Catalogus Gambier Nederlands-compressed

gg p

Nº 377 - Néogène Paris forme 901 -377-

Cat. Pag. Steel-11,3cm Ketel-3,5cm Produktie: ca. 1880 - 1900
Zie ook nr,331, 333, 335, 337, 339, 341,
1879 en 1886-99 343, 345, 347, 349, 357 en 366

1894-79

Pijp met een staande, iets ovale ketel en een naar voren stekende knophiel. Rechte steel met
knoopmondstuk. De "pipes Paris" was een groep eenvoudige pijpen. Gambier had 13 modellen die
aangeduid werden met deze benaming.

Coll: AvE

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: knop, schuin geplaatst

Nº N378 - Jacob, Tête mignonnette -N378-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-4cm Produktie: ca. 1900 - 1920
1908- 18 Steel-1,5cm Ketel-3,2Cm "

Zie ook: nr.3,9,N290,N379,N380,N388,N535,N538,948,998,
1008,1008b,1048, 1498, 1598, 1608, 1608a, 1618 en 2018

Deze Jacob pijp is gemerkt met Noël en heeft op de tulband geen spreuk,
doch een half maantje. Dit geldt ook voor de modellen N379,N380+N388

Coll: FM

Over de herkomst van de persoon Jacob bestaan meerdere theoriën. De meest aannemelijke lijkt Coll: AvE
te zijn dat het hier gaat om de bijbelfiguur Jacob, zoon van Rebecca en Isaak. Volgens de Manchetpijp, oplopende steel
verhalen was Esau, de broer van Jacob, de eerstgeborene en had dus recht op de bezittingen Hiel: geen
van zijn vader Isaak. Maar op sluwe wijze weet Jacob hem dit eerstgeboorterecht te ontfutselen
voor een bord linzensoep. En ook door de intriges van zijn moeder weet hij zijn vader te -379-
bedriegen en zo zijn aartsvaderlijke zegen te ontvangen: de bezegeling van het
eerstgeboorterecht. Hierdoor heeft hij macht over zijn broer Esau. Door deze leugens en intriges
is het opschrift op de tulband: "Je suis le vrai Jacob" te verklaren. Jacob was vader van twaalf
zonen die de twaalf stammen van Israël zouden voortbrengen. De Jacob wordt beschouwd als de
meest populaire figurale pijp is door vrijwel iedere Belgische en Franse pijpenfabriek
vervaardigd.

Nº 379 - La Sultane (6e Série)

Cat. Pag. Steel-4cm Ketel-8cm Produktie: ca.1820 - 1850
Zie ook nr.151, 1063 en 1221
1840-44

Grote figurale pijp met het borstbeeld van een vrouw van een sultan met
een tulband op het hoofd.Geborduurde jurk met gesloten kraag.
Oplopende steel die net als het manchet gedecoreerd is. De onderzijde
van de ketel is van een leeuwenkop met gestileerde manen voorzien.
Gemerkt met het oude JG stempel in reliëf.

Onderzijde ketel. Coll: PS

Sultan, in de 11e eeuw in gebruik gekomen titel voor islamitische heersers, onder andere voor de
heersers van het Osmaans-Turkse rijk. Nadat de in Perzië opgekomen sjiïtische dynastie van de
Safawiden de voorkeur was geven aan de titel sjah, werd sultan allengs opgevat als titel voor
Soenitisch- Islamitische vorsten. De Sultane was de hoofdvrouw van de Sultan.

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº N379 - Jacob, Tête petite. -N379-

Cat. Pag. Steel-1,5 cm Ketel- 4 cm Produktie: ca. 1900 - 1920

1908-18 Zie ook nr.3, 9, N290, N378, N380,N388, N535, N538, 948, 998,

1008, 1008b,1048, 1498, 1598, 1608, 1608a, 1618 en 2018

Deze Jacob pijp is gemerkt met Noël en heeft op de tulband geen spreuk, doch een half maantje.
Dit geldt ook voor de modellen N378, N380 en N388.

Over de herkomst van de persoon Jacob bestaan meerdere theoriën. De meest aannemelijke lijkt Coll: AvE
te zijn dat het hier gaat om de bijbelfiguur Jacob, zoon van Rebecca en Isaak. Volgens de
verhalen was Esau, de broer van Jacob, de eerstgeborene en had dus recht op de bezittingen Manchetpijp, oplopende steel
van zijn vader Isaak. Maar op sluwe wijze weet Jacob hem dit eerstgeboorterecht te ontfutselen Hiel: geen
voor een bord linzensoep. En ook door de intriges van zijn moeder weet hij zijn vader te
bedriegen en zo zijn aartsvaderlijke zegen te ontvangen: de bezegeling van het -380-
eerstgeboorterecht. Hierdoor heeft hij macht over zijn broer Esau. Door deze leugens en intriges
is het opschrift op de tulband: "Je suis le vrai Jacob" te verklaren. Jacob was vader van twaalf
zonen die de twaalf stammen van Israël zouden voortbrengen. De Jacob wordt beschouwd als de
meest populaire figurale pijp is door vrijwel iedere Belgische en Franse pijpenfabriek
vervaardigd.

Nº 380 - Chinois. Tête

Cat. Pag.Steel-2,5cm Ketel-6cm
1879 en 1886- 7 Zie ook nr.416, 607, 728, 777, 796 en 1167
1894- 7
1908-14 De prijzen van deze kop variëren in 1908 van 18fr./gros
zonder steel tot 60fr./gros gemonteerd met kersenhouten steel.

Produktie: ca. 1840 - 1914

Coll: RG Pijp met figurale ketel zonder hiel met oplopende steel en manchet.
Ketel in de vorm van het hoofd van een Chinees met bolle wangen en
een lange hangende snor. Aan de achterzijde van zijn kale hoofd een Coll: AvE
staartje. Om de hals een omgeslagen, bewerkte kraag. Vroegste
vermelding in de catalogus van Saillard uit 1843.

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº N380 - Jacob, Tête forte -N380-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-4,4cm Produktie: ca. 1900 - 1920

1908-18 Zie ook nr.3,9, N290, N378, N379, N388, N535, N538, 948, 998,

1008,1008b,1048, 1498, 108, 1608a, 1618 en 2018

Deze Jacob pijp is gemerkt met Noël en heeft op de tulband geen spreuk, doch een half maantje.
Dit geldt ook voor de modellen N378, N379 en N388.

Over de herkomst van de persoon Jacob bestaan meerdere theoriën. De meest aannemelijke lijkt Coll: GD
te zijn dat het hier gaat om de bijbelfiguur Jacob, zoon van Rebecca en Isaak. Volgens de
verhalen was Esau, de broer van Jacob, de eerstgeborene en had dus recht op de bezittingen Manchetpijp, oplopende steel
van zijn vader Isaak. Maar op sluwe wijze weet Jacob hem dit eerstgeboorterecht te ontfutselen Hiel: geen
voor een bord linzensoep. En ook door de intriges van zijn moeder weet hij zijn vader te
bedriegen en zo zijn aartsvaderlijke zegen te ontvangen: de bezegeling van het
eerstgeboorterecht. Hierdoor heeft hij macht over zijn broer Esau. Door deze leugens en intriges
is het opschrift op de tulband: "Je suis le vrai Jacob" te verklaren. Jacob was vader van twaalf
zonen die de twaalf stammen van Israël zouden voortbrengen. De Jacob wordt beschouwd als de
meest populaire figurale pijp is door vrijwel iedere Belgische en Franse pijpenfabriek
vervaardigd.

Nº 381 - Néogène Calumet -381-

Cat. Pag. Steel-11,5cm Ketel-3,2cm Produktie: ca. 1860 - 1900
Zie ook nr.743 en 769
1868-59

1879 en 1886-107

1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met naar voren hellende tapse beker, met rechte steel en afgeplat steeleind met knoop. In de
steel zijn enkele ringen verwerkt die de pijp op een manchet pijp doen lijken. Meer modellen
waar een manchetvorm in de steel van een steelpijp is verwerkt: 215 (Néog. Havanaise, 363
(Néog. Tuyau Corne), 373 (Néog. Gland), en 385 (Néog. Vase).

Calumet betekent rietje en is de naam die door de Fransen is gegeven aan de pijpen die door de
indianen in Noord Amerika gerookt werden. Deze vredespijpen waren dikwijls gemaakt van een
zachte, rode steensoort. De steel was een lang rietje met veren gedecoreerd.

Steelpijp, recht

Steeleind: afgeplat, knoop
Hiel: geen

Nº 382 - Soeur de Charité. Tête -382-

Cat. Pag. Steel-3 Ketel-5,3cm Produktie: ca. 1840 - 1900 Coll: AvE
1879 en 1886- 7
1894- 7

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en zwaar
manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld van een zuster in
kloosterkledij bestaande uit een opgeslagen kap en om de hals een
ketting met kruis. Komt ook voor met het vroege JG merk in reliëf en is
dus ouder dan de eerste catalogus waarin deze pijp wordt vermeld. (1879).
In een catalogus (1843) van handelaar Saillard wordt hij wel afgebeeld.

Het gaat hier om een zuster van het genootschap der gelovigen dat ooit in 1607 gesticht werd door Manchetpijp, oplopende steel
Vincent de Paul (1580-1660) Deze zusters stelden zich ten doel om zieken en armen te verzorgen Hiel: geen
en te onderwijzen waarbij zij zichzelf opofferden voor dit doel en waarbij het geloof in god
boven alles ging. Petit Larousse Illustré-1906. Deze pijp verschijnt het eerst in de catalogus van
Saillard in 1843. Veel later zien we deze pijp terug in de catalogus van 1885 kort na de
publicatie van "Les Mémoires d'une Soeur de Charité" in 1875 geschreven door Christine de
Saint Vincent comtesse de Valombray. Deze publicatie komt hard aan en minister van onderwijs
Jues FERRY, die kort hierna verschillende wetten aanpast. De religieuze instellingen zouden
hierdvan de gevolgen ondervinden: 12 maart 1880, gratis lager onderwijs voor iedereen, 29 maart
1880 spreiding van de religieuze congregaties die niet zijn toegelaten, 28 maart 1882, verplichting
van het wereldlijk karakter van onderwijs. Gambier speelde handig in op de actualiteit van de
dag door dir oude model rond 1880 opnieuw te produceren.

Nº 383 - Grec. Tête -383-

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-7,5cm Produktie: ca. 1830 - 1914

1840-44 (6e Série) Zie ook nr.418, 711 en 745

1858- Grec grand

1868- 2 Manchetpijp, oplopende steel
1879 en 1886- 7 Hiel: geen
1908-14 Prijs:18fr./gros tot 60fr./gros.

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en manchet.
Ketel in de vorm van het borstbeeld van een man met snor. Op het hoofd
een gedecoreerde tulband die tot over de oren hangt. Op de onderzijde
van deze manchetkop is een Hellinistische portretkop afgebeeld. (zie foto
links)

Er bestond in de loop van de 19e eeuw veel belangstelling voor "verre" landen. Door de opkomst Coll:GD
van de fotografie (Pierre Petit en Nadar met zijn fotografie uit de luchtballon) konden verre
landen door iedereen bekeken worden. De geschiedenis van fotografie in het nabije Oosten
begint in 1839. Ook Victor Hugo was geïnspireerd door het Oosten en zijn "Les Orientales" uit
1828 beschrijft hij in een serie gedichten het Oosterse leven.

Nº 384 - Juif-Errant. Tête -384-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-6,5cm

1840-40 4e Série Zie ook nr.812

1858 Ingekleurde prent van Le
1868-10 Juif Errant uit 1896

1879 en 1886- 7

1894- 7 Produktie: ca. 1830 - 1900

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet.
Ketel in de vorm van het hoofd van een oude man met lange
haren, een snor en baard en als hoofddeksel een gedrapeerde
doek, naar rechts afhangend. Zwaar manchet door insnijdingen
gekarteld. Steelaanzet uitlopend in een punt onder de ketel.
Merknaam en vormnummer in reliëf langs onderrand van de
ketel. (bij latere exemplaren) De pijp op de foto links heeft alleen
aan de onderzijde het oude JG merk in reliëf.

Pijp naar een bijbels figuur (Ahasvérus, of Isaac Laquedem) die vele schrijvers geïnspireerd Coll: AvE
heeft. Volgens de legende was Ahasverus een inwoner van Jeruzalem die Jezus de toegang tot
zijn huis ontzegde toen die hem vroeg daar even te mogen rusten bij zijn gang naar Golgotha.
Als straf werd Ahasverus veroordeeld om rusteloos over de aarde te zwerven tot de terugkomst
van Christus. De bekendste roman over deze persoon is: "Le Juif Errant" van Eugène Sue (1804-
1857) die in 1844 in afleveringen verscheen en in 1845 als boek. In 1849 werd het boek bewerkt
tot toneeldrama en vele vertalingen en bewerkingen zijn nadien nog verschenen. Deze schrijver
heette in werkelijkheid Marie-Joseph Sue. Hij werd gesponsord door Prince Eugène de
Beauharnais en de keizerin Joséphine; hij gebruikte de naam van de prins om zijn beroemde Manchetpijp, oplopende steel
schrijversnaam te vormen. Hiel: geen

Nº 385 - Néogène Vase -385-

Cat Pag. Steel-12,5cm Ketel-4,7cm Produktie: ca. 1860 - 1900
1868- 59
1879 en 1886-108
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met rechtop staande ketel uitlopend in een
punt die uitkomt onder de steelaanzet. In de
rechte steel zijn enkele ringen verwerkt die de
pijp op een manchet pijp doen lijken. Afgeplat
steeleind met knoop. Meer modellen waar een
manchetvorm in de steel van een steelpijp is
verwerkt: 215 (Néog. Havanaise, 363 (Néog.
Tuyau Corne), 373 (Néog. Gland) en 381 (Néog.
Calumet)

Coll: AvE

Steelpijp, recht

Nº 386 - Silène. Tête grande. Steeleind: afgeplat, knoop
Hiel: spoor

-386-

Cat. Pag. Steel-4cm Ketel-7,3cm Produktie:ca.1850 - 1900

1858 Gd Silène Zie ook nr.913, 924, 937, 937b,
1868- 3 972, 1658 en 1659

1879 en 1886- 8

1894- 8

1896-22 Prijs:20fr.per 100

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel met
manchet. Ketel in de vorm van een bolle mannenkop met snor en baard
en rond het hoofd druiventrossen en bladeren. Zware geprofileerde
wenkbrauwen. Aan de onderzijde van de kop een hielvormige steun. De
steel is overlangs gecanneleerd.

Silenus (Gr.: Silènos, of Seilènos), in de Griekse mythologie de opvoeder en trouwe begeleider van Coll: AvE
de god Dionysus. Men stelde hem voor als een goedmoedige wijndrinker, in zijn roes door saters
ondersteund of op een ezel vervoerd. Toen koning Midas Silenus eens gastvrij opnam, werd hij
door Dionysus beloond.

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 387 - Abeilard (5e Série) -387-

Cat. Pag. Steel-3,5cm Ketel-6,5cm Produktie: ca.1830 - 1850
Zie ook nr. 227
1840-41

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en manchet. Ketel Coll: AvE
in de vorm van een man met snor en baard en halflang haar wat onder een
muts uitsteekt. Om de hals een gesloten boord. Deze manchetpijp toont de
filosoof Abeillard met baard. De gravure toont waarschijnlijk de filosoof op
jongere leeftijd.

19e-eeuwse gravure
van Pierre Abélard

Pierre Abélard (1049- 1142) was de oudste zoon van een Bretonse familie. In plaats van een
militaire carriere werd hij filosoof, briljant leraar en was hij een getalenteerd schrijver. Zijn naam
kwam in vele variaties voor waaronder: Abeillard, Abaillard, etc. Misschien is hij wel het
bekendste geworden door zijn verboden liefde voor de jonge studente Heloïse die zwanger van
hem werd. Deze liefde kende een tragische afloop waarbij Heloïse verbannen werd naar
Engeland en Abelard na een inval in zijn huis gecastreerd werd.

