The words you are searching are inside this book. To get more targeted content, please make full-text search by clicking here.

20180215 Ruim drie eeuwen fris als een Jongkoen versie 4.2 15 februari 2018.docx

Discover the best professional documents and content resources in AnyFlip Document Base.
Search
Published by mjongkoen, 2018-02-19 04:14:36

20180215 Ruim drie eeuwen fris als een Jongkoen versie 4.2 15 februari 2018.docx

20180215 Ruim drie eeuwen fris als een Jongkoen versie 4.2 15 februari 2018.docx

RUIM DRIE EEUWEN FRIS ALS EEN JONGKOEN

1. Inleiding

1.1 Goudse wortels

"Als je ooit de familie (Jongkoen) uitzoekt, moet je in Gouda zijn, want daar komen ze
vandaan" zei begin jaren '80 mijn vader Jan/Johan Cornelis Jongkoen (Amsterdam
09/11/1915 - Middelburg 04/03/2001), terwijl onze trein net het station van de Kaas-,
Kaarsen-, Siroopwafels-, Pijpenmakers- en Plateelmakers-stad passeerde.

Gouda en zijn Produkten Jan Jongkoen: 1. Foto 1916 2. Fotocollage 1995 zus Ria Jongkoen (Rotterdam 19/11/1950) 3. Foto ca. 1992

Mijn vader, voormalig NS-machinist, was zoon van NS-machinist Zeeg/Ezechiël
Jongkoen (Gouda 11/08/1891 - Rotterdam 01/05/1959) - zoon van Kaaspakhuisknecht
Johan Jongkoen (Gouda 08/03/1865 – Gouda 05/01/1950) x Gouda 05/11/1890
Geertruida Boot (Gouda 28/01/1867 - Gouda 10/01/1935) - x Gouda 21/04/1915 Martina
Arnoldina van Oostenrijk (Gouda 27/05/1894 - Rotterdam 14/01/1971) dochter van

marinier, meubelmaker, koekenbakker, lantaarnopsteker en aanspreker Cornelis van
Oostenrijk (Gouda 03/02/1865 - Gouda 14/04/1948) x Gouda 18/12/1889 Johanna Maria
Schriek (Gouda 19/05/1863 - Gouda 19/10/1934).

Jan Jongkoen (3x), met grootmoeder Johanna Maria Schriek 1915 (l) en zus Jo/Johanna Geertruida ca. 1918 (r)

1.2 26-jarige geslachtsziekte 1992 - 2018

Pas in 1992 begon ik aarzelend de familie uit te zoeken, waarbij ik gebruikte een proef-
versie van het programma Haza-Data 7.1 die ik kreeg van Fer Jantzen RA van de TU

1

Delft. Later zei ik tegen hem “je hebt wat veroorzaakt”. Zijn laconieke reactie: Ja, ze
noemen het niet voor niets een geslachtsziekte waar je nooit vanaf komt.
Mogelijk begon mijn vader begin Jaren ’80 tegen mij over een nooit eerder geopperd
familieonderzoek, omdat ik voor de personeelsavond van mijn eerste werkgever A.P.
Schmidt RA Winterswijk (1970 – 1974) december 1974 een verhaal “Op de opvolger, kunt
u me volgen” over pseudo-familiewapens voor een aantal accountancymedewerkers
hield. Voor mijn broer Zeeg/Ezechiël (Rotterdam 03/09/1949) en mij (Rotterdam
03/07/1953) was dat Junger Korn of Jonge Koren/Jenever.
Volstrekt uit mijn duim gezogen, net zoals mijn oom Ed/Zeeg/Ezechiël Jongkoen
(Schoonhoven 29/03/1927 – Mazarron/Spanje 08/12/1987) met zijn bewering, dat de
naam was afgeleid van Jonge Cohen. Zijn basis hiervoor: Gelaatskenmerken (haarkleur,
neus en mond), die zouden duiden op Joodse afkomst.
Het Namenboek van A.N.W. van der Plank uit 1979 (non-fictie!) vermeldt zonder
bronvermelding onder Jongkoen, dat de naam is afgeleid van Jong(e) Koen(raad).

Omslag van Het Namenboek en blz. 76 hieruit met links onderaan Jongkoen-vermelding

Na 24-jarig onderzoek naar de familie Jongkoen over de periode 1643 – 2016 ben ik geen
enkel familielid met de voornaam Koen(raad) tegen gekomen. Ook hier is de bron een
dikke duim!
Mijn vader vertelde over mijn grootvader Ezechiël Jongkoen (Gouda 1891 – Rotterdam
1959) het volgende verhaal: Na school te Gouda werden de kinderen Jongkoen wel
nagejouwd met “Jongkoen Kalle Koen, kan niet zo mooi pronken als een Pauw”.

KALEKOEN/KALLEKOEN/KALIKOEN: Kal(i)koensche haan (hen) – Jan Jongkoen 1976 en zoon Zeeg ook biljarters

Toen hij later met biljarten een kalkoen won, toonde hij die trots aan z’n ouders met de
woorden: “Nu heeft Jongkoen van een Kalkoen gewonnen.”

1.3 Hulp/Bronnen
Diverse mensen hebben de afgelopen jaren mij geholpen. Dat waren ondermeer:

2

Kees/Cornelis Pieter Jongkoen (Gouda), Rita Jongerius-Jongkoen (Oud-Beijerland),
Gijs Kooijman (+ Gouda 1995), Henny van Dolder-de Wit (Gouda), Ton Polet (Oud-
Beijerland) *), Ger van Poelje (+ Lienden 2015), Jan Lafeber(Gasselte) en Hein de Vries
(Atlin British Columbia Canada).

*) Sinds januari 1993 contact; hij onderzoekt fam. Pol(l)et tot ca. 1250 te Lille/Rijssel.

Door mij zijn diverse bronnen geraadpleegd, waaronder:
CBG-Persoonskaarten, Nationaal Archief Den Haag, Streekarchief Midden Holland
(Gouda) w.o. Boeken van dr. C.J. Matthijs (+ Gouda 1999), Archief Hoogheemraad-
schap Rijnland (Leiden) en Stadsarchief Rotterdam, Stamboom-forum.nl en Google.nl.

2. Familie Jongkoen: Gouda 1643 – Gouda 1950/2016 en Uittocht vanaf 1881

2.1 Goudse uittocht naar Rotterdam 1881 – 1886/1891

1e stuk dat ik vond, was het 2e huwelijk van Pijpmaker weduwnaar Hendrik Jonkhoen
(Gouda 26/02/1797 - Gouda 28/08/1856) in Gouda 22/0/1829 met pijpmaakster Huybertje/
Huybertha de Ruiter (Gouda 23/07/1797 – Gouda 17/12/1883) dochter van Zeeger de
Ruiter x Willemijntje Putkamer. Zij waren behoeftig. De neergang van de Goudse Pijpen-
nering (1617 gestart door Engelse huurlingen in het Staatse Leger) heeft al toegeslagen.

De huidige generaties Jongkoen (60 á 70 personen) stammen voor 75% af van 3 van 4
zonen van Hendriks zoon Ezechiël Jongkoen (Gouda 14/12/1831 - Gouda 30/08/1897):

1. Machinist Watergemaal Hendrik Jongkoen (Gouda 19/09/1856 - Hillegersberg
25/07/1926) Waddinxveen/Hillegersberg-Rotterdam. x Gouda 25/08/1880 Teuna
Bontekoe (Hillegersberg 10/05/1859 – Rotterdam 24/12/1916). Er volgen nog 3
generaties (tot 2003) op een Watergemaal/Sluis.

