The words you are searching are inside this book. To get more targeted content, please make full-text search by clicking here.
Discover the best professional documents and content resources in AnyFlip Document Base.
Search
Published by mjongkoen, 2018-08-14 03:51:01

Willem Jongkoen[49905]

Willem Jongkoen[49905]

1. Willem Jongkoen (Gouda 1762 – Gouda 1837)
1.1 Operatie en/of Bril (Rotterdam januari 1828)
Ruim een week geleden in het Rotterdams Gemeentearchief aan de Hofdijk geraadpleegd de
inventaris van het Gemeentelijk Gasthuis aan de Hoogstraat. Dit aan de hand van het artikel over
de Franse Oculist/Oogarts C.M. Lusardi (1778 - > 1842) in het Rotterdams Jaarboekje uit 1975.
Hier één van beide bladen met de patiënten:

Er is slechts één overzicht van door hem behandelde 43 patiënten, waaronder Willem Jongkoen
(Gouda 1762 – Gouda 1837). Bij hem is sprake van opname met “kunstbewerking” 6 januari
1828 en vertrek 19 januari met goed gevolg/bril.
1.2 Oranjegezinde Cathechiseermeester-Krankenbezoeker-Voorzanger
Willem Jongkoen (Gouda 1762 – Gouda 1837) en zijn vader Leendert Jonckhoen (Gouda 1731 –
Gouda 1801) zijn beiden lid van de oranjegezinde Goudse Oprechte Vaderlandsche Sociëteit, die
in 1787 is opgericht.

[1]

Zij zijn medeondertekenaars van één of meerdere verzoekschriften aan het Goudse
gemeentebestuur over het al dan niet handhaven van predikanten van de St Janskerk, die tijdens
Patriotse woelingen hun post in de steek lieten. Zij komen beiden voor in een alfabetische lijst
uit 1787, t.w. als:
 Jonkhoen L., Commenij-winkelier/kruidenier aan de Vogelenzang (Wilhelminastraat 42-44).
 Jonkhoen W., (ver)koper tabak, koffie en thee aan de Hoogstraat.

Dit laatste was mij bekend uit zijn testament uit 1786. De schoonfamilie van zijn vader Leendert
Jonckhoen van der Strigt kent verschillende vermeldingen aan de Vogelenzang en zijn zwager
Aldert de Vrijer/Frijer aan de Hoogstraat koopt in de periode september 1769 – december 1776
diverse panden aan de Vogelenzang. Zwager Johannes Nieuwland verkoopt februari 1792 een
pand aan de Vogelenzang aan Ary Mol.

[2]

Wilhelminastraat 42-44 in ca. 1904

Brand 12 juli 1923 Wilhelminastraat 44 (en 42)

Willem Jongkoen (Gouda 1762 – Gouda 1837) wordt in 1793 benoemd tot
Cathechiseermeester/Krankenbezoeker, uit welke functie hij op voordracht van
stadssecretaris Polijn in 1795 door de gemeenteraad wordt ontslagen. Willem wilde (naar
zeggen) wel de eed op de Franse Rechten van de Mens afleggen, maar:
 Begreep die niet goed.
 Er is een hoger Gezag dan de Mens.
Zie ook 2 en 3.

[3]

2. Willem Jongkoen: Bijzonderheden 1780 – 1833

In het begin van mijn genealogisch onderzoek verkreeg ik ondermeer via Gijs Kooijman te Gouda –
neef van mijn vader – en de toenmalige archivaris van het Gouds NH-Kerkelijk Archief Henny den
Dolder-de Wit de nodige informatie over Willem Jongkoen.

De Goudse Huisarts Cees Jongkoen sprak in mijn eerste telefoongesprek met hem over het ontslag
van Willem Jongkoen (1762 – 1837) door de Gemeenteraad en maakte mij attent op Gijs Kooijman,
die regelmatig te vinden was in het Goudse Streekarchief. Door Gijs is geschreven: “Kroniek van
Gouda – 1250 jaar Goudse geschiedenis in jaartallen verzameld” (najaar 1984) ter gelegenheid van
het 25-jarig bestaan van de Oudheidkundige Kring “Die Goude”.

Gijs wees mij erop, dat Jacoba van Heeren-Jongkoen (Gouda 1906 – Gouda 1996) – zus van mijn opa -
nog leefde. Eind 1995 bezocht is samen met mijn vader en haar dochter Lena Teeuwen-van Heeren
oud-tante Jacoba/Coba/Co voor het eerst en door haar overlijden in 1996 voor het laatst.