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 387 - Néogène longue forme167, grande -387-

Cat. Pag. Steel-25cm Ketel-3,9cm Produktie: ca. 1860 - 1925
1868-56 Zie ook nr.167, 167b, 389 en 389b

1879 en 1886-30+88

1894-28+72 Naam: Néogène Unie

1896-18+23 Prijs:6fr.50 per 100, naam: Néogène Longue

1908- 6 Prijs 9Fr./gros.naam: Néogène Amande Moyenne

1918-Affiche Prijs: 24Fr./100

Pijp met een voorover hellend bekermodel ketel zonder hiel en rechte steel met knoopmondstuk. Steelpijp, recht
Komt voor in vijf formaten.
In de catalogus van 1885 wordt dit model voor het eerst apart weergegeven als geëmailleerde Steeleind: knoop
pijp. Bij de afbeelding van de pijp staat vermeld dat het emaille in zeer gevarieerde decors Hiel: geen
geleverd wordt. In de catalogus van 1894 staat de geëmailleerde versie van dit model vermeld als
387e en de ongeëmailleerde versie als 387. In 1908 wordt aangegeven dat deze pijpen geleverd
worden in "Mille Points" émaille. Deze stipdecors kunnen naar wens van de koper in kleuren
van alle landen geleverd worden in 4 verschillende dessins.

Nº 388 - Loup. Tête -388-

Cat. Pag. Steel-0cm Ketel-5,5cm Produktie: ca. 1840 - 1900 Fraai model waarbij de pijp als het
Saillard pag.20 ware verstopt zit in het ontwerp. De
1868-11 ketel is als wolfskop gevormd met een
lange snuit, een uitstekende tong en
1879 en 1886- 8 Pijp met inwendige steelaanzet. opstaande oren. De ketelopening is in
het voorhoofd verwerkt, de
1894- 8 Hiel: geen steelaanzet is in de nek weggewerkt.
De beharing van de wolf loopt door
tot de onderzijde van de ketel die
gedecoreerd is met een acanthusblad.
Op de onderzijde is het JG merkje te
vinden is. Verder is er op deze kop
geen merknaam of vormnummer te
vinden.

Coll: AvE

Nº N388 - Jacob, Tête N388'

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1900 - 1920

Zie ook nr.3, 9, N290, N378, N380, N535, N538, 948, 998,

1008, 1008b,1048, 1498, 1598, 1608, 1608a, 1618 en 2018

Pijp met ketel in de vorm van een man met een snor en een uitwaaierende baard. Op zijn hoofd
een tulband waaraan twee kwasten hangen. Deze Jacob pijp is gemerkt met Noël en heeft op de
tulband geen spreuk, doch een half maantje. Dit geldt ook voor de modellen N378,N379+ N380.

Over de herkomst van de persoon Jacob bestaan meerdere theoriën. De meest aannemelijke lijkt Coll: RS
te zijn dat het hier gaat om de bijbelfiguur Jacob, zoon van Rebecca en Isaak. Volgens de Manchetpijp, oplopende steel
verhalen was Esau, de broer van Jacob, de eerstgeborene en had dus recht op de bezittingen Hiel: geen
van zijn vader Isaak. Maar op sluwe wijze weet Jacob hem dit eerstgeboorterecht te ontfutselen
voor een bord linzensoep. En ook door de intriges van zijn moeder weet hij zijn vader te -389-
bedriegen en zo zijn aartsvaderlijke zegen te ontvangen: de bezegeling van het
eerstgeboorterecht. Hierdoor heeft hij macht over zijn broer Esau. Door deze leugens en intriges
is het opschrift op de tulband: "Je suis le vrai Jacob" te verklaren. Jacob was vader van twaalf
zonen die de twaalf stammen van Israël zouden voortbrengen. De Jacob wordt beschouwd als de
meest populaire figurale pijp is door vrijwel iedere Belgische en Franse pijpenfabriek
vervaardigd.

Nº 389 - Néogène longue, très grande. Forme167

Cat. Pag. Steel-25cm Ketel-3,5cm Produktie: ca. 1860 - 1925
Zie ook nr.167, 167b,387 en 389b
1868-56

1879 en 1886-88

1894-72 naam: Néogène Unie

1896-18 Prijs:6fr.50 per 100, naam: Néogène Longue

1908- 6 Prijs 9Fr./gros, naam:Néogène Amande Moyenne forte

1918-Affiche Prijs:24Fr./100

Pijp met een voorover hellend bekermodel ketel zonder hiel met en rechte steel en een
knoopmondstuk. Komt voor in vijf formaten.

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: geen

Nº 389b - Néogène longue, très grande.forme167. (Plus gr.que 389) -389b-

Cat. Pag. Steel-25cm Ketel-3,6cm Produktie: ca. 1860 - 1925
1868-56 Zie ook nr.167, 167b,387 en 389

1879 en 1886-88

1894-72 naam: Néogène Unie

1896-18 Prijs:6fr.50 per 100, naam: Néogène Longue

1908- 6 Prijs 9Fr./gros, naam:Néogène Amande Grande forte

1918-Affiche Prijs:24Fr./100

Pijp met een voorover hellend bekermodel ketel zonder hiel met en rechte steel en een
knoopmondstuk. Komt voor in vijf formaten.

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: geen

Nº N389 - Magnétique longue, forme belge grande -N389-

Cat. Pag. Steel-15cm Ketel-4,5cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-128 Zie ook nr.390
1908- 9 Prijs: 19 Fr20./gros. "Forme Belge grande"
1918-Affiche Prijs:43Fr./100

Pijp met een ovale ketel met hiel naar het zgn. "Belge" model. Een rechte steel met
kn oopmon ds tuk.
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een w at
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touw tje gewonden. Ze
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 w orden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd w ordt.

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: cilindrisch

Nº 390 - Catherine de Medicis, Tête -390-

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-9cm Coll: AvE

1840-48 (6e Série) Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen
1868- 3

1879 en 1886- 1 Produktie: ca. 1830 - 1914

1894- 1

1908-14 Prijs: van 6fr./gros tot 96fr./ gros

Over de persoon die op deze fraaie pijp afgebeeld wordt is veel discussie geweest. In het jaarboek
van de Académie Internationale de la Pipe geeft Don Duco een zeer aannemelijke verklaring. In
1829 speelde in het Parijse Odéon Théâtre een historisch drama geschreven door Lucien Arnault
getiteld "Catherine de Medicis aux Etats de Blois". Catherine werd in dit redelijk succesvolle
stuk gespeeld door Mlle Georges. De producent kwam bij het uitzoeken van een passend
kostuum voor "Catherine" tot de conclusie dat de kleding van de echte Catherine de Medicis
(1519-1589) zoals ze op schilderijen getoond werd niet geschikt was om een theaterkoningin uit
te beelden. Op deze portretten droeg deze koningin meestal strenge, zwarte laat- middeleeuwse
jurken. Hij besloot de kleding te kiezen zoals die gedragen werd door Marie de Medicis (1573-
1642),(zie prent) In Parijs waren allerhande souvenirs en posters te koop met het portret van
Catherine, gespeeld door de actrice, in de kleding zoals Marie de Medicis die ooit droeg. In deze
tijd zien we deze Gambier voor het eerst in de catalogi verschijnen en deze grote pijp die door het
afgeplatte borstbeeld toch betrekkelijk licht was genoot grote populariteit en bleef ruim 80 jaar
in produktie. Het toneelstuk was waarschijnlijk al lang vergeten en niemand vroeg zich af of de
persoon op de pijp de juiste was. De grotere populariteit van Catherine zal zeker bijgedragen
hebben tot het succes, zeker nadat in 1880 haar brieven gepubliceerd werden waarin zij in haar
tijd de peetmoeder van de tabak bleek te zijn. De koninklijke tabak werd: "Herbe a la Reine de
Medicis" genoemd.

Nº N390 - Magnétique longue, forme belge grande forte -N390-

Cat. Pag. Steel-16cm Ketel-5,6cm Produktie: ca. 1890 - 1925
Zie ook nr.389
1894-128

1908- 9 Prijs: 19fr.20/gros."Forme Belge grande forte"

1918-Affiche Prijs:43Fr./100

Pijp met een ovale ketel met hiel naar het zgn. "Belge" model. Een rechte steel met Coll:Pijpenkabinet
knoopmondstuk.
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat Steelpijp, recht
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze Steeleind: knoop
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart Hiel: cilindrisch
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes".In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Nº 391 - La Juive. Tête -391-

Cat. Pag. Steel-2,8cm Ketel-8cm Produktie: ca. 1840 - 1900
Zie ook Saillard pag.13
1868- 3

1879 en 1886- 8

1894- 8

Grote pijp met figurale ketel en oplopende steel met bol manchet. Ketel

in de vorm van het borstbeeld van een Jodin met hoofddoek als tulband

La Juive, hier gespeeld om het hoofd gewikkeld.

door Rosa Raisa.

Chicago 1931

Deze pijp is gemaakt naar de Opera "La Juive" uit 1835 Coll: AvE
van Jacques Francois Halévy (1799-1862). Hij verwierf
grote roem met La Juive dat een van de centrale stukken Coll: RG
van het Franse operarepertoire werd. Het verhaal speelt
zich af rond 1414 in het door Oostenrijk gedomineerde Manchetpijp, oplopende steel
Zwitserland. Prince Leopold probeert de Jodin Rachel Hiel: geen
voor zich te winnen. Rachel is de dochter van de rijke
Jood Eleazar. De rol van Rachel werd gespeeld door
Marie Cornélie Falcon. (1814-1897) Het stuk werd later
nog vele malen gespeeld op verschillende
plaatsen.

Nº N391 - Mouche, Noël -N391-

Cat. Pag. Ketel-3,8cm Steel- cm Produktie: ca. 1900 - 1920

Pijp met billiard model ketel met figurale hiel en rechte steel en knoop. Onderzijde een vlieg in Coll:AvE
hoogreliëf. Achter de steelaanzet een parelrand. Op de steel een intagliostempel: "Noël Paris".
(Bodemvondst)

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: figuraal

Nº 392 -392-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº 393 -393-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº N394 - Magnétique courte. Noël à Lyon déposé. -N394-

Cat. Pag. Steel-13cm Ketel-4,2cm Produktie: ca. 1890 - 1925 Coll:AvE
1894-130 Zie ook nr.522

1908- 9 Prijs: 15Fr./gros."Bouffarde grande"

1918-Affiche Prijs: 33Fr./100 (Abusievelijk met vormnummer 894 vermeld)

Pijp met een bekermodel tussen beker en billiard zonder hiel. Dikke, rechte steel met knoop.
Deze pijp kwam voor in twee formaten w aarvan dit de kleinste is. Dit model komt overeen met
de zgn. Bouffarde modellen met de nrs.1279 en 1403. De meeste pipes magnétiques zijn
gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een w at gelige klei en zijn gelakt met
beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze komen ook voor met zgn.
"mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart benoemd maar vallen uiteen
in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Magnétiques Courtes". In de
catalogus van 1908 w orden de pijpen aangeprezen om hun mooie meerschuim teint en lichte
rookkleur die door de rokers zo gew aardeerd w ordt.

Steelpijp, recht

Steeleind: knoop
Hiel: geen

Nº N395 - Feuille -N395-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm Coll:Pijpenkabinet. Produktie:ca.1900 - 1920 Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: cilindrisch, verbredend

Pijp met ovale ketel en aan de onderzijde bladmotieven. De hiel heeft een verbreed uiteinde. Rechte
steel. Intaglio stempel: Noël Paris France
De naam is Feuille is door mij gekozen door het bladmotief op de ketel, dit is niet de officiele
naam.(onbekend)

Nº 396 - Grognard. Tête (5e Série) -396-

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-7,5cm Produktie: ca. 1830 - 1910
Zie ook nr.440, 502, 976 en Saillard pag.13
1840-42 (Vieux Grognard)

1879 en 1886- 2

1894- 2

Grote manchetpijp met het borstbeeld van een Napoleontisch soldaat. Op het hoofd heeft hij een
dwarsgeplaatste tweekante steek met aan de rechterzijde een grote pluim. Aan de achterzijde van
het hoofd zien we het haar in een vlecht gedragen wat gebruikelijk was bij soldaten.De haarvlecht
verdwijnt aan de achterzijde onder de geschulpte steelaanzet. Op de rand van het borstbeeld zijn
epauletten aangebracht.

Grognard was de bijnaam die gegeven is aan de veteranen die Napoleon I bijstonden op de Coll: AvE
slagvelden in Rusland en Europa. De Grognard genoot in de 19e eeuw kennelijk een grote
populariteit gezien de vele modellen die we tegenkomen met dit onderwerp als decoratie. Ook Manchetpijp, oplopende steel
Blanc Garin en Gisclon hadden Grognard pijpen. Hiel: geen

Nº N396 - Botte d'Asperges, fantaisie. -N396-

Cat. Pag. Steel-12cm Ketel-3,9cm Produktie: ca. 1900 - 1920

1908-18 Prijs 6fr./gros. In witte en rode klei, Noël gemerkt.

Pijp met cilindrische ketel zonder hiel in de vorm van een bundel asperges, bijeen gehouden door Coll: AvE
een touwtje. Voor de onderzijde van de ketel is een apart vormdeel gemaakt om de schuin
afgesneden uiteinden der asperges goed weer te geven. Op de steel staat in een kader : links: "La
Botte", en rechts: "d'Asperges" . Ook is er een intagliostempel aanwezig: Noël Paris France.
Vormnummer N396 in reliëf op de steel. Rechte steel met knoop.

Steelpijp, recht

Steeleind: knoop

Hiel: geen

Nº 397 - General Allard. Tête -397-

Cat. Pag. Steel-2,8cm Ketel-7,3cm Produktie: ca. 1820 - 1914

1840-42 (5e Série)

1868- 4

1879 en 1886- 8

1894- 8

1908-14 De prijzen van deze kop variëren in 1908 van 18fr./gros zonder

steel tot 60fr./gros gemonteerd met kersenhouten steel.

Pijp met oplopende steel en manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld van Gen. Allard met
lange snor en tweepuntige baard en bakkebaarden. Op het hoofd een scheef geplaatste baret en
om de hals als onderscheiding een vijfpuntige ster.

Jean Francois Allard (1785 St.Tropez - 1838 Lahore) was een Frans militair, die in het Coll: AvE
Napoleontische tijdvak een onderscheiding van het Légion d'Honneur verwierf. Na het herstel
van de Franse monarchie in 1830 vertrok hij naar Pakistan, waar hij als generaal onder de Manchetpijp, oplopende steel
koning van Lahore, Runjut Singh, het leger op Europese wijze reorganiseerde. (Bron: D.Duco Hiel: geen
toelichting Gambier catalogus 1868)

Nº 398 - Nostradamus. Tête -398-

Cat. Pag. Steel-2,2cm Ketel-5,7cm Produktie: ca. 1830 - 1900 Coll:AvE
1858
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm
van het borstbeeld van een man met lange baard en snor met op zijn hoofd
een muts met een veer erop. Borstbeeld met gestreepte mantel. Vroegste
vermelding in de catalogus van Saillard uit 1843.