Stoomgemaal “van der Breggen”, Kanaaldijk 5, Waddinxveen (ca. 1870) Zuidplaspolder uit Wad in ’t Veen door J.A. den Ouden (1993)

2. Kaaspakhuisknecht Johan Jongkoen (Gouda 08/03/1865 - Gouda 05/01/1950)
x Gouda 05/11/1890 Geertruida Boot (Gouda 28/01/1867 – Gouda 10/01/1935).
Adres: Peperstr. K268A (1890), Baanstr. L105a (1892-1895), Baanstr. 15 (1897–
1915), Heerenstraat 21 (1915-1916), Kanaalstraat 9 (1919–1922), Heerenstraat
51 (eigendom 1923–1948/1950) resp. inwonend bij gezin van Heeren-Jongkoen.

Overgrootouders Jongkoen-Boot met links broer/zwager Hendrik (ca. 1925), Geertruida Boot en (klein)kinderen w.o. Johan/Jacoba (ca. 1925),
Gezin Jongkoen-Boot (1905) met Teuntje, Willem, Johanna, Geertruida, Ezechiël en Catharina oudste 6 van 8 (later) volwassen kinderen (2
jong overleden) en Overgrootouders Cornelis van Oostenrijk/Johanna Maria Schriek met 7 kinderen ca.1911-nr. 3 Martina Arnoldina-en ca. 1929.

3

1890 Herenstraat 49 t/m 63 Herenstraat 1904 Herenstraat ca. 1905 Herenstraat Koninginnedag 1925

3. Metselaar/Schoorsteenbouwer Cornelis Jongkoen (Gouda 30/10/1867 - Delft
04/04/1952) x (1) Rotterdam 15/06/1904 Maatje van der Meer (Kralingen
03/08/1878 - Rotterdam 16/06/1917) en x (2) Rotterdam 05/03/1919 Neeltje
Doolaard (Zuid-Beijerland 22/02/1877 - Rotterdam 09/11/1960).

Foto Cornelis/Kees Jongkoen (Gouda 1867 – Delft 1952) met kleinzoon Cornelis Pieter/Kees Jongkoen (Rotterdam 1940) 26/04/1942. Van december
1941 t/m maart 1946 woont Cornelis weer te Gouda.

1e t/m 3e foto (blz. 3) komen uit een fotoalbum van oudtante plateelschilderes bij Regina
Jacoba/Coba/Co van Heeren-Jongkoen (Gouda 12/04/1906 – Gouda 26/10/1996). Zij was
de laatst levende uit het gezin Jongkoen-Boot. Met haar dochter Lena Teeuwen-van
Heeren (Gouda 31/08/1931 – Gouda 04/05/2016) nam ik het fotoalbum (met 2e en 3e foto
kader) door. 4e foto kader bij 50-jarig huwelijk 15/09/1998 van mijn ouders ontvangen.

1.Plateelstaking 11/11/1928 met (Ja)Coba Jongkoen, 2. Huwelijk 15/10/1930 van Heeren- Jongkoen, 3. Geertruida Boot
met Lena Teeuwen ca.1933 en 4. Fam. van Heeren-Jongkoen 50-jarig huwelijk Veluwe 1980 Lena uiterst rechts

4e foto (blz. 3) kreeg ik van Vera Ligthart Schenk-Bindels, vrouw van mijn neef Marti(e)n
Ligthart Schenk na afloop van de crematie (20/02/2008) van mijn tante Jo/Johanna
Geertruida Jongkoen (Amsterdam 23/12/1916 – Rotterdam 15/02/2008). Zij was de laatst
levende uit het gezin Jongkoen-van Oostenrijk te Amsterdam (1915 – 1922),
Schoonhoven (1922 – 1931) en Rotterdam (1931 e.v.). Te Poortugaal trouwt mijn vader
15/09/1948 met Nel/Pietertje Lagerwerf (Rhoon 20/06/1916 – Middelburg 15/10/2000).

Zoontje Johan jr. 1 (Gouda 30/07/1904 – Gouda 19/02/1905) trok ‘s-ochtends, vlak voor
het vertrek naar zijn werk, de werkmanspet van zijn vader scheef en bij vaders terugkeer
van zijn werk was Johan jr. 1 al overleden (informatie Lena). De aanleiding voor de foto?
Als kaaspakhuisknecht trok Johan Sr. varkensblazen over de kazen en kwam daardoor
thuis met een penetrante geur (“stonk naar varkenspis”). Aan zijn handen rode verf door
het verven van de kazen (informatie van mijn vader).
Geertruida Jongkoen-Boot, wel door de buurt de Freule genoemd, maakte zelf piekfijne
kleding voor het gezin. Vrouw des Huizes, waarvoor ze huishoudelijk werk verrichtte, riep
haar achterdochtig ter verantwoording. Waarvan deed ze dit? (informatie Lena).

5e foto (bovenaan blz. 4) kreeg ik bij bezoek aan Kees Jongkoen en zijn vrouw te Gouda
20/02/2015.

4

Van Jongkoen-Boot en van Oostenrijk-Schriek is het graf (B.kk.10 en B.a.03) op de
Oude Begraafplaats. 1995 wees Lena Teeuwen-van Heeren (Gouda 1931–Gouda 2016)
me op het 1e graf, 2000 vermeldt de 1e nieuwsbrief Oude Begraafplaats het 2e graf.

)

1.BegraafplaatsGouda met op achtergrond fabriek – Buurtje 1: La fabrique Chevreul (1853)/N.V. De Stearine Kaarsen(24/02/1858)/N.V. Verenigde Stearine
Kaarsenfabrieken Gouda-Apollo (1929)/Unichema Chemie B.V. (1981)/Uniqema (1999)/Croda (01/10/2006). 2. Tekening. 3. Fabriek 1897 en 4. Brand Fabriek 1936

Begrafenisregister (Oude) Begraafplaats januari 1950 – nr. 7 Johan Jongkoen (84) en grafrechten

Graf overgrootouders Jongkoen-Boot met brieven grafmonunent/van Oostenrijk-Schriek

Grootouders Jongkoen-van Oostenrijk – Geertruida/Willem/Cornelia/Johanna Geertruida/Johan Cornelis 5 oudste van 7 kinderen (1925). Fotouitwisseling van Vera

Ligthart Schenk-Bindels (2008) van tante Jo/Johanna Geertruida Jongkoen en Broers Ezechiël, Johan Willem Jongkoen achterkant Herenstraat Gouda ca. 1950.

Ezechiëls kinderen Hendrik, timmerman/bouwkundig tekenaar Hubertus (Gouda
26/04/1862 – Rotterdam 25/01/1917), Cornelis, Johanna (Gouda 22/06/1871 – Rotterdam
25/07/1945) en echtgenote Teuntje Groeneweg (Middelburg/ Reeuwijk 28/03/1830 -
Rotterdam 27/01/1907) verlaten Gouda in de periode 1881 – 1886/1891). Zoon Cornelis
na militaire dienst als marinier te Willemsoord/Den Helder (1886 -1891).

2.2 Verheffing(1847–1887) Bedelaarszoon Ezechiël - duister slot (1888 – 1897)
Mijn betovergrootvader en overgrootvader houden vast aan de Goudse geboortegrond,
hoewel verzamelde archiefstukken voor eerstgenoemde daarover de nodige twijfels
zaaien. Maar daarover later meer als minder glorieus resp. duister 10-jarig sluitstuk (1888
– 1897) – zie 3.5 - van 40-jarige volksverheffing (1847 – 1887) – zie 3.1 t/m 3.4 -voor de
zoon van Hendrik Jongkoen, die 3 jaren (1847 – 1850) als bedelaar (Gouwenaar was
hiervoor toen bijna synoniem) door het leven ging.

5

2.3 Oudste en Kleinste Familietak in 1908 van Gouda naar Hilversum

Overige 25% van de huidige generaties Jongkoen familie stamt af van smid Willem
Jongkoen (Gouda 18/12/1841 – Gouda 12/11/1890) - zoon van pijpmaker/huisonder-
wijzer Johannes Jongkoen (Gouda 11/04/1793 – Gouda 19/08/1867) x Gouda 01/08/1821
Johanna van Gelder (Gouda 23/03/1803 – Gouda 27/04/1872) – x Gouda 16/08/1871
Adriana van der Klis (Oudewater 26/02/1841 – Ermelo 01/04/1923).