26/03/1780 Willem Jongkoen, Jongeman aan de Vogelenzang, NH-Lidmaat.
25/12/1781 Agatha Nieuwland, uit Groot-Amers/Rotterdam, NH-Lidmaat.
01/11/1786 Testament Tabaksverkoper Willem Jonkhoen aan de Hoogstraat en 1e echtgenote
Agatha Nieuwland.
28/03/1793 Willem Jongkoen aangesteld door de Groot Achtbare Magistraat als
Krankenbezoeker (Notulen Kerkeraad)
13/04/1793 Via afgenomen examen geschikt bevonden voor ziekentroosterambt (Notulen
Kerkeraad)
10/07/1795 Ontslag Burger Willem Jonkhoen als Krankenbezoeker en Cathechiseermeester i.v.m.
het niet ondertekenen van de Rechten van de Mens (Raadsbesluit).
10/08/1795 Raadsbesluit vermeld in notulen Kerkeraad.
03/02/1817 Verschijnt als wettig erkende Cathechiseermeester voor de Commissie van Toezicht
op het Godsdienstonderwijs.
05/05/1817 Woont op Trapjeserf/Zwanenerf.
01/05/1824 Woont op Cinkenerf/Huisje in ’t Poortje op de Tiendeweg.
04/01/1827 Cathechiseermeester W. Jongkoen vraagt wegens hoge leeftijd en aanhoudende
doofheid om pensionering. Krijgt f 25,-- per jaar.
06/01/1828 Opname in Rotterdams Gasthuis aan de Hoogstraat voor oogonderzoek/operatie.
19/01/1828 Vertrek uit Rotterdams Gasthuis aan de Hoogstraat met bril na “kunstbewerking”.
20/04/1828 Ogen genezen; bedankt voor ondersteuning diaconie.
02/02/1831 Catechiseermeester Wm. Jonkhoen verzoekt om pensionering wegens blindheid.
Krijgt 40 cent per week.
16/02/1831 Willem Jongkoen, 68 jaar, ontvangt 70 cent per week bedeling i.v.m. opname in het
Gouds Gasthuis.
28/02/1831 70 cent van Willem Jongkoen is onvoldoende om in ’t Gasthuis te worden
opgenomen; verhoogd tot f 1,-- zullende de vader van genoemd huijs hem ’s
wekelijks voor zakgeld geven 20 cents.

[4]

19/07/1832 Steeds dringender behoefte aan cathechiseermeester. Kerkeraad willen een kundig
persoon tegen f 400,-- per jaar benoemen. f 190,-- is voor rekening van de kerkelijke
17/07/1832? administratie.
31/03/1833 Aanstelling jeugdige cathechiseermeesters i.p.v. Macquelijn en Jongkoen.
Wm. Jongkoen vermeldt op door hem geschreven Catechisantenlijst 9 personen.

3. Relaties Goudse familie Jongkoen – Leidse familie Polet uit Tourcoing

Via Goudse Gebeurtenissen en (mogelijk) Goudse Panden lijken er in de periode 1643 – 1885
verbanden te hebben bestaan tussen de Goudse Familie Jongkoen uit Mesnil/Normandië en de
Leidse Familie Polet uit Tourcoing. Of zij in die periode wisten dat er een familierelatie bestond en
zo ja hoe die dan in elkaar zat, zullen we zéér waarschijnlijk nooit weten. Het minste wat we echter
kunnen vaststellen, dat de paden van de Leidse Familie Pollet en de Goudse Familie Jongkoen elkaar
diverse keren hebben gekruist. Na de grote buskruitramp te Leiden in 1807 vestigen zich leden uit de
Leidse Familie Polet te Gouda. De familie kent Wolkammers en Steenhouwers.