Nostradamus, Michel eigenlijk: Michel de Nostre-Dame (St-Rémy-de-Provence 1503 - Salon-de- Manchetpijp, oplopende steel
Provence 1566), Frans arts, astroloog en ziener, van joodse afkomst, promoveerde in 1529 te Hiel: geen
Montpellier in de medicijnen, maakte zich verdienstelijk bij de bestrijding van de toentertijd in
de Provence heersende pest en woonde sinds ca. 1545 te Salon bij Aix. Hij gaf almanakjes uit en -399-
schreef o.a. een boekje over schoonheidsmiddelen en het inmaken van fruit. Beroemd werd hij
door zijn in kwatrijnen geschreven profetieën, die ontelbare malen zijn herdrukt, vertaald en
becommentarieerd. Zij zijn geschreven in een zonderlinge mengelmoes van onbegrijpelijk en
gebrekkig Frans, doorspekt met woorden ontleend aan het Grieks, Latijn, Provençaals,
Portugees, enz. en daardoor voor velerlei uitleg vatbaar. Nostradamus werd allengs een
legendarische figuur. Tijdens de 2e Wereldoorlog werden zijn profetieën door beide strijdende
partijen als propagandamateriaal benut.

Nº 399 - Roi de Pique. Tête

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1830 - 1900
1840-45 (6e Série) Zie ook nr.400 en 765
1858-
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het
borstbeeld van een koning met baard en halflang haar. Op het hoofd een kroon.

Het verhaal gaat dat het kaartspel populair werd in Frankrijk in de tijd van Charles VI en dat een Manchetpijp, oplopende steel
potrettekenaar genaamd Jaques Gringoneur de kleuren en portretten bedacht. Hij verdeelde de Hiel: geen
kaart van Frankrijk in vier rijken: Bourgondië kreeg een ruit, Frankrijk een schop, Orleans een

hart en Bretanje een klaverblad. Voor de afbeeldingen op de kaarten zijn personen uit het hofleven

gebruikt. De schoppenkoning schijnt CharlesVI te zijn en later Charles VII. Nog later werd vaak

beweerd dat de schoppenkoning Koning David voorstelt.

Nº 400 - Dame de Coeur. Tête -400-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-4,8cm Produktie: ca. 1830 - 1900
1840-45 (6e Série) Zie ook nr.399 en 765
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het
borstbeeld van een gekroonde vrouw. Over het haar, onder de kroon geklemd, een soort sluier.
Bewerkte kraag.

Het verhaal gaat dat het kaartspel populair werd in Frankrijk in de tijd van Charles VI en dat Coll:AvE
een potrettekenaar genaamd Jaques Gringoneur de kleuren en portretten bedacht. Hij verdeelde
de kaart in vier rijken: Bourgondië kreeg een ruit, Frankrijk een schop, Orleans een hart en Manchetpijp, oplopende steel
Bretagne een klaverblad. Voor de afbeeldingen op de kaarten zijn personen uit het hofleven Hiel: geen
gebruikt. Voor de hartendame werd een bekende dame van het hof gebruikt: Isabella van
Beieren, de vrouw van Charles VI. Ook wordt er gesuggereerd dat het hier, bij het opnieuw
verschijnen van dit model in de nomenclatuur van de catalogus van 1855, zou gaan om
Marquise Virginia de CASTIGLIONE (Florence 1837 - Paris 1899) Deze maitresse van Napoléon
III, die een van de mooiste vrouwen van haar tijd was, moest als bemiddelaarster bij Napoléon
III dienen; waarbij zij aanspoorde om verdragen te ondertekenen zoals de alliantie tegen
Oostenrijk. Zij werd op een dag op een bal van de keizer gepresenteerd in een kostuum van de
keizerin. De Keizerin sprak hier schande van en zei: "elle a le coeur placé bien bas !"

Nº 401 - La Rochejaquelein. Tête -401-

Cat. Pag. Steel-3,5cm Ketel:9,1cm

1840-47 (6e Série)

1858 "La Rochejaquelein"

1868- 4 Produktie: ca. 1830 - 1914

1879 en 1886- 1

1894- 1

1908-14 Prijs: 36fr./gros zonder steel-96fr./gros met kersenh.steel.

Henri du Vergier als Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en manchet.
aanvoerder in de strijd bij Éen der grootste manchetpijpen van Gambier met de ketel in de vorm
Bonchamps. van het borstbeeld van een man met hoge hoed en schouderlang haar.
Op het manchet staat op de rechterzijde: "Dieu et le Roi" en op de
linkerzijde: "La Roche Jaquelein" Op de onderzijde van de ketel is in
reliëf een grote franse lelie te zien.

(Girodet- 1824)

Henri du Vergier, comte de la Rochejaquelein (1772-1794). Tijdens de revolutie was hij officier Coll:AvE
van de Garde Costitutionelle van Lodewijk XVI en nam deel aan de verdediging van de Tuileries. Manchetpijp, oplopende steel
Als jong officier nam hij de leiding bij het uitbreken van de Vendée oorlog (1793-1799), een
volksverzet om geloofsredenen. Hij werd geroemd om zijn motiverende aanvoering. Hij kwam om
het leven door een pistoolschot van een republikein in Nouaillé.

Hiel: geen

Nº 402 - Fleurette (5e Série) -402-

Cat.Pag.Steel-2cm Ketel-7,5cm
1840-41

Produktie: ca. 1830 - 1855

Fleurette, of bloempje werd gebruikt om
op een hoffelijke manier een charmante
dame aan te spreken.

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en manchet. Ketel in de vorm van het Manchetpijp, oplopende steel
borstbeeld van een meisje met een hoedje op en linten en bloemen in het haar. Uitgesneden
décolleté. Om de hals een lint met een kruis in het décolleté een kleine corsage. De onderzijde van
de ketel is rijkelijk versierd met bloemen, twee vogels en twee symbolische harten. Het ene hart is
doorboort met een pijl, de ander ligt aan de ketting. De rand van het manchet is versierd met een
bloemrank.

Hiel: geen

Nº 403 - Colbert,Tête -403-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-3,5cm Produktie: ca. 1830 - 1914 Coll: AvE
1840-39 (3e Série)
1868-20
1879 en 1886-25
1894-20
1908-14 Prijs: 9fr./gros zonder steel-33fr./gros met kersenhouten steel.

Zeer kleine manchetpijp met borstbeeld van Colbert met lange haren.
Gesloten, kanten kraag. De onderzijde is voorzien van een driemaster in
reliëf. Manchet geribbeld en afgezet met twee parelranden. Dit pijpje
wordt pas vanaf de catalogus van 1879 samen met andere zeer kleine
pijpen als mignonnette genoemd.

Jean Baptiste Colbert(1619-1683), Frans staatsman die onder Lodewijk XIV Manchetpijp, oplopende steel
grote invloed had op: financiën, handel, nijverheid, zeevaart en kunsten. Hiel: geen
Werd vooral bekend in 1661 toen hij Nicolas Fouquet met aan de tand
voelde over een verduisteringszaak waarna hij direct benoemd werd tot
minister van financiën. Colbert zorgde voor hevormingen van het overheids-
en economisch beleid. Zag ook toe op de stichting van nieuwe Academieën
voor kunst en wetenschap. Hij was desondanks niet populair en zeker niet
onder de oud aanhangers van Fouquet.

Nº N403 - Borraine, côtes creuses ? -N403-

Cat. Pag. Steel-14,5cm Ketel-5,1cm Produktie: ca. 1900 - 1920

Officiële naam van deze pijp is onbekend. Het gaat om een pijp met kromkop ketel, knopvormige Coll:Pijpenkabinet
hiel en rechte steel met knoop. De ketel heeft aan de onderzijde knorren met een omlijning, de Steelpijp, recht
ketel loopt boven deze decoratie verder met tien overlangs ingezwenkte zijden. Op de steel is een Steeleind: knoop
bandje met knorren aangebracht. Op de steel links in reliëf: N403. Hiel: knop
(modellenbestand Pijpenkabinet- 1978)

Nº 404 -404-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº 405 - Moine. Tête (3e Série) -405-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1830 - 1900
1840-38 Zie ook nr.530 en 1051
1858
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. De ketel is in de vorm van een
monnikshoofd met baard en kaal hoofd. Op het achterhoofd is een dun randje haar aanwezig. De
bovenrand van de monnikspij zit achter in de nek opgestroopt en loopt door tot de steel. Model
wat alleen in de catalogus van 1840 staat afgebeeld en abusievelijk met nummer 403 benoemd en
daarna slechts in de nomenclatuur vermeld wordt.

Coll: AvE

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 406 - L'Aigle Imperial. Tête -406-

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-7cm Produktie: ca. 1855 - 1914
1868-4 Zie ooknr.804 en806

1879 en 1886-2

1894-2 (Prijs:18fr./gros zonder steel tot 39fr./gros

1908-14 gemonteerd met kersenhouten steel.)

Pijp met de ketel in de vorm van een kasteeltoren. Voor Coll: AvE
deze toren zit de adelaar van het eerste keizerrijk met
gespreide vleugels en zijn klauwen op een bol met daarop
de namen van overwonnen landen: "Espagne, Autriche,
Turque, Malte, Pologne, Russe, Belgique, Sardaigne,
Portugal et Hollande". Aan de zijkant van de toren is een
staande Napoleon met de hand op de borst. Langs de voet
van de ketel de tekst:"Honneur a l'Armée Francaise (links)
en "Napoleon Bonaparte Empereur" (rechts). Op de
linkerzijde staat een palmboom. De onderzijde van de ketel
is volledig vlak. Deze pijp is geëmailleerd, gecalcineerd en
verguld bekend. Op de stenen waarmee de toren gebouwd
is staan de volgende teksten:

resde friedland aboukir dantzich breslau Manchetpijp, oplopende steel
esli lodi fleurkus moskowa eylau lutzen Hiel: geen

bautzen marengo jena pyramide montébelio tivoli
leipzig argole ulm wagram flessingue .nne

-407-

Zeldzame uitvoering in porselein, in
detail gekopieerd van het Gambier
model inclusief de teksten op de kop.

Nº 407

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº 408 - Kurde, Tête -408-

Cat. Pag. Steel-2,3cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1830 - 1900
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel zonder hiel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm een
Koerdische man met doek om het hoofd gerold. Deze pijp staat afgebeeld in de catalogus van
Saillard-Ainé uit 1843. Hier heeft echter een verwisseling plaats gevonden. Deze pijp heet hier
abusievelijk Kalmouck (Gambier nr.448), terwijl de echte Kalmouck benoemd wordt met
"Cavalier Kurt".

Koerdistan of Kurdestan, historisch-geografisch gebied in West-Azië, sinds 1918 verdeeld over Coll: AvE
Turkije, Perzië (Iran), Syrië en Irak. De historische kern van het gebied wordt gevormd door de
huidige Turkse prov. Hakkari, het antieke Korduene. Koerdistan was, getuige vondsten te o.m. Manchetpijp, oplopende steel
Jarmo, reeds in het 7de millennium v.C. bewoond, maar kreeg zijn huidige etnische structuur Hiel: geen
pas door de Perzische invallen van ca. 800 v.C. Het gebied werd in de 16de eeuw verdeeld tussen
het Turkse en het Perzische Rijk. Omstreeks 1850 echter waren de Koerdische vorstendommen
in zowel het Turkse als het Perzische Rijk aan het centrale gezag onderworpen. Behalve dorps-,
streek- en stamhoofden (begs en agha's) bleven slechts tot de Naksjabandija, een derwisj-orde,
behorende sjeiks als (niet alleen religieuze) Koerdische machtsdragers over.

Nº 409 - Christophe Colomb. Tête -409-

Cat. Pag. Steel-2,6cm Ketel-5,7cm Produktie: ca.1830 - 1900
1858 "Christophe Colomb"
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en manchet. Ketel in de vorm van een
man met baard. Op het hoofd een muts. Deze Gambier staat in de catalogus van pijpengrossier
Saillard-Ainé afgebeeld. Deze catalogus dateert uit ongeveer 1843. De meeste portretten die
bekend zijn van Columbus zijn overigens zonder baard.

Christophorus Columbus (1451 Genua - 1506 Valladolid) las in Portural Pierre d'Ailly's "Imago Coll: GK
Mundi" en raakte geboeid door het idee dat de aarde bolvormig zou zijn. In 1492 werd hij erfelijk
admiraal van de oceaan en onderkoning van het te ontdekken gebied. Hij brak in 1492 met de Manchetpijp, oplopende steel
traditie door naar het westen te zeilen om een kortere route naar India en China te vinden. Hiel: geen
Columbus baseerde zijn berekeningen voor de reis op de bijbel, vooral op de boeken van Ezra en
de apocriefe boeken. Op 3 augustus 1492 vertrok Columbus vanuit Palos in Spanje voor de -N409-
eerste van meerdere reizen die hij maakte naar, zoals hij het zelf later noemde, de 'Nieuwe
Wereld'.

Nº N409 - Néogène à la rose, Tête Produktie: ca. 1900 - 1920

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-4,5cm

Pijp met ovale overhellende ketel met roos als hiel. Rechte steel met manchet. Op de steel een Coll: RS
stippeltjes patroon en de merknaam (NOËL) en vormnummer. Het model van deze Noël komt
overeen met nummer 914, 914m en 914p van Gambier. 'Tête a la Rose". Manchetpijp, rechte steel
Hiel: figuraal

Nº 410 - Sesostris. Tête -410-

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-5,9cm Produktie: ca. 1830 - 1900
1840-45 (6e Série)
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. De ketel is in de vorm van man met
baard. Op het hoofd draagt hij een cilindrische, gedecoreerde hoed met een flap over de oren. Steel
gecanneleerd.

Sesostris is de naam van drie Egyptische vorsten uit de 12e dynastie. Zij regeerden van 1897 - Coll: AvE
1797 VC. Tevens is Sesostris in de Grieks Romeinse periode een legendarisch figuur. Het is niet Manchetpijp, oplopende steel
bekend welke man precies bedoeld wordt met deze pijp. De beelden die bekend zijn van de drie Hiel: geen
Egyptische vorsten laten overigens een man zien zonder baard.

Nº 411 - Dame Romaine, Tête (3e Série) -411-

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-4,5cm Produktie: ca. 1830 - 1900
1840-38 Zie ook nr.809 en 1410

1858
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. De ketel is in de vorm van het
borstbeeld van een vrouw met een halsketting en het haar in vlechten om het hoofd gewonden.
Over het haar een haarnetje. De eerste generatie van dit model, na 1850 werd de steel voorzien
van een stippelpatroon voorzien. Van deze pijp bestaan twee varianten waarbij vooral de decoratie
op de steel verschillend is.

Nº N411 - Boule, très petite Coll: AvE

Cat. Pag. Steel-1,5cm Ketel-3cm Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

-N411-

Produktie: ca. 1900 - 1920

Kleine pijp met bol-ovale ketel en een korte oplopende steel met dik, gebold manchet. Dit Noël Coll: GD
pijpje staat in geen van de tot nu toe bekende catalogi afgebeeld of vermeld. De naam is
overgenomen van gelijkende modellen. Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 412 -412-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº N413 - Néogène ronde, festons au bas du fourneau -N413-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1900 - 1920 Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
1908-18 Prijs:3fr60./gros in rode en witte klei. Gestempeld Noël. Hiel: geen

Pijp met een staand bekermodel ketel die aan de onderzijde met bloemranken versierd is. Een
rechte steel met knoop mondstuk.

Nº 414 - L'Antiquaire (3e Série) -414-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel:4,3cm Produktie: ca. 1830 - 1860
1840-38

Pijp met kleine, figurale ketel en een oplopende steel met manchet. De ketel is in de vorm van het Manchetpijp, oplopende steel
borstbeeld van een oude man met snor en puntige baard. Op het hoofd draagt hij een soort Hiel: geen
hoofddoek met geborduurde rand. Gestreept kostuum met brede, geborduurde kraag.

Nº N414 - Néogène à côtes, bague au tuyau. -N414-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1900 - 1920 Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
1908-18 Prijs:3fr60./gros in rode en witte klei. Gestempeld Noël. Hiel: geen

Pijp met een bekermodel ketel met op de ketel vertikale ribben. Om de steel is een bandje
aangebracht. Rechte steel met knoopmondstuk.