Ca. 1884 Boelekade

Dit via pakhuisknecht/smid Willem Adriaan (Gouda 18/03/1876 – Hilversum 30/01/1945)
x Gouda 08/03/1899 Elizabeth Schilt (Hekendorp/Oudewater 08/11/1876 – Hilversum

01/01/1951). 23/06/1908 verhuisden zij naar Hilversum, omdat daar meer werk voor een

smid was. Eerst in de Zadelstraat met de smederij in de Elleboogstraat, daarna naar de

Ericastraat. Een huis met een grote werkplaats gekocht door (nog) ongetrouwde dochter
Wilhelmina Jongkoen (Gouda 18/12/1905 – Hilversum 26/11/1987) x 24/03/1937 Marinus

van Maanen (Renkum 12/02/1909).
Zoon Willem (Hilversum 06/05/1916 – Hilversum 04/08/2000) was de 3e generatie die

smid van beroep was.

Familieportret ontvangen 08/09/1997 van Gerritje Vreekamp (Hilversum 04/08/1919 –

Hilversum 08/09/2010) x Hilversum 17/05/1944 bakker Arie Jongkoen (Hilversum
30/08/1918 – Hilversum 12/04/2005).

1 Willem Adriaan ca 1944 2 Willem Adriaan Jongkoen x Elizabeth Schilt en (aangetrouwde) kinderen ca. 1944, 3 Pieter/Arie/Willem + Wilhelmina/Jannie/ Neeltje/
Elizabeth /Adriana) ca. 1925 4 Pieter/Arie/Willem ? 5 Dochters/Pieter ca. 1915 6 Adriana/Pieter ca. 1903 7 Willem Adriaan ca. 1898 8 Huwelijkscadeau 2008 voor
broer Piet Jongkoen (Rotterdam 15/02/1956) Kip - keramist Carla Teer-Jongkoen uit Heesch (Hilversum 1957) dochter van Willem Jongkoen (1916 – 2000).

2.4 Oranjegezinde Willem Jongkoen (1762 – 1837) en Patriotsgezinde Polijn

Pijpmaker/Huisonderwijzer Johannes Jonkhoen (Gouda 11/04/1793 – Gouda 19/08/1867)
en Pijpmaker/Sjouwer Hendrik Jonkhoen (Gouda 26/02/1797 – Gouda 28/08/1856) zijn
zonen van de Oranjegezinde Tabaksverkoper/ Krankenbezoeker/ Cathechiseermeester-
Huisonderwijzer Willem Jongkoen (Gouda 11/07/1762 – Gouda 07/02/1837). Zie 2.9.

In de laatste 2 functies is Willem Jongkoen in 28/03/1793 aangesteld en 11/07/1795 op
voordracht van de felle Patriotsgezinde stadssecretaris Jacob Polijn (Gouda 01/04/1770
– Gouda 08/09/1812) hieruit ontslagen. Dit omdat hij de eed op de Franse Rechten van
de Mens (voorgeschreven voor overheidsfunctionarissen):

 Wel wil afleggen, maar deze niet helemaal begrijpt.
 Hij verklaart, dat er een Hogere Macht dan de Mens is.

6

Transcriptie Gijs Kooijman Raad 1795 – Chrirurguijnskamer met gobelinkussen Jacobus (1640-1684)/Wapen Philips (1677
– 1740) Museum Gouda/Voorheen Catharina Gasthuis – Oosthaven 10.

De stadssecretaris stamt af van sergeant Philippe Poulain (ca. 1616 - <17/01/1657) uit
Caen/Normandië, die 02/12/1640 trouwt te Gouda.
Zoon Jacobus Polijn (Gouda 1640 – 1684) en kleinzoon Philips Polijn (Gouda 1677
– Gouda 1740) zijn Meester-Chirurgijns
Van Jacobus Polijn is een zitkussen (1674) en van Philips Polijn een familiewapen in de
Chirurgijnskamer (zaal 14 Museum Gouda) waarop o.m. 3 (dravende) veulens. Poulain
betekent o.m. veulen, maar m.n. jong van een dier, vooral gevogelte: Jong Hoen?

Rotterdamse stadschirurgijn Pieter Poulain uit Vlaanderen getrouwd 17/01/1706
kent vrijwel eenzelfde familiewapen (2 veulens boven en 1 veulen onder).

2.5 Familiewortels < 1643: Mesnil/Normandië en Tourcoing

20/12/1643 trouwde bij de Goudse Waalse Kerk Willems voorvader François Po(u/l)le(t)
(buitenechtelijke) zoon van Catheleijne Po(u/l)le(t) uit Mesnil/Normandië soldaat onder
commandant Ser(r/v)ièrre x Barbara (van) Vienne/(van) Via(e)ne(n) (Tourcoing
22/03/1620 – Gouda 02/04/1689?) dochter van Jean-Joes x Isabelle/Elizabeth Motte uit
Tourcoing. Po(u/l)le(t) kan ook Poulain/Polijn of Pouch(e)ain (= kuiken) zijn en Catheleijne
ook Catherine of Trijntje. Mogelijk natuurlijke zoon van (ene) J(e)an Br(o)e(u)r(e). Zie 2.6
Neeltien Hobbe(n) vrouw van Jan Breur (1681)/ 2.7 Job Jansz Janbroerssoon (1714).

François Po(u/l)le(t) woont Goudse WK-huwelijk 24/11/1663 van dochter Anne (1644) bij.
Dan staat hij bij Waardgelders Reynier Wil(le)mot 1672 te Crèvecoeur als Fransois Poly
(abs = absent). Werd hij mogelijk slachtoffer van de pestepidemie 1673 toen 2.995
mensen stierven (20% van de bevolking)?
Zijn weduwe wordt Gouda Pasen (06/04/)1681 (weer) WK-lidmaat. Wellicht 02/04/1689
begraven als Barber Jans wed. bij ’t huis ter Liefde:

Wachtel-/Wachter-straat – oudste vermelding 1636 – ontleent zijn naam aan herberg
“De Wachter”, buiten de Potterspoort.. Wachthuis voor de reizigers van de Amster-
damse trekschuit na sluiten van de poort. Later herberg “Huis ter Liefde”.

Potterspoor t1649, Wachtelstraat 1904/1902, Huis ter Liefde 1920 en Wachtelstraat met kaaspakhuis De Producent

22/03/1620 Bapta fuit Barbara van Vienne filia Jois (Joannis) et Isabella Motte Sus. Gerardus de le Warde et Judoca Motte

Laatste kind Tourcoing 29/12/1626 gedoopt en Barbera is Leiden 12/1641 doopgetuige.

Navolgende DTB-inschrijvingen Gouda, behalve huwelijk 1707 Haastrecht, betreffen:
7

 WK-huwelijk 1643 François Pollé, WK-doop 1647 Jean Poulet (getuige: Elizabeth
Motte), NH-huwelijk 1670 Jan Fransz (Poulet), NH-begraven 1699 Frans Jansz
Polée (aangifte Neeltien Hobben), NH-doop 1702 Neeltje Jobs Jonckhoen
(getuige: Neeltien Hobben), NH-huwelijk 1707 Willem Jansz Polée en NH-
Huwelijk 1716 Willem Jansz Jonckhoen (weduwnaar Trijntje Jans van den
Ringh) en Begraven 1730 Neeltje Hobbe wed. Jan N.N. – Wije Poort.

P.J. Meertens schetst in “De betekenis van de Nederlandse familienamen” (1944) op blz.
73 t/m 75 de vernederlandsing van vele Franse namen. Hij vermeldt verder over namen
als “…Misset, Pollé, Serné enz. Vele van deze zijn tot onherkenbaar wordens verbasterd,
en het blijft onmogelijk hun betekenis te vinden zo lang men hun oorspronkelijke vorm niet
kent.”