01. 01/08/1643 WK-ondertrouw van soldaat Francois Pollé/Poulet zv Catheleijne onder
02. 1672 Commandant Serriere uit Mesnil/Normandië x Barbe Viaene dv Jean Viaene
03. 01/11/1736 uit Tourcoing (in 1642 is zijn echtgenote Anne Mirebeau).
Marritge Hobben (ca. 1645 – 1684), schoonzus van J(e)an Fransz. Poulet
04. 1762 – 1769 (1647 – 1715), gehuwd met tapijtwerker Jacob Goosensom woont in de
Doelensteeg,
Catherine Jobsdr Jonkhoen (Gouda 1708 – Gouda 1736) – gehuwd Gouda
1727 met Vincent de Koning uit ’s-Hertogenbosch - wonend in de
Zak/Tuinstraat begraven. N.B.: Voorouder Jan Lafeber uit Gasselte wiens
familie uit Valenciennes afkomstig is.
Jan Jobsz Jonckhoen (Gouda 1704) eigenaar van pand in de Zak/Tuinstraat.

[5]

05. 1762 – 1779 Jan Thomasz Jonkhoen (Gouda 1710) eigenaar van Kleiweg 98
06. 28/03/1793 Oranjegezinde Willem Leenderts Jongkoen (Gouda 1762) aangesteld als
07. > 21/01/1793 Krankenbezoeker/Cathechiseermeester.
Koningsgezinde Pierre Philippe Pollet uit Tourcoing – die niet de eed wil
08. 10/07/1795 afleggen op het revolutionair Frans Gezag – vlucht via België, Gouda
(langdurig verblijf), Paderborn naar Tilburg/Hoogstraten. Dit na de
09. maart 1797 onthoofding van koning Lodewijk XVI.
10. 27/05/1812 Willem Leenderts Jongkoen (Gouda 1762) ontslagen door Goudse Raad als
11. 1815 – 1820 Cathechiseermeester/Krankenbezoeker, omdat hij niet (onverkort) de eed wil
afleggen op de Franse Rechten van de Mens. Ontslagbrief getekend door
Patriotsgezindse stadssecretaris Jacob Polijn, die afstamt van sergeant
Philippe Poulijn uit Caen/Normandië gehuwd te Gouda 02/12/1640.
Raadsbesluit 10/08/1795 vermeld in Notulen Kerkeraad. N.B.: Poulain
betekent jong dier (familiewapen: veulen) m.n. gevogelte (Jong Hoen?).
Martinus Ogier (Weert 1761) koopt Kleiweg 98 , waarin hij later woont.
Martinus Ogier is medeaangever van het overlijden van Willemijna Jonkhoen
(Gouda 1759) dv schoenmakersbaas Pieter (Jonk)Hoen (Gouda 1725) x
Hester van Beek aan de Kleiweg.
Hendrik Jacobus Polet (1796) en Johannes Jongkoen (Gouda 1793) vervullen
vrijwel tegelijk hun dienstplicht bij het 5e regiment infanterie. Johannes is in
1815 deelnemer van een veldtocht tegen Napoleon in Brabant.

[6]

12. 14/11/1819 Hendrik Jacobus Polet (1796) en Theodorus Ogier Polet (1759), wonend aan
de Doelensteeg zijn getuigen bij het 2e huwelijk van Cornelia Ouwel –
weduwe Pieter Jonkhoen – met Stephanus Tak.

13. 1821 – 1826 Hendrik Jacobus Polet (1796) woont op Kleiweg 98 dat Martinus Ogier kocht
(zie: 9).

14. 1830 Theodorus Ogier Polet (1759) koopt Zak/Tuinstraat (zie: 4). N.B.: Deze
vermelding zette mij op het spoor van familieonderzoeker Ton Polet in Oud-
Beijerland.

15. 15/10/1834 Hendrik Jacobus Polet (1796) geeft overlijden 1e zoon Willem Jacobus Polet
(1833) aan. Met zijn vrouw Catharina Ogier woont hij in Zak/Tuinstraat (zie:
4).

16. 1860 – 1862 Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin in Doelensteeg.
17. 1862 – 1864 Willem Hendrik Polet (1836) woont met gezin in Doelensteeg.
18. 1864 – 1867 Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin in Doelensteeg.
19. 1868 Ezechiël Jongkoen (1831) tekent in op “Geschiedenis der Martelaren” waarin

o.m. voorkomen leden uit de Rijsselse familie Oguier, die om hun geloof op
de brandstapel kwam. Het betreft: Robert, Johanna, Boudewijn en
Maarten (Martinus!).
20. nov. 1872 Ezechiël Jongkoen (1831) tekent met o.m. Willem (Hendrik) Polet (1836) het
smeekschrift tegen het Pokkenbriefje aan koning Willem III.
21. 1884 – 1885 Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin in Buurtje (P38)
22. ca. 1885 Willem Philip Polet (1858) woont met gezin in Buurtje (P43)

Ad 19: Tegen vermeldde bijzonderheid over familie Oguier in een eerdere uitgave al rond 1994
aangelopen; tegen intekenen op dit boek door Ezechiël Jongkoen pas een paar maand
geleden.