Nº 415 - Charlotte Corday. Tête (5e Série) -415-

Cat. Pag. Steel-2,2cm Ketel:6,8cm Produktie: ca.1830 - 1914 Coll: JL
1840-41
1868-11
1879 en 1886- 8
1894- 8
1908-14 Prijs: 18fr./gros zonder - 60fr./gros met kersenhouten steel.

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en een manchet. Ketel in de vorm van
het borstbeeld van Charlotte Corday met kanten muts met lint om het hoofd gebonden op lang
krullend haar. Om de schouders een omgeslagen doek.

Charlotte Corday (1768-1793), achternicht van de beroemde toneelschrijver Pierre Corneille was
een dienstmeisje met anti-revolutionaire idealen, terechtgesteld nadat zij in 1793 de politicus
Marat in zijn bad met meerdere messteken had vermoord. Zij werd met behulp van de guillotine
om het leven gebracht.

Nº 416 - Mandarin. Tête Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

-416-

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-10cm Produktie: ca. 1830 - 1914
1840-46 (6e Série) Zie ook nr.380, 607, 728, 777, 796 en 1167

1879 en 1886- 1

1894- 1

1908-14 Prijs: 36fr./gr. zonder steel -96fr./gr. met kersenhouten steel.

Grote pijp met oplopende steel met manchet. De ketel is in de vorm een
staande Mandarijn met corpulent postuur, hangsnor en hoofddeksel. In
Porseleinen beeldje de linkerhand een naar beneden gerichte Chinese waaier. Deze pijp komt
van een vrijw el altijd geëmailleerd voor in verschillende kleuren.

Mandarijn.

Mandarijn w as vroeger in het Westen de gangbare benaming voor een staatsambtenaar in het
keizerlijke China (in het Chinees kw an geheten). De term is w aarschijnlijk afkomstig uit het
Sanskriet (in het voormalige Nederlands-Indië heette de inheemse ambtenaar mantri) en uit
het P ortugees, waarin mandar bevelen betekent. In het keizerlijke China vormden deze zeer
invloedrijke staatsambtenaren een sterke elitegroep die, vooral in de perioden toen China door
vreemde dynastieën werd geregeerd (Mongolen en Mantsjoes), zorgde voor de continuïteit van
de Chinese ideeën en de Chinese traditie. Aan de andere kant kw amen vooral in de latere
periode van verval de nadelen van het Chinese systeem tot uiting, met name de bureaucratie.

Coll:AvE

Nº 417 -417-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº 418 - Grec. Tête (4e Série) -418-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-4,5cm Produktie: ca. 1830 - 1900 Coll: AvE
1840-40 Zie ook nr.383, 711 en 745
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van een Griekse man
met lang haar en een snor. Op het hoofd draagt hij een tulband van geborduurde stof. Weinig
voorkomende pijp die we afgebeeld zien in de catalogus van 1840 en in de catalogus van
pijpengrossier Saillard Ainé uit 1843.

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 419 - General Jacquot (6e Série) -419-

Cat. Pag Steel-3cm Ketel-8,5cm Produktie: ca. 1830 - 1860
1840-46

Pijp met oplopende steel met manchet en ketel in de vorm van een geuniformeerde aap met
hoofddeksel. De staart van de aap zit om zijn voeten gekruld. In zijn linkerhand draagt hij een
klisteerpijp.

Over een Generaal Jacquot heb ik tot op heden nog geen informatie kunnen vinden. Jaquot was Manchetpijp, oplopende steel
wel de bijnaam van de Hindoe God Hanuman die half aap, half mens is. In deze hoedanigheid Hiel: geen
bevocht hij demonen in Sri Lanka. In de verhalen wordt hij daarbij ook wel generaal genoemd.
Maar het valt te betwijfelen of deze in militair uniform gehulde aap dezelfde is als de Hindoe god.

Nº 420 - Arménien(3e Série) -420-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-4,8cm Produktie: ca. 1830 - 1860 Coll:GK
1840-38 Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen
Pijp met oplopende steel met manchet. De ketel in de vorm van het
borstbeeld van een man met baard, snor en een tulband om het hoofd
gewonden. Manchet met parelrand. (manchet op foto gerestaureerd)

Prent van een De geschiedenis van de Armeniërs gaat terug tot circa 700 voor Christus,
Armeens koopman toen Indo-Europese bevolkingsgroepen zich vermengden met de bewoners
(19e eeuw) van het gebied ten zuiden van de Kaukasus. In 190 voor Christus werd
Armenië met steun van de Romeinen onafhankelijk en breidde zijn
grondgebied snel uit. Armenië omvatte toen gebieden die nu tot Turkije,
Syrië, Libanon, Irak, Iran, Azerbeidzjan en Georgië behoren. Vanaf de
vierde eeuw kwam er een einde aan de onafhankelijkheid. Armenië werd
tot de veertiende eeuw achtereenvolgend veroverd door Byzantijnen,
Arabieren, Turken en Mongolen. Onder het bewind van de Ottomaanse
Turken en de Perzen (van de vijftiende tot de achttiende eeuw) vervulden
Armeniërs een belangrijke economische rol. In het Midden-Oosten
ontwikkelde zich een uitgebreid netwerk van Armeense kooplui en
bankiers dat onder andere contacten met het Westen had. In 1828
veroverde Rusland het deel van Perzië waar de Armeniërs leefden,
waaronder de stad Jerevan. De rest van het door Armeniërs bewoonde
gebied bleef deel van het Ottomaanse Rijk uitmaken. Sedert 1936 is
Armenië een afzonderlijke republiek binnen de Sovjet-Unie.

j p j

Nº N420 - Lion sur le fourneau Produktie: ca. 1900 - 1920 -N420-

Cat. Pag. Steel-2,2cm ketel-4,5cm

Ovale voorover hellende ketel met een lofvormige hiel. Tegen de ketel rust in hoogreliëf een leeuw. Coll: RS
Op de rechte steel met manchet staat in reliëf het vormnummer en de naam: Noël. Dit model is
ook bekend van de firma Dutel-Gisclon uit Monterau. Deze Noël komen we niet in de catalogi Manchetpijp, rechte steel
tegen. Hiel: lof.

Nº 421 - Cromwell. Tête -421-

Cat. Pag. Steel-2cm ketel-4,5cm Produktie: ca. 1840 - 1900 Coll:AvE
Manchetpijp, oplopende steel
1858 Hiel: geen
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm
van het borstbeeld Cromwell met op het hoofd een hoed met rand waarover
een ketting loopt. Het borstbeeld toont de kledij. Deze pijp zien we voor het
eerst in de grossierscatalogus van Saillard van rond 1843.

Deze pijp is een representatie van het historisch drama van Victor Hugo en zijn fameuze
"Préface de Cromwell". Dit versdrama publiceerde hij in 1827 maar is nooit opgevoerd.
Oliver Cromwell ,(1599-1658), Brits staatsman. De loopbaan van Oliver Cromwell begon gestalte
te krijgen tijdens de burgeroorlog van 1642. Cromwell behoorde tot de kleine landadel, ook wel
gentry genoemd, en was puritein. Oliver Cromwell werd in 1629 lid van het Engelse parlement.
Hij was in 1640 de aanvoerder van de parlementsruiterij en stelde speciale troepen samen
("Ironsides"), waarmee hij vele overwinningen behaalde waaronder in 1649 tegen de Schotten.
Oliver Cromwell nam de leiding van het land in handen door leider te worden van de
Staatsraad. In 1653 liet hij zich door de Krijgsraad benoemen tot Lord-Protector.De Engelse
vloot was onoverwinnelijk in Cromwells tijd. Zelf wilde Oliver Cromwell geen koning worden,
maar hij streefde er wel naar om zijn zoon tot opvolger te laten benoemen. Deze zoon werd na de
dood van Cromwell in 1658 koning. Richard regeerde echter slechts kort. Hij deed in 1659
afstand van de troon en vluchtte naar Frankrijk.

Nº 422 - Doge. Tête (3e Série) -422-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1830 - 1900 Coll: AvE
1840-38
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een oplopende steel en een
manchet. Ketel in de vorm van een Venetiaanse Doge met lange baard en
lange haren. Een cilindrische muts met borduurwerk. Vroeg model wat
alleen afgebeeld staat in de catalogus van 1840 maar later nog wel tot
het assortiment van de fabriek behoorde.

Doge Andrea Gritti 1544- Manchetpijp, oplopende steel
1545 Hiel: geen
Representatie van de acteur Charles LIGIER (1796-1872) in de rol van de Doge in het stuk
"Marino Faliéro" van Casimir Lavigne opgevoerd in 1829 in het Théâtre de la Porte Saint-Martin
met Mademoiselle Dorval als vrouwelijke partner in de rol van Elléna.
In 697 wordt de eerste Doge (staatshoofd van de Republiek Venetië) ingesteld en is de stad
officieel een vrijstaat. Doge, de titel van de hoogste magistraat in de stadsrepublieken Venetië en
Genua. Hij werd voor het leven benoemd en had aanvankelijk zeer grote, later slechts formele
macht. Na de verovering door Napoleon (1797) werd het ambt afgeschaft. Zij woonden in het
Dogenpaleis in Venetië. In totaliteit zijn er 118 Doges geweest waarvan Ludovico Manin de
laatste was.

Nº N422 - Cheval sur le fourneau -N422-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1900 - 1920 Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
1908-18 Prijs:3fr60./gros in rode en witte klei Gestempeld Noël. Hiel: geen
Zie ook nr.0.12, 336, 957, 1217, 2036 en 2036b

Pijp met bekermodel ketel zonder hiel. Rechte steel met knoopmondstuk . Op de ketel staat een
paard afgebeeld.

Nº 423 -423-

Cat. Pag. Ketel- cm Steel- cm

Nº 424 - La Sorciêre (6e Série) Produktie: ca. 1830 - 1850 -424-

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-9cm Manchetpijp, oplopende steel
1840-46 Hiel: geen

Uitzonderlijke pijp met korte
oplopende steel met manchet.
De ketel is in de vorm van een
bezem zonders steel waarop een
heks met opgetrokken knieën
zit. Deze heks heeft een ontbloot
bovenlijf en de haren waaien
naar achteren langs de ketel.
Om de benen en langs de rand
van het manchet zit een slang.
Voor in de bezem is een uilenkop
te zien. Het bezemeffect zal mooi
tot uitdrukking zijn gekomen
wanneer deze pijp voorzien was
van een houten steel.

Coll: GK

Nº 425 - Frédéric Soulié. Tête -425-

Cat. Pag. Steel-0cm Ketel-7cm Produktie: ca. 1850 - 1914
1858 Zie ook nr.625

1868- 4

1879 en 1886- 2

1894- 2

1908-14 Prijzen: van 30fr./gros zonder steel tot 80fr./gros gemonteerd met kersenhouten steel.

Figurale pijp zonder steel of manchet. Karikaturaal manshoofd met zware snor en wenkbrauwen
en lang haar op het achterhoofd. Het hoofd is geplaatst in een schoen met gesp en platte hak. De
steelaanzet zit in het over de schoen vallende haar. In vereenvoudigde vorm komt dit model ook
voor als steelpijp.

Frédéric Soulié, (1800 Foix - 1847 Biève), Frans schrijver van gedichten en toneelstukken. Werd Pijp inwendige steelaanzet
tegen het einde van zijn loopbaan steeds beroemder om zijn drama's en gruwelromans. De Hiel: geen
karikatuur met schoen werd door Dantan Jeune ontworpen. Bekende romans o.a. "Mémoires du
Diable"uit 1837 en "La Closerie des genêts" uit 1846.

Nº 426 - Rieur. Tête petite -426-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-6cm

1858- "Rieur petit + grand" St.-2,5cm Ketel-6,5cm (links)

1879 en 1886-16

1894-14 Produktie: ca. 1850 - 1900

Coll:AvE Pijp met oplopende steel en manchet. Ketel in de vorm van het Coll:AvE
borstbeeld van een jongen met een brede lach op het gezicht. Op Manchetpijp, oplopende steel
Nº 427 zijn hoofd draagt hij een cilindrische muts zonder rand. Op het Hiel: geen
borstbeeld een kraagje en een geknoopte das. Van de Rieur zijn
twee uitvoeringen bekend welke beide op de invantarisatie lijst -427-
van Gambier uit 1858 voorkomen met vormnummer 426. Er
wordt wel beweerd dat de grootste variant het oudste zou zijn Coll:AvE
maar getuige de lijst uit 1858 werden beide modellen gelijktijdig
verkocht. De rechtervariant is de meest voorkomende. De linker
variant is iets groter. (zie afmetingen) en het naamschild op de
steel is anders. In beide gevallen staat op de linkerkant van de
steel Gambier in een schiltje. Op de rechterkant van de steel is
bij de rechter variant een trapeziumvormig schildje met
vormnummer. De linkervariant heeft een ovaal schildje in reliëf.
Deze pijp is de vertegenwoordiging van de Guignol die van
origine uit Lyon komt. Hier werd hij voor het eerst in een klein
theater gespeeld in 1795.

- Boileau. Tête

Cat. Pag. St.-3,5cm Ketel-9,5cm Produktie: ca.1830 - 1914
1840-47 (6e Série)
1858
1868- 5
1879 en 1886- 2
1894- 2

1908-14 Prijs: 36fr./gr. zonder steel,96fr./gr. kersenhouten steel.

Grote figurale pijp met oplopende steel en manchet. De ketel is in de
vorm van het borstbeeld van Boileau met lange golvende haren en een
openstaande kraag. Onder het manchet is aan weerszijden een
gestippeld ovaal met links de naam "Boileau" en rechts "Art Poëtique".
Steelaanzet gecanneleerd.

Nicolas Despreaux Boileau, (1636 Parijs - 1711 Parijs), Frans schrijver en letterkundige. Vanaf Manchetpijp, oplopende steel
1657 heeft hij zich, mede door de begunstiging van Lodewijk XIV, geheel aan de poëzie kunnen Hiel: geen
wijden. Hij schreef satirische en vooral kritische gedichten. Op theoretisch gebied stelde hij, in
samenspraak met zijn vrienden Racine, Molière en La Fontaine, een doctrine op van de absolute
schoonheid in verzen, gebaseerd op de antieke schrijvers. In 1819 werd zijn as in Parijs
herbegraven. (D.Duco, toelichting Catalogus 1868)

Nº 428 - Duc d'Epernon. Tête mignonnette (3e Série) -428-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-3,8cm Produktie: ca.1832 - 1914 Coll:AvE
1840-39 Manchetpijp, oplopende steel
1879 en 1886-25 Hiel: geen
1894-20
1908-14 Prijs: 9fr./gr. Zonder steel, 33fr./gr. Met kersenhouten steel. -429-

Pijp met kleine, figurale ketel en een oplopende gecanneleerde steel met
manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld van Duc d'Epernon met
snor en sik en een hoed met vlakke rand. Op het borstbeeld is een kraag
aangebracht. Wordt in de catalogus van 1885 voor het eerst
ondergebracht bij de zgn. mignonnettes. (een serie zeer kleine pijpen)

Personage van het melodramatische stuk van Alexandre DUMAS "La Tour de Nesle" geschreven
in 1832. Dit stuk ligt in de lijn van het oeuvre van Dumas: "Les 3 Mousquetaire ", " 20 ans
Après", "Le Vicomte de Bragelonne", "Le Comte de Monte-Cristo".
Jean Louis de Nogaret de la Valette, Duc d'Epernon. (1554 Chateau de Caumont -1642 Loches),
zoon van Jean de Nogaret de la Valette, kasteelheer van het Château de Caumont in de
Languedoc. Hij heeft al op zeer jonge leeftijd een militaire loopbaan en redt het leven van zijn
vader tijdens het beleg van Mauvezin in 1570. Hij was een van de favorieten van Henri III en die
beloonde hem voor zijn moed met vele titels. Duc d’Epernon huwt in 1587 Marguerite de Foix-
Candale, zij krijgen drie kinderen: Henri, comte de Candale, Bernard, Duc d’Epernon et Louis,
cardinal de La Valette. In 1610 zette hij het parlement er toe aan om Marie de Medicis het
regentschap te geven.