2.6 1e/2e Nederlandse Generatie: Franszen (1670–1715)/Janszen (1671-1717)

Vanaf het NH-Huwelijk (27/07/1670) van zijn oudste zoon Jean Poulet (Gouda WK
17/03/1647 – Gouda 05/04/1715), mogelijk spijkermakersknecht aan de Groeneweg,
met Neeltien Hobben dochter van mandenmaker/koster Sint Janskerk Hobbe Hendricks
x Oede Joppen gaat de familie voor de 1e en 2e Nederlandse generatie (ten dele) schuil
onder de patroniemen Franszen (1670 – 1715) en Janszen (1671 – 1717). 20/10/1681
wordt Neeltien Hobbe(n) voor de Politierechter als vrouw van Jan Breur i.p.v. Jan
Franszen vermeld. Breur kan mogelijk Brouwer betekenen.
Vanaf 1670 (of 1643) t/m 1744 woont de familie in ’t Clooster achter ’t Tuchthuis; nu
Casimirschool – Groeneweg 26 (aanklikken). N.B.: Waalse Kerk vermeldt in DTB géén
adres/straat.

Gouda 1562 Museum Gouda, Gouda 1585 Catharinaklooster (20), Buurt Groeneweg–Fluwelensingel, Kapel Klooster (Die
Goude 1932-1982), Markt/St. Jan/Catharinaklooster e.d. Gouda 1562 Museum Gouda en Luchtfoto 1927 (KLM Aerocarto).

P.J. Meertens vermeldt, dat eerst in de loop van de 17e eeuw erfelijke familienamen in
Holland en Zeeland algemeen gebruikelijk zijn. In de klucht “De belachelyke
jonker”(1684) hekelt Pieter Bernagie dit modeverschijnsel met ondermeer de
slotwoorden:

 “Zij hebben al meê andre namen gekreegen”

8

2.7 2e Nederlandse Generatie Jans Jon(c)khoen/Jong(k/h)oen (1702– 1754)

Bij 1e of 2e NH-huwelijken in de periode 1702 – 1716 worden vier zonen aangeduid als
Jansz Jon(c)khoen, Jongkoen of Jonghoen:

1. Varentgesel Willem (Gouda 19/04/1677 – Gouda 28/01/1743)
x (1) Haastrecht 30/10/1707 Po(o/l)lé(e) met Trijntje Jansz van den Ringh (>
12/684 – Gouda 20/08/1708) d.v. Jan Maertens <van (den) Ringh> a/d de
zuijdzijde Turfmarkt x (NH-huwelijk Gouda 01/07/1668) Annetje Jans o/d
Raam bij het Clooster
x (2) Gouda 22/03/1716 Jonckhoen aan de Groeneweg met Lijsbeth Jans van der
Poort (Gouda 02/04/1695 – Gouda 14/04/1733) dochter van Jan Paulusse Poort
x Aaltje Leenders. Aaltje en haar 4 broers NH gedoopt, maar haar neven en
nichten zijn Remonstrants (1672 - 1683) en RK (1687 - 1691) gedoopt. 1e
echtgenote mogelijk met kind in kraambed gestorven; Willem staat op
begraafbriefje als van den Ringh. Adres: Groeneweg (1716) en Raam (1743).

Remonstrantse Kerk Gouda

2. Beurtschipper/Pijpmaker Job (Gouda 09/06/1679 – Gouda 05/02/1727) x
Gouda 26/11/1702 met Maria Jans van der Mun(in)ck. Gemengd huwelijk, gelet
op tijdsverloop van
7 maanden tussen ondertrouw en huwelijk. Hun 1e kind Neeltien (doopgetuigen
schoonvader en moeder) is de 1e gedoopt onder de vernederlandste familienaam.
Adres: Groeneweg/In ’t Clooster achter het Tuchthuis (1702-1727).
In 1714 aangeduid als pijpmakersbaas Job Jansz Janbroerssoon (“vaart fijnen
drop”), begraafbriefje 05/04/1715 voor vader Jan Fransz tekenend met Jop
Janse en voor de politierechter Job Jansz (11/05/1718) resp. Job Jansz
Jonkhaan (24/03/1719). Hij blijkt mantelzorger voor oudoom Thomas van
Vianen op de Kleijwegh (Tourcoing 08/07/1622 – Gouda 23/01/1719). Zie
Kamerboek Politiemeesters (AC2 Inv. 308 blz. 127vs en Inv. 309 blz. 013vs). Tak
sterft 8 april 1767 uit.

Pijpmakersgildeboek 1714 Goudse pijpenmakers Begraven 05/04/1715 Jan Fransz/Jop Janse

Familiepand vanaf oktober 1762 Tuinstraat/De Zak (kadaster C1284) is in 1830
eigendom steenhouwer Anthoni Hendriksz Polet (Leiden 07/06/1759 – Gouda

20/06/1834). Zie ook blz. 14 bovenaan voor deze Leidse familie uit Tourcoing.

3. Beurtschipper Ykerveer /VOC-handelaar Hendrick (Gouda 19/11/1681

Gouda 22/12/1721) x Gouda 10/07/1712 Hillegond Hendriks Diependijk. Tak sterft

uit na overlijden van dochter Geertruijd (Gouda 21/09/1712 - > 31/01/1733). Adres:

Groeneweg i/d Wije Poort.

9

Veerschuit Ligplaats Ykerveer Pijpenmarkt en Dienst Singel t/o nr. 309 te A’dam Akte 31/03/1733 Hilletje Hendr, Diependijk
wed. Hindrick Janse Jonkhoen 1e get.: M.J.L. Kip

Getuige akte 31/01/1733 notaris Hendrik van Heuven (ONA 674 folio 113R+V
+114R) voor zijn weduwe is Maarten Jan Louis Kip (Breda 24/04/1715 –

Hazerswoude-Dorp 10/02/1769).

Hij is kleinzoon van Maarten Kip (’s-Hertogenbosch 25/02/1637–Breda
14/08/1718) x Heemstede 08/02/1679 Hester Poulle/Pouljé (Heemstede
01/03/1656 Heemstede 11/01/1705).
Grootmoeder Hester stamt af uit Rijsselse/Amsterdamse familie;
oorspronkelijk uit Douai/Houplines en een tak van de familie Pol(l)et volgens
onderzoek van Anthonie Theodorus/Ton Polet (Rotterdam 21/06/1928) uit Oud-
Beijerland.

Bijna één eeuw eerder (18/02/1636) wordt door een Goudse notaris voor Amster-
damse coopman Pieter Po(e/u)l(i)e (Lille 1562–Amsterdam 02/04/1647?) een

lijst van ontvreemd linnengoed opgemaakt.

25 jaar eerder (12/03/1612) een Goudse Notariële Akte met een volmacht voor :
Huygh Poullin koopman van Douai te Middelburg. Vlissingen15/12/1612
getrouwd als Huijghe Poulain van Doornijcke met Catelijne (le) Porc(k) van
Nieuwpoorte. Vlissingen januari 1610 (wonend bij haar ouders a/h Stadhuis)
legt zij belijdenis af.

08/01/1707 13:00–14:00 wacht Hendrick Nieuwe Markt Amsterdam niet op pas-
sagiers; 13/01/1707 oordeel: 3 weken water/brood op zijn kosten. Vonnis tekent
Benjamin Poulle (29/04/1646–19/08/1711); met hem sterft te Amsterdam zijn
(regenten)familie uit.

Gepleegd feit 08/01/1707 en Vonnis 13/01/1707 Wapen (Poulle gardez toi de renard) kasteel Günterstein te Breukelen van Benjamin Poulle 1699–1711

In de Grote Kerk te Breda is een grafzerk met kwartieren van het echtpaar Kip-
Poulle. In het Nationaal Archief Den Haag is het familiearchief van Erp Taalman
Kip. De familie Kip is Remonstrants.