Tenslotte (23):

In het boek “Stenen tot leven gebracht 1832 – 2007” gewijd aan de oude Begraafplaats te Gouda,
waar van mijn overgrootouders Jongkoen-Boot en van Oostenrijk-Schriek zich een graf bevindt, wijdt
Mevrouw (Elisabeth Johanna ?) Binee-Polet (Gouda 1926) 3 pagina’s aan haar:

 vader steenhouwer A. Th. Polet (Gouda 1900 – Gouda 1980). Hij was wethouder.
 grootvader Steenhouwer Gerrit Polet (Gouda 1863 – Gouda 1936) x Johanna Groeneveld

(Gouda 1867 – Gouda 1951).

N.B.: Elisabeth Johanna Polet is volgens Ton Polet een dochter van Everijndert Arie Polet, zodat er
er zeer waarschijnlijk nog een 2e vrouwelijke Polet met een Binee is getrouwd.

Haar overgrootvader (tevens van familieonderzoeker Ton Polet in Oud-Beijerland) is:

 Steenhouwersknecht Anthonie Theodorus Polet (Gouda 1830) x Gouda 1852 Catharina
Wilhelmina Kloos (Gouda 1826 – Gouda 1867) wonend in de Zak/Tuinstraat (nr. 172a later
234a) in de periode 1860 – 1880. Zoon van Hendrik Jacobus Polet x Catharina Ogier.

[7]

Zij is de vrouw van PTT-er Peter Binee (Gouda 1923 – Gouda 2008), die voor ARP/CDA raadslid en
wethouder. Als wethouder tekende hij voor de nieuwbouw aan de Hanepraai/ Fluwelensingel.

Nakomelingen van Hendrik Jacobus Polet x Catharina Ogier.

Een foto van haar grootouders Polet-Groeneveld met kinderen moet wel haast bij dezelfde fotograaf
zijn genomen als de foto van mijn overgrootouders Jongkoen-Boot in ca. 1910. Zie blz. 9.

Pakhuisknecht/postbode Johan Jongkoen (Gouda 1908 – Gouda 1978) trouwde te Gouda 1931
Neeltje Binee (Gouda 1909 – Gouda 1975) dv Johannes Binee x Neeltje van Hofwegen.

4. Leden uit familie Jongkoen te Rotterdam vanaf 1811/1881

1811 Elizabeth Maarschalk 2e echtgenote Willem Jongkoen (1762 – 1837) overlijdt
in Rotterdams Gast/Ziekenhuis
1828 Willem Jongkoen (1762 – 1837) oogoperatie/bril in Rotterdams Gasthuis.
1847 Pijpmaker/Sjouwer Hendrik Jongkoen (1797 – 1856) met zoon Pijpmaker/
Opperman Willem Jongkoen (Gouda 1826 – Gouda 1888) uit zijn 1e huwelijk
opgepakt wegens bedelarij. Voor 3 jaren geplaatst in bedelaarskolonie
Veenhuizen van de Maatschappij voor Weldadigheid. N.B.: Door
aardappelziekten en verlies aan arbeidsplaatsen in de Goudse
Pijpmakerij slaat armoede in Gouda dusdanig toe, dat Gouwenaar een ander
woord voor Bedelaar werd.

[8]

1881 Machinist Watergemaal Hendrik Jongkoen (1856 – 1926) vestigt zich vanuit
1883 Waddinxveen te Hillegersberg.
1886 Timmerman/Bouwkundig Tekenaar Hubertus Jongkoen (1862 – 1917) vestigt
1892 zich te Kralingen.
Johanna Jongkoen (1871) en Teuntje Groeneweg vestigen zich te Hillegers-
berg- Kralingen/ Rotterdam.
Metselaar/Schoorsteenbouwer Cornelis Jongkoen (Gouda 1867 – Delft
1952) vestigt zich te Kralingen/Rotterdam.
Woont 10 jaar samen met Francina Dijkmans alias Catharina van het Veer; zij
krijgt 4 zonen en één dochter waarvan de vader onvermeld blijft. Oudste
twee zonen verblijven na haar overlijden in de periode 1910-1930 te
Winterswijk e.o. Cornelis is later 2x getrouwd en kreeg 2 zonen, waarvan
één Accountant werd. Goudse huisarts Cees/Cornelis Pieter Jongkoen (1940)
is de enige (wettige) kleinzoon van Cornelis en heeft 3 dochters.