Nº 429 - Le Guerrier. Tête mignonnette

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-3,5cm Produktie:ca.1830 - 1920

1840-36 2e Série Zie ook nr.442

1858- "Bayard"

1868-23

1879 en 1886-25

1894-20

1908-10 Prijs 9Fr/gros. Verkrijgbaar in witte en rode klei

Coll:GD Coll:AvE
Kleine pijp met oplopende steel met manchet. Kop in de vorm van een man met baard en snor.
Op het hoofd een helm met opgeklapt vizier. Aan de achterzijde een gedraaide pluim. In de Manchetpijp, oplopende steel
catalogus van 1840 wordt deze kop omschreven als "Bayard" en was dus de kleine uitvoering Hiel: geen
van Bayard, Tête Grande nr.442. In de catalogus van 1868 is de naam gewijzigd in Guerrier,
ofwel de krijgsman. Hij wordt dan geplaatst in een groep zeer kleine figurale pijpen die
mignonnettes genoemd worden. Deze bijnaam werd in 1840 nog niet gebruikt. In de catalogus
van 1868 blijft nr.442 gewoon Bayard heten. De pijp links is vermoedelijk van later datum. De
naam Gambier is verwijdert van het manchet. Op de steel: Noël - Paris.

Nº 430 - Ali Pacha. Tête moyenne -430-

Cat. Pag. Steel- 2cm Ketel- 6cm Prod. ca. 1830 - 1900

1858- Zie ook nr.358, 431 en Saillard pag.17+18

1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur

1894-Alleen in Nomenclatuur

Prent door Louis Dupré, 1819 Coll: AvE
Pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van een man met snor en lange baard. Manchetpijp, oplopende steel
Op het hoofd een met stenen bezette tulband met een pluim als decoratie aan de voorzijde. Steel
met stippelpatroon bewerkt. Blanc Garin had ook een Ali Pascha. Nr.262
Ali Pasja, bijgenaamd "de Leeuw van Janina" (in een dorp bij Tepelena (Osmaanse Rijk, nu
Albanië), 1741 - bij Ionnina, 5 februari 1822 was een pasja (Turks militair machthebber),
gouverneur van Albanië en Epirus, regerend vanuit Ioannina vanaf 1788. Ali Pasja was geboren
in 1741 in Albanië. Als rasechte opportunist wist hij zich snel op te werken in de hiërarchie van
het Osmaanse Rijk. Zo bracht hij het van omhooggevallen roverhoofdman tot heerser over een
quasi-onafhankelijk rijkje dat Albanië en een groot deel van Noordwest en Centraal Griekenland
omvatte, met Ioánnina als hoofdstad. Tijdgenoten beschreven hem als groot, vrij corpulent, met
blauwe ogen en een lange baard. Zijn geschiedenis is beschreven door Alexandre Dumas in
geromantiseerde vorm in "Le comte de Monte Cristo" (1844) Albert Lortzing componeerde in
1824 de opera 'Ali Pascha von Janina"

Nº 431 - Ali Pacha. Tête petite -431-

Cat. Pag. Steel-1,5cm Ketel:4,8cm Prod. ca. 1830 - 1900
1840-37 2e Série Zie ook nr.358, 430 en Saillard pag.17+18
1858-
1879 en 1886-25
1894-20

Prent door Louis Dupré, 1819 Coll: AvE

Pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van een man met snor en lange baard. Manchetpijp, oplopende steel
Op het hoofd een met stenen bezette tulband met een pluim als decoratie aan de voorzijde. Steel Hiel: geen
met stippelpatroon bewerkt. Blanc Garin had ook een Ali Pascha. Nr.262
Ali Pasja, bijgenaamd "de Leeuw van Janina" (in een dorp bij Tepelena (Osmaanse Rijk, nu -432-
Albanië), 1741 - bij Ionnina, 5 februari 1822 was een pasja (Turks militair machthebber),
gouverneur van Albanië en Epirus, regerend vanuit Ioannina vanaf 1788. Ali Pasja was geboren
in 1741 in Albanië. Als rasechte opportunist wist hij zich snel op te werken in de hiërarchie van
het Osmaanse Rijk. Zo bracht hij het van omhooggevallen roverhoofdman tot heerser over een
quasi-onafhankelijk rijkje dat Albanië en een groot deel van Noordwest en Centraal Griekenland
omvatte, met Ioánnina als hoofdstad. Tijdgenoten beschreven hem als groot, vrij corpulent, met
blauwe ogen en een lange baard. Zijn geschiedenis is beschreven door Alexandre Dumas in
geromantiseerde vorm in "Le comte de Monte Cristo" (1844) Albert Lortzing componeerde in
1824 de opera 'Ali Pascha von Janina"

Nº 432 - Le Dante (3e Série)

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel:5,5cm Produktie: ca. 1830 - 1860
1840-39

Figurale pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van Dante
met op het hoofd een muts met flappen over de oren. Over deze muts een
lauwerkrans. Borstbeeld met een gesloten kraag. Een bewaard exemplaar
van deze pijp is mij niet bekend.

Dante, voluit Dante Alighieri (Florence ca. 9 mei 1265 - Ravenna 14 sept. 1321), de 'sommo Manchetpijp, oplopende steel
poeta' (opperste dichter) van het Italiaanse volk en schepper van de Italiaanse literatuurtaal, Hiel: geen
stamde uit een oud Florentijns geslacht, kreeg een zorgvuldige opvoeding, leerde Latijn, Frans
en Occitaans, tekende, zong en was bevriend met vooraanstaande mannen van zijn stad.
Opgroeiend te midden van de heftige partijstrijd tussen de Welfen en de Ghibellijnen, had hij
een levendige belangstelling voor politiek en behoorde tot de Welfen. Toen deze zich te Florence
splitsten in de Zwarten (Neri) en de Witten (Bianchi), koos hij voor de meer gematigde Witten.
Van 15 juni tot 15 aug. 1300 was hij een der zes priori (stadsbestuurders). Bij de verdediging
van de stadsvrijheden tegen paus Bonifatius VIII kwam hij echter in conflict met de Curia en
toen in 1301 de (curiale) Zwarten in Florence aan de macht kwamen, werd Dante op een lage
aanklacht tot levenslange ballingschap veroordeeld. Dante Alighieri is een van de grootste
dichters uit de geschiedenis van de wereldliteratuur. Hij schreef poëzie die beïnvloed was door
de klassieke en de christelijke traditie. Dantes grootste werk was het epische gedicht La divina
commedia (1321) (Encarta 2000)

Nº 433 - Jeune France. Tête -433-

Cat. Pag. Steel-4cm Ketel-6cm Coll: DL
1840-45 (6e Série)
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Produktie: ca. 1830 - 1850

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel
met manchet. Ketel in de vorm van een
borstbeeld van een jonge vrouw, aan de
achterzijde van de ketel de portretten van twee
mannen. De pijp op de foto betreft een zeldzame
variant die waarschijnlijk bij een gespecialiseerd
bedrijf verzilverd is.

Jeune France is de bijnaam voor romantische schrijvers
en artiesten uit de periode rond 1830. De naam is
ontleend aan een krant waarmee Léon Gozlan
samenwerkt. Later keert hij zich tegen de denkbeelden
van la Jeune France en in 1831 publiceerde hij een
reeks satirische artikelen waarin hij zich keert tegen de
nieuwe beweging.

Nº 434 - Fra-Diavolo. Tête (2e Série) -434-

Cat. Pag. Steel-2,5cm Ketel-4,4cm Produktie:ca.1830 - 1900 Manchetpijp, oplopende steel
1840-36 Hiel: geen
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel en een manchet. Ketel in de
vorm van een man met hoge hoed. Hij heeft een baard en snor en de haren
naar achteren gekamd. Gecanneleerde steel en geribbeld manchet. Staat
ook in de catalogus van Saillard met de naam "Brigand".
Michele Pezza
"Fra Diavolo"
Michele Pezza (1760 -† 1806 Napels) bijgenaamd "Fra-Diavolo" is een bandiet die onder
Ferdinand IV in 1799 samen met Cardinal Ruffo gaat strijden tegen de Fransen. Hij wordt in
1806 in Napels gevangen genomen en opgehangen. Zijn levensverhaal was de basis voor Daniel-
François-Esprit Auber (1782 - 1871) om een opera in drie delen te schrijven die voor het eerst
vertoont werd in 1830 in Parijs in de Opéra-Comique. Het verhaal gaat over de gezochte bandiet
"Fra Diavolo" die vermomd als de markies van San Marco verschijnt. Lorenzo is de commandant
die er in slaagt enkele bandieten te doden en de gestolen juwelen van twee Engelse reizigers,
Lord Kokbourg and Lady Pamela terug te brengen. Fra Diavolo zint op wraak en komt terug,
maar wordt dan gevangen genomen door Lorenzo.

Nº 435 - Joko. Tête -435-

Cat. Pag. Steel-4cm Ketel-10cm Produktie: ca. 1830 - 1914
1840-42 5e Série Zie ook nr.61, 317, 647, 1604 en 2020

1879 en 1886- 9

1894- 9

1908-14 Naam: Singe Prijs:18fr./gr. Zonder steel- 60fr./gr.kersenh. steel

Figurale pijp met oplopende steel. De ketel is in de vorm van een aap,
zittend op een boomtak met opgetrokken achterpoten en de linkerarm om
een knie geslagen. De rechterarm rust op de steel, die van een
boomschorsdecoratie is voorzien. De steel eindigt zonder verzwaring of
andere afsluiting maar is recht afgesneden. De vroege exemplaren hebben
meestal slechts geëmailleerde ogen, wenkbrauw en en mond. De latere
exemplaren zijn geëmailleerd zoals de pijp op de foto. (rond 1900)

Prent van Jocko, le Jocko of le Singe du Brésil is een drama uit twee delen dat in Parijs in Coll:AvE
1828 werd opgevoerd. Dit stuk was een groot succes en er werden 200
voorstellingen gegeven. Charles Mazurier, acteur, mimespeler en acrobaat
heeft de hoofdrol in het Théâtre de la Porte Saint-Martin vermomd als de
aap "Jocko". Gezien de grote populariteit van dit stuk in de 19e eeuw
wordt aangenomen dat Gambier deze aap uitbeeldt. (J.Leo, Les pipes en
terre Francaises 1971) Er was in die zelfde periode ook een circus in
Parijs van ene Franconi die een act had met "le singe Jocko". In de
catalogi wordt hij Joko genoemd. In de nomenclatuurlijst van de
catalogus van 1885 wordt hij "Singe Jocko" genoemd (met ck).

singe du Brésil

Nº 436 - Rubens. Tête grande -436-

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-7,5cm Produktie: ca. 1830 - 1914

1840-44 6e Série Zie ook nr.30 en 137

Zelfportret 1638-1640 1858-
1868- 5
1879 en 1886- 3
1894- 3
1896-22 Prijs 25fr. Per 100

1908-14 Prijs:30fr./gros zonder steel-80fr./gros met kersenhouten steel.

Pijp met oplopende steel met manchet. Op de steel staat in een ovaal de merknaam en het
vormnummer. De ketel is in de vorm van het borstbeeld van Rubens met snor en baard. Op het
hoofd een hoed met brede rand waarop twee veren zijn aangebracht.

Peter Paul Rubens(1577-1640). Zuid Nederlandse schilder, tekenaar en diplomaat was een zoon Coll:AvE
van de Antwerpse schepen Jan Rubens en Maria Pypelinckx. In 1592 werd hij leerling van de
landschapsschilder Tobias Verhaecht en in 1598 vrijmeester te Antwerpen. Hij verbleef 8jaar in Manchetpijp, oplopende steel
Italië als officieel schilder van hertog Vincenzo Conzaga. Rond 1608 ging hij terug naar Hiel: geen
Antwerpen waar hij officieel stadsschilder werd. Hij huwde in 1609 Isabella Brant en liet een
imposant huis bouwen. In de jaren 20 van de 17e eeuw had hij een belangrijke diplomatenrol en
in 1630 legde hij de grondslag voor een vredesverdrag tussen Spanje en engeland. Zijn laatste
jaren verbleef hij in een buitenhuis te Elewijt met zijn tweede vrouw Hélène Fourment. Hij is
begraven in de Sint Jacobskerk te Antwerpen. Rubens liet een omvangrijk schilderoeuvre na in
verschillende stijlen. Hij was van grote invloed op de jonge schilders van Dyck en Jordaens.

Nº N436 - Magnétique longue, marseillaise moyenne -N436-

Cat. Pag. Steel-16cm Ketel-3,3cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-128 Zie ook nr.437

1908- 9 Prijs: 19Fr.20/gros. "Marseillaise moyenne"

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ketel zonder hiel met een model naar Duitser. Rechte steel met knoopmondstuk.
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met N oël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een w at
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touw tje gewonden. Ze
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogi worden de pijpen niet apart
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 w orden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd w ordt. Alleen in de
catalogus van 1908 w ordt met onbekende reden de benaming "Marseillaise moyenne" gebruikt
voor deze pijp.

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: geen

Nº 437 - La Republicaine. Tête grande -437-

Cat. Pag. Steel-3,5cm Ketel-8cm Produktie: ca. 1830 - 1905 Coll:AvE
1840-44 Grande Maline 6e Série Zie ook nr.340 Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen
1868- 5
-N437-
1879 en 1886- 9

1894- 9

Figurale pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de
vorm van het borstbeeld van een vrouw met pijpenkrullen onder
een hoge kanten muts met een smalle band waarop boven het
voorhoofd een siersteen is aangebracht. Om de hals een
dubbele ketting met een vierkant medaillon met een gezicht
erop. Steel is voorzien van een soort bladdecoratie.
(modellenbestand Pijpenkabinet - 1978)

Volgens Francis van Parys wordt met deze pijp het portret van
Anne-Joséphe Terwagne uitgebeeld, geboren in Marcourt in
1762 (België) en gestorven in Parijs in 1817. Ze speelde een
belangrijke en bloedige rol tijdens de Franse revolutie en had de
bijnaam "la Belle Liégeoise" Ze was maîtresse van onder andere
Danton.
Na 1840 komt deze steelpijp niet meer voor in het assortiment.
Komt ook voor als steelpijp. zie "La Maline" nr.310

Nº N437 - Magnétique longue, marseillaise grande

Cat. Pag. Steel-16,5cm Ketel-3,5cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-128 Zie ook nr.436

1908- 9 Prijs: 19Fr.20/gros. "Marseillaise grande"

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ketel zonder hiel met een model naar Duitser. Rechte steel met knoopmondstuk.
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met N oël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een w at
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touw tje gewonden. Ze
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogi worden de pijpen niet apart
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 w orden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd w ordt. Alleen in de
catalogus van 1908 w ordt met onbekende reden de benaming "Marseillaise grande" gebruikt
voor deze pijp.

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: geen

Nº 438 - Robespierre (5e Série) -438-

Cat. Pag. Steel-3,5cm Ketel-8,5cm Produktie: ca. 1830 - 1855
Zie ook nr.1543
1840-41

Grote pijp met oplopende steel met manchet. De ketel is in de vorm van het
borstbeeld van Robespierre met vrijheidsmuts op. Op het borstbeeld een lange
golvende kraag. Deze pijp staat ook afgebeeld in de catalogus van Saillard Ainé
uit 1843.