10

Graf ca. 1705, Graftekening 1881, Ontwerp-Geslachtsregister Maarten Kip (Nat.Arch.Den Haag) en Poulle dl. 59
Ton Polet 2004

4. Varentgesel/Kleingarenspinner Thomas (Gouda 11/02/1684 – Gouda 05/09/1754)
x (1) Gouda 27/08/1707 met Neeltje Commerts (Gouda 26/02/1681 – Gouda
06/09/1719) x (2) Gouda 11/02/1720 met Maria Jans Weldrager. Langdurig Oud-
Katholiek/Remonstrantse Tak, die 26/09/1860 uitsterft. Adres: Karnemelksloot
(1710), Blekerssingel (1720) en Rosendaal (1720 – 1754).
Maart 1797 komt het familiepand Kleiweg 98 (juni 1756 – juli 1779) in bezit van
Martinus Ogier (Weert 08/02/1761 – Gouda 23/04/1827). Zijn dochter Catharina trouwt
Gouda 23/08/1820 met steenhouwer Hendrik Johannes Polet (Leiden 01/04/1796 –
Gouda 05/07/1862).

 Kleiweg 102 komt mei 1765 via Maarten de Jong in bezit van Jan Jonkhoen
(tot juli 1779).

 Is er een familierelatie van Maarten de Jong met Neeltje Jobs
Jong-koen (Gouda 17/05/1702 – Gouda 22/06/1775) x ot Gouda
05/11/1724(broodbakker?) Jan Cornelisse de Jong (Gouda 07/07/1702) zv
Cornelis Jansz de Jong x Margie Gijsberts van Rietvelt?

 09/12/1725 NH-doop (blz. 96) Cornelis zv Jan Cornelisse de Jong x Neeltje
Jonckhoen – Getuige: Catharina Jonckhoen

 Juni 1752 Erf en huis (Bogen) gekocht.. Hooikade en Bogen

(1881)

 25/12/1759 wordt Neeltie jonghoen (57!) hv Jan de Jong Op de Boogen NH-

lidmaat (blz. 229).

Zodat de huidige generaties nakomelingen zijn van Willem (1677 – 1743).
N.B.: Jonghoen/Jongkoen: Poulle/Poelje betekent Jong van Hen/Hoen.

Voor géén van de 4 zonen is een NH-Lidmaatinschrijving gevonden. Oudste NH-

Lidmaat- inschrijving Kerst 1717: Elisabeth Jansse Poort huisvrouw van Willem

Jansz Jonge hoen.
2.8 3e Nederlandse Generatie Kruidenier Leendert Jonghoen (1731 – 1801)

Nadat van het echtpaar Jonckhoen-van der Poort als laatste Willem in 28/01/1743 is
begraven worden de volgende dag hun minderjarige zonen Johannes (Gouda

11

29/01/1723 – Gouda 06/07/1744), Pieter (Gouda 31/101725 – Gouda 17/10/1800) en
Leendert (Gouda 31/01/1731 – Gouda 29/06/1801) opgenomen in het Aalmoezeniers-
weeshuis. Pieter is gedoopt onder de familienaam Hoen!

Weeshuis-in- en uit-schrijvingen 1743 -1756 Gevelsteen boven toegang Aalmoezeniersweeshuis - Spieringstraat

Kruidenier/Winkelier Leendert Jonghoen (Gouda 31/01/1731 – Gouda 29/06/1801) verlaat
mei 1756 (meerderjarig) na het afleggen van de NH-Geloofsbelijdenis op 23-jarige leeftijd
(Kerst 1754) het Aalmoezeniersweeshuis. Dit met volle uitzet, wat betekent dat hij
bovendien kon lezen/schrijven en minimaal gedurende 1 jaar 50 stuivers per week
verdiende.

Gouda 29/07/1759 trouwt Leendert aan de Nieuwe Haven met Johanna van der Strigt
(Gouda 25/07/1736 – Gouda 09/11/1802) aan de Vogelenzang. N.B.: Nieuwe Haven nz
210 kadaster B 144 is eigendom (februari 1759 – februari 1778) van Salomon de Lange,
die te Gouda 01/09/1743 in ondertrouw ging met Leenderts zus Annetje/Anna Jonckoen
(Gouda 16/04/1717 – Gouda 27/12/1800). Vader Willem woont bij overlijden (28/01/1743)
aan de Raam en Anna bij haar huwelijk.

Zij krijgen 8 kinderen:
 N.N. (Gouda + 22/03/1760), Willem (Gouda 11/07/1762 – Gouda 09/02/1837), Pieter-
nella (Gouda 27/04/1766 – Gouda 21/03/1771), N.N. (Gouda + 15/10/1768), Elisabeth
(Gouda 14/05/1769 – Gouda 06/12/1829) ongehuwd, Pieternella (Gouda 28/04/1773 –
Gouda 15/12/1773), Pieternella (Gouda 19/03/1777 – Gouda 11/02/1855) ongehuwd
en Cornelis (Gouda 22/09/1779 – Gouda 03/11/1779).
 Elisabeth Jongkoen (19) j.d. in de Vogelensang werd 29/05/1788 NH-lidmaat (blz. 382)
en Pieternella Jongkoen (23) j.d.(onvermeld) in de Vogelenzang 05/04/1801
 Slechts zoon Willem en dochters Elisabeth/Pieternella bereiken de volwassen leeftijd.
Die laatste 2 verkeren 03/12/1829 op Nieuwe Haven H101 in bittere armoede.
 Goudse Stadsdokter/Raadslid Willem Frederik Büchner (gehuwd met Elisabeth
Polijn) schrijft over hen 07/12/1829 (dag na overlijden Elisabeth/Lijsje) in het Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad o.m.:
…beide die lieden ziek (vooral de oudste), in de diepste armoede gedompeld, zonder
kleeding, met eenige vodden omhangen, zonder ligging of iets dat daar naar of naar
deksel geleek; sedert verscheidene dagen op de bloote planken gezeten, van alles
ontbloot aan alles gebrek, zonder oppassing, zonder hulp, het treurigste toonbeeld
van menschelijke ellende daarstellende…

08/061764 ondertekent Leendert de weeskamerinschrijving voor kind(eren) van zijn
schoonzus met “leendert jong hoen”.

12

Hij is eigenaar (21/03/1777 – 14/08/1799) van het pand aan de Vogelenzang op de hoek

Jan Kottensteeg/Coddensteeg (= Wilhelminastraat 42 - 44). Zijn vrouw is uitdraagster,
t.w. handelaarster in 2e hands goederen. Zie ook: Jongkoen-Strigt (aanklikken).
Nu is er gevestigd Antiek curiosa “Altijd” (aanklikken).

Wilhelminastraat 42-44 in ca. 1904 Brand 12 juli 1923 Wilhelminastraat 44 (en 42)

Via zoon Willem (Gouda 11/07/1762 – Gouda 07/02/1837) vervolgt de stamboom van de
huidige generaties zich.

2.9 4e Nederlandse Generatie tabaksverkoper Willem Jongkoen (1762 – 1837)

Willem wordt op 17-jarige leeftijd (26/03/1780) NH-lidmaat. Hij krijgt 26/01/1786
toestemming tot de verkoop van koffie, thee en snuif, trouwt Gouda 05/03/1786 met
Agatha Nieuwland (Gouda 20/11/1763 – Gouda 17/02/1809) en laat 01/11/1786 als
tabaksverkoper aan de Hoogstraat hun wederzijds testament opstellen. Hij ondertekent
met W. Jonkhoen.

13

Met zijn vader Leendert wordt Willem lid van de Oranjegezinde Goudse Oprechte
Vaderlandsche Sociëteit, die in 1787 is opgericht. Zij komen voor in een alfabetische
ledenlijst als:

 Jonkhoen L, Commenij-winkeleier (Kruidenier) aan de Vogelenzang (Wilhelmina-
straat 42-44).