Foto echtpaar Jongkoen-Boot met oudste kinderen uit familiealbum Jacoba van Heeren
Jongkoen (Gouda 1906 – Gouda 1996). Voorzien van namen door Johan W. N. van Wijk uit
Tilburg, die afstamt van Catharina Jongkoen (1893 – 1972).

Ten onrechte staat onder 5. Jacoba, die op moment van de foto nog niet was geboren.
[9]

1931 NS-Machinist Ezechiël Jongkoen (1891 – 1959) oudste kind van Kaaspak-
huisknecht Johan Jongkoen (1865 – 1950) vestigt zich vanuit Schoonhoven
te Rotterdam. Hierna de 5 oudste van zijn 7 kinderen, t.w. Truus (1919 –
1997), Wim (1922 - 1996), Corrie (1921 - 1994), Jo (1916 –2008) en Jan (1915
– 2001).

5. Ezechiël Jongkoen (1831 – 1897) Boekbinder, Schoenmaker, Stoker Hanepraaigemaal

5.1 Voornaamgeving

Ezechiëls ouders hebben hem willen vernoemen naar grootvader aan moederskant schippers-
knecht Zeger de Ruijter (Willeskop 1760 – Gouda 1815). Dit in de veronderstelling, dat Zeeg/
Zeger afgeleid zou zijn van Ezechiël. Beide voornamen hebben echter niets met elkaar te
maken.

Zeger komt uit een familie in de polder Kort-Heeswijk (Krimpenerwaard):

Huybert Zegersze de Ruijter (Willeskop 1726)
Zegert Huiberts de Ruijter (Willeskop 1698)
Huijbert Zeegers de Ruijter (Willeskop 1662)
Zegher Huijbrechts (Willeskop ca. 1630)
Huijbert Segersen (IJsselstein? ca. 1608)

In de Grote of St. Janskerk te Montfoort komt een grafsteen (zijbeuk links nr. 47) met de naam
Huybert Segersen Ruyter voor, terwijl bij de oudste opgave van bewoners uit Willeskop uit ca.

[10]

1638 als laatste persoon wordt vermeld Huybert Segersen. In de rekening van het Tuchthuis te
Gouda komt als delinquent (opname 24/3/1611 op kosten van zijn oom en twee neven met als
bijdrage f 400,-- contant, f 30,-- per jaar voor “montcosten”en kleeding) voor Huybert de Ruyter.

N.B.: Tenminste vanaf 1670 wonen leden uit de familie Jongkoen in ’t Klooster achter het
Tuchthuis.

Rond 1810 komen te Gouda dopen van kinderen van het echtpaar den Ruyter-Luynenburg voor.
De man Esechiël de Ruiter (Gouda 22/8/1787) is gedoopt als een buitenechtelijk kind van
Willemina Elemans, waarbij de vader (abusievelijk) als Esechiël de Ruiter is opgegeven. Later
noemt men hem ook wel Ze(e)ger(t) den Ruyter.

5.2 Beroepen en Woon/Verblijfplaats

Ezechiël Jongkoen (Gouda 1831 – Gouda 1897) is eerst boekbinder, later schoenmaker en vanaf
1860/1862 t/m 1887 (1e) stoker/machinedrijver van het Rijnlandse Hanepraaigemaal aan de
Fluwelensingel te Gouda. Bij zijn overlijden in 1897 wordt hij nog steeds stoker of machinedijver
genoemd.

Via zijn oudste zoon Hendrik Jongkoen (Gouda 1856 – Rotterdam 1926) en zijn nakomelingen
staan er in de volgende 4 generaties t/m 2003 leden uit de familie Jongkoen op een
watergemaal, t.w. te Waddinxveen/Hillegersberg, Haarlemmerliede & Spaarnwoude en de
Hitsert/Zuid-Beijerland.