Maximiliën Robespierre (Arras 1758- Parijs1794) was één van de meest controversiële figuren uit Coll: AvE
de Franse Revolutie. In naam van de democratie was Robespierre mede verantwoordelijk voor de
periode van terreur waarin duizenden mensen door middel van de guillotine ter dood werden
gebracht. Voorafgaande aan deze donkere periode uit de Franse geschiedenis was hij populair
bij de burgerij en de principes waar hij voor stond. Sinds die periode (1790) kwam hij sterk naar
voren in de Jacobijnenclub. Hij voerde heftige campagne tegen de Girondijnen. Vanaf 1792
kreeg de revolutie de radicale koers die Robespierre voorstond. Na liquidatie van enige
tegenstanders in 1794 begon de periode van terreur waarbij vele figuren waarvan hij tegenstand
verwachtte onder de guillotine werden gebracht. Toen hij in juli 1794 het woord wilde voeren in
de Conventie werd hem dit onmogelijk gemaakt en werd er voor de arrestatie van hem en enkele
naaste medewerkers gestemd. De volgende dag werd hij zonder proces door onthoofding om het
leven gebracht.

Manchetpijp, oplopende steel

Hiel: geen

Nº 439 - Petit Turc. Tête (3e Série) -439-

Cat. Pag. Steel-3,5cm Ketel-4,2cm Produktie: ca. 1830 - 1850
1840-38 Zie ook nr.155, 158, 299, 562, 571,
1858- "Turc"
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur. 740, 768, 770 en 1282
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met oplopende steel met manchet en de ketel in
de vorm van het hoofd van een man met baard en
snor. Op het hoofd een tulband.

Gambier had vele pijpen met een Turkse man als Coll: Privé
ontwerp in het assortiment. Wellicht had dit te maken Manchetpijp, oplopende steel
met het feit dat de Turken bekend stonden als stevige Hiel: geen
rokers. Ook al werd het roken in het Ottomaanse rijk
rond 1600 bestreden door verschillende sultans, het -440-
pijproken is toch erg populair geworden. De Turken
ontwikkelden een eigen kenmerkende stijl bij de Coll: GK
fabricage van pijpen waarvan de Tsjiboek het Manchetpijp, oplopende steel
bekendste is. Hiel: geen

Nº 440 - Grognard petit,Tête (4e Série)

Cat. Pag.Steel-2cm Ketel-6,5cm

1840-40 Zie ook nr.396,502,976 en Saillard pag.13

1858- "Grognard'

1879 en 1886- 2

1894- 2 Produktie: ca. 1830 - 1900

Figurale pijp zonder hiel met een oplopende steel en manchet.
Ketel in de vorm van het borstbeeld van een Napoleontisch
soldaat. Op het hoofd heeft hij een 2-kante steek. Aan de
achterzijde van het hoofd is het haar in een vlecht gedragen
wat gebruikelijk was bij soldaten. Op het uniform zijn
epauletten aangebracht. De linkerfoto laat een vroeg
exemplaar zien. Merknaam of vorm nummer ontbreekt. Op de
kraag, in de hals, is het JG merkstepmpel (in reliëf)
aangebracht. Let op het rode emaille op het voorhoofd
waarmee een wond werd weergegeven.

Grognard was de bijnaam die gegeven is aan de veteranen die Napoleon I bijstonden
op de slagvelden in Rusland en Europa. De Grognard genoot in de 19e eeuw kennelijk
een grote populariteit gezien de vele modellen die we tegenkomen met dit onderwerp
als decoratie. Ook Blanc Garin en Gisclon hadden Grognard pijpen in het assortiment.

Nº N440 - Magnétique longue, forme belge allongée, grande -N440-

Cat. Pag. Steel-14,5cm Ketel-4cm Produktie: ca. 1890 - 1925
Zie ook nr.446 en 446p
1894-129

1908- 9 Prijs:19Fr.20/gros "Forme Belge allongée grande"

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met een ovale ketel (model Belge) met hiel en rechte steel. Komt voor in drie formaten.
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogi worden de pijpen niet apart benoemd
maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Magnétiques
Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie meerschuim
teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Steelpijp, recht

Steeleind: knoop
Hiel: cilindrisch

Nº 441 - La Valliere. Tête -441-

Cat. Pag. Steel-5cm Ketel-9cm Produktie: ca. 1830 - 1914
1840-47 (6e Série)
1858
1868- 6
1879 en 1886- 3
1894- 3
1908-14 Prijs:36fr./gros zonder steel - 96fr./gros met kersenhouten steel

Pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld van een jonge vrouw
met schouderlange pijpenkrullen rond het gezicht. Een ketting over het voorhoofd en een collier
op de boezem. Op het manchet staan rechts rozen. Op de linkerzijde van het manchet staat "DE
LA VALLIERE".

Francoise-Louise de la Baume Le Blanc, duchesse de la Valliere (1644 Tours - 1710 Parijs). Coll:AvE
Haar vader was een officier. Na zijn overlijden trouwde haar moeder met Baron de St. Remy die
de Duchesse d'Orleans goed kende. Via haar werd Louise geïntroduceerd in hoge kringen. Zij Manchetpijp, oplopende steel
was vanaf 1661 de maîtresse van Lodewijk XIV, van wie zij vier kinderen kreeg. Zij werd door Hiel: geen
het hele hof en ook de koningin gerespecteerd. In 1667 werd zij tot hertogin verheven en haar
kinderen erkend. Zij vluchtte verschillende keren in het kloosterleven omdat zij ondanks haar
liefde voor de koning moeite had met haar rol van maîtresse. Lodewijk wist haar verschillende
keren terug te halen maar in 1674 trok zij zich definitief terug in het Carmelite klooster om een
teruggetrokken leven te lijden als zuster Louise.

Nº 441 - La Valliere, Tête -441-

Vanwege het bijzondere emailledecor is deze
pijp apart opgenomen in de lijst. Het betreft
hier vermoedelijk een op verzoek geëmailleerde
pijp die geschonken is aan een gelukkige
vader. De kleurstelling is opvallend met de
ingekleurde sieraden, de bruine haren en
blauwe ogen. Onder de halsketting is de tekst:
"A mon Père" aangebracht.

Coll: GK

Nº 442 - Bayard. Tête -442-
-443-
Cat. Pag. Steel-4cm Ketel-9,5cm Produktie: ca. 1830 - 1914

1840-48 6e Série Zie ook nr.429

1858- "Bayard grand" Manchetpijp, oplopende steel
1868- 6 Hiel: geen
1879 en 1886- 3

1894- 3

1908-14 Prijs:6fr.gr/ zonder steel tot 96fr./gr.met kersenhouten steel.

Pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van een ridder
met snor en korte baard. Hij draagt een helm met opengeklapt vizier en
een lange pluim aan de achterzijde. Borstbeeld met gedecoreerd harnas
en over de schouder een sjaal. De onderzijde van deze pijp is
gedecoreerd met een slagwapen, een strijdbijl, een sabel, een ijzeren
handschoen en een roos. Over deze attributen loopt een lint met de
tekst : "A la plus belle".

Pierre Terrail, Seigneur de Bayard(1474-1524), bijgenaamd "Le Chevalier sans peur et sans Coll:AvE
reproche" , ofwel de onberispelijke ridder zonder vrees. Vocht in vele veldtochten onder Charles
VIII, Lodewijk XII en Frans I en wist zich te onderscheiden als een moedig strijder. Hij werd door
Charles VIII geridderd in 1495 na de strijd in Fornovo di Taro. Zijn verdediging van Mézières
(1521) redde centraal Frankrijk van een invasie. Zijn laatste strijd was bij de Sesia rivier in
Italië. Hij werd daar ernstig verwond door een nieuw wapen op het strijdtoneel, de haakbus. Hij
verkoos het om staande tegen een boom, met zijn zwaard in zijn hand en zijn gezicht gericht op
het strijdtoneel, te sterven. Hij is beroemd geworden als het ideaal van de Franse ridderschap,
heldhaftig, kameraadschappelijk en edelmoedig. (o.a. D.Duco cat.1868)

Nº 443 - Louis 12 (2e Série)

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-5,2cm Produktie:ca.1830 - 1860
1840-36

Pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het
borstbeeld van een man met een pet op het hoofd waar een veer op zit. Op
het borstbeeld is een gesloten kraag te zien.

Lodewijk XII Valois Orleans,(1462-1515). Zoon van Karel, hertog van Orléans en Marie van Clèves.
Zijn vader is een broer van Karel VI de Gekke. Hij volgt zijn neef Karel VIII op als koning van
Frankrijk als deze bij zijn overlijden in 1498 geen mannelijke nakomelingen heeft. In 1499 trouwt Manchetpijp, oplopende steel
hij met Anne van Bretagne die al in 1514 overlijdt. Lodewijk hertrouwt met Marie van Engeland. Hiel: geen
De dynastie zal van korte duur zijn omdat ook Lodewijk XII geen mannelijke nakomelingen heeft
bij zijn dood in 1515. Zijn neef en schoonzoon Frans I van Angoulême volgt hem op. Dit betekent
het einde van de dynastie Valois-Orléans.

Nº N443 - Magnétique longue, côtes creuses grande -N443-

Cat. Pag. Steel-18cm Ketel-4,3cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-129 Zie ook nr.447
1908- 9+12 Prijs 15Fr./gros
1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ovale ketel met knophiel. Rechte steel met knoop. De ketel is over de gehele lengte Coll:AvE
voorzien van vertikale, holle ribben die doorlopen tot de steelaanzet. De meeste pipes magnétiques
zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat gelige klei en zijn gelakt met
beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze komen ook voor met zgn. "mille
point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart benoemd maar vallen uiteen in twee
groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Magnétiques Courtes". In de catalogus van
1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie meerschuim teint en lichte rookkleur die door
de rokers zo gewaardeerd wordt. Het hier getoonde exemplaar heeft naast een "Mille points" decor
in witte emaille op de steel de naam: LOUIS.

Steelpijp, recht

Steeleind: knoop

Hiel: knop

Nº 444 - Grand-Prêtre. Tête -444-

Cat. Pag. Steel-2,6cm Ketel:4,2cm Produktie:ca. 1830 - 1900
1840-36 2e serie
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Kleine pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van een
man met hoofddeksel met een gladde band waarop een ster staat
afgebeeld. Op de rand van het manchet staat de merknaam en het
vormnummer.

Hogepriester, titel van de leider van de priesterschap in Jeruzalem ten tijde van de eerste en de Coll:AvE
tweede joodse tempel. Lev. 21:10 noemt hem de 'hoogste onder zijn broeders'. Zijn kleding was Manchetpijp, oplopende steel
nauwkeurig voorgeschreven: op feestdagen droeg hij over zijn gewone kleding een donkerblauw Hiel: geen
bovenkleed, aan de onderkant afgezet met gouden granaatappels en bellen. Op het hoofd droeg
de hogepriester een tiara met het opschrift: 'heilig aan de Heer' Na de Babylonische ballingschap -445-
speelde de hogepriester een steeds grotere politieke rol. Tijdens de Seleuciden was Jeruzalem
een zgn. ethnos, bestuurd door de hogepriester, die belasting inde en soldaten wierf ten behoeve
van de koning. Van toen af werd het hogepriesterschap een speelbal in handen van de
wereldlijke overheid en werd afwisselend bekleed door leden van een aantal invloedrijke families,
'de hogepriesters' genoemd. Met de verwoesting van de tweede tempel in 70 n.C. verloor dit ambt
zijn betekenis. (Encarta 2000)

Nº 445 - Luther. Tête

Cat. Pag. Steel-3cm Ketel-4,9cm Produktie: ca. 1830 - 1900 Coll:JPG
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen
Tabakspijp met figurale ketel, zonder hiel en oplopende steel met manchet.
Ketel in de vorm van het hoofd Luther met snor en korte baard, hoed met smalle
rand met veer rechts. Steel rechts in relief modelnummer "445" en steel
onderzijde drievoudige lof. Manchet links "GAMBIER" en rechts "A PARIS".
(modellenbestand pijpenkabinet)
Luther, Maarten (1483 - 1546), de eerste kerkhervormer van de 16de eeuw, stamde uit een
boerengeslacht. Zijn vader was in de mijnbouw tot een zodanige welstand gekomen, dat hij zijn
zoon rechten kon laten studeren. Luther begon deze studie in 1501 in Erfurt. In 1507 werd hij
tot priester gewijd. In 1512 promoveerde hij en ontving hij van zijn prior Joh. von Staupitz de
opdracht om colleges te geven in de bijbelse theologie. Zijn vroege geschriften geven blijk van
een hernieuwd theologisch inzicht en een daarop gebaseerde dynamische gedachtenwereld.
Toen de boeren in 1525 in opstand kwamen, ried Luther de doodsbange vorsten, die hij eerder
fel op hun plichten tegenover hun onderdanen gewezen had, aan, deze opstand krachtig te
onderdrukken.Temidden van alle politieke verwikkelingen en ondanks wereldwijde contacten
bleef Luther de universiteit trouw. De laatste jaren voor zijn dood werden bemoeilijkt door ziekte
en teleurstellingen. Uit die tijd stammen naast werken die getuigen van grote innerlijke
diepgang, ongebroken geestkracht en humor ook vele verbitterde uitlatingen, zo over de joden,
van wie hij verwacht had dat zij het evangelie, nu het gezuiverd te horen was, zouden
aanvaarden.Encarta® - Encyclopedie 2000

Nº N445 - Magnétique longue. Noël à Lyon déposé. -N445-

Cat. Pag. Steel-18cm Ketel-5,2cm Produktie: ca. 1890 - 1925
Zie ook nr.454
1894-128

1908- 9 Prijs:19Fr.20/gros. "Forme Belge, Talon ovale grande".

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ovale ketel met hiel en rechte steel met knoop. Komt voor in twee formaten. Coll:RS
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze Steelpijp, recht
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart Steeleind: knoop
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Hiel: knop
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Nº 446 - Pope, Tête -446-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1850 - 1900
1858- "Pape" Zie ook nr. 0.38, 446b en 446c
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur

Zeldzame pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het
borstbeeld van een man met baard en snor. Op zijn hoofd draagt hij een geplooide muts. Het lijkt
hier te gaan om een Grieks-Orthodox priester. Op onderzijde van de ketel loopt de steelaanzet uit
in een scherpe punt. Op de steel het vormnummer in relief en op de rand van het manchet links
"Gambier" en rechts "a Paris".

Coll: JPG

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 446b - Pope ?, Tête inconnu -446-b-

Cat. Pag. Steel-1,8cm Ketel-5,2cm Produktie: ca. 1830 - 1860
Zie ook nr.446 ,446-c + Saillard pag.13

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld
van een man met baard en snor. Om de hals een ketting met ketting met kruis. Het lijkt hier te
gaan om een Grieks-Orthodox priester. Opvallend is het geëmailleerde manchet. Let op: het
nr.446-b is niet het officiële vormnummer!

Nº 446c - Pope , Tête inconnu Coll: GK

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

-446-c-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-4,9cm Produktie: ca. 1830 - 1860
Zie ook nr.446, 446-b + Saillard pag.13

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het hoofd van
een man met snor en baard met op het hoofd een cilindrische hoed met veer. Op de borst een
ketting met bloem. Deze pijp heeft geen vormnummer. In de catalogus van Saillard staat deze pijp
afgebeeld en wordt "Pope" genoemd. Het is niet zeker of dit de correcte Gambier benaming is
omdat er meer voorbeelden in de catalogus van Saillard te vinden zijn waarbij een andere naam
gehanteerd wordt dan de door Gambier gebruikte benaming. Let op: het nr.446-c is niet het
officiële vormnummer!