 Jonkhoen W. (Ver)Koper tabak, koffie en thee aan de Hoogstraat.

Zij zijn ondertekenaars van verzoekschrift(en) aan het Goudse Gemeentebestuur over het
al dan niet handhaven van predikanten van de St Janskerk, die tijdens de Patriottische
Woelingen hun post in de steek lieten.

28/03/1793 wordt hij aangesteld als Krankenbezoeker/Cathechiseermeester, uit welke
functie de Goudse Raad – op voordracht van stadssecretaris Jacob Polijn – hem in het 1e
jaar van de Bataafse Vrijheid (10/07/1795) ontslaat. 13/04/1793 was hij via afgenomen
examen geschikt bevonden voor Ziekentroosterambt (Notulen Kerkenraad). Dit
Raadsbesluit wordt 10/08/1795 vermeld in de Notulen van de Kerkenraad. Zie ook 2.4.

Na de onthoofding van koning Lodewijk XVI (21/01/1793) vlucht uit Tourcoing
Koningsgezinde familie Pollet-Gallois met 10 kinderen naar België en als Franse
revolutie niet overwaait naar Gouda (langdurig verblijf), Paderborn en
Tilburg/Hoogstraten. Op één zoon (sticht wolfabriek) en één dochter na, die in Tilburg
blijven, keren allen uiteindelijk terug naar Tourcoing. Zie: Blz. 42 t/m 45 Van eenige
voorname, aan elkaar verwante, Meijersche geslachten. ’s-Hertogenbosch enz. 1918 –
Frenken, A.M. en A.F.O. van Sasse van Ysselt.

Leidse familie Polet, begin 17e eeuw afkomstig uit Tourcoing, vestigt zich na grote stads-brand
van 12/03/1807 te Gouda. Zie: Generatietrap van een familie POLET AFKOMSTIG UIT
FRANKRIJK.... Gedurende 80 jaren kruisen de paden van beide families elkaar.

Zo dient Johannes Jonkhoen (Gouda 1793 – Gouda 1867) met Hendrik Johannes Polet
(Leiden 1796 – Gouda 1862) als fuselier onder stamboeknummers 4411 en 4410 in het
5e regiment Infanterie (20/05/1815 – 24/02/1820 resp. 15/03/1820). Toeval: Ingeloot
onder nummer 45 resp. 23. Johannes neemt deel aan een veldtocht tegen de Franse
troepen onder Napoleon in Brabant (1815). Ontvangt daarvoor in 1865 met 25 andere
Gouwenaren het Zilveren Kruis voor oud-strijders 1813 – 1815 ingesteld bij KB
10/05/1865, N 45 (Staatsblad Nr. 32)

Kenmerken van Johannes Jongkoen en Hendrik Johannes Polet zijn:
 Lengte 5 voet 3 duim 2 streek/5 voet 2 duim 11 streek, Aangezicht Ovaal/Rond,
Voorhoofd Mal/Hoog, Ogen Bruin/Donkerbruin, Neus Groot/Ordinair, Mond
Ordinair/Klein, Kin Ovaal/Spits, Haar Bruin/Bruin en Wenkbrauwen Bruin/
Zwart

Stamboek 5e Regiment Infanterie 1815–1820, Herinneringskistje en Zilveren Kruis 1865 Oud-strijders 1813–1815 onderscheidingen en toekenningslijst 21/07/1865

14

Bijna 2 jaren eerder diende hij als Jean Jonghoen 2,5 maanden bij 2 Franse legeronderdelen:
 8e Regiment Infanterie v. Linie no. 11.568: 28/08 –13/11/1813
 65e Regiment Infanterie v. Linie no. 12.214: 13/11 –16/11/1813 gedeserteerd



.

Panden uit uitgestorven familietakken Jongkoen komen (uiteindelijk) in bezit van de familie
Polet-Ogier. Zie 2.7 punt 2 en 4.

 03/02/1817 verschijnt Willem Jongkoen als wettig erkende Cathechiseermeester
voor de Commissie van Toezicht op het Godsdienstonderwijs. Hij woont op het
Trapjeserf/ Zwanenerf (05/05/1817) en Cinkenerf/Huisje in ’t Poortje op de
Tiendeweg (01/05/1824).

 04/01/1827 vraagt Cathechiseermeester W. Jongkoen wegens hoge leeftijd en
aanhoudende doofheid om pensionering. Hij krijgt f 25, - per jaar.

 06/01/1828 wordt hij in het Rotterdams Gasthuis aan de Hoogstraat voor
oogonderzoek en –operatie opgenomen.

 Hij vertrekt 19/01/1828 met goed gevolg en bril na “kunst-bewerking” (voor grijze
staar) door de rondreizende Franse Oculist/Oogarts C.M. Lusardi (1778 - > 1842).
Er worden nog 42 anderen uit Nederland daar gratis behandeld.

 20/04/1828 meldt Willem Jongkoen dat zijn ogen zijn genezen en bedankt de
diaconie voor ondersteuning. Zie: Op de 15de december van het jaar 1827
kwamen de Regenten en Free Full Text ( Final Version , 3mb ) - RePub (aanklikken)

 Cathechiseermeester Wm. Jonkhoen verzoekt 02/02/1831 om pensionering
wegens blindheid. Hij krijgt 40 cent per week.

 Willem Jongkoen (68) ontvangt 16/02/1831 70 cent per week bedeling i.v.m.
opname in het Gouds Gasthuis.

 70 cent per week van Willem Jonkhoen is onvoldoende om in ’t Gasthuis te
worden opgenomen; 28/02/1831 verhoogd tot f 1,- zullende de vader van genoemd
huijs hem ‘s-wekelijks voor zakgeld geven 20 cents.

 31/03/1833 schrijft hij nog 9 bezochte personen op zijn Cathechisantenlijst.

Cathechiseerlijst 31/03/1833 De Ziekentroost (Norwich 1571) Cornelis van Hille Gasthuis 1831-1837

15

 Dit hoewel de Kerkenraad 19/07/1832 een steeds dringender behoefte aan
(jongere) Cathechiseermeester(s) i.p.v. Macquelijn en Jongkoen vaststelt.
Men wil een kundig persoon tegen f 400,- per jaar benoemen. Hiervan is f 190,-
voor rekening van de kerkelijke administratie.
2.10 5e Nederlandse Generatie Pijpmaker Hendrik Jongkoen (1797 – 1856)

19 januari 1847 veroordeelt de Arrondissementsrechtbank Rotterdam Hendrik Jongkoen
(Gouda 26/02/1797 - Gouda 28/08/1856) wegens bedelarij. 5 februari 1847 plaatst men
hem in het Bedelaarsdepot Rotterdam waar de volgende gegevens over hem worden
genoteerd. 7 maart 1847 wordt hij op transport naar Ommerschans, bedelaarskolonie
van de Maatschappij van Weldadigheid geplaatst.

\

Hendrik Jongkoen (Gouda 1797 – Gouda 1856) – Opname 1847 Bedelaarsdepot Rotterdam en Bedelaarskolonie
Ommerschans van de Maatschappij van Weldadigheid.

Als pijpmaker heeft hij voor het laatst gewerkt bij Frederik Valke, die 11/12/1865 Nieuwe Zak L174
verkoopt aan Anthonie Theodorus Polet en Willem Hendrik Polet.

Informatie mrt. 1834 – okt. 1865 Pijpmakersbaas Frederik Valke (bron: Don Duco, Amsterdam)

Over zijn vertrek uit de bedelaarskolonie maakt het Ministerie van Binnenlandse Zaken
28 februari 1850 een dispositie op, waarna bij besluit van de Gouverneur Zuid Holland
van 4 maart 1850 hij per 1 april 1850 uit de Bedelaarskolonie wordt ontslagen.