De locatiekeuze voor het Hanepraaigemaal is februari 1852 gemaakt, de wet voor stichting is van
22/4/1855, eventuele bedenkingen dateren 4/6/1855, aanbesteding geschiedt december 1855,
overdracht aan het Hoogheemraadschap geschiedt 13/3/1856 en op 11/11/1857 is het
maalwaardig. Op het gemaal staat als jaartal 1857. In 1935/1936 werd de bemaling beëindigd,
januari 1938 is de machinerie gesloopt, 4/4/1939 werd toestemming tot sloop van de
stokerswoning verleend, 13/5/1939 begon de sloop (exclusief de gebouwen) en in 1943 vond de
afbraak van het stoomgemaal plaats. Zie hierna tekening (1860) – in mijn bezit - en foto’s
(1881/1910) van het gemaal.

[11]

5.3 Personeel Rijnland verzoekt in 1866 om Pensioenfonds

Op 3 maart 1866 verzoeken 36 personeelsleden van de stoomgemalen en werkplaatsen te
Spaardam (14), Halfweg (11), Gouda (5) en Katwijk (6) aan de Dijkgraaf hulpfonds om te
zetten in een pensioenfonds door een inhouding van ten hoogste 5%. Te Gouda zijn dit A.
Oomens, S. van Es, E. Jongkoen, W. van Cornewal en P.J. Bouwer. Aanleiding is “het
overlijden van hunnen makker S. Holleman, die vrouw en vijf kinderen nalaat”

Na onderzoek meldt de dijkgraaf, dat gelet op de samenstelling van het personeel (met hun
gezinnen) het personeel zichzelf beter/goedkoper individueel kan verzekeren.

[12]

5.4 Inconsistenties in opgave woonplaats en in het leven zijn van hem en zijn echtgenote
Genoteerde gegevens bij de burgerlijke stand te Gouda/Rotterdam (huwelijken 1890/1892
en bevolkingsregisters 1890 - 1897), Rotterdamse Adresboek (1892), het Goudse NH-
lidmaatboek (1896) en Gasthuispnames (1897) bevatten onjuiste/tegenstrijdige informatie
over de woonplaats en/of al dan niet in leven zijn van Ezechiël Jongkoen (Gouda 1831 –
Gouda 1897) en zijn vrouw Teuntje Groeneweg (1826 – 1907).
Volgens het bevolkingsregister verblijft Teuntje vanaf 1886 tot haar dood te
Hillegersberg/Rotterdam en Ezechiël tot zijn dood in 1897 te Gouda. Niettemin staat bij het
Goudse Huwelijk in 1890 van zoon Johan (1865 – 1950), dat de “echtelieden” te Rotterdam
wonen en bij het Rotterdams Huwelijk in 1892 dat “de ouders beiden” te Gouda wonen. In
het Rotterdams Adresboek uit 1892 staat Teuntje als weduwe vermeld, terwijl ik mij meen
te herinneren dat Ezechiël in 1896 wegens overlijden is doorgehaald als Gouds NH-lidmaat.
In zijn laatste levensweken (1897) wordt Ezechiël 2x in het Goudse Gasthuis opgenomen; hij
overlijdt in het Gasthuis.

[13]

6. J. Jongkoen in 1928 bij Papiergroothandel Deutschmann en Roelants te Rotterdam 25 jaar
expeditiechef

Het Rotterdams Nieuwsblad van 1 maart 1928 maakt melding van het 25-jarig jubileum van J.
Jongkoen als expeditiechef bij de Papiergroothandel Deutschmann en Roelants. Ik kan hem niet
plaatsen in de door mij uitgezochte genealogie Jongkoen (1992 – 2004). N.B.: Wellicht
pakhuisknecht Adrianus Jongkoen.

Mogelijk dat een jubileumboek 1896 – 1921 van dit bedrijf in het gemeentearchief Rotterdam of
bedrijfsdossiers van de Kamer van Koophandel in het Nationaal Archief te Den Haag uitkomst kan
brengen.

7. Kwartierstaat Johan Cornelis Jongkoen (Amsterdam 1915 – Middelburg 2001)

7.0 Paul-Josef Heister

Na het grotendeels in kaart brengen van de genealogieën Jongkoen. Lagerwerf en Eppings
(Middelburg/Utrecht/’s-Hertogenbosch/Winterswijk/Südlohn-Nichteren) ben ik van mijn ouders
de kwartierstaten aan het uitzoeken geslagen.

Hierbij worden ook de voorouders van de schoonfamilies uitgezocht. Er wordt daarbij de
volgende kwartierstaatnummering gehanteerd:
- Probant: Vader (1), Grootvader (2) en Grootmoeder (3), Overgrootouders (4/5 en 6/7), etc.