Coll: GK

Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen

Nº 446 - Crême longue, forme Belge -446-

Cat. Pag. Steel-18cm Ketel-5,3cm Produktie: ca. 1890 - 1925

1894-81

1908- 6 Prijs 9Fr./gros

1918-Affiche. Prijs:24Fr./100

Pijp met grote, ovale ketel met hiel en rechte steel met knoop mondstuk.
De"Crême"pijpen zijn gemaakt van zeer fijne, witte klei. In de catalogus werd deze klei-
soort aangeduid met "Terre très blanche". In de catalogus van 1879+1886 worden de Crême
pijpen afgebeeld met een rood etiket op de steel met witte letters: CRÊME GAMBIER.
De meeste Crême pijpen zijn op de ketel gemerkt met :

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
Hiel: cilindrisch

Nº N446 - Magnétique longue, forme belge allongée, très grande -N446-

Cat. Pag. Steel-18cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1890 - 1925
Zie ook nr.440 en 446p
1894-129

1908- 9 Prijs:19Fr.20 per gros. "Forme Belge allongée, tres grande.

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met een ovale ketel (model Belge) met hiel en rechte steel. Komt voor in drie formaten. Coll:RS
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze Steelpijp, recht
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart Steeleind: knoop
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Hiel: cilindrisch
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Nº N446p - Magnétique longue, forme belge allongée forte -N446p-

Cat. Pag. Steel-18,5cm Ketel-5,7cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-129 Zie ook nr.440 en 446
1908- 9+12 Prijs 15Fr./gros
1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met een ovale ketel (model Belge) met hiel en rechte steel. Komt voor in drie formaten. Coll:Pijpenkabinet
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat Steelpijp, recht
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze Steeleind: knoop
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart Hiel: cilindrisch
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Nº N447 - Magnétique longue, allongée côtes, bombées -N447-

Cat. Pag. Steel-18,5cm Ketel-5,3cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-129 Zie ook nr.443
1908- 9+12 Prijs 15Fr./gros
1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ovale ketel met knophiel. Rechte steel met knoop. De ketel is over de gehele lengte Coll:AvE
voorzien van vertikale, bolle ribben die doorlopen tot de steelaanzet. Steelpijp, recht
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat Steeleind: knoop
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze Hiel: knop
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Nº 447 - Mougick. Tête -447-

Cat. Pag. Steel-2cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1840 - 1900
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld van een man met lange
baard en snor. Borstbeeld met gestreepte mantel. Zijn haren komen onder een geplooide muts met
omgeslagen rand vandaan. Deze pijp zien we voor het eerst in de grossierscatalogus van Saillard
van rond 1843. De benaming is dan "Luther".

Coll:AvE

Mougick of Moujik is de bijnaam voor Russische boeren. Manchetpijp, oplopende steel
Hiel: geen
Nº 448 - Kalmouck. Tête
-448-
Cat. Pag. Steel-2,1cm Ketel-5,8cm
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur Produktie: ca. 1850 - 1900
1894-Alleen in Nomenclatuur

Pijp met figurale ketel en een oplopende steel met manchet. Ketel in de vorm van het borstbeeld
van een man met snor. Op het hoofd draagt hij een gedecoreerde tulband met over de oren
hangende flappen. Borstbeeld met een gladde V-hals. De vroegste vermelding zien we in de
catalogus van Saillard uit 1843, de benaming is dan "Cavalier Kurt".

Kalmukkië, deelrepubliek van de Russische Federatie, hoofdstad: Elista. Het gebied ligt ten Coll:GD
noordwesten van de Kaspische Zee en ten westen van de Beneden-Wolga en bestaat voor het
grootste deel uit woestijnen en halfwoestijnen. Het gebied werd in de 17de eeuw vanuit China Manchetpijp, oplopende steel
bevolkt door Kalmukken. In het Mongoolse rijk waren de Kalmukken een ware plaag voor de Hiel: geen
Kazachen en Kirgiezen, totdat zij in 1758 door de Mantsjoes werden bedwongen. Het kreeg in
1920 de status van autonome regio en werd in 1935 een autonome republiek. Vermeende
collaboratie met de Duitsers tijdens de 2e Wereldoorlog was voor het bewind aanleiding deze
status in 1943 op te heffen; rehabilitatie volgde in 1957.

Nº N448 - Magnétique longue, tête et tuyau plat grande -N448-

Cat. Pag. Steel-15cm Ketel-4,4cm Produktie: ca. 1890 - 1925 Coll:AvE
1894-129 Zie ook nr.457 en 458 Steelpijp, recht
Steeleind: afgeplat, knoop
1908- 9 Prijs: 19Fr.20/ gros. "Forme Belge, Tête et Tuyau plat grande" Hiel: geen

1918-Affiche Prijs:33Fr./100

Pijp met ketel zonder hiel en rechte afgeplatte steel met plat mondstuk.
De lijn van de afgeplatte steel loopt aan beide zijden door over de gehele
ketel die daardoor in vier vlakken verdeeld wordt.Op de steel staat een
intagliostempel: "Noël Lyon" Komt voor in drie formaten. De meeste pipes
magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van
een wat gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het
mondstuk zit een touw tje gewonden. Ze komen ook voor met zgn. "mille
point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart benoemd
maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en
de "Pipes Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de
pijpen aangeprezen om hun mooie meerschuim teint en lichte rookkleur
die door de rokers zo gew aardeerd w ordt.

Nº N449 - Magnétique longue, Forme Belge, Tête et Tuyau plats -N449-

Cat. Pag. Steel-16cm Ketel-5,6cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-129
1908- 9 Prijs:19Fr.20/ gros.
1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ketel met knophiel en rechte afgeplatte steel met plat mondstuk. De lijn van de afgeplatte Coll:Pijpenkabinet
steel loopt aan beide zijden door over de gehele ketel die daardoor in vier vlakken verdeeld wordt. Steelpijp, recht
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat Steeleind: afgeplat, knoop
gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze
komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes
Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Hiel: knop

Nº N449 - Ronde sans talon. -N449-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1900 - 1920 Steelpijp, recht
Steeleind: knoop
1908-18 Prijs:3fr60./gros in rode en witte klei. Gestempeld Noël. Hiel: geen

1918-Affiche. Prijs:12Fr./100 Benaming: "Cologne"
Zie ook nrs: N270,N271,N272,N273,N278b,
N294, N295,N451 en N496

Pijp met een kleine, bekermodel ketel zonder hiel en een rechte steel met knoop. Deze pijpen
komen voor in witte, rode en zwarte klei.
Op de affiche staat het model eenmalig afgebeeld en staat bij de reeks vormnummers:
294,451,449,278b,496,295,273,270 en 272 vermeld dat dit de hele serie is in aflopende volgorde
qua steellengte.

Nº 450 - Marotte (10e Série) -450-

Cat. Pag. Steel-25,5cm Ketel-4,2cm Produktie: ca. 1820 - 1850
1840-31 10pouces

Pijp met figurale ketel en rechte steel. De ketel is in de vorm van een Steelpijp, recht
narrenkop met een doek over het hoofd met puntige uiteinden waaraan Steeleind: afgesneden
belletjes hangen. In de nek zijn de haren in een krul gerold en vormen een Hiel: figuraal
figurale hiel. In de catalogus van 1840 worden de steellengten der pijpen
aangeduid in Pouces. De Pouce is een oude lengtemaat en staat voor 0.255
meter.(Petit Larousse Illustré 1906) Opvallend is dat de maat van 10 pouces
uitsluitend gebruikt werd voor gesteelde gezichtpijpen, (10e en 11e serie),
die in de latere catalogi "Fantaisie" genoemd worden. Deze latere
gezichtpijpen zijn dan gemiddeld de helft korter. (Vanaf de catalogus van
1868)
Een Marotte is een houten scepter met aan het einde een narrenkop gemonteerd waaraan
belletjes zitten. In vroeger eeuwen was dit een attribuut van de nar van de koning, later werd dit
voorwerp van zotterij gebruikt in carnavaleske optochten. In de loop van de 19e- eeuw werden ze
door speelgoedfabrieken,waaronder de bekende Franse poppenfabriek Jumeau, vervaardigd met
een biscuit hoofd op de houten steel.

Nº 451 - Soliman (10e Série) -451-

Cat. Pag. Steel-25,5 Ketel-3,2 Produktie: ca. 1820 - 1850

1840-32 10pouces

Pijp met figurale ketel in de vorm van een man met baard en snor met op zijn
hoofd een tulband. In de catalogus van 1840 worden de steellengten der pijpen
aangeduid in Pouces. De Pouce is een oude lengtemaat en staat voor 0.255
meter.(Petit Larousse Illustré 1906) Opvallend is dat de maat van 10 pouces
uitsluitend gebruikt werd voor gesteelde gezichtpijpen, (10e en 11e serie), die
later "Fantaisie" genoemd worden. Deze latere gezichtpijpen zijn dan gemiddeld
de helft korter. ( Vanaf catalogus 1868.)

Süleyman I (of Soliman) de Grote, de Wetgever (Trabzon 1494 - Szigetvar 1566), sultan van Steelpijp, recht
Turkije van 1520 tot 1566, zoon van Selîm I, zette na zijn troonsbestijging de Osmaanse Steeleind: afgesneden
veroveringen voort met tien campagnes in Europa en drie in Azië. In de eerste veldtocht, tegen Hiel: geen
Hongarije, veroverde hij o.m. Belgrado (1521). In 1522 viel Rhodos. Tijdens Süleymans tweede
veldtocht tegen Hongarije in 1526 kwam er na de slag bij Móhacs een einde aan de
zelfstandigheid van dit koninkrijk. In 1529 belegerde Süleyman tevergeefs Wenen. Na in 1533
een wapenstilstand met Karel V te zijn overeengekomen, richtte Süleyman zich naar Perzië. In
1534 viel Bagdad, waarmee de Arabische wereld onder Turkse heerschappij kwam. Hij
sneuvelde in 1566 bij de belegering van de stad Szigetvár.

Nº N451 - Cologne Produktie: ca. 1900 - 1920 -N451-
Zie ook nrs:N270,N271,N272,N273,N278b,
Cat. Pag. Steel- cm Ketel-cm Steelpijp, recht
1918-Affiche. Prijs12Fr./100 N294, N295,N449 en N496 Steeleind: knoop
Hiel: geen

Pijp met een kleine bekermodel ketel zonder hiel en een rechte steel met knoop. Deze pijpen komen
voor in witte, rode en zwarte klei.
Op de affiche staat het model eenmalig afgebeeld en staat bij de reeks vormnummers:
294,451,449,278b,496,295,273,270 en 272 vermeld dat dit de hele serie is in aflopende volgorde
qua steellengte.

Nº 452 - Le Persan (10e Série) -452-

Cat. Pag. Steel-25,5cm Ketel-3,6cm Produktie: ca. 1820 - 1850
1840-31 (10pouces)

Pijp met figurale ketel zonder hiel en rechte steel. Ketel in de vorm van een Perzische man met

snor en baard. Op het hoofd een hoge cilindrische hoed.

In de catalogus van 1840 worden de steellengten der pijpen aangeduid in Pouces. De Pouce is een

oude lengtemaat en staat voor 0.255 meter.(Petit Larousse Illustré 1906) Opvallend is dat de maat Steelpijp, recht
van 10 pouces uitsluitend gebruikt werd voor gesteelde gezichtpijpen, (10e en 11e serie), die in de
latere catalogi "Fantaisie" genoemd worden. Deze latere gezichtpijpen zijn dan gemiddeld de helft Steeleind: afgesneden

korter. (Vanaf de catalogus van 1868) Hiel: geen

Nº N452 - Magnétique longue, Tête allongée, Talon ovale -N452-

Cat. Pag. Steel-15cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-128
1908- 9 Prijs: 19Fr.20/gros.

Pijp met voorover hellende, ovale ketel met ovale knophiel. Rechte steel met knoopmondstuk. De
meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat gelige
klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze komen
ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart benoemd maar
vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Magnétiques Courtes".
In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie meerschuim teint en lichte
rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Steelpijp, recht

Steeleind: knoop

Hiel: knop, ovaal

Nº 453 - Chasseur (10e Série) -453-

Cat. Pag. Steel-25,5cm Ketel-3,1cm Produktie: ca. 1820 - 1850
1840-32 10pouces Zie ook nr.1003

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een rechte steel. De ketel is in de vorm van het hoofd van

een jager met een snor en een ringbaardje. Op zijn hoofd draagt hij een jagerspet met klep.

In de catalogus van 1840 worden de steellengten der pijpen aangeduid in Pouces. De Pouce is een

oude lengtemaat en staat voor 0.255 meter.(Petit Larousse Illustré 1906) Opvallend is dat de maat Steelpijp, recht
van 10 pouces uitsluitend gebruikt werd voor gesteelde gezichtpijpen, (10e en 11e serie), die in de
latere catalogi "Fantaisie" genoemd worden. Deze latere gezichtpijpen zijn dan gemiddeld de helft Steeleind: afgesneden

korter. (Vanaf de catalogus van 1868) Hiel: geen

Nº N453 - Magnétique long. Forme Gland, Tête allongée -N453-

Cat. Pag. Steel-16cm Ketel-5,3cm Produktie: ca. 1890 - 1925

1894-128

1908- 9 Prijs: 19Fr.20/gros.

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100
Zie ook nr.177, 178, 179, 180, 181, 182, 183, 185, 373, 453,
N498, N557, N605, N903,1107, 1443, 1488, 1503 en 1504

Pijp met ovale ketel in de vorm van een eikel met dop. Een naar voren stekend takje vormt de hiel.

Rechte steel met knoop mondstuk.

De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een wat

gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje gewonden. Ze

komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet apart Coll:Pijpenkabinet
benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes

Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie Steelpijp, recht
meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt.

Steeleind: knoop

Hiel: figuraal

Nº 454 - Reine Blanche (10e Série) -454-

Cat. Pag. Steel-25,5cm Ketel:2,4cm Produktie: ca. 1820 - 1850 Steelpijp, recht
1840-32 10pouces Steeleind: afgesneden
Hiel: geen
Figurale pijp met rechte steel. De kleine ketel is in de vorm van het hoofd
van een koningin met kroon en naar achteren gebonden vlechten in het
haar. Om de hals draagt zij een ketting. In de catalogus van 1840 worden
de steellengten der pijpen aangeduid in Pouces. De Pouce is een oude
lengtemaat en staat voor 0.255 meter.(Petit Larousse Illustré 1906)
Opvallend is dat de maat van 10 pouces uitsluitend gebruikt werd voor
gesteelde gezichtpijpen, (10e en 11e serie), die in de latere catalogi
"Fantaisie" genoemd worden. Deze latere gezichtpijpen zijn dan gemiddeld
de helft korter. (Vanaf de catalogus van 1868)
Blanche van Castilië (Valencia 1188 - Melun 26/27 nov. 1252), koningin van Frankrijk van
1223 tot 1252, was een dochter van koning Alfons VIII van Castilië en Eleonora van Engeland.In
1200 is zij verloofd met de Franse kroonprins Lodewijk (de latere Lodewijk VIII), met wie ze
huwde op 23 mei 1200. Toen haar echtgenoot in 1226 overleed, werd Blanche regentes voor
haar zoon Lodewijk IX in een opstandig koninkrijk. Met steun van de pauselijke legaat
Frangipani wist zij haar gezag te herstellen over rebellerende territoriale vorsten, en met name
Chartres, Blois en Languedoc te herwinnen. Vanaf de meerderjarigheid van haar zoon, in 1234,
betrok zij hem langzamerhand bij de regeringstaak, zonder zichzelf echter volledig terug te
trekken. Na het vertrek van Lodewijk IX in 1248 voor een kruistocht, werd zij opnieuw alleen
regerende regentes. In 1252 trad zij in bij de cisterciënzerinnen.