16

Zie ook: http://www.ommerschans.nl/

Ontslag 01/04/1850 van Hendrik Jongkoen (Gouda 1797 – Gouda 1856) uit
Bedelaarskolonie Ommerschans van de Maatschappij tot Weldadigheid

Onduidelijk is hoe en waar zijn vrouw en kinderen zich in de periode 1847 – 1850 staande
hielden. Bij zijn overlijden 28/08/1856 staat hij als sjouwer vermeld. Was hij wellicht
sjouwer bij het (in aanbouw zijnde) Hanepraailgemaal?

Achter de Vismarkt Begrafenisregister (Oude) Begraafplaats september 1856 – 2e van boven

Van 05/04/1886 t/m 03/09/1886 werkt bij dit gemaal als sjouwer zijn kleinzoon Cornelis

Jongkoen (Gouda 1867 – Delft 1952) 61 tot 85 uren (á 12/13 centen) per week. Dit
voorafgaand aan zijn militaire dienst (1886 – 1891) bij de marine Willemsoord/Den Helder.

Marinebasis Willemsoord te Den Helder
3 6e Nederlandse Generatie Boekbinder/Schoenmaker/Stoker Ezechiël (1831

- 1897)
3.1 Periode 1831 – 1836 Ezechiël i.p.v. Zegert uit Willekopse familie de Ruijter

Ezechiëls ouders hebben hem willen vernoemen naar grootvader aan moederskant
schippersknecht Zeger de Ruijter (Willeskop 24/04/1760 – Gouda 15/10/1815). Dit in de
veronderstelling, dat Zeeg/Zeger afgeleid zou zijn van Ezechiël. Beide voornamen hebben
echter niets met elkaar te maken.
Zeger komt uit een familie in de polder Kort-Heeswijk (Krimpenerwaard):

17

Atlas v/h Stichts-Hollands Grensgebied i/d 19e eeuw – L.Cl.M. Peters (Woerden, 1979)

Huybert Zegersze de Ruijter·(Willeskop 1726)
Zegert
Huijbert Huiberts de Ruijter·(Willeskop 1698)
Zegher
Huijbert Zeegers de Ruijter (Willeskop · 1662)

Huijbrechts (Willeskop · ca. 1630)

Segersen (IJsselstein? ca. 1608)

In de Grote of St. Janskerk te Montfoort komt een grafsteen (zijbeuk links nr. 47) met de
naam Huybert Segersen Ruyter voor. Op de lijst van de inwoners der gerechten, die hun
koren moeten laten malen op de rosmolen te Montfoort 1639 (Oud Archief Linschoten,
inv. nr. 349) komt als laatste onder Willeschup voor:

 Huybert Segersen, sijn wijf ende twee kynderen t’samen.

In de rekening van het Tuchthuis te Gouda komt als delinquent (opname 24/3/1611 op

kosten van zijn oom en twee neven met als bijdrage f 400, - contant, f 30, - per jaar voor
“montcosten” en kleeding) voor Huybert de Ruyter.

N.B.: Tenminste vanaf 1670 wonen leden uit de familie Jongkoen in ’t Klooster achter
 het Tuchthuis.

 Rond 1810 komen te Gouda dopen van kinderen van het echtpaar den Ruyter-
Luynenburg voor. De man Esechiël de Ruiter (Gouda 22/8/1787) is gedoopt als
een buitenechtelijk kind van Willemina Elemans, waarbij de vader (abusievelijk)
als Esechiël de Ruiter is opgegeven. Later noemt men hem ook wel Ze(e)ger(t)
den Ruyter.

3.2 Periode 1837 – 1856

Ezechiël Jongkoen (Gouda 14/12/1831 – Gouda 30/08/1897) is eerst boekbinder, later

schoenmaker. Hij gaat van 11 december 1851 tot 6 juli 1852) als schoenmakersknecht te
Ouderkerk in de leer bij Cornelis Gerardus Kranenburg (Gouda 16/06/1821 – Ouderkerk

aan den IJssel 17/01/1884) gehuwd Gouda 20/04/1842 met Adriana Maria Bos (Gouda
01/01/1823 – Ouderkerk aan den IJssel 31/05/1858).

3.3 Periode 1857 – 1876

Vanaf tenminste 1860 t/m 1887 is Ezechiël (1e) stoker/machinedrijver van het Rijnlandse
Hanepraaigemaal/Watermachine a/d Fluwelensingel te Gouda. In 1886 met een weekloon
van f 9,- (6 werkdagen). Combinatie nachtstoker/ochtendkaaspakhuisknecht kwam voor.

Zie: 20171011
Hanepraaigemaal Nachtstoker Daan Boot Kaaspakhuisknecht Fa L W Heil Peperstraat.docx

18

Op 3 maart 1866 verzoeken 36 personeelsleden van de stoomgemalen en werkplaatsen
te Spaardam (14), Halfweg (11), Gouda (5) en Katwijk (6) aan de Dijkgraaf het hulp-
fonds (tegemoetkoming bij enkele maanden ziekte) om te zetten in een pensioenfonds
door een inhouding van ten hoogste 5%. Voor hulpfonds wordt 4½ % op het loon
ingehouden.

Te Gouda zijn dit A. Oomens, S. van Es, E. Jongkoen, W. van Cornewal en P.J.
Bouwer.

Personeel 1895/1885 w.o. Halfweg Johannes Pollé (1867 – 1948) Stoker 01/01/1890 – zie: v.f.l.polle (aanklikken)

Aanleiding is “het overlijden van hunnen makker S(imon) Holleman (Houtrijk en
Polanen 10/01/1828 - Haarlemmerliede en Spaarnwoude 23/01/1866), die vrouw en vijf
kinderen nalaat”

Na onderzoek meldt de dijkgraaf, dat gelet op de samenstelling van het personeel (met
hun gezinnen) het personeel zichzelf beter/goedkoper individueel kan verzekeren.

 Op 07/03/1912 wordt een verordening tot regeling van de pensioenen aan
Rijnlands ambtenaren vastgesteld.

 Tot dan is pensioen slechts een gunst. Men kent 29/10/1887 stoker Willem van
Cornewal (Buiksloot 16/03/1821 – Haarlemmerliede & Spaarnwoude 11/12/1887)
– in dienst sinds 1848, 67 jaar en reumatisch – f 5,- per week vanaf 01/01/1888
toe. Zijn weekgeld was f 9,-. Eerder werd gehanteerd 2/3 van het weekgeld.
Echter voor hem mosterd na de maaltijd; zijn weduwe overleed 1,5 jaar later.

De locatiekeuze voor het Hanepraaigemaal is februari 1852 gemaakt, de wet voor
stichting is van 22/04/1855, eventuele bedenkingen dateren 04/6/1855, aanbesteding
geschiedt december 1855, overdracht aan het Hoogheemraadschap geschiedt
13/03/1856 en op 11/11/1857 is het maalwaardig; kosten f 222.364,---. Op het gemaal
staat als jaartal 1857. In 1935/1936 werd de bemaling beëindigd, januari 1938 is de
machinerie gesloopt, 04/04/1939 werd toestemming tot sloop van de stokerswoning
verleend, 13/5/1939 begon de sloop (exclusief de gebouwen) en in 1943 vond de
afbraak van het stoomgemaal plaats.

19

Zie hierna tekening (1860) – in mijn bezit - en foto’s van het gemaal (1910/1916/1928
met gemaal rechts onderaan).

1860 – 1862 Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin in Doelensteeg.
1862 – 1864 Willem Hendrik Polet (1836) woont met gezin in Doelensteeg.
1864 – 1867 Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin in Doelensteeg.
1868 Ezechiël Jongkoen (1831) tekent in op “Geschiedenis der Martelaren”
waarin o.m. voorkomen de Rijsselse familie Oguier, die om hun
nov. 1872 geloof in 1556 op de brandstapel kwam. Het betreft: Robert, Johanna,
Boudewijn en Maarten (Martinus!).
Ezechiël Jongkoen (1831) tekent met o.m. Willem (Hendrik) Polet (1836)
het smeekschrift tegen het pokkenbriefje aan koning Willem III.

