, dan zijn er
minder discussies lees stress voor zowel leerling als voor mij als docent.
En dus heb ik hier hard aan gewerkt om de cijfers sneller terug te koppelen en goed te
registreren. Maar Ook aan het begin van een opdracht duidelijk te communiceren hoe het
cijfer tot stand gaat komen.
Het is bekend dat bij mij in de klas een ieder .....echt een ieder erbij hoort. Daar ben ik altijd
weer heel duidelijk over. Ook duld ik geen uitlachen dat zou getuigen van gebrek aan
acceptatie. En dus vraag ik respectvolle omgang met elkaar en leer ik de leerlingen ook
naar elkaar toe mededeelzaam te zijn en hulpvaardig. Als klas horen ze bij elkaar. Ook vind
ik het belangrijk dat ze in zelfstandigheid gaan groeien(dit stimuleer ik door de type
opdrachten dat zelfstandig werken vraagt). En ik ken mezelf en weet dat ik een groot ‘fan’
ben van de ‘ontdekkingsreis ‘ van hun talent waardoor voor hun duidelijk wordt wat ze
echt willen en kunnen wat de studie en de toekomst betreft.
Bruikbaar zijn :
¥ De Pyramide van Maslow. Om te checken welke behoeften er zijn.
¥ Tuckmans 5 stages. Dit geeft duidelijk op het gebied van gedrag.

Ik ben dus een docent die graag een ieder een goede plek geeft om plezierig en productief
te kunnen laten zijn en zo zich te ontwikkelen.
















19

OVER DE BEWIJZEN.......
Een aantal documenten bestaande uit verslagen van lesbezoeken.Een checklist. Een
instrument (woordspin) toegepast om onderwijs behoeften van studenten te kunnen
analyseren.
De groene kleur geeft onderdelen die bij mijn Pedagogische competentie horen weer.

COMPETENTIE 2. FEEDBACK VAN EEN OPWEG NAAR EEN ZELFSTANDIG
KERNDOCENT ,VERANTWOORDELIJK EN
PEDAGOGISCH COMPETENT BEWUSTE STUDENT.




Lesevaluatie Glenda Modevorming jaar 2, december 2016 Michel Luk

Glenda zorgt voor een veilige leeromgeving en geeft duidelijk aan wat het doel van de les is
en wat het programma vandaag is. Glenda plaatst deze les in het grotere geheel van het
gehele blok. Tevens wanneer de opdracht waar de studenten aan werken af moet zijn.
Glenda stimuleert de zelfstandigheid van studenten en spreekt ze op hun
verantwoordelijkheid en zelfstandigheid aan.

Studenten werken verder aan de opdracht en laten een deelopdracht aan Glenda zien ter
beoordeling. Glenda loopt rond en bespreekt en beoordeeld individuele boekjes van
studenten.
Terwijl ze dit doet houd ze goed overzicht wat andere studenten doen. Indien nodig spreekt
zij andere studenten aan en activeert ze studenten om verder te gaan.

Studenten laten hun gemaakte werk zien en Glenda geeft feedback en of de student verder
mag gaan met de volgende deelopdracht. Tijdens het bespreken geeft Glenda blijk een zeer
deskundige vakdocent te zijn die ver boven het niveau van de student staat maar heel goed
kan aansluiten waar de student zit. Ze prijst de goede kanten van het idee van de student en
stuurt ze waar nodig in de juiste richting. Glenda vraagt door wat de student ermee bedoelt,
net zolang tot ze het concept begrijpt.
De student wordt uitgedaagd om toelichting te geven op het eigen gemaakte concept en
Glenda leert ze trots te zijn op hun gemaakte werk. De sfeer is zeer open en ik zie de
student leren tijdens het gesprek. Soms wordt er nadrukkelijk gelachen. Elke student
wordt op eigen niveau gesprezen en bijgestuurd. Glenda licht duidelijk toe hoe ze tot een
cijfer komt voor de deelopdracht. Glenda koppelt regelmatig tijdens het gesprek naar de
beroepspraktijk. +/+

Andere studenten zijn bijna de hele les met hun opdracht bezig. Ze werken graag aan de
opdracht en zien het nut voor hun vak. Soms vraagt Glenda een buurvrouw om iets over het
concept van een andere student te zeggen. Zij helpt de student bij het geven van feedback of
vertaalt de woorden naar vaktermen. Omdat de student een concept maakt met een grote
persoonlijke inbreng (bijvoorbeeld als idee vakantiebestemming, eten/drinken/cultuur, etc.),
is er een bovengemiddelde inzet en motivatie voor de opdracht.

Top:


20

de opdracht spreekt de studenten erg aan, is uitdagend, en er is een duidelijke koppeling
met het beroep. Glenda zorgt voor een optimale leersfeer en bereikt veel in 1 les, goede
lesdoelen en duidelijke koppeling naar lessenserie.