[14]

Daarbij is sprake van tenminste 3 á 4 families uit het vroegere Land van Kleef (zie 7.1 t/m 7.4),
terwijl er een voorouder afkomstig is uit Swol/Zwolle.

Op zaterdag 19 maart 2011 bezocht ik voor het eerst het Duitse Archief Mosaïk te Cleve/Kleef
(nabij woonplaats Cuijk van mijn broer Piet en zijn vrouw Ria Willemse). Dit voor het opzoeken
van gegevens over de Goudse familie (van) Oostenrijk uit Emmerich/Emmerik.

In een gesprek met penningmeester Paul-Josef Heister kwam ik er achter, dat hij al 4 jaar lang
met Gunther Voldenberg 1dag per jaar (op Frohleichnahm) in het Historisch Centrum Overijssel
te Zwolle akten uit de inventaris van het Haus Gnadenthal maakt.

Die inventaris met akten uit de 16e t/m 20e eeuw was oorspronkelijk in het bezit van het archief
in Dusseldorf. Daar besloot men het over te dragen aan het HCO, omdat het m.n. betrekking zou
hebben op de (latere) Overijsselse familie van Hoëvell (archiefinventaris 568.1). Er blijken echter
zo’n 20.000 akten betrekking te hebben op o.m. Cleve. In 4 jaar tijd hebben zij zo’n 60%
gefotografeerd en afgelopen donderdag zijn zij weer verder gegaan. De komende periode zal ik
ook een deel voor mijn rekening nemen.

Ik wees Paul Josef er op, dat in de familie Eppings ook een Heijster in Didam voorkomt. Hierop
gaf hij aan, dat er twee families Heister in Nederland voorkomen. Eén daarvan vestigde zich in
Utrecht.

Mijn veronderstelling, dat de familie (van) Oostenrijk zijn naam zou ontlenen aan de plaats
Osterwick betwijfelt hij. Volgens hem zou de familienaam wel degelijk aan het land Oostenrijk
zijn ontleend. V.w.b. oudere DTB-gegevens (1620 – 1640) van de RK Aldegundis-Kerk, niet
geïndexeerd, meldde hij dat:
 Er tot ca. 1719 ook dopen plaats vonden voor families uit Netterden.
 Het aantal doopvermeldingen relatief gering is en derhalve betrekkelijk snel na te trekken.

7.1 (Van) Oostenrijk/(van) Beckum (nr. 384 x 385)

Joannes Oostenryk (Emmerik ~ 1701 – Gouda 1778) x Gouda 1735
Maria Hendricksdr. Beckom (+ 1735) – haar vader Hendrick van Beeckum (ca. 1669) trouwt 1693 te
Gouda en is afkomstig uit Montfoort. In de Grote of St. Janskerk te Montfoort is een graf van I.H. van
Beecum. N.B.: Beckum is een Duitse Plaatsnaam.

N.B.: Door de eeuwen heen wisselen in de familie (van) Oostenrijk de voornamen Arnoldus en
Johannes zich af.

[15]

7.2 Van Lockum (nr. 352 x 353)
Philippe Estiene Lockom uit Cleve (+> 1675) x Gouda 1664. N.B.: Loikum is een Duitse plaatsnaam.
Elizabeth Charlesdr. La Taille uit Gouda (+ > 1676)

7.3 Van Waaijenburg (nr. 936)
Martijn Waaijenberg (~ ca. 1647) uit Appeldorn; mogelijk gaat de voornaam Martin(us) in de families
Schriek, van Oostenrijk en Jongkoen op hem terug.

7.4 Verburg/Van der Burg (nr. 336)
Jan Jansz Verburgh/van der Burgh (ca. 1653 – Gouda 15/11/1718) Backer van Swol wordt op
4/8/1683 als Poorter van Gouda ingeschreven en trouwt te Gouda op 10/11/1684 met Jannegje
Wassenburgh (ca. 1660 – Gouda 10/3/1731).
Eind 1999 is uitgebreid gezocht op de generale kaartindex van het toenmalig Zwolse
Gemeentearchief in de Voorstaat (thans onderdeel van het Historische Centrum Overijssel), maar zijn
doop te Zwolle niet onomstotelijk gevonden.

[16]


Click to View FlipBook Version