3.4 Periode 1877 – 1887

1881 (17/10) Machinist Watergemaal Hendrik Jongkoen (1856 – 1926) vestigt zich

1883 vanuit Waddinxveen te Hillegersberg.
Timmerman/Bouwkundig Tekenaar Hubertus Jongkoen (1862 – 1917)
1884 – 1885
ca. 1885 vestigt zich te Kralingen.
Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin in Buurtje (P38)

Willem Philip Polet (1858) woont met gezin in Buurtje nr. 4 (P43).

1885 (23/02) Bouwtekening 26/05/885 Buurtje 4 (P43) nabij N.V. De Stearine Kaarsen(24/02/1858) Buurtje 1: La Fabrique Chevreul (1853)/N.V. De Stearine
1886 (08/09) Kaarsen(24/02/1858)/N.V. Verenigde Stearine Kaarsenfabrieken Gouda-Apollo (1929)/Unichema Chemie B.V. (1981)/Uniqema (1999)/Croda
(01/10/2006). Zie 3e en 4e foto op blz. 5. 4 foto’s Buurtje 1: 1904 Kaarsenfabriek en 3x Croda anno nu. Met litho’s Jan Toorop 1905

Ezechiël Jongkoen (1831) woont met gezin Turfsingel 8 (P75)
Johanna Jongkoen (1871 - 1945) en Teuntje Groeneweg (1830 –

1907) vestigen zich te Hillegersberg- Kralingen/Rotterdam.
Cornelis Jongkoen (1867 - 1952) gaat als marinier (1886 – 1891) naar

Willemsoord/den Helder en dan naar zijn moeder Teuntje Groeneweg

in Rotterdam.

Johan Jongkoen (1865 - 1950) gaat tot zijn huwelijk (1890) inwonen

Baanstraat 29 (L91) gezin (oom/koperslager - metselaar) Anthonius

Verbruggen (Gouda 31/05/1835 - Gouda 03/11/1898) x naaister
Willemina Jongkoen (Gouda 18/05/1835 – Gouda 05/11/1910).

20

1887 (31/07) Ezechiël Jongkoen (1831) wordt geschorst door opzichter J.D. Rijk en
per 14/08/1887 ontslagen. I.v.m. de droge zomer was t.b.v. verversing

van de boezem te Gouda zeer veel water ingelaten. In de nacht van
30 op 31 juli was door de onachtzaamheid van hem (in slaap ge-
vallentijdens nachtdienst tussen 00:00 en 02:00 uur) bij rijzende
IJsselstand de inlating niet tijdig getemperd. Daardoor was het water
in verscheidene woningen in Gouda ingedrongen.

Zie ook Goudsche Courant van 31/07/1887 en 03/08/1887 (aanklikken).

Het algemeen bestuur van Rijnland kent 29/10/1887 aan 54

bewoners een schadeloosstelling van in totaal f 620,- toe. 6
bewoners met grotere schades worden in de notulen met naam
genoemd:

Notulen van Rijnland 1887 (1b4) Schadedossier 1887 Schades f 4,--t/m f 10,-

S. den Hollander wordt als Ezechiëls opvolger benoemd.

3.5 Periode 1888 – 1897

Genoteerde gegevens bij de burgerlijke stand te Gouda/Rotterdam (3 huwelijken van
kinderen 1890 - 1893 en bevolkingsregisters 1890 - 1897), Rotterdamse Adresboek
(1894), het Goudse NH-lidmaatboek (1896) en Gasthuisopnames (1897) bevatten
onjuiste/tegenstrijdige informatie over de woonplaats en/of al dan niet in leven zijn van
Ezechiël Jongkoen (Gouda 14/12/1831 – Gouda 30/08/1897) en zijn vrouw Teuntje
Groeneweg (Middelburg ZH 28/03/1830 – Rotterdam 27/01/1907).

Volgens het bevolkingsregister verblijft Teuntje vanaf 1886 tot haar dood te Hillegers-
berg/Rotterdam en Ezechiël tot zijn dood in 1897 te Gouda. Ezechiël Jongkoen woont:

a. 28/12/1886 – 05/08/1888 Nieuwe Haven 94 (N258/N248) zwager/visverkoper
Huibert Bunschoten (Huizen 12/08/1827 – Gouda 15/11/1900) x Gouda
16/01/1867 dienstbode Krijna Groeneweg (Zwammerdam 11/10/1832 – Gouda
22/11/1903).

b. 06/08/1888 -19/08/1888 Geuzenstraat 17 (L50/L57), 20/08/1888 – 30/04/1891,
Geuzenstraat 45 (L71/L75), 01/05/1891 – 12/06/1892 Geuzenstraat 50 (L27/L28)
en 13/06/1892 – 25/10/1892 Baanstraat 11 (L78/L82) Gezin kuiper Arie-van-der-
Zaan (Gouda 27/09/1863- Gouda 25/05/1927) x Gouda 10/02/1886 Johanna
Spieringshoek (Gouda 21/01/1862 – Zeist 11/06/1944). 1884 buren: L101/L102.

c. 26/10/1892 – 25/08/1897 Muilenpoort 17 (L157) Gezin zwager/koperslager –
metselaar Anthonius Verbruggen (Gouda 31/05/1835 – Gouda 03/11/1898) x
Gouda 29/07/1857 naaister Wilhelmina Jongkoen (Gouda 18/05/1835 – Gouda
05/11/1910).
21

Bij het Goudse Huwelijk 05/03/1890 van zoon Johan (Gouda 08/03/1865 – Gouda
05/01/1950) staan de aanwezige ouders als “echtelieden wonend te Rotterdam”, bij het
Kralingse Huwelijk 21/09/1892 van zoon Hubertus (Gouda 26/04/1862 – Rotterdam
25/01/1917) staat over de ouders “beiden wonend te Gouda”.

Bij het Rotterdams huwelijk 28/08/1893 van dochter Johanna (Gouda 22/06/1871 –
Rotterdam 25/07/1945) staan de aanwezige ouders eveneens als wonend te Gouda.
Vader Ezechiël Jongkoen (vuur-stoker) is medeondertekenaar van de akte.

In het Rotterdams Adresboek uit 1894 staat Teuntje vermeld als: Jongkoen, weduwe E.,
particuliere, Plantageweg A84. Zij woonde op dat adres van 22/02/1892 t/m 20/11/1894.
Goudse NH-lidmaatboek vermeldt als overlijdensmaand van Ezechiël september 1896!

In zijn laatste levensweken (1897) wordt Ezechiël 2x in het Goudse Gasthuis opgenomen;
hij overlijdt in het Gasthuis:

Toegang Catharina Gasthuis/Museum-Oosthaven 10; Opnames 22/05/1897 – 08/07/1897 en 25/08/1897 – 30/08/1897

Vermelding bij de 1e opname kan de indruk wekken, dat zijn vrouw te Rotterdam zou zijn
overleden. Bij de 2e opname staat, dat zijn vrouw en 5 meerderjarige kinderen in
Rotterdam wonen. Dit klopt echter niet voor Johan Jongkoen (Gouda 08/03/1865 – Gouda
05/01/1950). In Ezechiëls overlijdensaangifte staat hij nog als stoker vermeld.

Op 02/09/1897 wordt hij in (niet meer bestaande) graf L23 boven op de (latere) oude
begraafplaats begraven.

Begrafenisregister (Oude) Begraafplaats september 1897 Informatie over
Martin Jongkoen.docx
Zwolle, 9 februari 2018 (versie 4.1) Martin Jongkoen

22

23

24


Click to View FlipBook Version