Tip:
Geef studenten zelf nog iets meer tijd om hun idee/concept toe te lichten voor jij feedback
geeft.
Laat studenten in groepjes naar elkaars werk idee kijken en elkaar feedback geven. Dit
laatste hebben we nabesproken. Jij gaf aan dat dit een bewuste keuze was omdat je een
beoordeling/cijfer gaf en je vaak bij andere opdrachten dit wel doet. Dit heb ik zelf in een
andere les waargenomen.












COMPETENTIE 2. FEEDBACK VAN EEN KERNDOCENT OPWEG NAAR EEN ZELFSTANDIG
,VERANTWOORDELIJK EN
PEDAGOGISCH COMPETENT EEN CHECKLIST BEWUSTE STUDENT.

CHECKLIST:
Tabel 1 . Structurerende leerkrachtgedragingen.
Onderdeel A valt onder Pedagogische competentie.
Zowel op school en in de les als ook daarbuiten kan ik de verwachtingen duidelijk maken en
richtlijnen volgen.

Tabel 2. Autonomie ondersteunende leerkrachtgedragingen.
Onderdeel B valt onder Pedagogische competentie.
Van punt 5 tm 9 kan ik echt zeggen dat dat is wat ik doe.
Voor al nr 9 ‘Onvoorwaardelijke aanmoediging ‘ is iets waar ik echt voor wil staan.
Om zo ontwikkeling van de talenten en dus de leerling de beste kans mogelijk te geven.


















21

22

COMPETENTIE 2. FEEDBACK VAN MVR. J.S.M. OPWEG NAAR EEN ZELFSTANDIG
SCHAAFSMA ,VERANTWOORDELIJK EN
PEDAGOGISCH COMPETENT BEWUSTE STUDENT.



Lesobservatieformulier
Algemene informatie
Naam docent Glenda Aubri


Opleiding Mode en Maatkleding N3 Allround BOL / BBL
Les/vak Modevorming
Datum observatie 02062015
Moment observatie Begin les Midden les Einde les

Leerjaar 1 2 3 4
Registratie absentie Ja
Inhoud van de les is O Beroepsgericht O Taal O SLB of LB
O Rekenen
Onderwijswerkvorm O Klassikale les, gezamenlijke instructie en werken in subgroepjes
Groepsindeling O Hele groep, instructie en afronding klassikaal
O Subgroepjes,


Glenda komt uit de modewereld en heeft nu gekozen voor het onderwijs. Het trekt haar aan om met jonge
mensen te werken en ze te introduceren in de wereld van de mode. Ze heeft naast haar passie voor het vak
ook een pedagogische drive, jonge mensen iets meegeven als het gaat om hun persoonsvorming als
voorbereiding op het leven.
Ze benadert de studenten op een opgewekte, positieve manier, maar daagt ze ook uit om hun best te doen,
zich verder te ontwikkelen. Ze is duidelijk als het gaat om de eisen die ze stelt, de uitvoering van de opdracht
etc.
Het is leuk om te zien hoe ze de studenten meeneemt in de subcultuur, de wereld van de mode, de specifieke
vaktaal die daar gebezigd wordt, gelardeerd met Engelse uitdrukkingen ( dat is wel echt etnisch).

Aspect 1.2 Maatwerk Ja/nee Opmerkingen/observaties
¥ Sterke en zwakke studenten krijgen verschillende opdrachten van nvt
verschillend niveau
¥ De docent draagt verschillende voorbeelden aan die aansluiten bij de J Geeft persoonlijke feedback, op
verschillen in de groep (niveau, taalbeheersing/ontwikkeling, niveau
spanningsboog, luisteren/handelen)
Aspect 1.3 Didactisch handelen Ja/nee Opmerkingen/observaties
¥ De docent licht nut van de les en relatie met voorgaande lessen toe J Doel is duidelijk in het licht van de
aan de klas/groep totale opdracht
¥ De docent maakt duidelijk wat de relevantie van de leerstof is voor J Evident
beroepspraktijk en/of vervolgonderwijs
¥ Studenten begrijpen de uitleg en weten precies wat ze moeten doen, J
ze kunnen aan de slag
¥ De docent stimuleert de betrokkenheid bij de onderwijsactiviteiten J Kan nog iets worden uitgebreid en
door de studenten uit te nodigen mee te doen en mee te denken verdiept
¥ De docent maakt gebruik van passende werkvormen, materialen en J
media, afgestemd op het niveau en de kenmerken van zijn studenten
¥ De docent communiceert effectief, hij/zij legt de leerstof begrijpelijk J
en aansprekend uit
¥ Er is tijdens voortdurende interactie van docent naar student en J
tussen studenten onderling bij het overdragen en ontwikkelen


23


Click to View FlipBook Version