Nº N454 - Magnétique longue, Talon ovale moyenne forte -N454-

Cat. Pag. Steel-18,5cm Ketel-5,2cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-128 Zie ook nr.445
1908- 9 Prijs:19Fr.20/gros.
1918-Affiche Prijs: 43Fr./100

Pijp met ovale ketel met knophiel en rechte steel met knoopmondstuk. Komt voor in twee

formaten. De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van

een wat gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touwtje

gewonden. Ze komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen niet

apart benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de "Pipes Coll:Pijpenkabinet

Magnétiques Courtes". In de catalogus van 1908 worden de pijpen aangeprezen om hun mooie

meerschuim teint en lichte rookkleur die door de rokers zo gewaardeerd wordt. Steelpijp, recht

Steeleind: knoop

Hiel: knop

Nº 455 - Grisette (10e Série) -455-

Cat. Pag. Steel-25,5cm Ketel-2,8cm
Zie ook nr.373 en 692
1840-32 10pouces

Produktie: ca. 1820 - 1850

Figurale pijp met rechte steel en ketel in de vorm van een meisje met Steelpijp, recht
een doek om het hoofd gewonden. Pijpenkrullen vallen tot over de oren. Steeleind: afgesneden
In de catalogus van 1840 worden de steellengten der pijpen aangeduid Hiel: geen
in Pouces. De Pouce is een oude lengtemaat en staat voor 0.255
meter.(Petit Larousse Illustré 1906) Opvallend is dat de maat van 10
pouces uitsluitend gebruikt werd voor gesteelde gezichtpijpen, (10e en
11e serie), die in de latere catalogi "Fantaisie" genoemd worden. Deze
latere gezichtpijpen zijn dan gemiddeld de helft korter. (Vanaf de
catalogus van 1868)

"Grisette" Een Grisette was een naaistertje uit de lagere klasse, meestal wat
CONSTANTIN GUYS luchtig gekleed in goedkope stoffen.
(France, 1805-1892)

Nº 456 -456-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº N457 - Magnétique longue, Forme belge, Tête et tuyau plats -N457-

Cat. Pag. Steel-17,6cm Ketel-4,6cm Produktie: ca. 1890 - 1925 Coll: AvE
Zie ook nr.448 en 458
1894-129

1908- 9 Prijs:19Fr.20/gros

1918-Affiche Prijs: 43Fr./100
Pijp met ketel zonder hiel en rechte afgeplatte steel met plat mondstuk. De lijn van de
afgeplatte steel loopt aan beide zijden door over de gehele ketel die daardoor in vier vlakken
verdeelt wordt. Op de steel staat soms een intagliostempel: "Electrique Magnetique" en soms
'Noël - P aris". Komt voor in drie formaten.
De meeste pipes magnétiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een
w at gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touw tje
gew onden. Ze komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen
niet apart benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en de
"Pipes Magnétiques Courtes".

Steelpijp, recht
Steeleind: afgeplat, knoop
Hiel: geen

Nº N458 - Magnétique courte, Tête et Tuyau plat moyenne -N458-

Cat. Pag. Steel-11cm Ketel-3,5cm Produktie: ca. 1890 - 1925
1894-130 Zie ook nr.448 en 457

1908- 9 Prijs: 15Fr./gros.

Pijp met ketel zonder hiel en rechte afgeplatte steel met plat mondstuk. De lijn van de
afgeplatte steel loopt aan beide zijden door over de gehele ketel die daardoor in vier vlakken
verdeelt wordt. Op de steel staat soms een intagliostempel: "Electrique Magnétique" en soms
'N oël - P aris". Komt voor in drie formaten.
De meeste pipes magnetiques zijn gemerkt met Noël Lyon Déposé. Ze zijn gemaakt van een
w at gelige klei en zijn gelakt met beigekleurige lak. Om het mondstuk zit een touw tje
gew onden. Ze komen ook voor met zgn. "mille point" emaille. In de catalogus worden de pijpen
niet apart benoemd maar vallen uiteen in twee groepen: de "Pipes Magnétiques Longues" en
de "Pipes Magnétiques Courtes".

Nº 459 Steelpijp, recht
Steeleind: afgeplat, knoop
Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Hiel: geen

-459-

Nº 460 - Borraine demi côtes, grande -460-

Cat. Pag. Steel-19cm Ketel-4,5cm Produktie: ca. 1850 - 1900 Coll:AvE
1868-91 Zie ook nr.461 Ketelmerk: H

1879 en 1886-98

1894-78

Pijp met een bekermodel ketel zonder hiel. Rechte steel. De ketel is aan de onderzijde voorzien
van gedeeltelijk omgekrulde lobben. Komt voor in twee formaten.
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens
een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden
Hiel: geen

Nº 461 - Borraine demi côtes, moyenne -461-

Cat. Pag. Steel-19cm Ketel-3,7cm Produktie: ca. 1850 - 1900 Coll:AvE
Zie ook nr.460 Ketelmerk: H
1858- "Borraine côtes" Steelpijp, recht
1868-91 Steeleind: afgesneden
1879 en 1886-98 Hiel: geen
1894-78

Pijp met een bekermodel ketel zonder hiel. Rechte steel. De ketel is aan de onderzijde voorzien
van gedeeltelijk omgekrulde lobben. Komt voor in twee formaten.
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens
een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Nº 462 -462-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 463 - Borraine unie, grande -463-

Cat. Pag. Steel-18,7cm Ketel-4,5cm Produktie: ca. 1850 - 1900
Zie ook nr.464
1858- "Borraine unie"
1868-91
1879 en 1886-98
1894-78

Pijp met iets voorover hellende, gladde ketel met een bekermodel zonder hiel. Rechte steel. Komt Steelpijp, recht
voor in twee formaten. Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een Steeleind: afgesneden
wat langere steel en vaak met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van Hiel: geen
knorren voorzien. De grootste Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42
cm. Dat model heeft overigens een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Nº 464 - Borraine unie, moyenne -464-

Cat. Pag. Steel-18,7cm Ketel- cm Produktie: ca. 1850 - 1900
1868-91 Zie ook nr.463
1879 en 1886-98
1894-78

Pijp met iets voorover hellende, gladde ketel met een bekermodel zonder hiel. Rechte steel. Komt Steelpijp, recht
voor in twee formaten. Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een Steeleind: afgesneden
wat langere steel en vaak met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van Hiel: geen
knorren voorzien. De grootste Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42
cm. Dat model heeft overigens een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Nº 465 -465-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 466 - Borraine a côtes, grande Produktie: ca. 1850 - 1900 -466-
Zie ook nr.467 en 468
Cat. Pag. Steel-18,7cm Ketel-4,6cm Steelpijp, recht
1868-91 Steeleind: afgesneden
1879 en 1886-98 Hiel: geen
1894-78

Pijp met een bekermodel ketel zonder hiel. Onderzijde van de ketel is voorzien van korte
omgekrulde ribben. Daarboven is de ketel voorzien van vertikale, afgevlakte ribben die
doorlopen tot vlak onder de ketelrand. Komt voor in drie formaten.
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens
een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Nº 467 - Borraine a côtes, moyenne Produktie: ca. 1850 - 1900 -467-
Zie ook nr.466 en 468
Cat. Pag. Steel-18,7cm Ketel-3,8cm Coll: AvE
1868-91
1879 en 1886-98 Ketelmerk: H
1894-78 Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden
Pijp met een bekermodel ketel zonder hiel. Onderzijde van de ketel is voorzien van korte Hiel: geen
omgekrulde ribben. Daarboven is de ketel voorzien van vertikale, afgevlakte ribben die
doorlopen tot vlak onder de ketelrand. Komt voor in drie formaten. -468-
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens
een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Nº 468 - Borraine a côtes, petite Produktie: ca. 1850 - 1900
Zie ook nr.466 en 467
Cat. Pag. Steel-18,7cm Ketel-3,6cm
1868-91
1879 en 1886-98

Pijp met een bekermodel ketel zonder hiel. Onderzijde van de ketel is voorzien van korte Steelpijp, recht
omgekrulde ribben. Daarboven is de ketel voorzien van vertikale, afgevlakte ribben die Steeleind: afgesneden
doorlopen tot vlak onder de ketelrand. Komt voor in drie formaten. Hiel: geen
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens
een knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de
meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor
gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van
Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes,
Jaargang VII, nr.2)

Nº 469 - Borraine unie, forme nouvelle -469-

Cat. Pag. Steel-19cm Ketel-4cm Produktie: ca. 1850 - 1900 Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden
1858- "Borranie unie" Hiel: geen

1868-91

1879 en 1886-98 Steel-17,5cm

1894-78 " "

Pijp met bekermodel ketel zonder hiel met een rechte steel.
In de catalogus van 1868 wordt deze pijp voor het eerst afgebeeld. Hij wordt dan Borraine Unie -
allongée genoemd en heeft een steel van 19cm. In de catalogus van 1885 wordt hij gebracht als
Borraine Unie, Forme Nouvelle met een steel van 17,5 cm. Pijpen met de benaming Borraine zijn
hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak met een glad mondstuk. De ketel is
aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste Borraine is nr.800 "Borraine extra
grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens een knopmondstuk. De Borraines
werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de meest gangbare
modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor gladde modellen
en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van Niverlée de overhand
en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes, Jaargang VII, nr.2)

Nº 470 - Borraine a côtes (bequille), grande -470-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1850 - 1900 Steelpijp, recht
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur Zie ook nr.471 en 472 Steeleind: afgesneden ?
1894-Alleen in Nomenclatuur Hiel: geen

Een afbeelding van deze pijp is mij tot op heden nog niet bekend. Komt voor in drie formaten.
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens een
knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de meest
gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor gladde
modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van Niverlée de
overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes, Jaargang VII, nr.2)

Nº 471 - Borraine a côtes (bequille), moyenne -471-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1850 - 1900 Steelpijp, recht
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur Zie ook nr.470 en 472 Steeleind: afgesneden?
1894-Alleen in Nomenclatuur Hiel: geen

Een afbeelding van deze pijp is mij tot op heden nog niet bekend. Komt voor in drie formaten.
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens een
knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de meest
gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor gladde
modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van Niverlée de
overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes, Jaargang VII, nr.2)

Nº 472 - Borraine a côtes (bequille), petite -472-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1850 - 1900 Steelpijp, recht
1879 en 1886-Alleen in Nomenclatuur Zie ooknr.470 en 471 Steeleind: afgesneden
1894-Alleen in Nomenclatuur Hiel: geen

Een afbeelding van deze pijp is mij tot op heden nog niet bekend. Komt voor in drie formaten.
Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel en vaak
met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De grootste
Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft overigens een
knopmondstuk.
De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt. Deze kleisoort werd voor de meest
gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en was vooral in gebruik voor gladde
modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit kleimengsel had de klei van Niverlée de
overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei. (Bron: Pijpenlijntjes, Jaargang VII, nr.2)

Nº N472 - Noël inconnu -N472-

Cat. Pag. Steel-12,5 cm Ketel-3,5 cm Produktie: ca. 1900 - 1920
Zie ook nr. 1441.

Pijp met bekermodel ketel zonder hiel met een rechte steel met knoop. De onderzijde van de ketel Coll: AvE
heeft in reliëf vier banen met afgeplatte lobben. Over het midden van de banen lopen parelranden.
Decoratie op de steel afgezet met een band. Op de steel een intagliostempel: Noël - Paris. In reliëf:
N472. Wordt niet in de catalogi vermeld. Vertoont overeenkomsten met nummer 1441, "Néogène
Perles".

Nº 473 - Borraine demi-côtes. Bout plat. -473-

Cat. Pag. Steel-16,7cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1850 - 1900
1868-92
1879 en 1886-93
1894-77
1896-18 Prijs:6fr.50 per 100
1908- 6 Prijs 9fr./gros
1918-Affiche.Prijs:24Fr./100

Pijp met vooroverhellend bekermodel ketel zonder hiel en schuin afgesneden filt. De onderzijde Coll: AvE
van de ketel is met korte knorren in reliëf versierd. Rechte steel met afgeplat mondstuk en
knoop. Pijpen met de benaming Borraine zijn hielloze bekermodellen met een wat langere steel
en vaak met een glad mondstuk. De ketel is aan de onderzijde dikwijls van knorren voorzien. De
grootste Borraine is nr.800 "Borraine extra grande" met een steel van 42 cm. Dat model heeft
overigens een knopmondstuk. De Borraines werden in de regel van Terre Commune gemaakt.
Deze kleisoort werd voor de meest gangbare modellen gebruikt. De klei is niet bijzonder fijn en
was vooral in gebruik voor gladde modellen en die met een eenvoudige versiering. Bij dit
kleimengsel had de klei van Niverlée de overhand en is er bijgemengd met een andere soort klei.
(Bron: Pijpenlijntjes, Jaargang VII, nr.2)

Nº N473 - Pipe a demi côtes. Steelpijp, recht
Steeleind: afgeplat, knoop
Hiel: geen

-N473-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm Produktie: ca. 1900 - 1920 Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden

Hiel: geen

Pijp met een slurfvormig Duitser model ketel, zonder hiel en rechte steel. Op de ketelnaden is een
kam aangebracht tot halve hoogte. Op de steel intaglio stempel: "Noel Paris". (modellenbestand
Pijpenkabinet 1978)

Nº 474 - Viennoise ordinaire, grande -474-

Cat. Pag. Steel-21cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1850 - 1914
1858- Zie ook nr.474b, 496, 497, 497b en 845
1868-88
1879 en 1886-95
1894-75
1908- 4 Prijs 6fr./gros

Pijp met een lange, slank-ovale ketel met knophiel met vlakke basis. Rechte steel. Deze Viennoise
komt voor in zes modellen. Tevens komen de modellen 474, 496 en 497 voor met op ongeveer 1cm
hoogte een dunne horizontale ring op de ketel. Deze worden "Viennoises à Cordon" genoemd.

Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden
Hiel: knop, vlak

Nº 474b - Viennoise très grande. -474b-

Cat. Pag. Steel-20cm Ketel-5,2cm Produktie: ca. 1850 - 1914
1858- Zie ook nr.474, 496, 497, 497b en 845
1868-88
1879 en 1886-93
1894-77

1908- 6 Prijs 9fr./gros

Pijp met een lange, slank-ovale ketel met knophiel met vlakke basis. Rechte steel. Deze Viennoise
komt voor in zes modellen. Tevens komen de modellen 474, 496 en 497 voor met op ongeveer 1cm
hoogte een dunne horizontale ring op de ketel. Deze worden "Viennoises à Cordon" genoemd.

Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden
Hiel: knop, vlak

Nº 474c - Viennoise à cordon, grande -474c-

Cat. Pag. Steel-18,5cm Ketel-5cm Produktie: ca. 1850 - 1914
1858- "Viennoise riche" Zie ook nr.496c en 497c
1879 en 1886-95
1894-74

Pijp met een lange, slank-ovale ketel met knophiel met vlakke basis. Rechte steel. Op ongeveer
1cm hoogte is een dunne horizontale ring op de ketel aangebracht. Bestaat in drie formaten.
De hier getoonde Viennoise a Cordon is vanaf deze ring geëmailleerd.

Coll: GD

Steelpijp, recht
Steeleind: afgesneden
Hiel: knop, vlak

Nº 475 -475-
-476-
Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm -477-

Nº 476

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 477

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 478 -478-
-479-
Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm -480-

Nº 479

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 480

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 481 -481-
-482-
Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm -483-

Nº 482

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 483

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 484 -484-
-485-
Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm -486-

Nº 485

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 486

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº 487 -487-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm

Nº N488 - Poison -N488-

Cat. Pag. Steel-7cm Ketel-3,5cm Produktie: ca. 1900 - 1920
Zie ook nr. N492

Pijp met figurale ketel zonder hiel met een rechte steel en knoop. Ketel in de vorm van een vis met
geopende bek. Op de steel vier vinnen. Van deze pijp in roodbakkende klei met een transparante
laklaag is geen officiële naam of afbeelding bekend in de catalogi. Op de zijkant van de steel staat
in reliëf het vormnummer.

Coll: GD

Steelpijp, recht
Steeleind: knoop

Hiel: geen

Nº 489 -489-

Cat. Pag. Steel- cm Ketel- cm